No. 273. 1907, NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. Woensdag 21 Augustus 21e jaargang. CHRISTELIJK- HISTORISCH Eeo Prasjesiai es wat er «p tolpSe. VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN IEDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p. pf f,25. Enkele nummers 0,023. UITGAVE DER FIRMA Wed S, 1 DE JONGEWERWEST, te Goes EN VAN van 1—5 regeis 40 cent, iedere regel meer 8 cent. Familieberichten van 1—5 regeis 50 cent, iedere rege! meer 10 cent. FEUILLETON. Ui «"""li1 De opgaaf van den spoordienst komt in dit nommer voor op de ge bruikelijke plaats, De taak der reebtei zijde, j In De Rotterdammer komt Let volgende i artikel onze Pers en onze Party en hara leiders in hun Zomerrust storen, met S menige juiste, of althans der overweging ovetwaardige opmerking waaraan wy i zonder gehouden te worden met alles in te stemmen de plaats geven van het hoofd artikel. De rechterzijde in de Tweede Kamer kwam tot dusver weinig als oppositie uit. Waarmee niet bedoeld is, dat zij zich aaD minder verheven bemoeielyking van het Kabinet wist te spenen, en zich zelfs van allen schijn van op de ministerieels porte feuilles te azen wist te onthouden. Zeker mag ook dat te haren gunste wor den gezegd. Zelfs hebben de liberalen sinds de rech terzijde een meer anti-revolutionair karak ter draagt, daarover nimmer te klagan ge had, al bleven ze in gebreke dat voorbeeld te volgen. Ja, meer nog kan worden gezegd. Misschien ging men wel eens te ver in het zoeken om het Kabinet op de been te houden. Het leek in den afgeloopen winter een handige zet van don heer Talma om den minister Cohen Stuart met hst Indische schip door de branding henen te helpen, maar deed dit reeds toen de vraag rijzen, of het niet-iugrypen toch niet beter ware ge weest, wat later geschied is schijnt wel tot een bevestigend antwoord te dringen. Een afgemaadt worden als daarna met dezen bewindsman plaats heeft gehad, zelfs werd gesproken van een noodelooa trappen van een dood dier strekt niet tot verhooging van het parlementaire leven. En met erkentelijkheid wordt immers vrij algemeen herdacht, hoe de Eerste Kamer op den „nacht van Staal" in de Tweede Kamer, waar een deel der rechter zijde onder leiding van mr. Tydeman den Minister van Oorlog redde een nacht voor Staal heeft doen volgen. Was zoo de rechterzijde in de Tweede Kamer wellicht soms to ijverig om het leven van de Ministers te sparen, ook ais oppositie in den hoogeren, den eenigen zin, waarin eigenlijk van oppositie sprake mag wezen, ble6f zy nog te veel in windselen. U3ÏESJT2S STtsgrawsaagggga; wssssssssssrr, In het nummer van 6 Maart dezes jaars schreef ik Het Ministerie-De Meester bedoelde op sociaal terrein den verzekeringsdwang van het staatssocialisme, ea een optreden van het publiek gezag tegenover hulpbehoeven den els armverzorger, op strafrechtelijk gebied de voorwaardelijke veroordeeling van het moderne strafrecht, en in het staats rechtelijke, de mogelijkheid van stemrecht naar radioalen eisoh voor in hoofdzaak alle manspersonen. „Hoe stond nu de rechterzijde daartegen over „Bij de algemeene beraadslagingen over de Begrooting in 1905 liep het debat meest over da verkiezings-eampagne, het afge treden Kabinet en de nieuwe formatie. En bij dat ten vorige(n) jare zijn door de rechterzijde in de Tweede Kamer goede opmerkingen gemaakt over den toast van Minister Kraus, over het schrikkelijke woord van den Fransohen Minister Viviani over de bekende rede van Mr. Goeman Borgesius in de Liberale Unie. Maar over en tegen het regeeringsbeleid van