NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. No. 168. 1907. Donderdag 18 April. 21e Jaargang. GHRISTELIJK- HISTORISCH Buitenlandseh Overzicht. VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed. S. I DE JONGE-VERWESL te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN 17) UIT m PERS. ■\v- IEDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p. p. 1,25. Enkele nummers0,02®. UITGAVE DER FIRMA EN VAN van 5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent. Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. ESKEHïKKnMEBBkfa'EW? IJK. Wemeldinge 22 en 23 April des voorm. Ierseke 23 April des namiddags, 24 en 25 April. Kruiningen, met uitzondering van Hansweert 26 April. Hansweert 27 April. Koning Edward is de gast van den Spaanschen Koning geweest en Koning Victor Emanuel van den Griekschen. Thans gaan Edward en Victor Emanuel elkander ontmoeten. Voor Italië is dat een gebeur tenis van belang. Men tracht er zelfs de wereldpolitiek bij te pas te brengen. Na het bezoek van Von Bulow, den Duitsohen Rijkskanselier, aan Tittani den Italiaan- schen eerste", hadden sommigen al ge vreesd voor een zuur gezicht van den Britschen monarch, doch de voorgenomen ontmoeting tusschen de twee koningen heeft de gemoederen opgelucht. De ont moeting, die eerst te Rome zou geschieden, heeft nu plaats te Gaëta, aan boord van een Italiaansch oorlogsschip (Trinacria) en minister Tilloni mag er bij tegenwoordig z\jn. Men heeft van deze samenkomst op morgen goede verwachtingen. En voor den Europeeschen vrede mag men dan ook van dergelijke vorstelijke ontmoetingen wel iets goeds hoopen Het is duidelijk dat de bewegingen van Italië door Oostenrijk met belangstelling worden gevolgd. Italië i» nog altijd in den Driebond, waarvan Oostenrijk met Duitschland deel uitmaakt. Daarom is men er ook te Weenen niet gerust op, wanneer Italië zich naar den kant van Oostenrijk gaat wapenen. Zoo behandelt men toch geen bondgenootEn nu is Italië voor nemens in het Meer van Marano (tusschen Venetië en Triëst) een station voor tor pedobooten op te richten, en dat op slechts 8 Kilometer van de Oostenrijkscbe grens In een oogenblik zou derhalve een Itali- aansche vloot bij mogelijken oorlog op Ooetenrijksch gebied ziin. Zoo zucht men in militaire kringen Misschien terecht Maar wat maken zjj toch een gek figuur, al die klachten in het gezicht der Vredes conferentie. Een kijkje in de Russische Doema-ver- FEUILLETON. Een kijkje in „de groote wereld Agues, ik blijf n liefhebben, niettegen staande alles. Wilt gij trachten ook mij te beminnen „Van Zelm, dit mag ik niet. Ik heb het hart van den Baron gebroken. Hem had ik lief. Ik weet nu niet of hij leeft of hij dood ia, of waar hy zich bevindt. Ook op hem past voor my het opschriftBemind, maar verloren. Alles is mijn eigen schuld. U had ik nw goed moeten geven, en hemmyne handen „Nu wat nog, lieve Agnes?" „En ik had God niet moeten vergeten. Victorine is beter dan ik. Zy denkt niet slechts aan de aarde. Zij wil voor den hemel leven. God geve my de kracht om haar voorbeeld te volgen. Dag, Van Zelm", zij Strekte de hand naar hem uit. Hij drukte er een innigen kus op, en eer hy haar kon tegenhouden, was zy den trap af en zat in het rytuig. „Denk aan tante Anna", riep aij nog op den trap. „Waarheen, gravin „Naar het station, Adriaan." Agnes wist op dit oogenblik zelve niet waarheen zich te begeven. Maar zy moest weg. Zy kon niet weer naar het huis terug keer en, dat het hare niet was. Aan 't station vroeg Adriaan „Moet ik uwe hoogheid ook terughalen „Neen, myn goede vriend. Geef my de Jiand en hier is een drinkgeld. Ik ben