NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND No, 87. 1908 Maandag 13 Januari, 22e Jaargang, CHRISTELIJK- HISTORISCH VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed, S, l DE JONGE VERWEST, F. P, D'HUIJ, te Middelburg, PRIJS DER ADVERTENTIËN IT DIT 1115 PËKS. UIT BE PROVINCIE. IEDEREN WERKDAG DES AVONDS, Prijs per drie maanden franco p. p. 1,25. Enkele nummers0,02s. UITGAVE DER FIRMA EN VAN van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer cent. Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regeï meer 10 cent. Middelburg, ook voor St. Laurens en voor j^Nieuw-j en St. Joosland 14, 15, 16, 17, 21, 22, 23, 24, 28, 29, 30 en 31 Janu ari, 4, 5, 6, 7, 11, 12, 13, 14, 18, 19,20, 21, 25, 26, 27 en 28 Februari, 8, 4, 5 en 6 Maart. Yo r Middelburg in 't bijzonder is die ijk voor de bewoners der verschillende wijken aldus bepaald Li A den 22 Januari B den;23 enj.24 Januari C den 28 Januari D den 29 Januari; E^den 30 Januari F den 31 Januari G den 4 Februari H den 5 Februari I den 6, 7 en 11 Februari; K den 12, 13 en 14 Februari L den 18 en 19 Februari M den 20 Februari N den 21 Februari O den 25 en ,26 Februari P den 27 en 28 Februari Q den 3 en 4 Maarten R, S, T, U en V den 5 en 6 Maart telkens des voormiddags van 9 tot 12 en des namiddags van 1 tot 4 uren. 11 Januari 1908, Waarborgen. Wij geven nog plaats aan 't volgende uit 't bekende geschrift van de «Unie vaa Chr. Ouderwijzers en Onderwijzeressen" Onze meening is, dat het bijzonder onderwijs aanzienlijke waarborgen van deugdelijkheid biedt, en dat de meerdere eischen, die men ons stelt, over 't algemeen zonder bezwaar kunnen achterwege blijven. Ten slotte. Als men goede waarborgen wil voor goed on derwijs, dan moet men zich wenden tot het ge- subsidiëerd bijzonder onderwijs. Een goede waarborg is, dat de ouders zelf be lang stellen in 't onderwijs en er zoo dicht bij staan, dat met hun wenschen rekening kan wor den gehouden. Een goede waarborg is, dat de school zelf belang heeft bij goed onderwijs. Het bijzonder onderwijs bezit hierin een krachtige prikkel, die het openbaar mist. En dat het peil van het onder wijs niet lager staat, bewijzen de officiëele ver slagen. Een goede waarborg is, dat onderwijs op onze scholen gegeven wordt gedurende ten minste twintig uren per week, een wettelijke waarborg 13) FEUILLETON. X5*wa,a,llic2iterL- Een verhaal van N. Fries Martha dacht bij ziohzelve, dat zij wel wat van een jonge musoh had, die uit het nest gevallen was, en door de ouders ge voed, steeds het snaveltje maar openhoudt, maar, daoht zij, zoo ongemanierd wilde zij tooh niet zijn Och, zij was zoo spoedig verzadigd, die goede Martha Nu begon zij een klein bewaarschooltje te houden, dat is te zeggen, zij nam het kleine goedje van drie tot omstreeks zes jaar bij zich, jongetjes en meisjeswant zonder kinderen om zich heen kon zij niet leven. En dit kwam vele moeders zeer van pas, als zij uit werken moesten gaan, of een groot ^huishouden haddenwant zij wisten het allen, hoe best dat kleine goedje bij mamsel Marlha bezorgd was; dat goedje zelf wilde zoo graag, o zoo graag bij haar zijn want Martha had iets over zich, waardoor kinderen zioh aange trokken gevoelden als bijtjes door den geur van de heide, of de bloeiende boekweit. Elk kind betaalde drie stuivers in de weekdat werd eiken Zaterdag afgerekend. Eerst had er nog eene lange beraadslaging met de weduwe plaats gehad, of het twee of drie stuivers zou zijn. Martha meende eigen lijk, dat een dubbeltje genoeg was, maar de resolute boerin had kort en goed beslist, drie