het Kabinet werd minder gehoord". En zoo wees ik in het nummer van 80 April 1.1. op dit moedgevend element in het toen kort te voren gehouden criBis- debat„Mr. Heemskerk, die bij het debat het meest van de rechterzijde op den voor grond kwam, en waarlijk verdienstelijk optrad, heeft ook verklaard, dat de rechter zijde oppositie wil zijn. „Wanneer dit, gelijk verwacht mag worden, bedoeld is als oppositie van staat kundige beginselen, dan volgt slechts ééu antwoord het zij zoo 1" Bij de voorgedragene regeling van het arbeidseoDtraot spraken wel de H.H. de Savoruin Lohtnan en Heemskerk op te waardeeren wijze tegen menige bepaling, doeh toen het op stemmen aankwam, was van do rechterzijde Mr. Van Idsinga, die ook bij de booger-onderwijs-wet van het vorige Ministerie de meest prineipieele rede ten gunste daarvan hield, de eenige, die er zich tegen verklaarde. Straks komt wellicht, zij het al, dat bij slot van rekening zelfs een deel der linkerzijde voor dit roekeloos bedrijf schijnt terug te deinzen, aan de orde de verzekeringsdwang met geldelijke staats hulp aan de geprivilegieerde klasse van den nieuweren tijd, een en ander door den heer Kuyper zoo terecht volstrekt onvereenigbaar verklaard met alle anti revolutionair beginsel. Ongeveer een half jaar na den vroolijkon Prinsjesdag van 1783 zou da bom losbreken, eigenaardig genoeg niet in Rotterdam, maar te Utrecht, waar Hofstede eenige uren moest vertosven. Dank zy de schen dende nieuwspapieren en andere „faamroo- vende schriften van dezen tyd" was hij overal in den lande bekend even als de „Bonte Hond" in de Rotterdamsche Molen- Bteeg, waar de patriottische pakhuis- en wynkoopsrsknechts hunne clubvergade- ringen hielden. Zoo was dit dan ook te Utrecht 't geval,waar de dominee op Maan dag 1 September, zoo even na vieren des middags, mot een rijtuig arriveerde, verge zeld van een zijner neven, een proponent ook een oranjevriend wellicht dezelfde, dien we op Prinsjesdag met Hofstede op de Nieuwe Markt hebben' ontmoet. Ze zouden gezamenlyk nog mat een ander familielid, die hier binnen enkele uren met den Breda- schen postwagen verwacht werd, den vol genden dag eenige vrienden in Drenthe gaan opzoeken. Lans den buitensingel reden ze naar de Tolsteegpoort en stapten daar af aan de herberg Den Engel, waar zy de aankomst van den postwagen zouden af- wachten. Deze kwam alles behalve op tijd 1 _'t kon wel zes uren of half zeven worden, zeide men. En daarom besloten ze, na eerst i een kop thee gedronken te hebben, eenvou dig op te stappen en eene wandeling te gaan doen en wel naar 't Starrebosch, waar de vrijcorporisten, die ze zoo even op den buitensingel waren voorbijgereden, hunne oefeningen hielden. De dominee kende die exercitie-corpsen wel. Hy had de heeren ook te Rotterdam wel zien optreden in de compagnie van kapitein Elzevier, zyn patriottischen buur man. Ze hadden in zijn woonplaats ergernis genoeg gewekt. Het was gewone aanstel lerij, meenden velen,die niet anders kenden dan de ouderwetsche schutters met hunne gewone kleeding, onbruikbare snaphanen en verroeste sabels. Aanstellerij en niets anders. De moeie hoeden met zwarte cocar- des, die blauwe jassen nog al met opge stoken panden net als de soldaten, die witte broekjes van de heeren adelborsten, nu het mocht, wat. Ea dit hadde nog wel geschikt, had men er niets anders achter kunnen zoe ken. Mea gaf wel voor, dat die gewapende korpsen tegen de Oostenrijkers moesten dienen, wier wapsDgekleiter men reeds in de verte meende te hooren, doeh het was slechts een futiel voorwendsel. Er zat