uwe msestsrM pist neer. Gij hebt van my gets gadering zou allicht valsche voorstellingen kunnen wegnemen. Zoowel rechts als links zitten bekwame mannen, die men niet be- oordeelen mag naar den indruk van een oogenblik van heftig geschil tusschen oud en nieuw regiem. Laatst meldden wy dat een lid der rech terzijde met een onmogelyken naam Poerisjkewitsj zich onhebbelijk gedroeg jegens den voorzitter en daarom verwij derd werd. Maar diezelfde Poerisjkewitsj heeft dan toch gisteren getoond dat hy meer kan doen dan zich opwinden. Hy sprak woor den van gezond verstand; ook politiek door zicht schynt hem niet vreemden wel over het landbouw- en grondvraagstuk. Hy trachtte aan te toonen dat de Rus sische boeren niet alleen onder gebrek aan grondbezit lyden, maar ook andere mis standen, waarvan de ergste is het gemis aan alle landbouwkennis, beschaving en onderwijs. Poerisjkewitsj deed een beroep op alle groepen van de Doema om zich aaneen te sluiten en herinnerde aan de liberale rol die de adel by de afschaffing van de lijfeigenschap heeft gespeeld. Hy logenstrafte de bewering dat de tegen woordige adel uit dompers bestond en laakte de Polen, die verklaard hadden dat het agrarische vraagstuk alleen door een zelfstandigen Poolschen Rijksdag geregeld kon worden. De Polen, zeidePoerisjkewitsj, zijn het beschaafdste volk van Rusland, en zy zyn slaven. Zy moeten dus in het agrarische vraagstuk met de Russen mee gaan, zonder dit vraagstuk met politiek te vermengen. Dat moeten zy nog minder doen, omdat het stelsel van een Goerko, een Berg en een Moerawjóf, waaronder zij zoo zeer geleden hebben, eens voor altijd is afgeschaft. Poerisjkewitsj uitte zijne verbazing over het gemis aan logica in de voorstellen van de linkerzijde. Zij erkende niet het eigen domsrecht, maar wel het bestaansrecht van den staat. Dan was het toch vrijmoe diger, om maar ineens de zuivere anarchie aan te hangen. Niet waar, dat is nog eens practische en staatsmanswijze taal. Met dergelijke rede naars in de Doema brengt de regeering, althans dat vraagstuk wel tot 'n goed eind. Voor 't overige kunnen wij als naar ge- bevelen meer te ontvangen." Hevig verschrikt sprongen den goeden koetsier de tranen in de oogen. Hy toefde nog een weinig en ging toen naar het huis in de stad. Daar heersehte geen geringe verlegen heid. Niemand wist wat van de gravin en haar kamenier geworden was. Men ver diepte zich in gissingen, maar wilde geen gerncht maken. Daar kwam nu Adriaan, en verhaalde met betraande oogen wat hij gehoord had. Victorine begreep dadelijk wat er geschied was. Zoo had dan toch de goede geest gezegevierd. Agnes was by Van Zelm geweest. Maar waar was zy nn heen? Onmiddellijk begaf zjj zich naar het station. De trein was nog niet weg. Toen zy op het perron kwam, zag zjj een ophoo- piDg van reizigers, die voor een waggon stonden, waarin een heer was binnenge treden. „Wat is er aan de handf" vroeg Vic torine. „Er ligt een dame dood in die waggon", zei een kleine jongen. „Zij moet er al een poosje gezeten hebben. Het portier was dichtmaar papa opende het en daar zit zjj nu. Victorine drong door de menschen heen. Ja 't was waar. 