NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND No. 78. 1908. 22e jaargang. CHRISTELIJK- Woensdag 1 Januari. HISTORISGH "RIclaMIS: 8e geestdrift neemt steeds toe, VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed 1 DE JONGE VERWEST te Goes F. P. D'HUU, te Middelburg, PRIJS DER ADVERTENTIËN Bij dit nummer behoort een bijvoegsel. Van 't Jaar, dat voorbijging. IEDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p. p. 1,25. Enkele nummers0,025, UITGAVE DER .FIRMA EK VAN van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent. Familieberichten van 1—5 regels 50 cent. iedere rege! meer 10 cent. Zoo de blAren, die verdorden, is het nieuwjaar oud geworden God alleene, on- menigvoud, altijd nieuwe, en altijd oud, zal van de oude en de andere dagen die gij leeft, eer s reden vragen. (Guido Gezelle). Voorbij wederom 't jaar, naar het ons schijnt nog zoo kort begonnen voorbij met al wat 't in den sokoot droeg voor de gansehe mensohheid, voor de volken, voor ieder onzer Wederom de wereldgeschie denis een schrede voortgegaan naar haar einde, wederom een bladzijde toegevoegd aan ons levensboek, 'n bladzijde van blijden of van droeven inhoud, maar bij ieder onzer bezoedeld met vele vlekken, die mogen uit- gewischt zijn door 't Bloed van Hem, naar Wien wij ons noemen. De nagalm der Oudejaarsavond-klok «dreunt in de ooren Maranatba Jezus komt I" heeft één onzer dichters gezegd. Niet alleen 't snellijk henenvlieden van den tijd en van ons leven predikt ons, dat de dag nadert, wanneer als Christus Renume- rator verschijnen zal, Die eens als Christus Consolator en Christus Salvator onder ons gewoond heeft, maar daarvan spreken ook de teekenen der tijden. Reeds zien we iets van 't teeder worden van den vijgeboom en 't uitloopen zijner bladeren Israël voelt meer dan ooit heimwee naar't Land zijner Vaderen, 't Woord des Kruises wordt schier aan alle volken gepredikt, hun tot een getuigenis. Onder de Christenvolken wordt de afval grooter en de geest, die allo gezag verwerpt, steeds sterker en steeds driester. De wereldgeschiedenis zal vermoedelijk achter het jaartal 1907 in de eerste plaats in haar jaarboeken schrijvenTweede Vredesconferentie. Of zou zij het niet de moeite waard achten, deze in haar annalen te vermelden, luttol als haar winste schijnt? 't Ia wel de moeite waard, dat wij, die ons naar den Vorst des Vredes noemen, ons eens afvragen, welke onze houding moet zijn tegenover de Vredesbeweging onzer dagen. Het antwoord op die vraag bepaalt meteen onze verwachting van de coDferen- tiën en genootschappen in het belang van den Vrede- Velen achten, dat de Wereld vrede een utopie is, geoordeeld door de voorzegging van oorlogen en geruchten van oorlog, die den dag des gerichts zullen voorafgaan. Geen orde zoolang de zonde niet te niet gedaan is. Dit laatste zal ieder beameD, die zijn Bijbel gelooft, en 't eerste is wel geschikt, om al te hoog gespannen verwachtingen in te toornen. Toch mogen wij m. i. twee dingen niet voorbij zien vooreerst dit, dat er wel strijd kan blijven, zonder dat deze uitgevochten wordt met kanon en bajonet, feitelijk de onredelijkste onzinnigheid, die zich denken laat, zeker, zonder dat deze wijze van beslissen over de gansehe aarde als de eenig afdoende be schouwd wordt; en in de twsede plaats, dat de zekerheid van da onuitroeibaarheid van de zonde in deze bedeeling ons nooit ofte nimmer van den strijd tegen de zonde mag terughouden. Waarom zou onder de chris tenvolken de oorlog niet evenzeer kunnen verdwijnen, als de slaveraij verdwenen is al bleef dan ook nog onder de niet-chris- telijke volkan de oorlog woeden, gelijk nog in het zwarte werelddeel de slavernij voort- bestaat? Waarom