ING :euw ZEELAND !e Knecht No. 247. 1907. Maandag 22 Juli. 21e Jaargang. HISTORISCH V IJL Gz iur Krakt istbode istbode, t concur- ID. mvraag gratis jan >id.©r tstbode iGBAAF. |6c!)flÖ£, iet vertrek raa a VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK f. DE JONGE-VERWEST, te P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN Eene historische novelle uit de jeugd van minister Guizot. Daar bleef het bij, maar toen hij kort LEG; - BESTUUR. ÏING |ikbaar, bij P. iigd aonwer, Rilland. I, Souburg, tus jEGANQE, Biezelinge. ROST te Ter September a.s., ■nwoordige, Inende koken. fkstraat, Goes. VeerGoes, van DinBdag. 16.3012.— 5.— J. Slot 6.30. Irtsd. veer 9. ende) 2,30 6,30 ÏST. Jden vm. 4,45, |5,20, 8,5. ,t vm 6,20,9,10 ENDIENST. |7.7.50, 8.20, 10 11.—, 11.80, 140*, 3.-,8.25, 13,55, 7,15, 7.35, |o, 6.30 7.20, 10.30,10.50, "*,1.40*, 2.50*, &,30, 6.30,7.05, [Zondags uit. ehalve Maan- Antwerpen s morg. 7.— n Spoortijd. 1,235) en 6,15e) f,505) en 6,45 4,45 6,15e)/) jnsan vm. 8,35 Borssslen «f 90 en Neazee 31 Augustus' lit Neuzen ten 1EDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p. p. 1,25. Enkele nummers0,025. UITGAVE DER FIRMA EN VAN van 1—5 regels 40 cent, Iedere regel meer 8 cent. Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. 20 Juli 1907. Laatst hebben de anti-revolutionairen in de Staten van Zeeland een berisping gehad in de vrijzinnige pers dewijl ze zich gekant hadden tegen een rijkswet, toen zy in de voorwaarden voor een subsidie aan enkele trams ook wenschten te behouden, in strijd met een aanschrijving der Rijksregeering, die omtrent 't toestaan van '26 vrije Zon dagen aan het personeel. Wij hebben hiertegen opgemerkt dat het toch eigenlijk niet aangaat dat Provinciale Staten niet hunne voorwaarden mogen ver binden aan een provinciaal subsidie, en de Rijksregeering met haar wettelijke voor waarden aan 't Rijkssubsidie dat recht van Provinciale Staten illusoir maskt. Iets dergelijks heeft zich ook in de jongste vergadering der Staten van Groningen voorgedaan, en een dergelijke opmerking is daar ook gehoord. Wij lezen tenminste in het verslag van Het Volk Zonder hoofdelijke stemming werd voorts be sloten tot het toekennen van een renteloos voor schot tot een minimum van f49o,ooo aan het hoofdcomité voor den aanleg van trainspoorwe- gen in de provincie Groningen. Het voorstel luidde om de regeling van de diensttijden, van de bezoldiging en van de rechts zekerheid van het personeel aan de goedkeuring van Gedeputeerde Staten te onderwerpen, tenzij van rijkswege daarin is voorzien. Onzerzijds werd daartegen door Rugge voor gesteld te lezen dat de regeling van de dienst tijden, de bezoldiging, de pensioneering en van de rechtszekerheid moest voldoen aan door Pro- vinciole Staten vast te leggen voorwaarden, waar van niet nakoming zou worden beboet volgens een eveneens door de Staten vast te stellen boete stelsel, met uitnosdiging aan Ged. Staten alge- meene voorschriften en regelen voor een boete stelsel te ontwerpen. Onze partijgenoot betoogde, dat hij er zich niet bij neerlegde, dat geen voorschriften zouden wor den gegeven omtrent de diensttijden, omdat dit vanwege het Rijk gebeurt, maar omdat blijkt dat daardoor moeilijkheden konden ontstaan. De minister van waterstaat deed toch in een schrijven, dat bij de stukken lag, uitkomen, dat hij er niet op gesteld is, dat de provincie zich hiermee bemoeit en dat daardoor het rijkssubsidie in gevaar kon komen. Als de totstandkoming van dit tramnet niet van zoo enorm belang was, zou hjj voor deze pressie niet willen bukken, want de rijksvoorschriften zijn lang niet voldoende, aangezien diensttijden van 16 uur worden toegestaan. Wat nu betreft de te stellen voorwaarden! 