NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND
No. 151. 1906
Vrijdag 27 Maart.
22e jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed. S, J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUU. te
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Raadsverkiezing-en.
li. J. TICHELMAN,
JAN ROTT1BK.
LIT DE PEK*.
Uit de Tweede Kamer.
IEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p. p. 1,25.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE DER FIRMA
BK VAN
ibüfQ.
van 2—5 regels 40 cent, iedere regel tneer 8 cent?.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Zij, die zich met 1 April op ons
blad abonneeren, ontvangen het tot
dien datum gratis.
Wij herinneren dat de candidaten der
anti-revolut. kiesvereenigingen zijn te
V 1 i s s i n g e n III
Kap ell e
26 Maart 1908.
KIEZERSLIJSTEN.
De Kiezerslijsten liggen nu ter inzage op
de secretarieën. Wie wil weten of hij er op
staat die kan dus gaan kijken. Staat hij er
niet op, en meent hij recht te hebben er wel
op te staan dan kan hij, of een ander, dat
dadelijk per ongezegeld briefje aan burge
meester en wethouders aanvragen. Dit alles
moet véór 15 April gebeuren.
Zij hébben den tijd
R. schrijft in De Rotterdammer
Het Volk maakt er in een hoofdartikel
„Zij hebben den tijd minister Talma een
verwijt van, dat hij 't ontwerp-ouderdoms-
verzekering van Veegens heeftingetrokken,
omdat hij de voorkeur geeft aau het vroe
gere ontwerp-Kuyper te dezer zake, waarin
dein validiteits-verzekering was opgenomen.
Op ziehzelve goed", zegt Het Volk, u maar
„zou het, als de ellende van heden goed
„bedacht wordt, geen tijd zijn cm maar
„vast binnen te halen wat er lag en het
„andere later te regelen Het Volk van
24 Maart 1908)
Wat een redenatie
Wie kan nu werkelijk een oogenblik
aannemen, dat de redactie van Het Volk
waarlijk meent, wat zij hier schrijft
Wie zijn mede oorzaak, dat we thans
nog een ouderdoms- en invaliditeitsver
zekering misien
Se sooiaabdemocraten
adden zij Kuyper aan bet werk gelaten,
we hadden thans reeds een heel stel ver
zekeringswetten gehad.
En hoe hebben de sooiaal-demooraten
in Duitsohland gedaan
Duitsehland heeft een nagenoeg oompleet
stel verzekeringswetten.
Maar wie hebben er tegen gestemd
De sociaal-democraten
Frankrijk heeft een drietal ministers,
Olémenoeau, Btiand en Viviani, die zelfs
voor den rechter door beklaagden met den
vinger worden aangewezen als de leermees
ters van 't sooialisme en anarchisme.
De uiterste linkerzijde heeft de meerder
heid in de verfegenwoordiging.
En wat was de eerste daad dezer volks
vertegenwoordiging P
Om de toelage voor de Kamerleden van
8000 op 15000 francs te brengen
En heeft Frankrijk zijn verzekerings
wetten reeds?
Merkwaardig was kort geleden een plaat
in „Le Eire," waarin een soldaat, een ge
pensioneerde arbeideren een volksvertegen
woordiger werden voorgesteld.
De soldaat mareheert in weer en wind,
■enheeft een halven stuiver daags.
De gepensioneerde arbeider loopt te
bedelen,want hij heeft een stuiver
daags.
De volksvertegenwoordiger wandelt in
zijn pels, de geuren van zijn Havanna
eavoureerend,hij heeft 42 fc&ncsdaags.
En dat durft in ons land dan nog een
toon aan te slaan, en aan mannen, die altijd
met en voor het volk hebben geleefd, treu
zelen te verwijlen.
Waarlijk, waaneer de ouden van dagen
en invaliden 't van de sooiaal-democrafen
moesten hebben, zouden zij zeker niet
veel krijgen.
Daarom, 't oor afgewend van de tenden
tieuss opschepperij vac Het Volk. Men late
Talma maar eens aan het werk, Ea wij
krijgen de zoo noodige verzekeringswetten
wel.
De lager wordende rente, gepaard met
eenige andere verschijnselen op onze beur
zen waarneembaar, doet ons onwillekeurig
het oog naar Amerika wenden, om te zien
hoe het daar staat met den maalsohappe-
lijken toestand.
De berichten die van overzee komen zijn
nog steeds twijfelachtig.
Zij die vooruitgang zien gronden hunne
beschouwing op het vermeerderd spoorweg
verkeer en op de herleving in de staal
industrie.
