NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
No. 211. 1907.
Maandag 10 Juni,
21e Jaargang.
HISTORISCH
CHRISTELIJK-
Kiezers, wilt |U dat?
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed, S, J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Zij die zich met 1 Juli a. s.
op ons blad abonneevenont
vangen tot aan dien datum van
nu af de nummers gratis.
D. MULDER,
M. NOORDIJKE en
J. WONDERGEM.
E. BONTE,
A. m. HENDRIKSE en
Jhr. H. A. WTTEWAAL VAN
STOETWEGEN.
F. C. O. M. HOMRACH,
P. MOES én
C. IJSEBAERT.
Jhr. J. C. F. HOEUFFT én
A. TIMMERMAN.
Aan de Lezers.
201
Snippers uit de oude doos.
IEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p. p1,25.
Enkele nummers0,02s.
UITGAVE DER FIRMA-
EN VAN
van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Onze Candidaten voor de Provinciale
Staten stemming 11 Juni a-s.zyn
District Middelburg:
Mr. P. DIELEMAN,
S. LOUWERSE en
L. J. VAN VOORTHUIJZEN.
District Vlissingen:
K. HOUTERMAN,
P. MERCKENS en
P. J. SIEGERS.
District Goes:
A. S. J. DEKKER,
District Tholen:
Mr. J. A. DE WILDE.
District Sluis-.
District Hulst:
P. F. FRUTT1ER,
District Zierikzee:
Mr. D. ENGELBERTS.
A. s. Dinsdag verzenden wij 's avonds
kalf 6 ons blad niet, doch met de volgende
post, wegens de uitslag der stemmingen.
Middelburg en Vlissingen worden echter
op tijd verzonden en ontvangen zoo spoedig
mogelijk een bulletin.
FEUXLLÏÏTCIT.
DOOK
S C A L D 1 S.
NIEUWVLIET.
Tusschen Groede en Kadzand stroomde
eertijds een vaarwater „het Zwarte Gat"
genoemd, dat ook het Oostburger- van het
Aardenburgera.vdbs.ckt scheidde.
De schorren aldaar aangewassen, be-
hoorende aan Willem van Croy en Jeronimus
Laureijnwerden bedjjkt vóór Dec. 1505.
Ze verkochten deze eigendommen vervol
gens aan Jan Adornis, heer van Nieuwen-
hoven en werd deze verkoop den 25 Pebr.
1525 door Keizer Karei V goedgekeurd.
Deze vergunde heer Jan, den 12 Juli 1532,
om de heerlijkheid door bij voeging van tivee
leenen tevergrootentotéénleen en parochie
als afhangende van den Burcht van Brugge.
Zoo ontstonden de heerlij khedem Nieuwvliet,
St. Pieter en Metlenije, die in ééne hand
waren en doorgaans alleen naar de eerste
genoemd werd. 't Was eene vrije heerlijk
heid, met hoog, middelbaar en laag rechtsge
bied. Zij werd bediend door een Baljuw
burgemr., zes schepenen en een secretarisdie
door den heer van Nieuwvliet werden aan
gesteld in het orimineele zonder hooger
beroep, doch in het civiele onder beroep tot
het college van „den Vrije" te Sluis. Om
streeks 1655 bestond het dorp uit twee af
zonderlijke gehuchten Nieuwvliet met 8
9 huizen, wiens bewoners tot de Herv. Ge
meente behoorden en 350 gemeten lands
gebruikten en St. Pieter waar 12 Ét 13 huizen
stondendeze gebruikten 653 gemeten
gronde. Daar moet ook het oude dorp
Nieuwvliet worden gezocht, in het laatst der
lode eeuw by eene doorbraak weggespoeld.
Tot nu toe spraken we over de groote
beginselen die blijven, en niet over het
klein gedoe, dat komt en gaat, en waar
voor en waarover nieuwe tijden ook nieuwe
zorgen baren. Tooh, ook daarvoor behoe
ven we niet onverschillig te zijn.
Al is de gronslag, het fondament ran
een gebouw het noodzakelijkste deel van
den arbeid, daarom kan het gebouw dat
opgetrokken wordt op dit fondament nie
mand onzer onverschillig zijn.
