NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
No. 55. 1907.
Dinsdag 3 December.
22e Jaargang.
HISTORISCH
CHRISTELIJK-
Schoolvergaderingen.
UIT DE PfiSKSS.
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed. S. J. DE JÖN'GE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIE
Snippers uit de oude doos,
IEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p. p. 1,25.
Enkele nummers 0,02'.
UITGA VE "DER FIRMA
EN VAN
van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Zij die zich met 1 Jan a. s op ons
biad abonneeren, ontvangen 't gedu
rende de maand December gratis
Aan den horizon is opgekomen het
verrehij nsel van verplichte school verga
deringen. Ook te Middelburg wordt het
dezer dagen waargenomen. De afdeeling
Middelburg van den Bond v. Nederland-
sehe Onderwijzers heeft gëmeend er
opzettelijk de aandacht op te moeten
vestigen. Dat heeft ze gedaan door middel
van een adres met memorie van toeliohting
aan den Baad, van welk adres door B. en
W. advies is ingewonnen van de Commissie
van toezicht op de scholen voor lager on
derwijs binnen Middelburg. En welk
advies deze oommissie gafP Ten volle
erkent ze de wensohelijkheid van overleg
tussohen hoofden en onderwijzers, ook
aoht ze bijeenkomsten, waar over sokooi-
zaken wordt gesproken, gewenscbt, doeh
acht het onraadzaam om te adviseeren tot
verplichte schoolvergaderingen. Een advies
zonder argumenten, waarmede B. en W.
niet aoooord gaan. Dit ooilege is wel voor
verplichte vergaderingen. Immers in zijn
voorstel aau den Baad zegt het//Dit
verplichte heeft eohter ook zijne goede zijde
vooreerst zullen hoofden, die het oor niet
willen leenen aan onderwijzers, die met
billijke klachten en juiste opmerkingen
over den gang van het onderwijs komen,
gedwongen worden althans eenigekeeren
in het jaar daarnaar te luisteren en daaraan
gevolg te geven en vervolgens zullen die
onderwijzers, die uit gemakzucht of ge
woonte geneigd zouden zijn ailes te laten
zooals het is, zelfs al is het verkeerd,
moeten medegaan met de verbeteringen
in den gang van het onderwijs gebracht,
door besluiten of adviezen der schoolver
gaderingen". Op dien grond komen dan
ook B. en W. tot den raad met het
voorstel over te gaan tot het invoeren van
zulke verpliehte soliool vergaderingen bij
het openbaar onderwijs, om, bijaldien de
raad dit voorstel inoeht aannemen, wat
wij niet hopen en evenmin verwachten,
later een reglement van orde voor die
schoolvergaderingen vast te stellen.
Tot heden was er bij het openbaar onder
236)
FEUILLETON.
BOOS
SCALDIS.
BOMMENEDE.
I.
Hebben wij indertijd het ongelukkige
Romerswaal zien ondergaan, zoo is dit
evenwel niet de eenige gemeente in onze
provincie geweest weiko aan de zee moest
ten prooi gegeven worden.
Ook het Noorden van ons gewest had
steeds veel te lijden van het alles verwoes
tende element. Door ons in gedachten daar
heen te verplaatsen zullen wy opnieuw
vernemen, wat storm en overstrooming
aldaar vermochten te vernietigen.
In vroeger dagen, toen het eiland Schou
wen nog 6en andere gedaante .„had dan
tegenwoordig, en waar wy thans da heer
lijkheden van Bommenede en Blois vinden,
vormde deze laatste een breeden zeeboe
zem, tegen den noordelijken ringdijk van
Zonnemaire.
De aldaar ligger de schorren werden in
1412 door Hertog Jan van Begeren ter be
dijking uitgegeven aan Jon van IJsselstein.
Weinig zeggen ons de kronieken van het
geen er ra de bedijking verder plaats had,
maar waarschijnlijk is het toch, dat, zooals
overal elders na een inpoldering, zoodra
deze was voltooid, ter plaatse waar Bomme
nede lag, een haven zal zijn gegraven, en de
grondslagen gelegd zijn van deze plaats,
die allengs aan bewoners zal zijn toege
komen en door nering en we!va; rt een
wijs te Middelburg van geen verpliehte
schoolvergaderingen sprake.