pa- triotterij achter en waarlijk niet zoo weinig. De manpen in Den Haag waren erop uit om door middel van algemeene wapening van daar de vrijkorpsen en gewapende clubs de party zooveel mogelijk te orga- niseeren. Zo konden allicht hetoranjevee in bedwang houden, vooral in de groote steden. Hoe dit alles de aanhang van den Prins prikkelen moest. En gelijk bekend is, zijn voorstellen te wachten, die de invoering van algemeen stemreoht mogelijk kunnen maken. Wat zal de rechterzijde daartegenover doen Ten slotte toch maar alles, zij het ook onder eenigszins andere benaming, op wat andere manier, met eeu klein toevoegsel om den schijn te rednen, aanvaarden Met zoo nu en dan een tamelijk ijdel betoog, dat in diepste uitgangspunt de Christelijke partijen van de vrijzinnige verschillen. De conservatieven vóór 1868 namen telkens den schijn aan, alsof hun regeerings beleid een geheel ander dan dat der libe ralen wezen zoude, rnaar aan hef bewiud gekomen was het moeilijk ernstig verschil te ontdekken. En zij zjn te gronde gegaan. Maar als van vrijzinnigen kant de kiezers in dezen zomer werden opgeroepen om door de Provinciale Staten op deze Eerste Kamer te werken, die een ander regeerings beleid wensehte dan dat der vrijzinnigen, die reeds de begrooting van Oorlog ver worpen had vermoedelijk hetzelfde zoude doen met de voorgedragen regelidg van het [arbeidscontractwaarschijnlijk van verzekeringsdwang en geldelijke hulp uit de openbare kas aan een groot deel der bevolking Diet zou willen weien, en mis schien zelfs de voorgenomen grondwets herziening verijdelen, tocD, als hadden de waarschuwingen juist het omgekeerde bewerkt vau wat zij moesten doe», kwam eene overloopende meerderheid zich tegen de vrijzinnigheid verklaren. Het is soms, alsof men aan de rechter zijde zelfs huiverig is zelfstandig eene keuze te doen aangaande hetheen aan de orde behoort te komen. Men zegge Diet, dat immers daarop geen invloed is te oefenen wanneer men minder heid is. Ook de oppositie is verplicht te toonen welken koers zij zou weneehen te volgen. Te meer wanneer de oppositie zoo sterk is, dat zij ieder oogenblik regeeringspartij worden kan. Maar bovendien verschilt het voor de houding der oppositie, of het onderwerp, waarvoor haar de Regeering stelt, al of niet met haren wenseh aan de orde komt. Ia het eerste geval heeft zy ernstiger roeping om aan het vinden van een bevre digende oplossing mea te werken, terwijl zij in hst laatste geval, indien do voorge stelde regeling haar niet voldoet, eerder Ook onz9 da. Hofstede moest van die exercitiekorpsen weinig of niets hebben. Ze waren hem een doorn in 't oog. En toch wilde hy hier in Utrecht het zijne.er van hebben en naar hunne manoeuvres gaan kijken. Gevaarlijk genoeg, daar allicht de een of ander in het Starrebosch den prins- gezinden dominee kon herkennen en hem smadelijk zou bejegenen. Eeniga dsgen te voren was iets dergelijks overkomen aan den Leidschen advocaat mr. E. Luzac. Het was een opzienbarend geval, men was er nog niet over uitgepraat. Iemand zoo maar te molesteeren, schier ten doode toe, en dat zoo maar op de publieke straat, het was be paald kras. Men stond om zoo te zeggen in die dagen voor niets. Dat zouden ook onze beide wandelaars ondervinden, die in het Starrebosch waren aangekomen, juist toen de manschappen pauze hadden en ginds en weêr liepen op hst exercitieveld. Terwjjl dominee en zijn neef daar zoo rondkeken, kwam- er iemand op hen toe- loopen, die beiden scheen te kennen. Hij groette hen vriendelijk en beleefd en maakte zich bekend, als