zou voor het minst het stelsel van arbitrage niet de grootst moge lijke uitbreiding erlangen My dunkt, er is in het ideaal der Pacificisten genoeg, wat ook den Christen tot geestdrift vervoeren kan, en te weinig schijnt mij de arbeid der Vredesconferentie gedragen door de ge beden der Gemeente. Boven zinspeelde ik reeds op een tweede Conferentie, die onze Hofstad j dit jaar ontvangen mocht't Zionisten congres. Bij al 't materialisme, dat 't Zio nisme aankleeft, schijnt 'ttoch, dat bij velen zijner aanhangers steeds meer esn idealer zin gaat hearschen. 't Zionisme begint zijn liederen te inspireeren zeker nog geen liederen Zions als do pelgrims zongen, die opgingen naar den gewyden berg, maar tcch liederen, die getuigen, dat men in 't land waar Jeroesjslaim ligt'', nog iets anders zoekt dan vrijheid en stoffelijke welvaart. Geen jaar gaat tegenwoord,g voorby zonder gedenkdagen voor groote en minder groote dooden en vierdagen voor groote en minder groote levenden. Nederland hul digde dit jaar zyn beroemdsten Zeeheld Vlissinger Michie!, één der mannen, dia niet alleen de staatkundige, maar ook de Godsdienstige vrijheid der volken heeft helpen handhaven, en die voor ons besef 't grootst is, omdat hij zich bewust was, tot dezen dienst te zyn verkoren door zijn God, aanWiens voetbank hij volmondig zijn lau weren nederlegde.Voor Zeelandwae do dag der huldiging nog te meer eenfeestdag,wijl daaraan kwam deelnemen de Gemaal onzer KoniDgin, die juist kort te voren zich een ruimer plaats in 't hart onzes volks ver overd had door zijn manmoedig optreden by de scheepsramp aan den Hoek en nog meer door zyn afwijzen van onbe scheiden huldebetoon, zooals dat tegen woordig elke daad van menschlievendheid en heldenmoed dreigt te berooven van haar hoogste loon getuige wederom de hulde dezer dagen aan onze Vlissingsche redders gebracht, een hulde, waaraan ons hart gaarne deelneemt, maar dat in anderen, meer stillen, meer kieschen vorm racer zou strooken met den bescheiden een voud, die doorgaans onze wakkere zeelui kenmerkt, en die hun schoonste sieraad blijve. Onder de levenden, die gehuldigd wer den, staat Dr. Kuypsr aan de spitsde onbetwiste superioriteit zijner gaven wet tigt die hulde, indieu ooit zulk een hulde aau een levend mensch gewettigd is. Dr. Kuypar heeft gemeend, ze te mogen aan vaarden. Stiller, maar wellicht hartelijker hulde brachten eeniga maanden tevoren zeer ve len aan een anderen voorman van 't Chris- teiijk-Staatkundig Nederland, asn jbr. nar. De Savornin Lobman den held, die getuige onze allerjongste parlemen taire geschiedenis alleen durft staan, sohier de eenige onzer staatslieden van rechts en links beiden, die niet telkens teleurstelt den bescheiden, vaak mis kenden, geleerde, wien 't „noblesse oblige'' op 't gelaat te lezen staat onzen tweeden Groen van Prinsterer. Ons land beeft dit jaar geen geschiedenis doorleefd, rijk aan feiten yan hoog belang. Uiterst weinig verheffends bood de aanblik der samen werking van Regeering en Volksveriegen- woordiging. Noch een soherp gepronon ceerd beginsel noch do lust tot groote dingen bezielde de Dienaren der Kroon en de doorloopende indruk, dien de Ka merdebatten maakten, was die van een klein tornooi, 't Jaar sluit met een crisis, waarvan de oplossing voorshands de ont warring van een zier verward kluwen lijkt, die moeilijk tot een bevredigend einde kan voeren. Zou misschien de invoering van een evenredige vertegenwoordiging op den duur niet alleen de rechtvaardigste, maar ook onmiddellijk de vruchtbaarste oplossing zijn van den gansehen, zeer ver wikkelden toestand, waarin wij sedert geruimen lijd verkeeren of althans een eerste stap, om op een beteren weg te