Volgens een bijlage bij't bovengenoemd
adres is de feitelijke toestand aldus. Aan
slechts één der zes scholen voorlageronder-
wijs, die de gemeente bezit, worden sinds
1894 geregeld schoolvergaderingen gehou
den aan een andere geschiedde dit tot
voor ongeveer twee jaren eveneens geregeld
terwijl het op een derde bij slechts enkele
vergaderingen gelaten werdaan de andere
drie hield men ze tot nog toe niet. Op dit
oogenblik beeft één school tvel, vijf scholen
geen schoolvergaderingen.
Dat die toestand niet is naar behooren
en we hebben niet de minste reden om
dien anders te deuken, dan zooals do bij
lage dien vermeldt zal ieder wel ge-
reedelijk toestemmen, die het veelzijdig
nut der schoolvergaderingen en wie zou
daaraan twijfelen inziet. De school is
een opvoedingsinstituut en moet wat be
treft leerstof en methode alsmede ten op
zichte van de middelen waardoor orde en
tueht gehandhaafd worden, om maar enkele
zaken te noemen, één geheel vormen. Er
moet eenheid zijn in uitgangspunt, eenheid
in doel en eenheid in middelen, om tot
dit voorgestelde doel te komen. En om tot
die eenheid te geraken, isonderliugesamen
werking en overleg tussohen de onder
wijzers van eenzelfde school een eerste
vereisohte. En hoe zal die noodige samen
werking, dit overleg zoo noodig voorden
goeden gang van zaken anders tot stand
kunnen komen dan door speoiaal daartoe
belegde vergaderingen, waarop de verschil
lende sohoolzaken en schoolquaesties ampel
en breed worden besproken, en uit den weg
worden geruimd
Dat zulke scboolaangelegenheden niet in
een oogenblikje vóór cf na schooltijd, of
wel bij een gelegenheidssisite, allerminst
vóór de klasse gedurende de lesuren kan
geschieden, behoeft geen betoog. Zal er
werkelijk in het schoolleven, inzake de or
ganisatie, de eenheid dar school van doel
treffende samenwerking, van eenheid van
oordeel bij verschil van inzicht sprake kun
nen zyn, dan dient er geregeld overleg
plaats te vinden tusschen de verschillende
leerkrachten der school in een kalm uurtje,
dat de heeren daarvoor overhebben, uit be
lang voor de zaak, welke zy voorstaan.
Doch al deze zaken zyn reeds uit den
kleine stad geworden is, wier ingezetenen
hun bestaan vinden, zoo door den landbouw
als door de vischyangst.
Bommenede,door Smallegange en ook door
Boxhorn een stad genoemd en door anderen
6en dorp, was gelegen op het uiterste punt
van den palder aan de Grevelingen. Volgens
een afbeelding in het „Speculum Zoelan-
diae" was de plaats voorzien van een kruis
kerk met een spits torentje ©p het dak
rondom de haven die aan de noordzyde met
een paalhoof d in het water uitstak zien wij
op deze afbeelding de mooiste huizon staan.
Aan het eiDde dier haven ontmoeten wij
een waterkom, die waarschynlyk tot epui-
ing gediend hseft om de haven diep te
houden. Ook deze kom is emgeven door
woningen. Vlak achter den zeedijk aan de
Grêvelingen is mede 'n reeks huizen te zieD,
waarschynlyk door de mindere volksklasse
bewoond. Aan de landsyde is de stad met
een hoofdwal en gracht omgeven, welke in
den Spaanschen oorlog in verdedigbaren
staat werden gebracht.
Behalve de genoemde bronnen van be
staan was ook de haringvangst nog al van
beteekenis en werd er ook bier gebrouwen,
welk artikel nog al vrij wat van elders
tot doorvoer werd ingebracht.
Door de nabijheid van Brouwershaven
werd de plaats nooit van groote beteekenis.
Hoe groot het getal inwoners was, vinden
wij nergens vermeld.
Van de inname van Bommenede, door
den inval van dan Spanjaard, in Oct. 1575,
toen deze op weg was om Zierikzee te gaan
belogeren, hebben wij vroeger al even
gehoord. Het beleg duurde 20 dagen en
bijna alle ingezetenen werden vermoord
treuren in verschillende toonaarden bezon
gen. De voordeelen, zoowel als de nadeelen,
die o. i. echter weinig zyn, in den breede
uitgemeten, sinds de verplichte schoolver
gaderingen, zoo niet voor sommigen een
cauehemar, dan toch een stokpaardje zyn
geworden.
