NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. No, 118. 1908. Dinsdag 18 Februari 22e jaargang. CHRISTELIJK- HISTORISCH Een belangrijke studie. Bsllealaiitiscb Overzicht. VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST. te Goes F, P. D'HUU, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN 3L< Jk. Jö O u w. UIT DB PROVINCIE. 7 IEDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p. p. 1,25. Enkele nummers0,02®. UITGAVE DER FIRMA EN VAN van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer S cent. Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. III. (Slot.) In de laatste (zesde) afdeeling van zijn werk bespreekt de heer Hollestelle „Het Leenstelsel in Zeeland". Dit stuk is wel het meest van algemeen belang,èn omdat 't een onderwerp behandelt, dat heel onze provin cie raakt, èa omdat daarin toestanden en verhoudingen ter sprake komen, die nog heden nawerken en waarmee wetgever en rechter nog menigmaal rekening hebben te houden. Ik schrijf hier den hoofdinhoud d9r afdeeling op, opdat men eenigszins over den omvang vaa 't onderzoek des schrijvers oordeele «Leenen, Ambachten of Heerlijkheden. Hoe een leen ontstond. Meting en verkave ling van een ingepolderd land. Afzondering van grond voor dorpen by het bedijken van opwassen. Wijze van opmeting van 't land. Ambachtsrechten. Omslagen van beden. Bezwaren aan de inning van beden verbon den. Opwas en aanwas. Ambachtsvroon. Ouderdom der Ambachten. Kwade leenen. Goede leenen. Overdracht en lossing van leenen. Hollandsche leenen. Geestelijke leenen. Verhoop van leenen. Omschry ving van leenrechten. Voortzetting der beschouwingen om trent het Leenwezen. Allodiaal of privaat grondbezit. Bedongen vroon. Dijkersgeme- ten. Geestelijke vrijlanden. Godsakkers,des Heeren vroon. Kerkelijk vroon. Haymaan- landen. Vervreemding van leengoederen door de Overheid. Inbreuk gemaakt op de rechten der leenen. Het plantrecht langs kanten van wegen. Zijkantweg. Octrooien van bedijking. Verschil tusschen op- en aanwas. Tegenwoordige rechtstoestand in betrekking tot het leenwezen". Aan een beoordeeling van het anwoord, dat de schrijver hier op sommige rechts vragen geeft, waag ik mij niet; dit blij ve liever aan juristen overgelaten, die, naar ik vermoed, hier en daar een bedenking zullen opperen, 't Zou mij niet verwonderen, zoo een hoofdbedenking ware, dat de schrijver te veel het leenstelsel in Zeeland als een op-zich-zelf-staand geheel beschouwd heeft, te weinig er aan gedacht heeft,dat 't slechts een, door de eigenaardige gesteldheid van ons gewest bepaalde vorm was van een stelsel, dat in een groot deel van Europa de verhoudingen beheerschte. Doeh ik laat dit rusten. Ook op oudheid kundig gebied heeft dit hoofdstuk geDoeg merkwaardigs. Prachtig is de schets, hoe men in de Middeleeuwen de inpoldering va» een opwas te weik stelde, hoe men bij elke vorming van een nieuw gebied rekening hield met de behoeflen ook met de geestelijke behoeftendergenen, die zich daarin zouden vestigen. Terecht geeselt de schrijver 't tegenwoordige stelsel (of moet ik zeggende tegenwoordige stelselloosheid?),die maar polder aan polder hecht en deze verkavelt, zonder een plaats af te zonderen, waar een dorp kan ontstaan, zoodat de huizen langs dijken en wegen verspreid op onmogelijke afstanden van kerk en school en begraafplaats komen te staan. Ook in zulke dingen zou men wel doen, de lessen der Geschiedenis in acht te nemen. Over de vlaktematen, weleer en tendeele nog in Zeeland bekend, wordt een en ander ten beste gegeven, waaromtrent ik alleen wil opmerken dat m.i. de verklaring van den naam „morgen", als zal deze betee- kenen „een stuk gronds in één morgen, d.i. een