NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND
No. 172. 1907
Dinsdag 23 April.
21e Jaargang,
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST. w Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
EEN EVENEMENT.
Snippers uit de oude doos.
Vppr het eerst hooren wij vaa Middelburg
IEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p. p. 1,25.
Enkele nummers0,02'.
BE
UITGAVE DER FIRMA
SN VAN
i
van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent.
Familieberichten van 1—5 regeis 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
IJK.
lerseke 23 April des namiddags, 24 en
25 April.
Krulningen, met uitzondering van
Hansweert 26 April.
Hansweert 27 April.
De ministerieële crisis en hare geschie
denis, zooals die de vorige week, met
groote uitvoerigheid, door de Tweede
Kamer is behandeld, is voorbijgegaan of
zal ras voorbijgaan zonder eenig spoor
natelaten.
Slechts de herinnering blijft aan een tijd
perk in onze politieke gesohiedenis waarop
geen der beide daartoe gerechtigden en
geroepenen lust heeft om de regeeringstaak
te aanvaarden, en waarop men met alle
mogelijke middelen die scherpzinnigheid
en gevatheid aanbieden voor het begrip
der natie tracht duidelijk te maken dat
hj het doen moest. t
Maar hj ziet er niets in.
"Van meer uitgebreide en vermoedelijk
van ver strekkende beteekenis is o.i. de
laatst gehouden vergadering van de Unie
een school met den Bijbel.
De kring die zioh om de Unie schaart
is klein in vergelijking van onze Volks
vertegenwoordiging. L'e belangen door
dezen kring behartigd omvatten slechts
een klein deel van onze gemeenschappe
lijke belangen. En toch is de beteekenis
van een Unie-vergadering als de laatst
gehouden o.i. van oneindig grooter be
teekenis als het politiek gehaspel van onze
Volksvertegenwoordiging in de laatste
dagen.
De laatste Unie-vergadering ontleende
hare buitengewone beteekenis aan eene
rede door den bekenden strijder voor de
christelijke school, het kamerlid voor Goes,
jkr. mr. A. F. de Savornin Lohman, ge
houden.
Reeds het optreden van mr. Lohman
om eenig onderwerp ter hand te nemen
in betrekking tot de school of tot het on
derwijs dringt tot aandacht.
Mr. Lohman is de pleiter voor de rech
ten van de chr. school. In al haar strijd
&2EZ01
IB, win iiiinnr
183
FEUILLETON.
DOOK
S C A L D I S.
Middelburg.
I.
Gevoegelijk was het wel geweest, wan
neer wij, bij 't begin onzer tochten, de eer
van het eerste bezoek aan de hoofdplaats
van ons gewest hadden gewijd. Door om
standigheden buiten onzen wil, hebben wij
aan dit voornemen nog geen gevolg kunnen
geven. Reden waarom wij nu voor ditmaal
aan onze verplichting wenschen te voldoen.
Gelijk van meer plaatsen in Zeeland, zou
tec ook over de geschiedenis van Middelburg
een dik boekdeel kunnen gevuld worden.
Ons bestek laat echter niet verder toe,
dan dat we slechts een vluchtig overzicht
nemen van de geschiedenis der stad en ook
van het meest bezienswaardige dat zij aan
biedt.
't Ontbreekt ons trouwens niet aan gid
sen, 't zij oude of nieuwe, die ons de stad in
haar vroegefen en tegenwoordigen toestand
doen kennen.
Wijl hot velen uwer echter wel aan die
bronnen zal ontbreken, willen wij eerst
Oen;ge bladzijden uit de annalen van het
eertijds zoo bloeiende en machtige Middel
burg opslaan om vervolgens een bezoek aan
de stad zelf te brengen, en te eindigen met
het nagaan van wat er plaats had, toen de
Herv. Kerk in de plaats van de Roomsch-
Katholieke trad.
Als van ouds, zullen wij dan, hoe vaag
{Ie berichten daaromtrent ook »n wee?
en worsteling stond hij ruim dertig jaren
vooraaD. Hij is de man der vrije school.