11) FEUILLETON. Terwijl die beiden over een artikel spra ken, kwam een jonkman binnen met de vraag: «Welk feuilleton hebben wij voor morgenavond «Wel, ons gewoon Maandagsch over zicht''. «Maar gisteren is bericht, dat de dame, die het schrijft, gevaarlijk ziek is. Wij moeten iets anders daarvoor in de plaats hebben". «Aeh, is mejuffrouw Van Meulan ziek 1" riep Laya's plaatsvervanger. «Dan moet er iemand heen om te vragen hoe het met haar ia''. Toen de jonge man weg was, vroeg de veelbeteekenende persoon bij den haard „Spreekt gij van die keurige, overzichten, <die regelmatig iederen Maandag verschij nen Zegt gij, dat die door eene dame geschreven worden «Ja, eene beschermeling van Laya, een arm meisje, dat geheel ïnoet leven van hetgeen zij aan onze courant verdient. Het zou mij spijten, wanneer haar werk door hare ziekte werd afgebroken. Hebt gij nooit van haar gehoord, Mijnheer Francois Guizot antwoordde de eigenaar. De heer Guizot was opmerkzaam ge worden. «O", zei hij, «welk een oorspron kelijke stijl heeft zij, en wat gezonde be grippen van waarheid en recht. Zij moet eene vrouw van talent zijn nopens loon, enz., Rugge meende, dat de Staten leden die de verantwoording dragen voor het toestaan van het voorschot, ook zelf die voor waarden moeten vaststellen. Ook dienen strafbepalingen te worden ont worpen, anders kan het, als bij de Arbeidswet, voordeeliger zijn de voorschriften te overtreden dan te handhaven. Het voorstel werd met 23 tegen 22 stemmen verworpen. Ook hier verwerping met slechts één stem. En de voorstemmers waren allen mannen van Links. GEMEENTERAAD. Goes. In de gemeenteraadsvergadering van Vrijdagavond onder voorzitterschap van dhr. burgemeester was de heer Janssen met kennisgeving afwezig. Onder de inge komen stukken is een schrijven van dhr. 8. Spaans dat hij wegens vertrek uit de gemeente ontslag neemt als lid van de C. v. T. op het lager onderwijs. De voorzitter spreekt een woord van dank voor 't geen de heer Spaans voor 't onderwijs in deze gemeente geweest is, en van leedwezen over diens heengaande Raad betuigt hiermede zijn instemming. Aan de orde is 't voorstel betreffende de uitvoering van den reinigingsdienst vanaf 1 Juli 1908. De heer Pilaar zegt tot het goedkeurend rapport der finanoieele commissie te hebben meegewerkt, doch hij vestigt de aandacht op een tegenstrijdigheid in twee alinea's in art. 4, waar van de verplichting tot schoonhouden door den aannemer wordt ge sproken, terwijl de toelichting schijnt te doelen op verpliohtiDgtotgeheel onderhoud. De heer Hamer zegt dat in het concept niet is geregeld onderhoud, maar alleen schoonhouden. De heer Pilaar zegt dat dit er dan staan moest, onderhoud toch behoort bij de gemeente. De heer Dekker wensoht de voorwaarden artikel voor artikel te behandelen. Het is een belangrijk stuk, en door de verschil lende veranderingen is misschien hem alles op 't oogenblik niet duidelijk. Aldus wordt besloten. Bij artikel 2 weuscht de heer Dekker den termijn van 7 jaat te bekorten tot 5 jaar. In den loop van 't vorige contract zijn veel veranderingen noodig gebleken. daarop afscheid Dam, wendde hij zich nogmaals tot Laya's plaatsvervanger met de vraag«Wanneer moet het feuilleton aan het bureau wezen?" «Op zijn laatst morgen vroeg", zei deze. Den volgenden morgen zeide iemand op de redactiekamer: «Mejuffrouw Van Meu lan moet toch niet ernstig ziek zijn, want hier is haar artikel". «Ja, inderdaad! Wie bracht het?" zei de ander. Dat wist niemand. Maar bij het doorlezen bleek het toch van dezelfde grootte, in denzelfden fraaien stijl en met dezelfde soherpe kritiek, misschien een weinig meer humoristisch. De veelbeteekenende heer, dien wij als Francois Guizot leerden kennen, de schrij ver van die