Zij die meenen dat nog geen beterschap
ingetreden is voeren als bewijs aan de
duizenden werkloozen, verre, zeer verre
overtreffende het gewone cijfer.
Wat is waarheid P
Nemen we daarbij in aanmerking dat
een jaar van Presidents keuze, gelijk dit
jaar is, toch altijd een verbazenden invloed
uitoefent op het maatschappelijk leven.
Een invloed zoo groot, als wij ons onmo
gelijk kunnen voorstellen.
Dan gaat alles op in de Presidents
keuze. Vooral nu, want de crisis die
Amerika doorleeft wordt op de sehaldlijst
van de republikeinen gezet door hunne
tegenstanders.
Roosevelt met zijn bestrijding van de
trusts is de schuldige in veler oog en daar
om moet ter wille van 's lands welvaart
Roosevelt, en met hem zijn partij, de repu-
blikeinsohe en haar candidaten Taft en
Hugues bestreden worden, niet alleen door
de democraten maar evenzeer door allen
die de roekelooze finantieele politiek van
Roosevelt en de zijnen afkeuren.
Aan de zijde van de democraten is meer
persoonlijke dan zakelijke verdeeldheid.
Twee candidaten, Bryan en Jefferson
worden op het schild geheven.
Als we wel begrijpen vertoont de eerste
neiging tot de uiterste grenzen der linker
zijde te gaan, althans met woorden, terwijl
de laatste het gematigd element vertegen
woordigt.
Nog is er in het land, waar men pleegt
heen te zien om storm of stilte op de beurs
te ontdekken, niets te zien.
Argentinië.
Ds. Van Lonkhnyzen verzoekt het vol
gende mee te deelen
Ondergeteekende, zioh niet in staat be
vindende alle aanvragen om inlichtingen
over maatsehappelijke vooruitzichten hier
te lande afzonderlijk te beantwoorden,
bericht door dezen aan belanghebbenden,
dat volgens ter bevoegder plaats inge
wonnen informaties, hier altijd werk vinden
en goed betaald worden allereerst flinke
ambachtslieden als timmerlieden, metse
laars, schilders, smedeD, werktuigkundigen,
bankwerkers, machinisten, eleetriciens ook
bakkers enz. Velen kunnen tot f 7 per dag
verdienen. Voorts alle soort van werklieden,
boerenarbeiders, bootwerkers, fabriekswer-
kers, en dergelijken. Zij verdienen f 4 per
dag. Al is het leven hier duurder dan in
Holland, werklieden hebben hier tooh een
veel ruimer bestaan. Kantoor- en handels
lieden zullen het vrij bezet vinden, men
kan wel terecht, doch moet soms eenigen
tijd wachten. Deze iaatstcn moeten van
alles tot hun werk behoc.rende, ook van
het Spaansoh, goed op de hoogte zijn.
Landbouwers in het bezit van f'2000 a
f3000 kunnen hier een rijke toekomst
hebben. Zij doen wel met zich eerst eenigen
tijd bij een der hier gevestigde boeren ie
verhuren om met de toestanden hier op de
hoogte te komen- Men zij voorzichtig met
aanlokkingen van kolonisatie-maatschap
pijen. In het algemeen is het niet aan te
iaden aanstonds groote families mede te
brengenmen kome daar liever eerst
alleen. Degelijke Hollandsehe werklieden
worden hier door HoUandsohe vrienden
met buisvesting, faal en werk voortgehol
pen. Men brengé getuigschriften of atte
statie zijner kerk mede. Wie geen goed
getuigenis kan bekomeD blijve liever thuis.
Bij mijn terugkomst iu het vaderland hoop
ik uitvoeriger myn indrukken over de
sociale toestanden alhier weer te geven.
Wie meerdere inlichtingen wensoht wende
zioh tot den gezant der Nederlanden, Zijne
Excellentie L. van Riet, Calie Bartholomé
Mitre 441, alhier.
Het adres van Ds. J, van Lonkhuyzen is
Buenos Aires, Bartaeos al Nort, Oalle Cali
fornia 779.
Werking der Leerplichtwet.