En die man van de vrije school kwam
op de laat,8teUnie-vergadering pleiten voor
de volksschool
Welke omkeering I
Had de man die de vrije school voor
heel de natie predikte, zooveel jarenlang,
dan nu met zijn verleden gebroken
Was mr. Lohman gedraaid
Men hoorde reeds in kringen waar men
altijd vraagtWat zit daar achter ook
weder deze vraag stellen.
En zij die alles door politieke neven
gedachten naar beneden durven halen,
rapporteerden reeds een fusie tusschen de
christelük-bistorischen en de Friesch-cbr -
historiachen.
Dit zou dan de brug moeten zijn die
gelegenheid tot naderen aan beiden geeft.
Een meer aannemelijke reden voor het
optreden van mr. Lohman voor de over-
heidsschool ligt o.i. voor de hand.
Ziet, na langjarigen schoolstrijd is met
veel moeite en opoffering een weg gebaand
voor de Vrije School. Een zwaren druk
is haar van de schouderen gewenteld, en
nu, zalig in haar bezit, dreigt de vrees
dat zij zich content gevoelen zal en
voldaan.
Haar dreigt het gevaar eenzijdig te zien
op eigen instituut en koelbloedig te ver-
waarloozen wat haar niet rechtstreeks
aangaat.
Daartegen te waarschuwen was de reden
om bij vernieuwing eens de aandacht te
vragen voor het vraagstuk der school
organisatie, ongetwijfeld als ge weten wil
de groote voortgang van het christelijk
onderwijs, dan hebt ge onze schoolbladen
maar op te slaan.
Niet minder als 92 oproepingen voor
onderwijzers in bestaande vacaturen bevat
het jongste nummer van De School met
den Bijbel.
Maar vergeet men in onze kringen wel
niet eens dat daarnaast nog altijd de
openbare school staat, die tot op den hui-
aigen dag nog altijd voor de groote meer
derheid van ons volk de plaats, voor menig
dorpsbewoner, de eenige plaats van opvoe
ding en onderwijs is.
beginnen met de naamsafleiding.
Sommige oude schrijvers laten voor
hunne meening een held ten tooneele
komen't was n. m. niet minder dan den
Romeinschen krijgsoverste Metellus die voor
deze opinie moest dienen, naar wien dan
ook de plaats Melellibnrgum of Metelsburg
genoemd werd. Anderen vermoeden, en
wel met meerder grond, dat zij haar naam
ontvangen heeft van een Burcht of Sterkte,
midden in Walcheren gelegen en om die
reden Medium Castrum geheeten.
Dr. de Man in zijn„de Vliedbergen in
Zeeland" verwerpt dit laatste vermoeden
alweer, als hij zegt: „wanneer men be
denkt, dat die plaats niet middenin Wal
cheren lag. maar dicht bij, misschien wel
vlak aan de zee, dan kan althans dien
naam geen middelpunt van het eiland
aanduiden",
Hoe dit nu ook zy, wij willen in deze
geen partij kiezen, maar vast staat toch
wel dat de naamsoorsproDg in verband
zal staan met de Burchtwelke men er,
ter bescherming van het eiland, bouwde.
Het beginsel van de plaats lag, als van
zooveel anderen in Zeeland, oudtijds in
schorren en plassen. Deze werden ten
westen van de stad afgedamd door een
dam, dien men nog den Seisdam noemt en
ten oosten door een anderen dijk die nu
nog den Dam wordt geheeten.
Zeer waarschijnlijk vormden de geulen
van het zeewater een bekken rondom de
stadlater deden dat althans de water
gangen. Een groot deel van het water uit
den polder liep en loopt nog naar een
boezem rondom de stad en vandaar, door
kanalen naar zee. Van deze waren zijn wel
de Arne en de Wclzingsche watergang de
voornaamste.