voormiddag, om te ploegen", mij natuurlijker sohijnt dau de hier gegevene. Keurig is dan verder de uiteenzetting, hoe na met een inpoldering meteen een „leen of ambaoht" gevormd was, welke de rechten der ambaohtsheeren waren en hoe door dezen de Grafelijke beden geïnd werden. (Heeft de sohrij ver kennis genomen van de studie van mr. R. Fruin over „Schot en Bede in Zeeland", die over dit punt veel belangrijks geeft Uitvoerig wordt de successie van de leenen behandeld en door voorbeelden toegelicht. In 't tweede hoofdstuk dezer afdeeling worden de ver schillende soorten van „vroon" duidelijk naar hun oorsprong en wezen beschreven. Aan de vroonlanden sluiten zich de „Hay- manlanden" aan (de schrijver stelt Hayman -= zeemeeuw men weet dat dit woord op allerlei wijze verklaard is). In helder licht komt hier te staan de be kende vergunning van Karei Karei V, om hout langs de wegen te planten, ten einde in de behoefte aan „berninghe" te voorzien, wijl 'tmoerdelven beperkt werd. 't Blijkt, dat daardoor de deur opengezet werd voor veel misbruik, dat zelfs nu nog tot moei lijkheden aanleiding geeft. 't Reeds meermalen behandelde onder scheid tusschen aanwas en opwas wordt ook hier nog eens duidelijk uiteengezet, 't Werk eindigt met eenige opmerkingen en beschouwingen over de ambachtsheer- lyke rechten. De schryver ziet in de af schaffing der leenrechten veel onverstan digs en onbillijks, 't Was zeker in beginsel revolutionair, een verkrachting der Ge schiedenis en des Rechts, die nooit straffe loos gepleegd wordt. Of daarom behoud der feudaliteit, die toch in vele opzichten verouderd was en sommige misbruiken in de hand werkte, gewenscht ware geweest, is daarmee niet gezegd. De fout der Revo lutie hg doorgaans Diet daarin, dat zij het verouderde wegruimde, maar hierin dat zy met 't verouderde ook 't onver cderlijk goede prys gaf en voor 't verkeerde, dat zij afschafto, niets beters in de plaats stelde. K. W. Naschrift. Uit Tholen gewerd my van een mij onbe kende, nevens een stuk van dhr. Hollestelle (waarvoor ik vriendelijk dank zegeen beleefd schrijven betreffende enkele punten in myn le en 2e artikel. De schryver ver- oorloove my daarop hier te antwoorden, ia wijl ik zoo weinig tyd heb voor bijzondere correspondentie èa wyl de kwesties ook mogelijk anderen interesseeren. Ik beweer de uiet dat „elders nergens van O din sprake is" men leze slechts na, wat ik schreef. Maar Odin heette by de zuidelijke Germa nen Wodan. (Dhr. Hollestelle wil Woens- d<-echt van dien naam afleiden. Woensdag komt er zonder twijfel vandaan.) Odense kan naar Odin heeten, Odensholm ook want beiden kunnen door Noorde lijke Germanen benoemd zijn. Van den naam Oldenwald weet menuit oude stukken, dat hij niet met Odin te maken heeft (wel met öie). Van Odenheim en Odenkirchen ken ik de afleiding niet dat althans de laatste niet aan Odin mag doen denken, acht ik zeker.- men combineerde wel nooit 'n Heidenschen godennaam met „kirchen". Over de splitsbaarheid der leenen, waar over mijn opponent schrijft, heb ik niets gez6gd ik begrijp niet, hoe ZEd. daar over iets in mijn stnkken heeft kunnen lezen. Over 't geen in 't Rijksarchief-depót te Middelburg te vinden is, acht ik bespre king niet noodig. Ik meende even te mogen wijzen op een bron, die voor Zselands oude Geschiedenis zooveel inhoudt en die tot nog toe zeer weinig geraadpleegt eehynt. Vermoedelijk heeft de heer Hollestelle, die „menig uurtje op 't archief vertoefd heeft" daar destijds zijn aandacht niet ge vestigd op de Bederekeningen, althans niet op 't geen zy aangaande Borsele bevatten, en dit was 't, wat ik noemde. 