Nog steeds staat daar, onveranderd, ge
schreven „Gy vadersvoedt uwe kin
deren op''. Schriftuur en Natuur prediken
duidelijk en klaar, dat de opvoeding de
taak der ouders is, en dat dus de vraag
hoe de kinderen zullen opgevoed worden,
door de ouders, in laatster instantie door
den vader, moet beslist worden. Dat is da
eenige gezonde toestand, die mogelijk is,
en alles wat invloed heeft, moest en moot
medewerken, om le het besef van dien
plicht en dat recht by de ouders te ver
sterken en te verheffen, en 2e alle beper
king ervan, zooveel mogelijk, uit den weg
te ruimen. Da Leerplichtwet b v. werkt
juist in avereohtsehen zin, verzwakt dat
besef in plaats van het te versterken. Ik
geloof, dat het ouderrecht kan misbruikt
worden, en dat dit misbruik zoo ver kan
gaan, dafcingrypen door derden noodzake
lijk wordt, maar, ofschoon het wel onmoge
lijk zal blijken, een voor alle volken gel
dende grens te stellen, kunnen wy toch
zeggen, dat zulk ingrijpen met veel beleid
moet geschieden en zich terugtrekken, zoo
dra het overbodig wordt. Waarom Omdat
ingrijpen van derden in den regel het besef
van eigen verantwoordelijkheid doet ver
flauwen bij degenen, die men helpen wil.
'tls er mee,als met da dienstbode, diaslecbt
aardappelen kan schillen. Toen haar juf
frouw of mevrouw (wat hetzelfde is, dat
zag, deed zij het zelf, in plaats van hot da
de onhandige meid te leeres.
Zoo heeft inen armen willen helpen
alleen door in hun nood te voorzien, maar
later begrepen, dat het veel beter en duur
zamer hielp, zoo den armen gelegenheid
wordt gegeven en hun veerkracht geprik
keld om door arbeid in eigen behoefte
voorziening te zoeken. Alle verslapping
van den familieband, ia casu van ouder-
plicht, wreekt zich ia de volgende geslach
ten. Zien de kinderen, dat da zorg voor het
onderwijs (ik bedoel hier bepaaldelijk het
lager) geen zaak hunner ouders is, dan wor
telt dat wanbegrip hoe langer hoe dieper
in de kinderlijke meening, en de kleinen,
groot geworden, laten er zich nog minder
aan gelegen liggen. Versterking vau dsn
familieband kan de maatschappij slechts
beil brengen.
Alle actie moet derhalve ia de eerste
plaats de ouders bedoelen.
School met den Bijbel.
Een tegenvaller.
Men weet hoe ijverig van de linkerzijde
geïnformeerd werd near de zienswijze van
Minister Wentholt ten opzichte van het
blijvend gedeelte. Deze Minister toch had
in het Kabinet-De Meester plaatsontvangen
na het heengaan van Minister Stuartwas
hij 't nu, zoo werd gevraagd, in het kar
dinale punt met het vorige of met dit
Kabinet eens
De heer Wentholt beantwoordde de
vraag in de Memorie vau Antwoord waar
hij dus sprak
De heer Wentholt verklaart, dat hij dienaan
gaande thans nog dezelfde denkbeelden koes
tert als hij voor zijn optreden in dit kabinet
was toegedaan. Hij oordeelt het namelijk nog
altijd strikt noodig dat het blijvend gedeelte
een voldoende sterkte hebbe om in de bij
artikel 108 der Militiewet 1901 vermelde eischen
tijdig te kunnen voorzien.
Met het oog op 's lands veiligheid acht hij
het loslaten van dit beginsel onverantwoord.
Tot geen enkelen maatregel, het blijvend
gedeelte betreffende, is hij voor zijn optreden
in dit Kabinet, geroepen geworden zijn mede
werking te verleenen.
De Maasbode vertolkt dit antwoord en*
geeft er een opmerking bij
Met andere woorden toen ik nog minister
was in het vorige Kabinet dacht ik er juist ge
lijk over als thansbij mijn optreden in het
ministerie de Meester heb ik op geen wijze
mij met de intentie van het Kabinet ten dezen
aanzien homogeen verklaard, ik keurde ze zelfs
evenzeer af als thans.
Wij wisten, dat het Kabinet-de Meester verre
van eenstemmig dacht over verschillende pun
ten, maar dat de heer Wentholt daarin louter
noodhulp-diensten heeft bewezen, noemen wij
een onthulling. Hem schijnt dus nog niet eens
het regeeringsprogram in groote trekken te zijn
voorgelegd. De zaken van Cohen Stuart nog
wat drijvende houden, daarmee was zijn mini-
steriëele taak ten einde.
De onthulling pleit niet voor het vorige Ka
binet, dunkt ons.