Dat wij op het oude fondament wensohen
voorttebouwen, naar de behoefte des tijds,
zal, vooral na een tijdperk dat aan de
rechterzijde meer direoten invloed gaf in
's lands bestuur, zelfs door onbevooroor
deelde tegenstanders niet kunnen ontkend
worden, evenmin als het feit dat onze te
genstanders, en van hun standpunt zeer
terecht het fondament als de sta-in-den-
weg aanwijzen voor hervormingen door
hen gewenseht.
Met de ervaring dat niet met één bijlslag
een boom die men omhouwen wil valt,
staat dan nu de verkiezing van Dinsdag
alweder in het teeken van éónen bijlslag.
Vele slagen ook vergeefsehe zijn
reeds toegebracht, en vele zullen nog volgen.
Maar op dezen eenen, een der velen, zij dit
maal in 't bijzonder onze aandaeht geves
tigd, en daarvoor uwe bijzondere attentie
ingeroepen.
Het gaat er ditmaal om, om de meer
derheid in de Eerste Kamer naar de lin
kerzijde, naar den kant der vrijzinnigen
te verplaatsen.
En nu mag toch, afgedacht van alle
beginselen en van alle diepere en hoogere
beschouwingen de vraag wel eens worden
gedaan: Kiezers, wilt gij dat?
Waeht ge van die omzetting eenig profijt
voor uw land of voor uzelf?
We zullen de geschiedenis niet diep
ophalen om U te overtuigen dat, er met
het verleden gerekend, niet veel hoop op
beterschap behoeft te bestaan. We gaan
slechts twee jaren terug, tot 1905 en
vertellen dingen die ieder meelevend
mensoh weet.
De inwoners van St. Pieter behoorden
allen tot de Doopsgezinde gemeente, die
nadat zij uit Groede verdreven waren, te
dezer plaatse, krachtens de vrijheden hun
door de Staten-Generaal in 1647 verleend
een kerk en gemeente konden stichten,
welke gemeente tot in 1777 stand hield.
Het tegenwoordige dorp werd omstreeks
1658 ge8tioht en werd meermalen door
overstrooming geteisterd, maar toch behou
den. Vóór de Hervorming stond hier een
Roomseke kapel, aan de II. Barbara gewijd
die afhankelijk was van St. Bavote. Gent.
De rijke Heeren van het dorp bewoonden
een in de nabijheid staand deftig huis,
doeh dit is in 1792 gesloopt.
Bezoeken wij het plaatsje, 't welk circa
3 uur N. O. van Sluis ligt, en in den
volksmond veelal Sinte Pier wordt genoemd
dan zien wij dat het grootendeels uit ééne
straat bestaat, aan welker einde wij den
Koornmolen ontmoeten.
Het dorpje heeft een vriendelijk voor
komen en bestaat uit eene welvarende
landbouwbevolking. De doortrek van
Breskens over Groedevan welke laatste
plaats de in 1850 aangelegde straatweg
leidt, welke zioh hier ter plaatse aansluit
aan den praohtigen grindweg naar Zuid-
zande en Sluis, geeft wel eenig vertier aan
de plaats.
In hoever de Barbara-kapel, uk de
Reformatie door de Hervormden nog is
gebruikt geworden is onbekend, maar zeer
waarsohijnlijk gingen de meeste inwoners
te Groede ter kerk. Daar de Kapel, in het
naburige Zuidzande aan St. Christoffel ge
wijd, na de herdijking van de watering van
Zuidzande in 'n onbruikbaren toestand was
geraakt, moesten de Hervormden aldaar
te Kadzand hun godsdienst uitoefenen.
Vele moeiten deden zij, ook met behulp
ran hoofdmannen en kerkmeesters te Kad-
Onder oorverdoovend getier, was het
ohristelijk Kabinet gevallen. Het waan
zinnige, buitensporige gedruiseh om dien
val te bewerkstelligen was voor ieder
normaal mensch reeds aanwijzing genoeg
van den ongezonden toestand. En om dien
ziekelijken toestand nog duidelijker te
maken, ontging het onze opmerkzaamheid
niet dat een meerderheid van 4 stemmen,
straks tot 2 ingekrompen was veroverd
do.or de hulp van een kleine maar roerige
partij, die, om haar gemis aan alle regee-
rings-verantwoordelijkheid, en om haar
overdreven eisehen voor klasse-belangen,
op straffe van zelfmoord aan geen enkele
regeering hulp bieden kan.