stuivers moest het zijn. Dat bracht dan ook zeer veel geld op. De kinderen zaten dicht opeende groot ten op een bank, die rondom langs den (art. 59 sub I ten derde), die het openbaar onder wijs mist. Het komt ons voor, dat de feitelijke toestand ongeveer precies andersom is dan men ons van de overzijde steeds voorhoudt. De bijzondere school biedt beteren waarborg voor degelijk on derwijs dan de openbare. Het groote belang, dat alle kinderen van ons volk hebben bij goed onderwijs, eischt dan ook, dat men onzerzijds met meer klem de noodige waarborgen verlange voor goed openbaar onder wijs, en dat het bijzonder onderwijs in geen enkel opzicht door den wetgever achtergesteld wordt bij het openbaar. Een duidelijke uitspraak. Onder dit opschrift schrijft Gr. in de Nieuwe Zeeziwsche Crt. Het Handelsblad schreef dezer dagen dat de liberalen wel moesten bedenkeD, dat zij stonden op den bodem der Fransche revolutie. Deze verklaring van het liberale blad is althans een bewijs vsn oprechtheid. Gewoonlijk beproeven de vrijzinnigen hun afkomst geheim te houden. Ze willen er niet recht voor uitkomen, wie hun voor ouders waren. Vooral in verkiezingsdagen schijnen zij zich wel een beetje voor hun familie relaties te schameD. Wel heeft ook Mr. Cort v. d. Linden in een zijner studiewerken erkend, dat het liberalisme is voortgekomen uit de revo lutie, maar in couranten en strooibiljetten drukt men zich in den regel niet zoo open hartig uit. Het Handelsblad zei het thans duidelijk en klaar: „Wij staan op den bodem der Fransche Revolutie". Die Revolutie ru tastte het recht Gods aan, verwierp 's Heeren W oord als richt snoer ook voor het leven der volkeren, en heeft in haar voortgang, stelselmatig, de rechten en inzettingen, die God als grond- sl. gen onzer samenleving schonk, onder mijnd. Dat een christen nooit of te nimmer het liberalistisch pogen bevorderen mag, staat dus wel onomstootelijk vast. Het is niet de eerste maal, dat 't libsrale Handelsblad zoo spreekt. In September 1875 riep datzelfde blad triomfantelijk uit: „Wij, lib eralisten, zijn kinderen van 1789", het bekende jaar der Fransche Revolutie. En enkele jaren later legde de Zutph. Ct. muur stond de kleintjes op lage bankjes dikwijls zaten zij in het geheel niet, maar dansten en zongen, dat het een lust was, en Martha stond dan in het midden, en zong mede zoo goed zij vermocht. Had haar vader, de oude schoolmeester, haar daarbij kunneD zien, dan had hij zeker gezegd «Martha, mijn kind, wat ziet gij er toch lief uit, met je mooie heldere ocgen Maar die kon zioh nu verlustigen in den aanblik van wat nog veel, veel schooner was Als de kinderen 's morgens kwamen, dan werd er eerst gebeden, en mamsel Martha had daarvoor haar eigene gebeden, deels van haar vader geërfd, deels zooals die haar zelve invielen, een gebedje of een versje, die nog zoo kwaad niet waren. Hier volgen een paar van hare morgen en avond versjes, die zij met hare kinderen sprak of zong, zooals het vielen het klonk vroolijk genoegelk vogeltje zong daarbij zooais het gebekt was. Om des morgens te zingen Gouden zon, zie ik u weder? Nacht voleindigt gij uw loop Vol van dank zink ik ter neder, En herrijs met blijde hoop In der heem'len zonneschijn Moet dees dag mijn wandel zijn. of anders Nieuwe dag, vernieuw mij 't leven, Oude duisternis verdwijn Jezus, leer mij opwaarts streven, Steeds U meer gelijk te zijn. Nacht der zonde, wijk voortaan, Schoone dageraad, breek aan I ongeveer gelijke bekentenis af. Met het oog op de openbare school schreef het „De moderne Staatsidee, de vrucht der