De school moet een verlengstuk van het
huisgezin zijn, accoord gaan met het gezin,
zeker. Maar als men die gedachte conse
quent doorvoert, heeft men dan genoeg
gedaan
Dan is er een scheidingslijn getrokken
io ons volksleven, een separatie tusschen
huisgezinnen en huisgezinnen. Dan is voor
eigen kind de gelegenheid geopend om,
naast maatschappelijke kennis ook gods
dienstige vorming te verkrijgen, maar wij
hebben bij zoodanige regeling dan ook
afstand gedaan van den machtigen invloed
die door christelijk onderwijs een grooter,
veel grooter deel van ons volk kon ten
goede komen.
Kunnen wij, zoo stellen we'tons voor,
was de vraag door de Unie-rede aan de
orde gesteld kunnen wij, als deel uit
makende van onze nationale eenheid, en
levende onder de zegeningen van ons zoo
zuur en duur verworven christelijk onder
wijs, daarop nieteenigen in vloed uitoefenen
De vorige week werd in een onzer oude
vaderlandsche steden een school geopend.
Het dagelijkseh Bestuur der gemeente was
tegenwoordig en de Burgemeester niet
een man van de chrtstelijke school zei
in zijn welkomstgroet deze merkwaardige
woorden
Het is voor het bestuur eener gemeente
niet 't zelfde welke sehool er geopend wordt.
Dat woord op die plaats en uit dien
moud is teekenend. Met ieder jaar wordt
aan meerderen duidelijk dat de ontker
stening van ons volksleven, die tot nu toe,
dank zij de uitnemende krachten aan de
openbare school werkzaam, nog slechts 't
begin van haren verwoestenden invloed
op ons volksleven doet gevoelen, niet een
toenemend gevaar ook voor tucht en ge
hoorzaamheid en ook voor de orde en rust
oplevert.
Verlengstuk van het huisgezin, hulp
middel tot uitvoering der Doopsbelof te is
de christelijke school. Maar het school-
vraagstuk heeft ook een nationaal karakter.
Als machtige factor om in te werken op
de toekomst van ons volk staat geen in
stelling met de school gelijk.
En omdat op de laaste vergadering van de
Unie het nationaal karakter der sehool naar
in het jaar 836 toen Eggard, Graaf van Wal
cheren was en deze een burcht of vesting
stichtte om beveiligd te zijn tegenover de
aanvallen der ruwe Noormannen
Laten in den aanvang der 12de eeuw
werd er ook reeds een kasteel gevonden
onder de hoede dier sterke muren, werd een
klooster gesticht, behoorende tot de Prie-
monstrateuser-orde, welk klooster later tot
eene Abdij werd verheven.
Reeds spoedig vormde zich binnen de
wallen en grachten een niet onaanzienlijk
vlek, waar in het begin der 13de eeuw de
Graven van Holland en Vlaanderen de
oppermacht hadden.
Allengs waren ook buiten de muren,
buurten met parochiekerken verrezen, die
in den loop der tijden werden omwald en
by de stad getrokken. Ook later breidde
haar omtrek zich uit, maar steeds bleef haar
grondvorm rond, in overeenstemming met
de gedaante van den ouden Burcht. Deze is
echter verdwenen,zelfs de stadsgevangenis
of B's-Gravensteen", gebouwd op de plaats
waar 't Kasteel had gestaan, moest voor den
tand des tjjds zwichten, het werd in 1827
voor afbraak verkocht.
Alleen de namen van twee stratende
lange- en de korte burg herinneren nog aan
het sterke Slot, het welk eenmaal in het
midden stond.
Zoo onzeker de stichting der stad is, zoo
duister zyn ook hare eerste lotgevallen;
Dat deze Burcht de kern de stad is,
blijkt ook nu nog wel uit de lange, nagenoeg in
een cireel rondloopende straat, die onder ver
schillende namen nog bekend is i t. w. Lange-
delft, Noordstraat, Wagenstraat
en Pieterstraat. Die kring van straten ver
vangt den kring van grachten, die oudtijds de drie
hoofdgebouwenden Burcht, 't Kasteel
en de Abdjj omringde,
voren is gebracht en gelegenheid geboden
is om van uit een ruimer standpunt als
we tot nu toe, te zeer bekneld door eigen
zorgen, konden innemen, de grootere be
teekenis der sehool te zien daarom noemen
we de laatste Unie-vergadering een evene
ment, dat, of we menige beschouwing
omtrent de inwerkiDg of haar deelen
kunnen of niet deelen kunnen toch over
vloedig stof tot overdenking en bespreking
leveren kan in onze kringen levende met
en voor de christelijke school.