Alzoo stond het, met moeite en groote
zorgen geboren, vrijzinnige Kabinet aan
den ingang van zijn levenstaak.
En nu zijn twee jaren van arbeid vol
bracht, en wat was het resultaat van dien
tweejarigen arbeid.
Immers niet anders als op duim en
vingers uitgerekend kon worden, zoowat
niemendal. Verre van ieder onbevooroor
deelde om daarvan da schuld te geven
aan de personen die als Ministers de Raad
der Kroon vormen, en door H. M. op
gansoh wettige wijze benoemd zijn, en die
dus ieder goed anti-revolutionair als zijne
overheid te eeren heeft.
Neen, neen, niet deze of gene was de
zondebok, maar de omstandigheden waren
oorzaak dat er in die twee jaren geen
sociale wetten, eisehen des tijds bij uit
nemendheid, versohenen.
Geen arbeidscontract is nog in staat van
wijzen, geen invaliden-pensioen is van dit
kabinet te waehten, geen ouderdoms-pen-
sioen is nog voorgesteld, geen ongevallen
verzekering voor landbouwarbeid is nog
uit de nalatenschap van het vorige Kabinet
opgedolven.
Voor een betere Armen-of Zondagswet
was geen tijd en voor het volksonderwijs
was een voorstel, tot finanoieële verbete
ring der positie van een groep onderwijzers,
het eenige resultaat.
En nu zullen we niet gaan vergelijken
den arbeid van het vorig Kabinet met dit,
overtuigd als we zijn dat het gekibbel der
sand, om eene zelfstandige gemeente en
kerkgebouw te stiohten. In 1658 meenden
zij, dat hunne hoop niet beschaamd zou
worden, maar ongelukkig kwamen die van
Nieuwvliet tusschen beide en veroorzaakten,
dat alle overeenkomsten te niet liepen.
Ook te Nieuwvliet verlangde men een
kerkgebouw, hoezeer de behoefte hiertoe
minder groot was dan te Z.Zande en men
beweerde dat de Z.Zandenaren gemakkelijk
naar Nieuwvliet ter kerke konden gaan.
De veelvermogende invloed van de hee
ren van Nieuwvliet, die intussohen meer
voor hun eigen belang, dan dat der Herv.
godsdienst ijverden, was oorzaak, dat H.H.
Mogenden, zoowel als de Gl. van Walcheren,
die van Z.Zande niet met voorliefde be
handelden.
Een dier heeren, hoewel tot de R.-K.
kerk behoorende, bevorderde vooral den
bouw der Herv. kerk en van dezen (zijn
naam is niet bekend) is het stoute, doeh
ware antwoord, dat hij den kanunnik Bin-
levenop diens opmerking dat de heeren
Staten die van St. Bavo (te Gent) niet on
redelijk zouden belasten, gaf«Zijnde de
Staten Hoogmogenden, zij zijn, bij God
geen almogenden".
Hoe dan ook gedwarsboomd, de strijd
der volharding der Z.Zandenaren werd ein
delijk met den besten uitslag bekroond.
De Staten van Zeeland,stonden, bij resolutie
van 31 Mei 1659, het bouwen eener kerk
toe, zoowel te Z.Zande als te Nieuwvliet.
Aan die te dezer plaatse werd nog steen
gebraikt van de voormalige St Barbara's
kapel.
Vóór den bouw der kerk, was de ge
meente al eenigszins geordend, en zal zij
al eene vergaderplaats hebben gehad dit
blijkt althans uit eene aanteekening in het
oudste doopboek der gemeente.