Dit alle3 in aanmerking genomen, komt
het ons minstens vreemd voor, dat op de
meeste openbare soholeg binnen onze goede
stad van het houden veh zulke schoolverga
deringen geen sprake is. Van waar dit ver
schijnsel? Zijn de hoofden der scholen niet
overtuigd van de wensohelijkheid, van de
noodzakelijkheid van overleg en samen-
spreking met hun personeel We kunnen
het moeilijk aannemen. Al wordt bij art. 21
der schoolwet 't hoofd der school een uitge
breide bevoegdheid toegekend in regeling
der sohoolzaken, als ten opzichte van
schooltijden en vacant.'êo, van vaststelling
van het leerplan, de klassenverdeeling enz.
dit sluit in geenen deele uit de noodzake
lijke samenspreking en het gemeenschap
pelijk overleg met de klasse-onderwijzers.
Dit weten en verstaan bedoelde hoofden,
onder wie er zyn, die we kennen als gerou
tineerde onderwijsmannen, wonderwel.
Ook weten ze evenzeer, dat nooit door
eenige schoolvergadering eenige inbreuk
gemaakt kan worden op de zelfstandigheid
van het hoofd der school, daar de bespre
kingen op de bedoelde schoolvergaderingen
Jhocgstens tot adviezen, nooit tot bindende
besluiten kunnen leiden. Dan toch zou men
in botsing komen met de onderwijswet.
En ondanks dit alles houden da meeste
hunner geen schoolvergaderingen. Wat
mag daarvan de reden zyn Wat mag ook
do reden zijn, dat aan sommige scholen in
Middelburg de eerst gehouden schoolver
gaderingen verloopen zyn, zoodat zij nu in
het geheel niet meer gehouden worden Is
het een ingeroest conservatisms bij den een
en een laisser aller, laisser faire by een
ander Of wel 'n gèmakzucht, welke nooit
te SGherp veroordeeld kan worden Wa
kunnen nog mogen dit aannemen bij man
nen, die een eere van hun stand zijn en ge
acht mogen worden met hun tydmedete
gaan en de meerdere eischen verst&a», die
de veranderde toestanden op onderwijsge
bied stellen. Er moeten wel andere oorza
ken zyn aan te geven, waarom de bewuste
schoolvergaderingen niet in trek zyn. Zoo
z/geen vijftien gezonde mannen waren over
gebleven" zegt Smallegange in zijn kroniek.
Zooals wij boven reeds zagen, heeft de
kust bier ontzettend veel te lijden gehad
door overstroomingen. Door den Allerheili
gen vloed van 1570, die twee maal vier
en twintig uren aanhield, werd de heerlijk
heid en het daarnaast gelegen poldertje
Kijkuit geheel door de golven overdekt.
Deze ramp schijnt grootendeels veroorzaakt
te zijn geweest door do zwakheid van de
dijkagie fe dierlijd.
Wijl de toenmalige dijkgraaf zieh, om
onbekende redenen, in gijzeling bevond,
lag de polder in 't genoemde jaar zonder
eenig toezicht, Ambts Heeren van Blois
die 150 gemeten lands in den polder van
Bommenede hadden liggen, gaven van het
onbeheerd liggen van de dijkagie kenDis
aan President en Raden der Rekenkamer
van Holland tot welk gewest toen
Bommenede behoorde en voegden er bij,
dat zij iemand te Breitwershaven, voor-
loopig, als dijkgraaf hadden aagesteld.
Bij die overstooming leden de woningen
ontzettend en verlieten de meest gegoeden
de stad, zieh meerendeels naar Brouwers
haven begevende. Natuurlijk werden zij
daar met open armen ontvangen en trachtte
men hen, door allerlei vrijdommen te
verleenen, er ook te houden.
Door Koning Filips, die onmiddellijk
Commissarissen naar de bedreigde streken
zond, werd nu 24 Maart 1571 een octrooi
en ordonnantie uitgevaardigd, waarbij tot
j herdijking moest worden overgegaan.
Tengevolge van dezen maatregel waren
de dijkbreuken spoedig gedicht en de pol
der van het water bevrijddoeh het zal
lang echter die redenen niet publiek zyn,
doet men best er over te zwijgen. Gissen
toch doet missen. Maar' toch willen we in
dit verband de opmerking niet achterwege
houden, hoe eigenaardig het is, dat de com
missie van toezicht op de lagere school
binnen Middelburg een tegengesteld advies
geeft dan B. enW. in zake verplichte school
vergaderingen. Dit is zelfs zeer opvallend,
zoowel als 't in het oog loopt, dat genoemde
commissie zoo uiterst sober is in hare uit
drukkingen en volstrekt geen argumenten
aangeeft, waarop haar advies in dezen rust.