komen We voelen veel sympathie voor 't beginse', maar vreezen, dat in't aange wezen stelsel de bolts macht van H getal nog meer kwaad zal doen dan in 't be staande. Zeeland genoot 't voorrecht, niet alleen met de Ruyteifeesten den Prins der Neder landen op zijn bodem te zieD, maar ook, onze geliefde Vorstin zelf te begroeten. De algemeene, ongekunstelde geestdrift bij Haar bezoek toonde onweersprekelijk, dat 't hart onzer eilanders nog even warm klopt voor de Laatste van Oranje als 't eenmaal klopte voor den Etrate, die voor eoed zijn geslacht aan 't Nederlandsohe Volk verbond, toen hij 't raadde en leidde in den bangen strijd om de vrijheid van geweten. Ons land werd dit jaar vereerd met een bezoek van den Duiisehen Keizer, die 'i ziek mede een eer rekent in de vrouwelijke lijn van Prins Wiilem den Eersten af te dalen, en die, als iedere Duitsoher, gaarne de lauweren onzer vaderen, ook eigen sehedel laat sieren: is de Nederlander niet even goed van Germaansehen bloede als bij Adel verplicht. En Duitsoher én Neder lander mag lier zijn op een voorgeslacht, welka betrekkelijk reine zeden Taciius ten spiegel kon voorhouden aan zijn ontaarde medeburgers. Maar waarom moeten dan uit Duitschlands hoogste kringen gruwelen openbaar wsrden, als die, welke Hellas en Rome rijp maakten voor 't oordeel Waar om moet èa daar èn hier een vuilaardig realisme onder voorwendsel van kunst Da Costa's woord waar maken, datde uitvinding der drukkunst ook een reuzenstap ter helle geweest is? 't Eert Hohenzollerc, dat Kei zer en Kroonprins met forseba hand de werken der duisternis hebben aange grepen met nietsontzienderechtvaardioheid 't zou onze Wetgevers eereD, als zij met al de kracht, die in heu in, den stroom van pornografie trachten te keeren, die reeds zoo vreeselijk veel verwoest heeft en nog altoos voortgaat, duivelen werk te doeD. Duitschland was niet 't eenige land, dat dit jaar over de tong ging; ook onze an dere buur gaf stof tot praat aan liefhebbers van schandaalhistorie, maar hield daar de Vorst de eer zijns lands op, in België was 't de Koning en zijn huis zelf, die reden tot opspraak gaf. Hoeveel liever dan op zulke verhoudin gen richt men het oog op die, welke aan het Zweedsche hof bestaan,dat onlangs in rouw gedompeld werd, daar de grijze Oscar II heenging maar heenging als 'n chris ten, wiens Gemalin en Kinderen met hem de knie boven voor den Heiland, Wiens be lijdenis geen hunner zich schaamt. De Ber- nadottes zijn wel waardige erfgenamen van de kroon van Gustaaf Wasa en Gus'aaf Adolf gebleken Rusland bleef 't tooneel van veel ellende en van veel zonde. Zzl de dorde Dcema in staat zijn, een bateren toestand voor te be reiden Dan zal 't zeker niet zyn door maar ondanks de politieke misdaden, zoo wel, door de partijen des bohou ïs als door die der revolutie gepleegd. Bloed is wel eens vruchtdragend zaad gebleken maar niet 't bloed, by laaghartigon moord vergoten, en niet het van moordenaren, al rust niet de volle schuld hunner misdaad op ben. De meeste landen van Europa zagen 1907 voorbijgaan zonderwereldschokkcnde gebeurteniseen. Frankrijk stak zich in het "Marokksansche wespennest. Engeland smaakte hst genot, één zijner dapperste en bekwaamste tegenstanders in den Boeren oorlog, eerbiedige hulde te zien brengen aan zijn souverein een plichtpleging, mogelijk door politiek geboden, maar voor 't Hollandsch besef al te willig volbracht, 't Bezoek van Wilhelm II aan Eduard VII versterkte het geloof in een voorloopig be houd van den Europeeschen vrede ondanks de overal stijgende oorlogsbegrootingen. Op het Balkanschiereiland 'bleef ook nu brandstof genoeg smeuleD, om daar te eenigei tijd een feilen brand te doeD uit- alaaa, die