't Was Agnes. Zy was be zwijmd. Dadelyk huurde Victorine een vigelante, tilde haar voorzichtig er in en reed met haar naar een vriendin die vlak in de buurt woonde. Daar werd Agnea te bed gebracht. Zy viel in hevige koortsen. Zy ijlde her haaldelijk. Haar leven was in groot gevaar. De arts, die spoedig ontboden was, schreef volstrekte rust voor, en uitte zijn vrees voor woonte ter kenschetsing van de permanent treurige toestanden en verhoudingen vol staan met de overneming van berichten. Op de Basmannaja-brug te Moskou heb ben 25 gewapende mannen gisterenmiddag een aanval gedaan op eenige gelddragers van den spoorweg die, onder militair ge leide, 97,000 roebels vervoerden. Deroo- vers konden maar 1000 roet els bemachtigen. Een wilde jacht werd op hen gehouden. Sommigen moesten de geldzakken loslaten en het geld rolde over straat. Twee roovers hadden de wyk genomen in 't huis van een advocaat en werden daar gevat. In het ge heel zijn er acht in hechtenis. Onder de roovers moet ook een student van de Mos- kousche universiteit zijn. Een roover werd gedood. Te Lodz zyn gisteren en eergisteren weer 17 menschen vermoord. De fabrieken zjjn nog gesloten. De metselaars staken en weigeren de beschadigde gebouwen te her stellen. Ongeveer duizend boeren uit de gouver nementen Wilna en Grodno verhuizen over Finland naar Amerika. Te Petersburg, Kief, Odessa, Cherson en in andere plaatsen zijD, volgens een Reuter- telegram uit Petersburg, wapenzendingen voor het „Verbond van het Russische volk" aangekomen. Men gelooft algemeen dat er met het Russische Paasohfeesl progroms zullen losbarten. De Russische regeering is gereed mei een nieuw ontwerp van een kieswet, waarbij het algemeen kiesrecht afgeschaft en het proportioneele kiesrecht zou worden in gevoerd. Omtrent den ingewikkelden toestand in Oostenrijk-Hongarije kunnen wij eenig begin van beterschap constateeren. Kossuth, een der leiders der Hóhgaarsche oppositie heeft in een vergadering van de Onafhankelijkheidspartij mededeelingen gedaan over den stand der onderhande lingen betreffende den Ausgleieh. De mi nister verklaarde dat tot 1917 de huidige betrekking tusschen OostenrijkenHongarije zal worden gehandhaafd, echter in den vorm van een verdrag. De Hongaarsche regeering streeft er evenwel naar, bij de onderhandelingen over dat verdrag het karakter van Hongarije als zelfstandigen verstandsverbijstering Welk een toestand. Dagen en nachten waakte Victorine als eene getrouwe verpleegster aan haar bed. Dagelijks kwam Van Zelm naar haar toe stand informeeren, en aldra hadden de nieuwsbladen overal de mare verbreid, dat het testament van den ouden graaf W ilhelm van Waldstein, waarnaar men jarenlang te vergeefs gezocht had, in een verborgen hoek door de tegenwoordige bezitster was gevonden, en dat deze zich gehaast had den wettigen erfgenaam in zijne rechten te her stellen. Natuurlijk keurde het publiek die handel wijze goed en edel. Ach, de buitenwereld kent slechts de buitenzijde van onze han delingen, en is daarom zoo onrechtvaardig in lof en verachting. Voor het oog, dat dieper ziet, voor den blik des Alwetenden is het geheel andersDe menschen redeneerden zóó. „De tegenwoordige gra vin had zonder moeite de testamentaire beschikking, die zy zelve vond, kunnen verduisteren. Daar ware niets van aan het licht gekomen. Maar zy heeft zelve alles openbaar gemaakt en haren minnaar heeft zij zijn woord teruggegeven, nu zjj ontdekt heeft, dat zy arm is. Hoe edel I Agnes zelve riep in hare verbystoring voortdurend uit; „Hoe slecht ben ik toch!" En dan hoorde men haar „mama, lieve mama I" roepen. Toen zy voor het eerst de oogen opsloeg zat Victorine voor haar bed. „Waar ben ik?" vroeg zy. „By mij, lieve Agnes, bij uwe Victorine. Goddank, dat gij weer spreken kunt". Agnes sloot schielijk de oogen weder en Streek zioh met de hand over hetvporhoofd. staat zooveel mogelijk tot zijn recht te doen komen. De verdragen, die na 1917 zullen worden gesloten, moeten eehter een geheel ander karakter dragen. Het plaD, reeds nu een regeling te treffen over den toestand Da 1917, was