22 April 1907.
De Middelburgsclie Courant traehtte voor
eenige weken de Gereformeerden en de
Hervormden in de Goesche anti-rev. kies-
vereeniging tegen elkaar uit te spelen
zij kon dit echter moeilijk blijven doen,
dewijl 'tin die kie3vereeniging niet ging
om een Hervormde, maar om wat de
Middelburgsche zelve noemen zou een
Kuyperiaansohe candidatuur- De malcon
tenten in de Goesche kiesvereeniging waren
voorstanders vau eene eandidatuur-De
Wilde gelijk de Walchersche Courant heeft
aan het licht gebracht.
Maar de Middelburgsche is niet voor één
gat gevangen. Zij werpt het nu over een
anderen boeg. Zij deelt de names onzer
Goesche candidaten mee, en laat er dan
op volgen
De Centrale R.K. kiesvereeniging Goes heeft
besloten de candidaturen te steunen.
Dat spreekt van zelf.
Maar of daarom nu alle katholieke kiezers die
heeren zullen steunen, dat is de groote vraag
nu er van hen geen candidaat is gesteld.
Wij weten nu eenmaal dat in dat district, en
hoofdzakelijk in Goes, een paar heeren bij zulke
gelegenheden de kaarten uitgeven.
Derhalve, thans moeten de Roomschen
in 't gevlei, omdat er geen Roomsche can
didaat by is en in 1904 moesten de anti
papisten gelokt omdat een katholieke
candidaat, de heer Timans, door ons aan
genomen was.
Men ziet dus verdeel en heerseh moet
't blijven.
Dat is trouwens de eenige weg waarlangs
het liberalisme in den lande meerderheid
blijft, en meerderheid worden kan in onze
provincie.
door een geweldigen brand werden de
eerste bescheiden der plaats geheel ver
nietigd.
Uit andere broHnen weten wij dat Koning
Willem te Dordrecht in 1253 de stad eene
keur gaf, die nog eeuwen in gebruik is
geweest.
De ingezetenen stonden dezen Vorst ook
dapper bij in den vermaarden slag by West-
kapelle op den 4 Juli van dat jaar tegen
Zwarte MargrietGravin van Vlaanderen,
in welken zij door hunne dapperheid veel
tot de overwinning bijbrachten. Hij ver
leende hen voor die hulp vele nieuwe hand
vesten en privilegiën, en ook bijdragen in
geld om de stad nog te kunnen versterken.
Ook begiftigde hy de Abdij ruim met erven
en tienden.
De stad werd in 1288 opnieuw door de
Vlamingen belegerd, die in Walcheren ge
vallen waren, daartoe opgehitst door de
misnoegde Zeeuwsche edelen, inzonderheid
die van Van Borsele en Renessedoch Graaf
Floris hiervan verwittigd, zond zyn vrouw
en zyn zoon Jan binnen de stad, als waar
borg dat hij ze tegen den vijand wilde bij
staan, terwijl hy krijgsvolk tot ontzet ver
zamelde.
Door bedrog van Hertog Jan van Brabant
viel hy te Biervliet in handen van Ja» va»
Vlaanderenmet wien hij aldaar vrede dacht
te sluiten, en werd gevangen genomen. De
belegering der stad werd intusschen door
groote dapperheid der burgers opgebroken.
Nauwelijks was zyn zoon Jan aan de
regeering get omen, of weder moest Mid
delburg de aanval der Vlamingen verduren
en werd by vernieuwing ingesloten.
De geheele zomer had het beleg reeds
geduurd, en meende de zeer zwakke be
zetting het te moeten opgaven, toen Jan
van Avennis tot ontzet opdaagde e» de
Wy lezen in de Zuid-Bevelander:
Judas.