In ieder geval hopen we, dat de Raad in
dezen geen sprOBg in het duister zal doen
en tot verplichte schoolvergaderingen zal
besluiten, tegen den zin der hoofden ia.
Beter ten halve gekeerd dan ten heele
gedwaald.
Dr, Kuyper en het Alg. Neder-
iandsch Verbond.
Neerlandia, het orgaan van het algemeen
NederlaDdsoh Verbond, brengt ons een
artikel over Dr. Kuyper en zijn beteekenis
voor den Nederlandschen stam buiten onze
grenzen.
Dr. Kuyper, zegt Neerlandiawekt de
herinnering aan die voorvaderen, wier
rustolooze ondernemingsgeest het vaderland
te klein vond. Geen faetorieëu slichtte hij
hij kwam met geen kostbare ladingen
thuis, maar hij ging den vreemde in,
naar Amerika en Vlaanderen, om de ge
dachte aan slameenheid wakker te roepen.
Waarheen ook ons oog dwaalt, overal
vinden wij de duidelijke sporen van zijn
arbeid.
A'lereersi gaat Neerlandia na, wat Dr.
Kuyper voor Z.-Afrika deed.
In Zuid-Afrika is hij niet geweest, persoonlijk
niet. Maar zijn geest heelt rusteloos meege
werkt en zijn invloed op het leven der Boeren
was groot, reeds voor den eersten Vrijheids-
Oorlog van Transvaal. Toen deze kwam, hadden
de Afrikaners hier te lande geen beter vriend
dan hem, al stonden Harting, Spruyt en anderen
met hem gelijk. Hij behoorde tot de oprichters
en eerste bestuurders der Ned. Z.-Afrikaansche
Vereeniging. En toen in 1899 de oorlog uit
barstte met Engeland, toen heelt zijn artikel in
de Revue des Deux MondesLa Crise Sud-
Africane, opzien gebaard over de geheele wereld
in duizenden exemplaren werd het in Fransch,
eerst na verloop van eenige jaren geweest
zijn, immers niet vóór dat da Spanjaarden
op het laatst van 1576, deze streken ver
laten hadden en het rumoer des oorlogs
uit dezen omtrek geweken was, dat het
ongelukkige Bommenedeweder het hoofd
za! hebben opgebeurd, en langzamerhand
de rampen sullen ziju geheeld, die haar
getroffen hadden. Waarschijnlijk is het
evenwel dat de plaats nooit weer tot dien
trap van welvaart gekomen is, die ze vóór
1570 had.
Zware lasten hadden de ingezetenen voor
de herdijking moeten opbrengen, welke
lasten, bij de gedurige groote schade aan
de zeeweringen, steeds moesten verzwaard
worden en eindelijk in die mate, dat de
uitgaven op verre na niet konden bestreden
worden uit de inkomstenwaarom de
Kamer van Rekeningen van de Grafelijk
heid van Holland bij haar resol. van 25
Maart 1654 eindetijk besloot van deze dijk
agie de hand af te ttckken.
Tot dit wanhopig besluit was tr.en ge
komen, doordat de zeedijken itt dea winter
van 16'^B opnieuw veel s ha'te hadden ge-
led< n. Geeo wonder dan dat vele inge
landen hunne beziitir.gen prijs gaven, als
verre boven der zei ver waarde door de
dijk geschoten bezwaard
E'udetijk brak de noodlottige 20 Jan.
1682 aan, toeo de kleiue polder Na airs
invloeide en ten gevolge daarvan ook die
van Bommenede geheel verloren ging. Al
deze tegenspoeden brachrioD de S aten van
Holland tot het'beslui', ooi bij resol. van
10 April 1680 te bepalen, cat zij onher
roepelijk besloten waren den polder te doen
drijven.
Duitsch, Engelsch en Nederlandsch verspreid.
Voor dien oorlog was Dr. Kuyper naar Ame
rika geweest. Daar had hij getracht President
Mac Kinley te bewegen den dreigenden aanval
der Britten op de Z. A. Republiek te beletten.