prijsgegeven. Toch zullen i den Ausgleieh van nu reeds bepalingen moeten worden opgenomen, nopens invoering, in 1917, van een douane-grens tussohen Oostenrijk en Hongarije. Deze douane-grens zal echter niet enkel worden getrokken tussehen Oostenrijk en Hongarije, maar ook tussehen Hongarije en zijn overige grenslanden. De Staal-crisis. Onder bovenstaand opschrift heeft mr. v. Houten, lid der Eerste Kamer, een brochure geschreven fuit de Nederl. nemen wij de samenvatting over). Hij betoogt, dat de ernstige kwaal, waar van ook deze crisis een der symptomen was, is „de vorming van sohijnmeerder- heden door reclame en intimidatie". Onder intimidatie verstaat hij hier „het misbruiken van publieke kritiek, om in politieken zijn timiede mensohen aan zioh te onderwerpen, die gaarne onbesproken ook door het politieke leven gaan en stillekeDS bij af treding weder de oandidatuur der partij wensehen te erlangen". 't Is opvallend hoe in den tijd, dien ik door leefd heb, de intimidatie, vooral in de liberale partij in den ruimen zin, dien dit woord van ouds had tot een politiek machtsmiddelis geworden. Het vertrouwen op dit machtsmiddel heeft de ministers van 1905 tot hun te hooge annonce verleid. Zij wisten en weten, dat zij in alles wat niet de boven uiteengezette anti these raakt, slechts de grpep der Liberale Unie vertegenwoordigen, met enkele haar welgezinde elementen der vrijzinnig-democratische groep. Maar zij weten ook, dat juist deze groepen de groote politieke intimidatie-toestellen in handen hebben en met ware virtuositeit be spelen. Haar persmannen vervullen de rol van den herdershond bij den schaapherder. Waar heen de herder de kudde ook leidt, al gaat het rechtstreeks «in het moeras", deze moet bijeen blijven. Wie tegen den zin van den politieken herder een eigen weg wil gaan, wordt met verschrikkelijk geweld aangeblaft. Meestal blijft het bij blaffen, maar dat is dan dikwijls ook zoo ontzettend, dat men sterke zenuwen moet hebben, om het uit te houden. Zij poogde zich te herinneren wat er ge beurd was. Na eene lange pauze, waarin zij stille tranen stortte, sprak zij „Victorine, zyt gij niet boos op my Ik heb 11 slecht behandeld, dat weet ik. Ik had nooit gedacht, dat ik zoo slecht was". „Stel u gerust, lieve Agnes. Ik heb u niets te verwijten. Vermoei u niet te zeer". „Hebt gy my niets te verwijten? Bedrieg my niet, lieve vriendin. Ik heb u slecht behandeld, en ik heb Van Zelm slecht be handeld, en den baron niet minder, en het allermeest heb ik gezondigd tegen den levenden God, tegen dien Alwetende en Rechtvaardige, van wien gy mij gesproken hebt. Gy weet wel, in dien droevigen nacht. Ik moet boete doen, voor God en menschen. Ik heb om mijn rijkdom te behouden myn geweten op den mond geslagen, maar God was sterker dan miin arglistig hart. Zeg my eerst of gij my hebt vergeven „Van ganscher harte, lieve Agnes", enzy kuste zeer innig 't bleekegelaatderlyderes „Ik dank u, ik dank u. Maar zeg mij nu ook of God mij zou willen vergeven?' „Twijfel daar niet aan; er staat in den Bijbel„Bij U is veel vergeving, opdat Gy gevreesd wordt". Weder sloot Agnes de oogen. Men kon het aan haar zien, dat zy bad. Victorine zond eveneens hare verzuchtingen tot den Almachtige omhoog, om van hem te smee- ken, dat dit smartelijke lyden endezezware beproevingsweg hare vriendin tot een eeuwigen zegen mochten zijn. En die gebeden werden verhoord. Lang zaam herstelde de kranke Hare krachten namen dagelijks toe, maar zij werd ook gesterkt naar den inwendigen raensch, en Alle vergelijking gaat mank, ook die van de ministeriëele persorganen met herderhonden deze kunnen immers