beginselen van '89, staat en valt met de erkenning, „der rechten van den mensch". Op dat idéé is onze volksschool gebouwd zy is er als het ware de practische belicha ming van. De soc. dem. legende. De Nederlander schrijft: Aan den.vooravond van 't Kerstfeest be vatte Het Volk een ontboezeming, waar aan wij het volgende ontleenen. Kerstmis is daar, het meest poëtische feest der Christenheid. O, ze is zoo pakkend die legende van het Christuskind, dat, geboren in een stal, kwam om de wereld te verlossen, het hemelsche gebod van vrede op- aarde, aan de menschen te brengen Er zit iets pakkends, iets aangrijpends in dat Kerstverhaal. Weike moeder wordt niet getroffen door het beeld van dat in een stal geboren kindje? En wie die zucht onder den wreeden strijd die de menschenmaatschappij vervult, voelt die belofte van vrede op aarde niet als een boodschap van onschatbaar menschengeluk En dan de mise en scène Onder klokkenge- lclank en orgelgejuich, tusschen kerkepraal en lichtgeflonker wordt zij der schare voorgehouden en ook het beangste hart wil dan nog wel weer eens voor een oogenblik de ruwe werkelijkheid vergeten om op te gaan in verrukking over de poëzie van het feest. Hoe gaarne zouden we meedoen aan dit en aan alles wat den mensch opheft tot hooger zaken dan het materieele leven hem bereidt Maar dan treedt ons ideaal eischend op en vraagt ons, ook in dat oogenblik, trouw te blijven aan de werkelijkheid, aan de waarheid, die ons wijst op de menschheid zooals ze leeft en lijdt, ook thans nog, na zoovele eeuwen ieder jaar de herhaling te hebben beleefd van de herdenking van den Bethlehemsclien Kerstnacht Weg met die domme en misdadige huichelarij. Er is geen vrede en er mag geen vrede zijn. Strijd is noodzakelijk, strijd is plicht, strijd is een genot, tegen een maatschappelijk stelsel waarin zelfs het kind niet is beveiligd tegen de beten van monster ellende. En ons Kerstlied, niet uitgegalmd in prachtig verlichte kerken, doch overtuigend klinkend in ons binnenste, is een lied van strijd. Steeds meerderen hellen het aan, straks zal het allen wekken en overtuigen en wij zullen einde lijk den maatschappelijken grondslag leggen om het vrede op aarde, die eeuwigdurende leugen, in een waarheid om te smeden. En dan 's avonds Zacht en stil, Naar Gods wil Brengt de slaap ons zoete rust, Goeden nacht 1 De englenwacht Sluit de deuren kalm en zacht. Daar omhoog, Wil mijn oog, Lieve Jezus, U steeds zien, Maak Gij mij, Goed als Gij, Dan ontwaak ik vroom en blij of andera Lieve Jezus, vriend van kindren, Zie ons bukken voor Uw troon, 'tLied uit dankbre kindermonden Wordt U knielend aangeboón. En dan met Kerstmis, Pasehen en Pink ster, dat was me een vreugd en een ge zang wat al appels of paaseheieren, spar rengroen of meitakken, blauwe klokjes, of gele sleutelbloemen, en bij alles] werd ge zongen en gejubeld. Voor de ondeugendeD, die van huis aller lei dwaasheden en verkeerdheden mede brachten, was er geen harder straf, dan van de sehsolvreugd uitgesloten, een half uurtje in de sehaduwkamer gezonden te worden dan voelden zjj wat het was in het duister te zijn, en dat hielp Zoo leefde Martha zelf als een hind onder de kinderen, en haar leven vlood daarheen zoo vredig en in God gerust, dat zij zelve niet wist, waar de jaren bleven, en het haar was,alsof zij steeds jonger werd. Maar wij hebben dit hoofdstuk «de blauwe parapluie" betiteld en tooh is die Hieruit blijkt vierderlei. Vooreerst dat de sociaal-democratie het Kerstverhaal als een «legende" beseholiwt, In de tweede plaats, dat zij in sommige betere