Aldaar lezen wij dat den 17 Maart 1658
Volksvertegenwoordigingoveronpraetisohe
dingen evenveel sohuld aan stilstand of
vertraging heelt, als het huidige Kabinet,
j Maar liever zij het ons geoorloofd te vragen
wat verwacht gij, kiezer, met de geschie
denis van twee jaren aohter u, van den
wetgevenden arbeid van de volgende twee
jaren, ook als de Eerste Kamer «om"zijn zal.
Wat wij wachten P
Een eindeloos gekibbel over Grondwets
herziening en algemeen kiesrecht, zonder
eenig resultaat. De terughouding aan de
eene zijde is o.i. minstens even sterk als
de drang aan de andere zijde van het vrij
zinnige nbloc' tegen algemeen kiesrecht
en Grondwetsherziening, ook al hebben in
de laatste dagen sommigen bij het blanco-
artikel gecapituleerd.
Voorts wachten we een even onvruoht-
baren strijd tegen leger en vloot onder de
leus van de defensie goedkoopertedoenziju.
Goedkoopte is ook voor dit artikel een
recommandatie, of laat ons liever zeggen
een reclame, maar dat het duurder koop zal
blijken, is al door vele deskundigen verze
kerd, en met dit passen en meten van meer
of minder zal de tijd worden versleten, en
de eisehen der veiligheid geschaad.
Voorts wachten we hat indienen niet
het afdoen van nieuwe belastingwetten.
Rijksinkomsten-belasting, meerdere belas
ting van 2 millioen op den tabak, en een
vermeerdering van 27 ct. op iedere kan
jenever.
Misschien ook nog een verscherpte leer
plichtwet tot 14 jaren.
Maar en passant zullen de Handelingen der
Staten-Generaal, van wege de vele woorden
over deze ontwerpen gewisseld, onhandel
baar zijn geworden als folianten, en het
Staatsblad dat de door H. M. de Koningin
bekrachtigde wetten opneemt dun, o zoo
dun 1
En nu is ongetwijfeld de band aan ons
nationaal verleden, de hooge en de heilige
band aan de groote beginselen die niet
wisselen met de tijden, maar blijven, de
voornaamste die ons anti-revolutionairen
eenparig ter stembus doet gaan om te
kiezen vaor de rechterzijde.
Maar naast dien band aan het verleden
de openbare prediking is aangevangen,
by welke gelegenheid, het eerste kind
gedoopt is door ds. Nicolaas Lejjdecker
van- Retranchement.
De predikdienst werd nu voorloopig
opgedragen aan Willem Aslaer, proponent
bij de cl. van Walcheren. Later, den 8en
Juli 1659, werd in een coll. qual. de eerste
kerkenraad benoemdtot ouderlingen
werden verkozen: Cornells Erasmus en
Jacob Pontfoort en tot diakenenMichaël
Wage en Marinus van Overbeeke. Zij wer
den bevestigd 27 Juli door ds. Avan
Weezegem van Groede.
Don 13 Oct. d. a. v. werd de eerste
schoolmeester en voorzanger aangesteld
in den persoon van Jan Gillissen.
Nadat dan het kerkgebouw gesticht was,
werd het 14 Oct. 1659 ingewijd door den
eersten dienaar der gemeente, van welke
vestiging het hónderdjarig jubilé, den 14
Oct. 1759 plechtig gevierd is, onder voor
gang van haar toenmaligen leeraar ds.
J. J. Held, naar aanleiding van Ps. 77 12
en 18.
Gaan wij het bedehuis, met zjjn koepel
torentje, midden op 't dak, binnen, dan
zien wij dat het zeer doelmatig is inge
richt en met een gaanderij boven den in
gang is voorzien. Jammer dat het van een
orgel is verstoken, wat voor de vele ver
mogenden die wy hier aantreffen o. i.
waarlijk een klein bezwaar zon zijn.Wijl
er in 't midden der vorige eeuw vrij wat
herstellingen aan't gebouw noodig waren,
besloot men toen ook het plafond er in
aan te brengen welke werken werden
aanbesteed den 16 Juli 1866 De aldus
flink gerestaureerde kerk werd opnieuw
aan hare bestemming toegewijd op 11
Nov. d. a. v. door ds. Gouda Quint naar
aanleiding van Jobs. 10 22.
Bezoeken wy nog even de net aange-
bestaan tooh ook de belangen van heden.