slechis blaffen en bijten, geen lofzangen zingen. Het schaap, dat altijd trouw bij de kudde blijft, wordt niet gestreeld en begunstigd. De politieke schapen, die trouw bij den herder blijven, worden daarentegen niet alleen met rust gelaten, maar den volke als ware wijzen voorgesteld, in wier handen zijn belangen veilig zijn. De schrijver meent intussohen, dat in de handen van zulke mannen de volksbelan gen niet veilig zijn. „Immers heeft dit intimidatie-systeem een noodlottigen in vloed op hun geestelijk zijn en alzoo in direct op de wetgeving. Grondige studie der wetsontwerpen raakt erdoor bij de ministerieelen in onbruik. Wat nut kan het geven, een kritisohen blik op regee- ringsvoorstellen te werpen, als men ten slotte toch niet tegen durft stemmen. Men sohept zioh er maar consciëntiebezwaren mee". Vervolgens zet de schrijver de geschie denis van het blijvend gedeelte uitvoerig uiteen. Daarbij wordt 0. a. opgemerkt, dat minister Staal in het eerste halfjaar van 1906 een afdwalend sohaap was, „dat naar de kudde moest worden teruggebracht", waarvoor „de politieke herdershonden" zorgden. „Hij had niets wezenlijks gedaan om in 1907 anders te mogen handelen dan in 1906. Tooh slaat hij om als een blad". En nu werden zij aangeblaft, die bij hun bezwaren van het vorige jaar vol hardden. „Met alle geweld moest nu een meerderheid voor den nieuwen Staal bij- eengetrommeld worden, die men uit de behandeling der begrooting voor 1906 wist, dat er niet was, zoolang er geen voorzie ningen getroffen waren om op afdoende wijze ■in de bezwaren te voorzien" Verder schrijft mr. v. Houten 0. a. De quaestie zal nu opnieuw moeten worden behandeld, maar ik hoop ernstig en zuiver zakelijk. Het vicieuse stelsel, om door pressie en intimidatie meerderheden te verkrijgen, die met goede redenen niet te vinden zijn, zal daarbij naar ik hoop eenigermate worden be teugeld nu het, trots aanwending van alle ten dienste staande middelen, niet heeft geholpen en slechts hen, die er succes van verwachten, heeft geschaad. Het is eenvoudig onzin te beweren, dat de clericalen met de afstemming gezagsverovering had zij al het nietige en bedriegelyke der wereldsche geneugten niet alleen ingezien, maar zelfs proefondervindelijk doorgewor steld had zy zichzelve leeren kennen als een zeer onoprecht, ydel, hoogmoedig en ondankbaar schepselzy leerde ook haren Heiland kennen als de beste Vriend van zondaars, de eenige Helper in den nood, de Redder der verloornen. Nu eerst werd zij kalm. Nu eerst kreeg zy vrede, nadat zij met haar gansche hart had leeren zeggen'k Geef het alles op voor Hem 1 Arm naar de wereld was zij rijk in God. Langzamerhand deelde Victorine haar nu ook mede wat er in de nieuwsbladen van haar had gedrukt gestaan, en al wat er had plaats gehad sedert haar plotseling vertrek uit Waldstein. Thans woonde daar Van Zelm. Hy had tante Anna als1 huishoudster behouden, en alle dingen op den ouden voet laten voort gaan, terwijl de kkiue sombere kamer van den ouden graaf geheel nieuw behangen en geverfd, nu de zijne was geworden. Ook had hij reeds den militairen stand verlaten. „Maar," dus eindigde tsVictorine, „hij schynt nog altijd de hoop niet op te geven, dat gij weder gravin van Waldstein wordt". „Laat hy zich niet. bedriegen, die goede Vau Zelm," antwoordde Agnes Ik zal hem niet ongelukkig maken door hem mijn hand te geven zonder mijn hart". „Gij hebt hem dus niet lief, Agnes „Ik heb hem nooit anders dan als een broeder bemind, Viotorine. Ik hoop door Gods genade, niet meer te huichelen." Wordt v'ervolgdj,

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1907 | | pagina 1