hoogstbelangrijke annales, kwam vaak op het bureau, en wist zich zonder dat iemand het bemerkte, het adres van de begraafdeschrijfster te versohaffen. Hij wilde later met haar kennis maken. Hoe jammer, dacht hij, dat dit meisje, hetwelk zulk een open oog heeft voor al wat waar, schoon en edel is, niet tot het geloof in den Christus kwam. Eén ding ontbreekt haar. Zij is de rijke jongeling uit het Evangelie. Mooht zij dat ééne noodige nog, als Maria, aan Jezus' voeten leeren, hoe oneindig veel meer nut zou zij dan kunnen stichtenHij wist niet, hoeveel nut zijn boek reeds aan dat jonge meisje gedaan had en hoezeer zij hem bewonderde. Erkent de lezer in dit alles niet de lei dingen der voorzienigheid Gods Toen George Laya veertien dagen later uit Londen terugkeerde, zag hij naar de De aannemers hebben een gemakkelijker 1 overzicht over 5 dan over 7 jaar. De voorzitter zegt dat de aannemers be zwaarlijk voor zoo korten tijd zoo groote kosten voor materiaal, paarden, enz. kunnen maken. Een langer termiju zal in 't belang der gemeente zijn. In dien geest hebben de meeste inschrij vers zich dan ook tegen spr. uitgelaten. De heer Dekker trekt zijn voorstel in. De heer Hollmann stelt voor bij art. 4 in te lassohen(al het materieel voor de exploitatie) alsmede de paarden benoodigd voor de uitvoering van den dienst. B. en W. nemen deze wijziging over. Art. 11. De heer Dekker aoht 'tgewenscht dat aan de bepaling dat de aannemer ver plicht is gier, modder, odz. weg te halen, worde toegevoegd tenzij B. en W. ver kiezen die voor rekening van den aan nemer te doen wegruimen. De heer Duvekot aeht dit onnoodig, die mest is wel niet veel waard, doch voor 't weghalen wil men ze wel hebben. De heer Kakebeeke steunt 't denkbeeld van den heer Dekker, wijl, behalve gier, er ook glas, blik eD andere rommel blijft liggen. De beer Hamer, dan heffen wij boete. De heer Kakebeeke. Maar dan is het contract afgeloopen. Het is de vraag of wij dan toch nog de beste op beu kunnen verhalen. Zonder hoofdelijke stemming wordt 't aldus gewijzigde artikel goedgekeurd. Bij art. 12 vraagt de heer Dekker een redactie-verandering. Minstens 8 werk lieden in dienst hebben. Dan wil spr. voor «dezen" lezen «den werklieden", dan zijn ook andere nog boven die 8 aan te stellen werklieden er onder begTepen. De voorzitter wil die wijziging overne men, dooh de heer Hamer verzet zich met 't oog op de openstelling der mogelijkheid van aanstelling van jongelui, die geen f8 kunnen verdienen. De voorzitter zegt dat in hetgeen de heer Dekker verlaDgt, door de volgende alinea voorzien wordt. De heer Dekker geeft dit gewonnen. Art. 18. De heer Dekker vraagt schrap ping van de woorden «onmiddellijk na zijn komst". Een waarschuwing door den werkman onmiddellijk na zijn komst aeht spr. ongerijmd. De voorzitter zegt dat de bepaling noodig twee Maandagnommers, welke in zijne afwezigheid waren verschenen, en alles in orde vindende, ook het overzicht op vroo- lijken, geestigen toon gesteld, vermoedde bij niet, dat er iets aan mejuffrouw Van Meulan schortte. Ook de bedienden op het bureau vergaten de boodschap van Ohérie. Zoo duurde het twee maanden, waarin hij getrouw bet honorarium naar Pauline zond, zonder er een regel by te schrijven. Het leven had zijn aantrekke lijkheid voor hem verloren, en voortdurend peinsde bij over het groote verlies, dat hij leed, zelfs ging hij nu en dan op de bou levards wandelen, in de hoop Pauline nog eens te ontmoeten, en wist niet, dat zij achter die hooge muren tussehen dood en leven zweefde. Op zekeren dag wandelde hij daar weder, toen hij zich op eenmaal door eene vrou welijke stem hoorde toespreken. „Ach, mijnheer Laya, zijt gij eindelijk teruggekeerd, het had weinig gesoheeld of