De bom is verkeerd gesprongen, heeren
Er zullen meent De Standaarden wij
gelooven het ook! nog wel meer bommen
verkeerd springen; misschien óók wel aan
weinig omdat 39 niet al te handig zijn
gelegd.
Bevrediging.
Het werd onlangs opgevat, alsof eeu
Staatkunde, die juist krachtens de anti
revolutionaire beginselen tot bevrediging
zou leiden, voor het eerst in da Kabiuets-
ve:k!&ririg geproclameerd werd.
Dit is onjuist.
Reeds in 1878, nu dertig jaren geleder,
schreef dr. Kuyper in Ons Program (ed.
1907) bh. 477, 8 geheel hetzelfde.
Daar toeh leest men
>Een schets derhalve, wel van antirevolutio
naire zijde uitgaande, maar toch bestemd voor
het heele land, d.i. er op aangelegd om
een modus vivendi te bieden aan alle
partijen. Zeer zeker met den partijstempel, d.i.
met den ijk onzer beginselen, gewaarmerkt,
maar desniettemin in aard en strekking
n a t i o n a a 1".
Ea voorts
»Maar evenmin doe de tegenstander ons het
onrecht aan, om uitsluitend op het eigenaardig
gekleurde in onze voorstelling te letten en
zie hij in, dat dan eerst van zijn standpunt onze
voorslag op zij zal gediongen zijn, indien be
wijsbaar is, dat voor hem zelf in een rijk, dat
overeenkomstig de hier ontwikkelde beginselen
geregeerd werd, de existentie minder mensche-
lijk, minder verheffend, min edel zou zijn 1"
En dat de schrijver vau Ons Program
hieraan ook als Minister vasthield, bleek
wel, toen hij in de Tweede Kamer op deze
heide zinsneden uit Om Program wees, ten
bewijze van het nationaal karakter van
zijn streven. Standaard.
Treurige toestanden.
De liberale protectionist A. L. H. Obreen,
schrijft in De Telegraaf:
De economische toestand van ons Vaderland
is tegenwoordig niet rooskleurig, en het is niet
te vermoeden, dat de naaste toekomst verbete
ring brengen zal.
Door het lage tarief van Invoerrechten wordt
onze markt overladen met vreemde nijverheids -
voortbrengselen, wat de ontwikkeling van eigen
nijverheid onmogelijk maakt, en dat weegt des
te zwaarder, omdat het gemis van Invoerrechten
de Schatkist dwingt tot het heffen van hooge
direkte belastingen, drukkende op eigen grond
en woning, en bedrijf, en van hooge accijnsen
op eigen produktie van suiker, bier, zout en
vleesch. Om allerlei weeldeartikelen uit het bui
tenland nagenoeg vrij te kunnen doen binnen
komen, wordt suiker belast met twintig millioen
guldens, en wordt de woning, door belasting op
grond, op schoorsteenen, op huurwaarde, op
vermogen, op successie rechtstreeks getroffen
met twee-en-twintig millioen. Dan rekenen wij
nog niet het zegelrecht op de huurcontracten,
en het hypotheekrecht op de beleening, en het
registratierecht op koop en verkoop. En onze
j eigen grond wordt driemaal rechtstreeks getrof-
fen door belasting op grond, op vermogen en op
i successie, ongerekend de Polderlasten.
Het is dus niet te verwonderen, dat kapitaal
l nog slechts bij uitzondering wordt geplaatst in
j' Nederland, en dat alles gezonden wordt naar
Noord-Amerika en naar Rusland, alwaar, zooals
men verzekert, spoorwegen voor ons geld ge-
bouwd worden, hoewel al te vaak de dividenden
ver te zoeken zijn. Soms ook gaat het geld naar
Australië en Zuid Afrika in mijn- en andere
zinkputten.
Daaidoor wordt hier te lande het geld peper
duur, en de winkelier, die zijn wissels discon
teert, moet zes of zeven ten honderd betalen 1
Het kapitaal gaat het land uit, en daargelaten
of het buitenslands goed of niet goed geplaatst
ls het woidt hier te lande niet verwerkt, deNe-
derlandsche werkman verdient er geen arbeids
loon aan. Wat gebeurt dus Het kapitaal is uit
geweken, wat is dus natuurlijker, dan dat de ar
beid ook uitwijkt. Nog onlangs heeft men het
gruwzame bericht kunnen lezen, dat de burge
meester van Utrecht openlijk den werklieden
aanbeveelt, om het land te verlaten,en arbeid te
gaan zoeken in de Duitsche kolenmijnen aan
de Ruhr.