Zelfs in den kleinsten kring treft men
eerloozen aan, die verraad plegen. En Judas
blyft van al wie zich daartoe leende, altyd
het afschrikwekkend type.
Ook in een onlangs gehouden vergade
ring van anti-revolutionairen bleek zulk
een onwaardigs aanwezig te zyn. Hij ver
laagde zich aan den vyand eenige gegevens
in handen te spelen, welke deze tot een ver
haal fingeerde, dat kant noch wal raakte.
Aan de couranten, welke dit verhaal
opdrachten, spillen wy verüer geen woord.
Niet alleen de verrader, maar ook die hem
gebruikt, verdient onze minachting.
Maar wat wy wenschten is dit, dat de
dader, die o zoo lichtelijk onschuldigen
in een boos daglicht stelt, in de consciëntie
mocht worden aangegrepen om zich te
openbaren. Al was het maar aan het be
stuur der betrokken vereeniging.
Dan zou hy althans iets goedmaken van
wat hij misdeed, en kon dat bestuur zorgen
dat voor 't minst geen onschuldigen onwil
lekeurig worden geblameerd.
De heer Aarnoutse te Koudekerke be
grijpt er niets van, en vraagt ons: hoe
zit het nu heeft de heer Schimmelpenninck,
die toch tot de rechterzijde behoort, een
opdracht tot kabinetsformatie gekregen,
ja of neen. En heeft de rechterzijde een
dergelijke opdracht gekregen ja of neen?
Ons artikel de Crisis in no. 170, en onze
driestar in no. 171 gaven hierop 't ant
woord.
Aan een bepaald persoon hier Sohim-
melpenniuok is een opdracht geschied,
met die opdracht alleen bedoelende dat
door de rechterzijde een voorstel zou wor
den gedaan betreffende den persoon die
als kabinets-formateur zou optreden.
De opdracht is derhalve geschied aan de
rechterzijde. Dit is door ons nooit ontkend
en zoo was onze opvatting aan de hand
van 't door den heer Lohman meege
deelde.
De heer Schimmelpenninck heeft 't
blijkens zijn antwoord aan de Koningin
beschouwd als een opdracht aan hem
vijand het beleg moest opbreken.
Graaf Willem III aan het bewind ge
komen en in de stad vertoevende hield
deze evenals hij te Haarlem gedaan had,
acht dagen lang open hof van tien Graven,
honderd baronnen en duizend ridders. Deze
stichtte toen ook de St. Pieterskerk die hij
rijk begiftigde.
Hij liet in 1804 eene belasting heffen
van zes penningen, per gemel, over geheel
Walcheren, om uit die heffing de stad te
versterken, en deed ze nu met muren,
grachten en aardewerken omringen, onge
twijfeld uit vrees voor de Vlamingen
Vrouw Margriet weduwe van Keizer
Lodewjk met haar zoon Graaf Willem V
over 't bezit van Holland en Zeeland in
twist zijnde, hield Middelburg 's Graven
zijde, hem getrouw bijstaande in den onge-
lukkigan slag tusschen Veere en Arnemui-
den ten jare 1351.
Deze Graaf gaf den ingezetenen op 31
Mei 1355, nog verscheidene voorrechten,
w,odat zij hunne schuldenaars over ge
heel Bewesten-Schelde geen poorters van
Middelburg zijnde, mochten betrekken
voor den Provisor en Dekens van Walche
rendat de Oeesteljken het tappen was
verboden cd dat aan Schepenen van de
stad ter afwering van geweld, vergund
werd knyven d.i.lange messen of korte
zwaorden te dragen, hetgeen in dien tijd
aan zeer weinig personen, buiten 'e-Graven
Hofgezin toegestaan werd.
Omstreeks 1368 nam de handel en zee
vaart der Zeeuwen, en iü 't bijzonder die
van Middelburg op Denemarken, Noorwe
gen enz. dermate toe, dat MiddelburgZie-
rikzee en Arnemuiden als Hanze-steden,
met de overige steden van dit vprbocd in
1370 een verdrag slo'en met Woldemar,
Koning van Denamkn, Wordt- ccrrolgd.J