Te vergeefs: Engeland had zich vooraf ver
zekerd rustig zijn gang te kunnen gaan. Op
zijn terugreis heeft hij in Engeland zelf, John
Morley bezocht, met hetzelfde doel, maar door
Chamberlain bedrogen, verklaarde deze, dat er
van oorlogsplannen geen woord waar was. Wel
stond het geschreven, dat het machtigste volk
ter wereld, blindelings geleid door een sluw
ondernemend, maar gewetenloos man, zich zou
werpen op een rustig landelijk volk, maar de
poging van Kuyper om dat te verhoeden, blijlt
daarom niet minder te waardeereu.
Minister nog tijdens den oorlog, met heel
Nederland lijdende ODder de gruwelen der con
centratiekampen, stond hij machteloos, evenals
wij allen. Tot op een oogenblik hij zijn diensten
als bemiddelaar aanbood. Toen volgde Vereeni
ging en wat dies meer zij. De daad van toen
is verleden, maar nog geen geschiedenis. Beoor-
deelen oj.' ztj niet de Engelschen meer heeft ge
baat dan de Boeren, kan men nog niet. Men
kan nooit met zekerheid zeggen wat zou zijn
gebeurd als iels anders niet geschied ware. De
Boeren zijn er nog: zij zijn weer tegen het mes
opgekruld met vertrouwen gaan zij de moeilijke
tijden vóór hen te gemoet. En wij vertrouwen
niet hen, overtuigd als wij ziju van da taaiheid
van het Neerlandsche ras. En wij erkennen
zonder voorbehoud, dat wat dr. Kuyper heeft
gedaan als bemiddelaar, voortsproot uit de edelste
bedoelingen en dat daarnaar vóór alles zijn daad
moet worden beoordeeld. Het afrikaansche volk
is opgeofferd, de Afrikaansche natie is blijven
bestaaan.
Na den vrede is onder Kvyper's bewind de
toegang voor Zuid-Afrikaners aan de Neder-
landsche Hoogescholen opengesteld. Heel Neer
land juichte het toe. De daad had zooveel eer
der kunnen en moeten geschieden, maar met
dat al het gebeurde niet. De afstand van alge
meen erkende wenschelijkheid, van noodzake
lijkheid zelfs, tot de daad is in ons landje dikwijls
zoo ontzettand grootEen man, die doet, geldt
daarom voor een dubbel man. Zoo kreeg het
Verbond door Minister Kuyper zijne bescheiden
eerste rijkstoelage, en kreeg Leiden zijn eersten
Afrikaenschen Hoogleeraar Melius de Villiers,
voor Romeinsch Hollandsch recht.
Door Afrika heeft dr. Kuyper het moederland
aan zich verplicht.
Ook in Amerika deed Dr. Kuyper veel
voor deu Noderlandsohen stam, Dr. Kuyper
was reeds voor zijn vertrek naar Amerika
beter met de toestonden daar op de hoogte,
dan hot bestuur van het Verbond,
Al eerder hebban wij gezien dat Bomme
nede tot Holland behoorde. De schorren,
waaruit de heerlijkheid ontstaan was,
waren n.m. eigendom van de Heeren van
Voorne. In welke betrekking Hertog Jan
van Beieren, deze, zooals wij ia 't begin
reeds zagen, in 1412, verkocht en het nieuw
ingedijkte land al zoo geaeht werd tot het
iatid van Voorne en dus tot het Graafschap
Holland te behooren.
Ofschoon Natairs en Blois, door Graaf
Willem VI bijna gelijktijdig ter bedijking
waren uitgegeven, en els ean aanwas vau
Dreischor tot Zeeland schenen te behooren,
hebben echter deze landen dat van Bom
menede gevolgd, en zijn van den beginne af,
onder het gebied van Holland geweest.
De Staten van Zeeland hebben evenwel
hot bezit van de bedoelde landstreek, even
als het land van Voorne en het eiland Over-
jlakk'e altijd van Holland betwist, zonder
dat dit geschilpunt tot nog toe ooit kou
vereffend worden.
De Staten van Holland besloten eindelijk
door de voortdurende zwakke gesteldheid
van den polder en nog voor den grooten
vloed van 1682, dezen uithoek vau Schou
wen aan de Staten vau Zeeland aan te
bieden.
Wel achtte men die overgave wensche-
lijfe, maar met het oog op den desolaten
toestand van de gronden en ook de toestand,
van de Provinciale geldmiddelen, gingen
de Zecuwsche Staten hiertoe in den beginne
niet grif over.
kSlot volgt.]