Na het kapitaal dearbc-id, 't kon niet missen.
Zonder plaatsing van kapitaal geen werk, en
dus ook geen arbeidsloon.
Ziedaar de mooie uitkomsten van onze Bel n-
tingwetgeving met lage invoerrechten.
Laten wij hier in net voorbijgaan ook zeggen,
dat zij, die de werklieden aanmoedigen van naar
het buitenland te gaan, in den regel zeer weinig
voldoening hebben. Want is het moeilijk voor
een beschaafd gezin, dat de vreemde taal spreekt,
zich te verplaatsen in een buitenlandsche samen
leving, voor een werkmanshuishouden, waar
noch man noch vrouw de vreemde taal machtig
is, zal zulk een verhuizing zeer spoedig blijken
een pijniging te zijn. Schikt de man zich bij
geval in de vreemde omgeving, de vrouw zal
het zeker niet doen, en binnen eenige maanden
komen de goede lieden weder terug, teleurge
steld, beroofd, verbitterd, en zonder één cent te
hebben overgehouden van de spaarduiten, welke
zij medenamen. Raad nooit loontrekkenden aan,
van te verhuizen naar een ander land, want het
is tien tegen een, dat zulks uitloopt op verdriet
en ellende. Zij, die daartoe aanzetten, hebben
blijkbaar nooit van nabij gezien, welke gevolgen
op het spel staan.
Maar er is nog heel wat met voordeel te doen
in ons eigen Vaderland, zoo niet door particu
liere krachten dan door de overheid, welke
altijd geld kan krijgen, en voordeel kan trekken
uit de overmaat van arbeidskrachten.
Ziedaar bij voorbeeld de vele duizenden Hec
taren van moerasbodem, 'gelegen ten Oosten
van de Utrechtsche Vecht. Waarom worden
zij niet droog gemaakt Menschen uit alle rangen
en standen der samenleving hebben dezen zomer
een adres aan Hare Majesteit de Koningin
onderteekend, opdat de Plassen in de Utrechtsche
Noord-Hollandsche Vechtstreek zoo spoedig
mogelijk worden drooggemaakt. En bovenaan
dat adres heeft geteekend niemand minder dan
Mods, de Aartsbisschop van Utrecht. De heer
De Waal Malefijt, Ant,-Revolutionair Kamerlid
van Breukelen, heeft in een vergadering te
Utrecht op 4 Mei 1907 openlijk de droogmaking
der Plassen verdedigd, en het Utrechtsche pro
vinciaal Dagblad, een stevig liberale krant, plaatst
voordurend artikelen, om de uitvoering van het
werk aan te raden.
Wij zijn dus met de droogmaking van Plas
sen wel op neutraal gebied. Waarom luistert
de overheid dan niet naar dit alles Land te
winnen hier in de onmiddellijke nabijheid van
groote sleden als Amsterdam en Utrecht, is
toch een heel wat nobeler onderneming, dan
het Nederlandsche geld weg te werpen in ledige
mijnputten in Australië en Zuid-Afrika, en de
Nederlandsche werklieden weg te zenden naar
de kolenmijnen aan de Ruhr
Laten wij onze oogen toch eens open doen.
Die plaatsingen van geld in verre gewesten,
welke door onze Belastingwetgeving zoo sterk
in bescherming woiden genomen, zijn de p<.st
voor ons Vaderland, war.t zij zijn steeds onder
hevig aan overgroote slingeringen, dan eens veel
te hoog, dan eens veel te laag. Vandaar de
dobbelarij. Stijgen die waarden plotseling, zoo
leiden zij tot grove verteringen, tot onvoorziene
en dus moeilijk te dragen weelde. Dalen zij
overmatig, zooals nu wordl aanschouwd, dan
hoort men van alle kanten de alarmkreten, dan
treedt gebrek in de plaats van rijkdom, dan
worden de soliedste waarden naar omlaag ge
sleept, en dan loopen de lieden in waanzin
storm, om hun contant geld te rukken uit de
handen, waaraan zij net toevertrouwden. En
van het verdienen van arbeidsloon is dan in
het geheel geen sprake meer. De overheid
zelve raadt dan gemoedelijk de werklieden aan,
van maar naar het buitenland te trekken
En dat gruwzame tafereel kan nog wel don
kerder worden.
Hst ontwerp blijvend gedeelte is doop de
beraadslaging vau gisteren in een brieve
positie gekomen. Niet dat die positie si echt
was dat bewees de groote mond er tegen