gij zoudt onze freule nooit weer gezien hebben". Die zoo sprak was Chérie, de oude min. «Wat is er dan gebeurd stotterde hij. «Weet gij dan nief dat het arme kind <ie typhus heeft gehad. Ach, weken, ja maanden lang. En zij is nog niet genezen. Het was een erge zenuwziekte, zei de dokter". Laya hoorde niet meer wat zij verder zeide. Met een paar reuzensprongen was hij bij de deur der woning, en met enkele sprongen de vijf verdiepingen op. Men wilde hem niet dadelijk toelaten eerst moest het aan de zieke gevraagd is met 'toog op hen die veel te vroeg hun bak buiten zetten. De heer Dekker legt zich hierbij neer. De heele «voorwaarden" wordt aan genomen. Aan de orde komt vaststelling der motor en rijwielverordening. De heer Donner vraagt of art. 15 der Motorwet of althans een verwijzing naar dat artikel niet in de verordening kan opgenomen worden. De voorzitter legt uit dat dit tegen de wet is. De heer Hollmann releveert 't ongeluk in de Lange Kerkstraat met den iietser uit Ierseke die onder 't paard van den heer Duvekot terecht kwam. In verband daar mede dringt Spr. er nogmaals op aan dat 5 M. voor den hoek eener straat de fietsers of motorbestuurders genoodzaakt zullenzijn te waarschuwen. Spr. doet in dien geest een voorstel, waarin op advies van den voorzitter de afstacdsbeoaliog, met 't oog op de moeilijkheden bij te constateerea ©vertredingen, wordt geschrapt. De heer Duoekot aoht een wettelijk verbod onnoodig. Het is hier nu enmaal volgens sommigen een kruiwagenstad met smalle straten. Het ongeluk waarop de heer Hollmann doelt zal de mensohen voor 't vervolg voorzichtiger doen zijn. Die uiat! was trouwens ffoof, zijn bellen zou hem althans niet geholpen hebben. De heer IJollmaun meent dat als de man wèl gebeld had, de heer Duvekot die niet doof is hem niet zou hebben aangereden. De heer Pilaar zag liever de verordening nu maar aangenomen, gelijk zij door Ged. Staten is voorgesteld. Laten wij baar eenigen tijd in werking zien en dan kan men zien of er veranderingen noodig zijn en welke. De wijziging door dhr. Holl mann voorgesteld, is in strijd, met Prov. Reglement on Rijkswet. Na nadere verdediging door dhr. Holl mann komt zijn amendement in stemming. Voor stemden de heeren Hollmann, Eisch, v. d. Bout, Temperman, v. d. Leeuw en Kakebeeke. Dus staking. Bjj art. 8 maakt dhr. v. d. Bout bezwaar tegen 't verbod van meevoeren per flets van voorwerpen die buiten de stuurstang uitsteken. Hij zou wenschen te verbieden meer dan 80 cM. Maar dan haalt hy een streep door den Rjjkspostdienst. De heer Dekker steunt dit. worden, of zij iemand zien wilde. Maar nauwelijks ging de deur open of hij hoorde roeds„Zeker, de heer Laya is mijn beste vriend, laat hem dadelijk binnen", In de eerste oogen blikken kon Laya geen woorden vinden van verbazing. Wat was zijne arme collega verouderd. Haar hoofd leunde vermoeid tegen een kussen, en hare lijkwitte handen rustten machteloos in haren schoot, terwijl hare oogen onnatuurlijk schitterden. „Pauline", riep hij eindelijk, „waarom hebt gij niet naar mij gezonden P" „Ik heb het gedaan, maar gij waart op reis. Heeft men het u niet medege deeld? Waart gij het dan niet, die mij regelmatig mijn loon zondt, ofschoon ik het niet verdiende? Dat was zeer edel moedig van u". Laya schudde het hoofd. „Ik begrijp u niet, Pauline, uwe ar tikelen kwamen regelmatig op het bureau". Pauline lachte en wees naar haar bed. „Ik lag daar weken lang bewusteloos". „Wel nu nog mooier, zond men u dan geen exemplaar der courant". „Ja wel, hier zijn ze". Laya toonde haar de artikelen, maar zij hield vol: „ik heb ze niet geschreven". Daarbij begon zij te schreien) en riep „gij zijt een edel mensoh, eene veel betere vrouw dan ik waardig". Maar ik heb