17 Februari 1908. Het nieuwe ministerie aanvaardt zijn taak met een opbrengst der Rijksmiddelen over Januari, welke 167 duizend gulden minder bedraagt dan die van Januari 1907. Het aantal middelen dat minder opbracht is grooter dan het aantal dat meer opbracht. Daarom kan dan ook van deze maand niet gezegd worden dat zij het jaar mooi inzet. Bedrijfsbelasting, invoerrechten en accijnzen brachten minder op, en wel resp. f31000; f83000 en f150000 minder. Meer brachten onder anderen op de grondbelasting f 48000personeel f 12000; vermogensbelasting f 11000; suikeracoijns f 53000zoutaccijns f 2000successie rechten f 34000en posteryen f 4000. De totale opbrengst was f 10,809 miljoen; tegen f 10,976 miljoen in het verige jaar. Onze meening dat het nieuwe kabinet een doodgewoon zakenkabinet met Rschtsch cachet zou zijn, wordt door geen der Recht- sche bladen gedeeld, en door A «derZander en Rotterdammer op ook voor ons niet onaannemeliike gronden bestreden. "Wy grondden onze meening op het feit dat een drietal ministers niet tot de Recht- sche partijen behoorden van dhr. v. Swin- deren wisten wii nog niet zeker dat hy chr. hist, isvan min. Sabron betwijfelden wij of hij katholiek is, en van minister Wentholt wisten wij dat van antirevolutionaire zijde nogal bedenkingen tegen zijn kortstondig beleid waren geopperd bedenkingen die zelfs door een antirev. afgevaardigde in een kiezersvergadering waren aangedikt tot bezwaren tegen het gansohe vorige kabinet. Hoe zou, zoo meenden wij, onder deze omstandigheid minstens twee liberale be windvoerders aan departementen, die tot de meest uitkomende kunnen gerekead worden, het nieuwe kabinet als een zuiver Reehtseh kabinet kunnen optredenwat anders schoot ons over dan te meenen dat wij hier een. zaken-kabinet, zij 't ook met overwegend Rechtsohen invloed, voor ons zageD. Genoemde bladen echter hebben hun tegengestelde meening op voor ons gerust stellende gronden verdedigd. Zoodat ons niets anders overblijft dan te hopen dat de ervariDg ons in't ongelijk stelt, en dit Kabinet, om geen enkele reden, zal aarzelen, met wetsvoorstellen te komen, die den Chr. stempel dragen, ziende in 't gebod, en blind in de uitkomst. Portugal. Een telegram uit Lissabon meldtNiet tegenstaande alle pogingen der nieuwe regeering, om de volksstemming tot rust te brengen door zooveel mogelyk toe te geven blijft de strijdlustige stemming in het reac tionaire kamp eenerzyds en in dat der repu blikeinen anderzijds voortduren. Het hoofdorgaan der republikeinen, O Mundo, verklaart, dat er een complot be staat, waaraan voornamelijk Franco's par- tygenooten deelnemen, het zou gericht zijn tegen de republikeinen en dissidenten en ten doel hebben, den koning een ander ministerie op te dringen en Franco als den redder en bevrijper weer te doen optreden. De reactionaire elementen zouden besloten hebben tot gewelddadig optreden, desnoods tot 6en staatsgreep. De republikeinen vestigen hiertegenover de aandacht erop, dat de democraten vol strekt niet van den val der directeur ge bruik hebben gemaakt, om wraak te nemen voor de ondergane vervolgingen, hoewel zij er volkomen de macht en gelegenheid voor hadden. De party twisten zullen in heftigheid toenemen ondanks de staatkunde van ver zoeningsgezindheid tot zelfs jegens de ge vaarlijkste politieke gevangen De revolutie is een beestje dat te minder stilstaat, naarmate men het meer aait. Noorwegen. Den 6en Februari werd de ten vorigen jaren in November tusschen Noorwegen toet Duitsohland, Frankrijk, Engeland en Rusland aangegane overeenkomst bekrach tigd. Reeds aanstonds na de afscheiding van Zweden stelde de feitelijke stichter van het koninkrijk, Minister Miohelsen, pogingen in het werk om zulk een verdrag tot stand te doen komen. Door