iemand, die nog bij de familie te Rotterdam gediend had, doch thans burger van Utrecht was. Samen stonden zy toen enkele oogenblikken heel vriendschappelijk te praten en wel over het cotps, zonder daarop ook maar „de minste aanmerking te maken". Intussclien werd de trom geroerd en viDgen de afgebroken met eenvoudige verwerping kan volstaan. Naar het schijnt, wordt dit niet altyd be dacht by het bespreken van het kiesrecht- vraagstuk. Vrijzinnig- en sociaal-democraten deden destijds een voorstel om tot algemeen stem recht to komen. De Unie-liberalen zyn daarna met de vrijzinnig-democraten tot een accoord go- komen op h9t blanco-artikel. Maar is nu alleen daarom voor alle par tijen het kie8rechtvraagstuk aan de orde Zoo ja, dan ware het slechts een bewijs te meer, hoe soms eene kleine minderheid alias beheerscht. Het is inderdoad alsof het sommigen aan moed schort,en wellicht ia niets tegen over de vrijzinnigheid zoo noodig als moed, om in dezen eenvaudig het voorstel van een blancoartikel af te wachten, en uit te spre ken dat men daarvan niet gediend is. Zij het ook met bereidverklaring om el- ken minder simpelen voorslag in ernstige overweging te nemen, daar de oppositie zich evenmin voor het bestaande warm maakte. Voor niets meer is zj in dezen verantwoor delijk. Tenzij men meenen mocht, dat het tegen over de vrijzinnigheid niet te pas komt zelf standigheid van beoordseling te hebben aangaande wat aan de orde behoort te komen. De oppositie moet zelfstandig wezen, Het is waarlijk geen wijsheid achter de vrijzinnigheid aan te drentelen. Uit vrees voor den „politiek-sterken arbeider" of andere machten, die angstige naturen in hunne benauwde droomen door het misbaar der vrijzinnigheid op zich aan zien rennen. Zelfstandige oppositie, die duidelijk toont in regeeringsbeleid, en niet alleen in diepste grondbeginsel, van do vrijzinnigheid te verschillen, en die ook over wat ter behan deling komen moet, haar eigen inzicht heeft, —alleen de zoodanige kan duurzaam kracht ontwikkelen, en een steunpunt zyn voor dat deel des volks, en dat is zoo groot, dat van vrij zinnige politiek afkeerig is of wordt. (Prof. mr.) D. P. D. PABIUS. 20 Augustus 1907. Provinciale Stoombootdienst op de Wes- terschelde. Staat van vertraging in den treinenloop te Vlissingen van Vrijdag 9 Augustus tot en met Donderdag 15 Aug., waardoor oefeningen weêr aan, waarop ons tweetal zich wat nader bij de schutters plaatste om des te beter te kunnen toekijken. De oefe ningen vielen hun byzonder meeze wer den geregeld uitgevoerd en de manschap pen waren netjes gekleed. De dominee zei dan ook tegenzijnreisgenoot.heelstilleljes: „Dat hadden we hier zoo niet verwacht, wel Blijkbaar waren beiden met de ver- tooning in het Starrebosch ingenomen. Het tegendeel was ten minste moeilyk te be wijzen, in geen geval uit hun houding op te maken naar het schijnt. Toen zij na een groot kwartier zonden vertrekken, zagen zy, den man metwien zij zoo pas gesproken hadden, in gezelschap van een ander, hen totaal onbekend, ietwat glimlachend en met den vinger naar Hof stede wijzend, op eenigen afstand zich be geven naar een groepjetoesehouwers,waar onder zich iemand bevond, die den dominee meer gezien had naar hij meende. Direct werden aller oogen op de beide wandelaars gericht en die misnoegde blikken spelden inderdaad niet veel goeds. Het was dan ook zaak voor ds. Hofstede en zijn reisgenoot, hoe eer hoe liever, zich van daar te verwij deren. Want toen zy aanstalten maakten om te vertrekken, hoorden ze duidelijk roe- Hofstede verklaarde zulks later in zijn „Eenvoudig bericht". „Indien men" heet het daar „destijds aandagt op ons gelaat geslagen hadde, men zou er geen trekken van afkeer, maar veel eer van vergenoeging in ontdekt hebben". verloren ging. 9 Aug. trein 11.44 aangekomen 12.