ze ook niet geschreven. Ik wist niets van uwe krankheid. Het spijt mij genoeg. Maar ik mag een eer niet aannempn, die mij niet toekomt. Maar ik bedenk daar iets. Mag ik u met mijne zuster in kennis brengendat is eene alier- De heer Hamer zegt dat het niet aan komt op de lengte van de stuurstang maar op den omvang der uitsteeksels. De heer Pilaar voelt voor 't bezwaar van dhr. v. d. Bout niets. Er worden zaken vervoerd per fiets die de passage belem meren, bijv. een stok. De heer Hamer zag laatst op den wal een fietser met eenige bossen stroo rijden, die den geheelen weg noodig had. De heer Dekker zegteen fiets is geen luxe ding, maar een noodzakelijk vervoer middel. Zijn de dingen breeder dan de stuurstang, dat behoeft dan toch geen ongelukken te veroorzaken. En moet nu een stakker die met iets dergelijks van buiten de stad in komt rijden, hiervoor bekeurd wordenen moet eea arme die een rolletje behangselpapier goedkoop iu stad kocht, by het ui try den daarmee nu nog een gulden boete betalen Nergens bestaat zulk esn scherpe bepaling. De voorzitter wyst onder meer op Mid delburg. De heer Risch zegt, dat een fiets geen vrachtkar is en hoofddoel er van niet moet zyn vervoer van pakjes of vrachten. Het amendement v. d. Bout wordt met 8 tegen 4stemmen aangenomen. Voorstem den de heeren Dekker, Putte, Kakebeeke, v. d. Bout, v. d. Leeuw, Donner, Hollmann en Temperman. De heele verordening wordt goedgekeurd behoudens noodige herstemming over 't amendement-Hollmann. De wijziging der verordening op het houden en slachten van vee, enz. wordt goedgekeurd, na een bevestigende beant woording eener vraag van dhr. v. d. Leeuw of aan de bezwaren der slagers in de ge meente is tegemoet gekomen. Aan de orde komt het voorstel van B. en W om op een adres van den concierge der Meisjesschool om te worden ontheven van het geregeld verplaatsen van banken in de bewaarschool, aan adressant voorloopig een gratificatie toe te staan van f 25 's jaars. De heer Donner wijst hier op een mis verstand. Niet met de vrouw maar met den concierge heeft de gemeente een contract. De heer Dekker herinnert dat 't verzoek van adressant indertijd door een der raads leden in de geheime zitting is bepleit, dooh dat de Raad toen met algemeene liefste vrouw, die u gaarne in alles van dienst zal zijn „O', gaarne, zoodra ik kan uitgaan hoop ik haar te bezoeken". Laya nam hartelijk afsoheid. Toen hij 's avonds op zijn bureau zat en zijne papieren rangschikte, vond hij opnieuw het Maan dags-overzicht daaronder. Het was met eene nette, ietwat grootere hand dan van Pauline geschreven, maar het sohrift had tooh wel eenige overeenkomst. Hij on derzocht wie dat gezonden had. Men wist het niet. Daar komt zijn plaatsvervanger hem zeggen, dat de heer Francois Guizot er geweest was, en een half uur op hem had zitten wachten. „Dat spijt mij", zei hij, „ik zalhem dadelijk gaan opzoeken". Onderweg kwam het ver moeden bij hem op of deze puriteinsehe schrijver ook wellicht de verborgen be schermengel van Pauline geweest was. Hij kende hem als zeer barmhartig en wist hoe hij ware talenten wist te waardeeren. Hij was dan ook niet lang bij den heer Guizot of reeds had hij hem kort en goed gevraagd, of zijn vermoeden waarheid bevatte. Guizot was reeds op het punt dit volmondig te bekennen, toen hij zich het voorschrift van zijn grooten Meester her-» innerde „laat uw rechterhand niet weten wat de linker doet Hij maakte zich dus van de zaak af, en men sprak over andere dingen. Laya bewonderde altijd den scher pen blik voor recht en waarheid van Guizot en kon zich niet begrijpen, waar hij zulke voortreffelijke moraliteit geleerd had. (Wordt vervolgd

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1907 | | pagina 1