die afscheiding was nl. het verdrag van November 1855, waarbij Frankrijk en Engeland aandebeidekonink- r ij ken het onverlet bezit van hun gebied waarborgden, buiten werking getreden. En men vreesde vroeg of laat een poging van Zweden om de Noren met de wapenen voor hun rebellie te straffen. Vandaar blijk baar, dat men het gewenscht achtte, in de onderhandelingen, die thans werden aan geknoopt om de integriteit van Noorwegen te verzekeren, ook Duitsohland en Rusland te betrekken. Deze onderhandelingen leid den tot het gewenschte resultaat en op 18 Januari d. j. werd door den Noorweegsohen Storthing in geheime zitting het verdrag goedgekeurd, niettegenstaande de oppositie reeds, alvorens zij kennis had kunnen nemen van den inhoud, de regeering had verweten, dat zij de pas verworven vrij heid van het Rijk prijs gaf Want feitelijk bestaat Noorwegen sis onafhankelijk Rijk thans bij de gratie der groote mogendheden, die welwillend haar beschermende hand over het land hebben uitgestrekt, gelijk zij België verklaart heb ben tot neutraal gebied. De eerste twee artikelen van het verdrag luiden aldus: „De Noorweegsche regeering neemt de verplichting op zich aan geen enkele mogendheid een gedeelte van het Noorweegseh gebied af te staan, noch om het bezetten, doch om er op andere wijze over te beschikkende regeeringen van Duitsohland, Frankrijk, Engeland en Rus land erkennen daarentegen de onschend baarheid van Noorwegen en nemen de ver plichting op zich deze te eerbiedigen. Mocht de integriteit van Noorwegen door de een of andere mogendheid bedreigd of geschonden worden, dan zullen de vegee- ringen van Duitsohland, Frankrijk, Enge land en Rusland, de een voorafgaande des- botreffende mededeeling van de Noorweeg sche regeering, met de middelen die haar het meest geschikst voorkomen, aan deze regeering hare ondersteuning verlsenen tot handhaving van Noorwegen's inte griteit". De bacteriën, inzonderheid in be trekking tof den landbouw. Stavenisse In eene Zaterdagavond hier gehouden vergadering sprak de heer Minderhoud, hoofd der school en land- bouwonderwyzer te Anna-Jacobapolder, gem. St. Philipsland, over bovengenoemd onderwerp. Spreker koos dit onderwerp omdat uit de onderzoekingen van geleerden als H ellriegel,WilfartbB eyerin ck,P as'.eur Koch, e. m. a., is gebleken, dat vele dezer micro-organimen óf als vrienden, öf als vij anden van den landbouwers moeten wor den beschouwd. Tot behoud der eersten en vernietiging dar laatsten is kennis hunner levenswijze en behoeften noodzakelijk. Achtereenvolgens werden behandeld 1. Salpeterzuurvretende bacteriën; zy zijn nuttig, omdat zij ammoniak-verbin- dingen omzetten in salpeterzuur. 2. Salpeterzuurvretende bacteriën; deze zyn schadelijk, daar zij de nitraten weer omzetten en hieruit stikstof vrij maken, die voor de planten verloren gaat. 3. Rottingsbacteriën deze vormen den schakel, waardoor vroeger bestaande, afge storven plantaardige en dieriyke stoffen de noodige veranderingen ondergaan, om later weer tot den opbouw van planten te kun nen dienen. In 't algemeen zijn ze dus nut tige wezens, maar ze kunnen ook schadelijk worden, omdat er verlies aan ammoniak- vrye stikstof kan ontstaan. 4. Wsterknolletj esbacteriën der vlinder bloemige gewassen. De vlinderbloemen bieden woonplaats aan deze nuttige bacte riën, voorzien ze van de voor hare voeding noodige koolstof, en ontvangen in ruil daar voor {verbindingen, die door deze bacteriën met behulp der luchtstikstof zijn bereid. Vervolgens komen aan de beurt de bac teriën, die voor de zuivelbereiding van groot belang zijn, n.l. 5. Melkzuurbacteriën, welke de melk suiker in melkzuur omzetten. 