En het mag, aan den vooravond eener
verkiezing waarbij het omzetten van een
onzer vertegenwoordigende Colleges doel
is, ook wel eens gevraagd worden of gij
er uw belang in ziet om eindeloos te gaan
disputeeren over Algemeen Kiesrecht en
Grondwetsherziening P Of gij nu eisohen
kuat dat alles ontwikkelt en duurder wordt,
en alleen onze verdedigbaarheid teruggaat
en minder wordt? Of gij, bij meerdere
behoefte, uog steeds alle lasten direct vau
uwe burgers wensoht te halen, of ook niet
indirect van buitenlandsohen invoer? Of
ge eindelijk baat ziet in al meer opge
dreven eisohen van onderwijs P
Ook deze vragen hebben ongetwijfeld
bij eene verkiezing reden van bestaan, en
ook op deze vragen geve uw stembiljet
van Dinsdag antwoord.
8 Juni 1907.
In zeker blad wordt met 't oog op de
verkiezingen den Goesohen Katholieken
zijdenlings ontraden te stemmen op onze
candidaten, dewijl in no. 35 van de Sprok
kelingen van Soaldis in ons blad iets
gestaan heeft omtrent geloofsvervolging
op Hugenooten
Wij merken dien katholieken kiezers
op dat er in bedoeld no. 35 niet over
geloofsvervolging gehandeld wordt, maar
over de indijking vau polders iu Zaamslagfl
Wij kunnen, begrijpen dat de vrijzin
nigheid die haar beginsel verbergt zich
begeven moet tot verdachtmaking en uit
knipsels. Doch in een verhaal over indij
king van polders zoekt zelfs de grootste sul
geen oitaten over geloofsvervolging.
Bovendien bedoelde «Snipper" van Soal
dis is wel wat oud29 Augustus 1905
gesteld al dat ze te gebruiken ware,
Hoe noodig hst is/
Het is zoo klaar als de dag, dat het
noodzakelijk is, dat de Rechterzijde ook
in de Eerste Kamer niet verzwakt, maar
versterkt wordt.
Immers heeft zooals wij opmerkten,
de Minister van Justitie te kennen gegeven,
dat hij gaarne de positie der onechte kin-
legde begraafplaats, aohter de kerk gelegen,
dan trekken vooral twee grafteekens, onze
opmerkzaamheid, en te meer trekt dit onze
aandacht, wijl het een verschil van ouder
dom der beide afgestorvenen geldt van
meer dan eene eeuw. Op het einde van
de middenpad treffen wij aan dat van
Francois de Rue, den 1 April 1899 over
leden, ruim 103 jaren oud en vóór een
afgesloten terrein, waarop een heuveltje
en de graven van Abr. de Hullu en diens
echtgenoofe Pa. Erasmushet beseheiden
zerkje van den op noodlottige wijze om
gekomen Willem Jacob Breukinkzoontje
van ds. Breukink en gestorven 8 Nov. 1878,
sleohts twee jaren oud.
In de vergadering van 27 Juli 1659,
had men goedgevonden eenige proponenten
aan te schrijven, om deze op 81 Juli te
Middelburg te gaan hooren. Dit schijnt
geen gevolg te hebben gehad, want 6
Augustus d.a.v. werd beroepen
JACOBUS EDUARDI.
Deze kwam den 17 April 1658 het eerst
in dienst te Caude of Camphy-eiland, in
Engeland en werd vandaar beroepen en
bevestigd 12 Oct. 1659 door ds. Nic. Leij
decker van Retranshement.
Den 11 Sept. 1672 van hier naar Kad
zand beroepen, trad hij aldaar in dienst
den 13 Nov. d.a.v. en overleed daar ter
plaatse den 9 Juli 1676. Eene dochter van
hem Catharine, was de eerste vrouw van
den bekenden Balduïnus Hunnius, pred.
geweest te Oostburg en St.-Laurens, en
schrijver van de «Zeeuwsobe Buijse".
Door twintig ambtgenooten werd ds.
Eduardi, totheden, opgevolgd. Vanniemand
hunner vinden wij iets vermeldenswaardig»
geboekt.