oogenblikken «gaarne zou meedoen" aan dit feest en aan alles wat den mensch boven het materieele opheft. Ia de derde plaats, dat echter haar «ideaal" haar daarvan terughoudt en haar loodzwaar omlaag drukt. Wat niet pleit voor haar «ideaal". In de vierde plaats, dat zij nog immer, hoezeer ook haar meeloopers dit ontkennen, aan haar primitieve inbeelding vasthoudt, als zou ooit door een veranderde productie wijze 't vrederijk kunnen tot stand komen sIb zouden ooit de wanklanken ea Uishar- moniëo, die de zonde in deze wereld heeft gebracht, kunnen verdwijnen voor een economisch groei-proces in 't kort, als zou zij, sooiaal-democvatie, een «heilstaat" in den schoot dragen. Wel een bewijs van den onverganke- lijken dorst van het menschelijk hart naar vrede en licht in de toekomst, dat wie de ware bron van vrede en licht verwerpt, zich immer weer een legendarische voor- foovert. De Kabinetscrisis. De voorstelling, dat met den val van het ministerie-De Meester Grondwetsherzie ning en Kiesrechtquaestie van de baan raken, lykt Het Centrum niet zeer juist. Welgelooven wij, zoo schr'jfthetblad,dat een mogelijk Rechts Kabinet weinig lust zal gevoelen de herzienings-ontwerpen in haar tegenwoordi- gen vorm over te nemen. En ook geldt v»or Rechts nog altijd de leus, dat aan de sociale wetgeving de voorrang be hoort te worden toegekend. Maar dat men het kiesrecht-vraagstuk eenvou dig zou willen elimineeren, is op geen enkelen grond te verdedigen. Een betere, en zelfs een definitieve regeling van dit vraagstuk verlangt men ook Rechts, ge tuige o. a. het doorwrochte rapport, dat aan den algemeenen bond van R. K. kiesvereenigingen is uitgebracht. En men verlangt de grondslagen voor zulk een regeering te leggen in de Grondwet. Hieruit blijkt reeds, dat een Grondwetsherzie ning onder een Rechtscli Kabinet geenszins tot de onmogelijkheden gaat behooren. Maar wat men niet verlangt is een blanco-arti kel, dat niets anders bleek te zijn dan een lok- en parademiddel zonder inhoud. Voor zulk een artikel is in de Tweede Kamer, nog nauwelijks genoemdnu echter zal zij tot haar recht komen. Het regenscherm deed allerlei diensten nu eens als wandelstok, dan als schoolscep- ter, dan weder als tooverstaf, want reeds menigmaal had het wonderen gewerkt, en als men onder dat beschermend dak mede- wandelde, hetzij dan onder een stortregen of een heefen zonneschijn, men wandelde dan vredig voort als onder de besoherming des Allerhoogsten. Op school was het driemaal herhaalde tikken met de parapluie het teeken tot aan vangen, tot het gezamenlijk opstaan of gaan zitten, Martha sloeg er tnee de maat bij het instudeeren der gezangen met den omga- bogen stok werd nu en dan en kleine onruststoker aangehaald, die dan een poosje naast tante Martha's stoel moest staan. Maar buiten de sohoel bewees het scherm veel gewichtiger diensten. Martha was er onafscheidelijk van; het was haar steun en staf zoo dikwijls het haar niet te gen zon, regen of wind te beschutten had. Het moest ook wel stevig gemaakt zijn, want zoolang men zioh herinneren kon, had men Martha altijd met haar parapluie gezien, natuurlijk was die ook Diet nieuw modisch met stalen veeren en een elastiekje, maar met een koperen riDg, die er overheen geschoven werd. Reeds uit de verte kon men er mamsel Martha mede zien aankomen, en al naar het viel verheugde of ergerde men zioh daarover. Was er hier of daar hittere armoede in de stulp eener weduwe,dan kon men zeker zijn, zoodra de blauws parapluie zioh liet zien, dat daaronder eenige weldaad of lafenis werd aangedragen, want hoe