6. Hooibacteriën, die een ontijdig dik worden der melk kunnen veroorzaken. 7. Bacteriën, die a»n do melk blauwe, soms gele, roode of bruine plekken geven. 8. Pathogene of ziekte veroorzakende bacterië n, waarbij als van zelf ankels mede- deeliDgan werden gedaan over de Ryks- seruminrichting te Rotterdam. Telkens liet spreker op de theoretische mededeelingen practische raadgevingen volgen. Ten slotte deelde spreker een en ander aan zyn gehoor mede over de bacte riën in het algemeen. De leerrijke en met aandacht gevolgde voordracht werd her haaldelijk door lichtbeelden aanfchouwely k gemaakt. Goes. Op de zaaigranen-tentoonstelling 10 Febr. te Amsterdam vanwege de Hol landsche Maatschappij van Landbouw ge houden werd de firma Van den Bosch Co. alhier bekroond voor veredelde Zeeuweche Kortloof Erwten, Zeeuwsche zaai- en zomergerst en gelezen Zeeuwsohe paardeboonen. Goes. Naar aanleiding van een inge komen brief van eenige leden ter afdoe ning van de onafgehandelde punten der op 28 Jan. j.l. gehouden jaarvergadering, die toen ooi het late uur (zijnde 12 uur) moest gesloten worden, hield de Werk- lieden-vereeniging „Eigen Hulp", Vrijdag j.l. een buitengewone Algemeene verga dering in het café van dhr. D. B. J. Arentz 80 leden kwamen ter vergadering. Ge noemde brief werd dan ook verhandeld, waarna tot eerste secretaris in plaats van dhr. P. M. C. Aoöa, die gedurende 2 jaar deze functie met ijveren tengenoegen van het bestuur en leden heeft vervuld, werd gekozen dhr. J. Behage, die deze benoe ming aannam. Westkapelle. De door dhr. J. Mesu, onderwijzer te Nieuw- en St. Joosland, alhier gehoudene winterlandbouwoursus iu bemestingsleer voor volwassenen, na ach tereenvolgens de verschillende soorten knust me ffst off en besproken ta hebben, is Zaterdagavond geëindigd. Aan het einde van dien cursus bedankte hem namens de belangstellenden de heer A. Verhulst voor zijne lessen, die naar dhr. V- nog opmerkte, vrucht opleverden, blijkens hat op ver schillende wijzen toepassen vaa kunst meststoffen. (Applaus). Bij besohikking van den minister van biDnenlandsohe zaken is benoemd met ingang van 16 dezer tot sohrij ver op jaar loon bij het Centraal Bureau voor de Statistiek, J. D. A. Visser, te Tholen, geboren te Goes. 's Heer Abtskerke. In de Zaterdag gehouden raadsvergadering was afwezig het lid M. Harinck. De onderwijzerstrao- tementen werden bij verordening geregeld en gebracht in overeenstemming met de mioimum jaarwedden in de gewijzigde wet opgenomen. De daarvoor vereisohte wijzi ging in ontvangsten en uitgaven werd in de begrooting dienst 1908 aangebraeht. WegeDS overschrijding op eDkele posten werden in de begrooting voor 1907 enkele af- en overschrijvingen gedaan. Aan een 4-tal personen werd afschrij ving van hon denbelasting voor '12 jaar verleend. Het kohier hondenbelasting voor 1908 werd vastgesteld met 19 honden, le klasse ad f38. Tot lid der oommissie tot wering vau Schoolverzuim in de vacature L de Jonge, werd benoemd G. Eckhardt. Aon L. Suur- mond werd eervol ontslag als wegwerker verleend, terwijl sollicitanten zullen wor den opgeroepen. A. de Visser werd op zijne reclame, inzake aanslag hoofdelijken omslag suppl. kohier, gebracht van de 12e naar de 7e klasse. Tenslotte werd vast gesteld het kohier hoofdgeld 1908 tot een bedrag van ongeveer f 975. Bij de verkiezing voor een lid van den gemeenteraad te Hulst zijn candidaat gesteld de heer Th. C. Fassaert en A. C. M. Poppe. Maandag gebeurde aldaar, naar het Sul ster blad meldt, iets zeer ongewoons. Een winkelier plaatste, het lange manen en waohten moede, voor zijn winkelraam een lijstje met de namen van slechte betalers,

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1908 | | pagina 1