— 9 Aug. 3 16 1) 3.30 2) 10 Aug. 11 44 V 12 05 10 Aug. 3 16 •n 3.35 12 Aug. 11 41 v 12.- 12 Aug. 3.16 n 3.35 i) 14 Aug. 11.44 v 12.07 14 Aug. 3.16 n 3.30 3) 15 Aug. 8.52 j) 9.06 2) 15 Aug. 1144 D 12.02 15 Aug. 3.16 n 3.33 Geen aansluiting met Breskens en Neuzen. 2) Had geen aansluiting met Neuzen. 3) Geen aansluiting met Breskens. Het aantal congressen is dezer dagen te groot om er het oog op te kunnen houden. We kunnen er sleehsd even melding van maken, omdat ze bahooren tot de seizoen verschijnselen. Directen invloed op den algemeenen gang van zaken hebben de vele congressen die gaan en komen slechts weinig en toch ze beheerschen met de pers, meer en meer de publieke opinie. Achter het congres, betrekkelijk door weinigen bijgewoond, staan duizenden, die een belangstellende groep vormen en die het woord naroepen door het congres ge sproken. De godachtenwereld van deze en gene wordt voor e«n goed deel beheerscht door zyn voorman, hetzij in de pers, hetzij op zyn groote jaarvergadering uitge sproken. Uit dit oogpunt gezien verdient het Ka tholiek Sociaal Congres dat de vorige week in 's Hertogonbosch byeenkwam, ook een oogenblik onze aandacht. Langen tyd leefde de overtuiging dat de meest conservatieven op politiek en sociaal terrein onder onze Roomsche landgenooten schuilden. We hebben onlangs reeds aan gewezen wat arbeid en wat beweging, vooral op sociaal gebied, in dien kring ge vonden wordt, en alzeo erkend dat van zoo danig conservatisme althans tegenwoordig niet mag gesproken worden. Om dat nog duidelijker te maken, gaan we onzen lezers enkele conclusion voorleggen aangenomen door het Bossche congres, con clusion, die alles behalve den geest van het conservatisme ademen. (Men leze er ook nog maar eens op na het breedo verslag van het Bossche Congres in ons no. van j 1. Woensdag. Red) pen: „dat is professor Hofstededie Engelsch man, wat maakt Jij hier men schoppe hem ivegHiermede was het sein tot den aanval gegeven. Men liep en riep hen na, allerlei dreigementen klonken door het ver ward geschreeuw heen. „Het zjn Engel- schen, bl.EngelschenZie eens of zj geen Oranjelinten dragen. Jaag ze van hier Als we maar buiten het Starrebosch zyn, dacht dominee, die een stapje gauwer ging. Op den singel, buiten kamp alzoo, groeide de menigte er waren slechts enkele ge zeten burgers bij allengs aas, het geraas en getier nam gestadig toe, en de beide reisgenooten, die tot nu toe stilzwijgend hadden voortgeloop 8E, meenden nog een laatste poging te moeten wagen, om hen te kalmeeren. „Mannen", zoo sprak ds Hef stede, „ivelke oorzaak is er, om ons dus te behandelen We zjn hierbijgeval, gekomenhebben de exer citie der Burgers met vermaak gezien en nie mand met woo? den of gebaarden beledigd. Ik ben r.och Engelsman, noch Engelsgezinde, maar een welmeenend Vaderlander en Predi kant te Ro'terdam, en daarom ziet wel toe wat gj doet en laat ons in rust en vrede gaan".2) 2) Dit schiijft Hofstede zeifin zijn „Eenvoudig Veihaal". Volgens een andere lezing zie „Blief van een heer te Utrecht" enz. zou Hof stede een der grootste roervinken als „Soldaat aangesproken hebben waarop deze geraakt ge noeg zou geantwoord hebben: „Wat zeg je? Soldaat 1 Soldaat 1 jij bent maar een Engel- sche hond". (Woidt verrulgdf

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1907 | | pagina 1