ge- zoomin als in de Eerste, een meerderheid te vin den, en alle tijd, aan de behandeling daarvan be steed, ware verloren tijd.' Daarom verminderen de kansen op grondwets herziening en kiesrecht-regeling door 't aftreden der tegenwoordige regeering niet,kunnen zij zelfs niet verminderen, om de eenvoudige reden, dat die kansen thans vrijwel gelijk nul zijn. Wij hebben 't reeds vroeger gezegd wanneer het kiesrecht-vraagstuk tot oplossing komt, dan zal dit veeleer zijn door de positieve eischen van Rechts, dan door de ijdtle leuzen van Links. Middelburg. Enkele dames varklaarden zich bereid hulp te verleenen bij de bekende oollecte op Maandag a.s. Sfavenisse. In de gister gehouden ver gadering van den gemeenteraad werden vastgesteld de kohieren van den hoofde- lijken omslag en van de honden belasting voor 1908, waarvan het-eerste op f2600 werd bepaald. Opnieuw werd beslobn tot heffing van haven- en kadegeld, welke heffing slechts tot 1 Juli a. s, is goedgekeurd, en wel overeenkomstig het thans bestaande tarief door B. en W. was voorgesteld, de heffing van 't kadegeld met dehelftte verminderen. Tot wederopzeggings toe werd in gebruik gegeven aart C. Steendijk Jz. een per ceeltje gemeentegrond voor f 4 per jaar. Aan H. van den Berg alhier werd we derom voor één jaar op de cude voor waarden de straatreiniging opgedragen (opbrengst der mest benevens f 52 per jaar). Etet lid A. J. Verstraate had, als zijnde naar zijne meening in het belang der ge meente, voorgesteld, die reiniging in eigen beheer te nemen. Er werd besloten, een peroeellje ge meentegrond, waarop de weegbrug der Fairbank-vereeciging I is gebouwd, voor den tijd van 30 jaar in erfpacht uit te geven tegen eene jaarlijksche canon van f2,50. Aan den havenmeester, dhr. J. Stoel, werd overeenkomstig zijn verzoek eene verhooging toegekend en zijne vergoeding nader bepaald op 6% der entvangsten. Mej. W. J. Smalheer werd op en over- komstig haar verzoek eervol ontslag als onderwijzeres verleend tegen 1 Feb. as. EERSTE KAMER. Vrijdagmiddr.g is de Kamer bijeenge komen om een aantal kleine wetsont- ring Martha's wekelijkschinkomen ook was tooh had zij nog altijd wat over voor wie nog minder had dan zij. Was er ergens een ziek kind, en riep de moeder het dan van het venster toe «daar komt de blauwe parapluie,dan kwam er een blos van vreugd op het bieeke geziohije, en keken da oogen verlangend naar de deur, dat die mocht opengaan en de lieve be zoekster binnenkomen, want dat wist ieder kinderhart wel, van onder die blauwe parapluie kwamen mooie vertelsels en allerlei j l zier. Ook was van den landwegofdezijpaadjes reeds menigeen CDder dat blauwe dak opge nomen, die door den regen overvallen onder boom of heester stond te schuilen, en de woordeD, die dan soms onder de parapluie gesproken werden, konden eek by 'n vrucht baren meiregen of eea zuiverend onweder vergeleken worden, al naar het pas gaf. Nu eers was het een lichtzinnig deerntje, dat slechts aan daus en minnaars daoht, en ouder de blauwe parapluie geraakte,zoo veel hooren moest dat'tbetreurdenieidsarbuiten in den regen gebleven te zijn. Dan weder een bedroefd moederhart, dat haar liefste kind had zien wegdragen, en nu onder dat scherm met lijken troost huiswaarts keerde. Zoo verliepen jaren in kalmen vrede. Winter en zomer, zaaien en oogsteD, vorst en hitte wisselden elkaar getrouw af, zoo als 'thun gezet is, waar tusicben zioh nu en dan de regenboog vertoonde, als het bondsteeken van den getrouwen God. (Wordt vervolgd)^

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1908 | | pagina 1