licht verder om zich grypt. Ook de troon van koning Karei van Portugal dreigde te wankelen. Voor groote rampen in de natuur bleven wij gespaard Italië, Spsnje, Frankrijk, Rusland (hoDg r wart n minder gelukkig. Velen in ons land zal 1907 heugen wegens de vreeselijk tal rijke fioantieele lampen zeker een teeken des tijds, waan an een luide sprake uitgaat, van niet te bouwen op de ongestadigheden des rykdoms of schatten te vergaderen, die mot en roest verderven en die den dieven ten prooi vallen. Ons volk heeft bij die rampen niet zyn volle eer bewaard wij hebben ods meer dan eens moeten schamen, Nederlander te zijn. Als Potgieter recht had, van onze Natie te getuigen en ver gelijkenderwijs had hij daartoe 't recht Wèl eerlijk dat was Jan vanouds, Wèl eerlijk met zijn tonnen gouds, Wèl eerlijk met zijn duiteD, dan heeft 1907 ons geen bewijs van voor uitgang geleverd. Ofschoon in dat opzicht ons Land juist geen treuriger toestanden vertoont dan andere landen, moet toch ook met smart erkend worden, dat 1907 herhaaldelijk bewezen heeft, dat de openbare veiligheid er niet op vooruitgaat. Gezwegen van wan ordelijkheden ten gevolge van telkens uit brekende werkstakingen Rotterdam heeft gelukkig Antwerpen nog niet ge ëvenaard 1 verneemt men telkens weer van moord en doodslag èn uit lage roof zucht èn onder invloed van den vervloekten drank. Wij gelooven niet, dat geeselen 't zelfde is als genezen, maar of onze al te werkelijke raadpleging niet mede schuldig staat aan 't toenemen dezer gruwelen, zou den we niet durven verklaren. De Over heid draagt niet vergeefs 't zwaard en zelfs de wijze Salomo oordeelde, dat slagen passen op den rug der zotten. Onze ver wilderde jeugd, waarover ieder klaagt, roept om strenger strafmiddelen, dan de wetten thans toelaten maar roept waar lijk niet minder om meer tucht (lucht is geen strafin de gezinnen. De tuclft raakt in de gezinnen verloren, èi door de onver schilligheid, èn ik heb hier Zeeuwsehe toestanden op 't oog door avereefatsche Geformeerdheid. Een gansehe categorie ouders oordeelt, dat kinderen van veertien jaar en daarboven (soms zelfs daaronder) de vaderlijke tucht ontgroeid zijn, en een andere categorie redeneert: „we kunnen onze kinderen toch niet bekeeren en laat ze daarom den vrijen teugel, in enkele gevallen gelukkig slechts enkele niet de verheelde gedachte „laat ze zon digen, opdat, ten slotte, de genade te meer der worde 1" Paulus zegt, dat derzulken verdoemenis reeht vaardig is. Maar, ai me kinderen We zouden, terugblikkende op 1907, nog bij veel kunnen stilstaan. We zou ten kunnen spreken over vele dooden, wier arbeid nog na hun versoheiden van hen spreekt. We denken hier o.a. aan enkele mannen, nog in de kracht huns levens, van wie voor Kerk, Staat of Wetenschap nog zooveel werd gehoopt, omdat zij groote gaven oot moedig gesteld hadden in den dienst van Christuseen Bakhuis Roozsboom, een Flipse, een Okma, een Keinink, een Oranje, een Lireborgh, een Ruyssenaars, een Wolf, bij wier verscheiden een „waarom op de lippen komt, dat we toch niet mogen uit spreken. Een ieder ouzer denkt thans oek aan dooden uit eigen kring geen grooten, wier namen niet vergeten worden, maar toeh niet minder geliefden, wier naam en beeld wij niet vergeten zullen. Och, 1907 raapte weg beide 'tzoogende kindenden grijzen man den goödelooze en den vrome. Wat troost, als we onze geliefden zagen verscheiden in 't vast vertrouwen levende of stervende zijn zij des Heeren. Als 1908 wellicht ons sterfjaar mocht zijn, zullen dan onze betrekkingen ons alzoo zien heengaan B.K. W. In 1907 zijn in Zeeland o. a. overleden Van Hoeve, iii ven den raad te Ax»l; ds. J. de Koning ie Kabbendijke; De Oude, lid van den Raad te Noord w«l eMaas, lid der Staten van Zee'and en oud-1 urge- meerter van Sérooskerke Schippers, wet houder van ColijosplaatDe Mulder, wet- houd-r te PhilippineMeijer,oud-wethouder van OostburgKouion, deurwaarder te MiddelburgRisseeuw, oud-gemeente ontvanger van Goes Steuvoer, hoofd der school te Driewegen Hector, geneesheer te Serooskerke (W); Krijger, lid van den Raad te Domburg; Risseeuw, oud-burge meester van RetranchementLombaard, lid van den gemeenteraad te Groede;De Weeze, wethouder te Oosterland D. J. J. Laan, oud-hoofdcommies aan het gouver nement van Zeeland; v. d. Bit, secretaris van KioetingeNierse, oud-hoofd eener openb. school te Middelburg Haan, hoofd eener openb. school te Aarden burgD. J. Dronkers Junior, bankier te Middelburg; E. lies, industrieel, lid der kamer v. koop handel te Middelburgds. B. Veenetra, emeritus-pred. te Vlissingen Boom, com mies ter Prov, gr.te Midd.; Tienaus, mission, a d Kongo; j'nr. mr. L, Sohorer, burgeru. van MiddelburgL, de Koeijer, lid van den gemeenteraad van Ttr Neuzen ;Haadrikse, oud-deurwaarder te Vlissingen Ramondt, oud-wethouder van GoesO. G. Harisota, oud-grondbezitter te Riiland-BaihM. Burger, oud-wethouder van Kioetinge F. Louws, wethouder van Meliskerke;Sehoc£f, secretaris vaa Rsntsse. Is het niet wonderlijk hoe snel het nieuws zieh alom verbreidt. Wij hooren ervan in alle boeken der slad. Een groot aantal gevallen komt dagelijkseh voor en elke week geven wij er zooveel als in ons vermogen is. Hieronder volgt er weder een Mejuffrouw C. Nolier Raafs, wonende Voorstad 60c te Goes, meldt ons „Nu ik door het gebruik van Uw Fos ter's Rugpijn Nierenpillen bijna geheel verlost ben van een bedroevende, rheu- matischo ziekte, acht ik het mijn plicht U mijn dankbaarheid te toonen en U be richt van mijn genezing te doen toekomen. Ruim vier jaar had ik een hevige rheu- ruatiek en verschrikkelijke pijn in den rug en door mijn geheel lichaam drie maan den lang heb ik pl&t te bed gelegen en was het mij onmogelijk om op te staan of het minste werk te doen. Ik had steeds erge hoofdpijn en duizelingen; de urine was zeer dik eu veroorzaakte mij veel pijn, wanneer zij eenigen tijd stond, was er veel bezinksel in. Van al de middelen die ik aanwendde, was er niet één, dat mij eigenlijk baatte en telkens kwam de ziekte in heviger mate terug dan voor het gebruik daarvan. Toevallig hoorde ik toen van uw pillen en ik moet eerlijk zeggen dat dc-ze bij mij zeer goed gewerkt heb ben. Na een paar dagen voelde ik mij reeds geheel verkwikt en thans kan ik zoo goed als niets meer van mijn vroegere piju waarnemen dat lijden komt mij thans voor als een benauwde droom. Ik ondergeteekende verklaar dat het bovenstaande waar is en machtig U het publiek te maken op elke wijze die U goeddunkt. Wat is de oorzaak van rheumatisme Rbeumatiek spruit voort uit het urinezuur, dat zich kristalliseert in de spieren ea in de gewrichtsverbindingen. Foster's Rug pijn Nierenpillen lossen dit urinezuure p en helpen de nieren het af te voeren wit het lichaam niet het waf8r. Daar deze pillen de oorzaak van de ziekte wegnemen, verzekeren zij een voortdurende algeheele genezing. Verzeker U dat men U de echte Fos ters' Rugpijn Nierenpillen geeft, dezelfde die Mej Nolier Raats gehad heeft. Wy waarschuwen tegen namaak en maken koopers er op attent, dat op iedere doos de handteekening van James Foster voor komt. Za rijn te Goes verkrijgbaar bij de j firma Nathan Emanuel, en te Middelburg j bij den heer Joh. de Roos,Vlasmarkt K 157. I Toezending geschiedt franco na ontvangst van postwissel éi f 1.75 voor één- of f 10 i voor zes doozan,

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1908 | | pagina 1