NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
No. 155. 1907.
Woensdag 3 April
22e jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed, S. J. DE JONGE»VERWEST te Goes
F. P. D'HUIJ. te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENT1ËN
BalteiluÉsrt OitrzlelL
ttectitszukeii.
IEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p. p. 1,25.
Enkele nummers0,02®.
UITGAVE DER FIRMA
SN VAN
van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
IJK.
Wolphaartsdijk, 5 April.
Heinkenszand, ook voor 's-H. Arends-
kerke 8 en 9 April des voormiddags.
Verschil van wets-uitlegging.
Het overkwam dezer dagen het Bestuur
der Vereeniging voor Ger. Onderwijs te
Middelburg dat op hare aanvrage om rijks
subsidie op de gewone wijze, d.i. gunstig
werd beschikt, maar dat afgewezen werd
naar berekening van f 200 boven het
mioimum-salaris voer den onderwijzer met
hoofdaete dienst doende aan hare school
met meer dan vier onderwijzers.
Het Hestuur meent dat deze beschikking
ten onrechte door Ged. Staten is genomen,
en besloot zich in hooger beroep tot H. M.
de Koningin te wenden, om te herstellen
de u tvoering van een maatregel, naar de
meening van het Bestuur, steunende op de
wet, en gedurende negen jaren door Ged.
Staten ook zonder aanmerking toegestaan.
Vermoedelijk zullen meerdere onzer
scholen in Zeeland een dergelijke beschik
king in de laatste dagen hebben ontvangen')
of nog ontvangen, en het is daarom dat
wij wenschen publiciteit te geven aan het
request door het Bestuur aan H. M. de
Koningin gezonden, opdat ook andere
Besturen in dergelijk geval verkeerend
kunnen overwegen wat te doen in deze zaak.
Het adres luidt als volgt
Aan Hare Majesteit de Koningin
der Nederlanden.
Geven met versohuldigden eerbied te
kennen
Het Bestuur van de Vereeniging voor
Gereformeerd onderwijs te Middelburg,
welke rechtspersoonlijkheid bezit krachtens
de wet van 22 April 1855 (Staatsblad no.
32) en wier statuten zijn goedgekeurd bij
Koninklijk Besluit van 3 Januari 1894 no.
15, welk Bestuur genoemde Vereeniging
ten deze vertegenwoordigt en voor haar
optreedtdat requestante in de maand
Januari 1907 voor hare sohool in de
Gravestraat I 190 te Middelburg een aan
vrage heeft ingezonden aan Gedeputeerde
Staten van Zeeland tot het bekomen van
een Rijksbijdrage voor genoemde school
over het jaar 1906 tot een totaal bedrag
van f5002,06;
dat voor deze school, waaraan met in
begrip van het Hoofd meer dan vier onder
wijzers verbonden zijn, voor den onderwijzer
met hoofdaete, Marinus van Baaien, die
den leeftijd van 23 jaren heeft bereikt,
over het tijdvak 1 Januari1 September
in rekeBing is gebracht een bijdrage, be
rekend naar een jaarwedde van f 200
hooger dan het wettelijk minimum voor
dezen onderwijzer van bijstand
dat Heeren Gedeputeerde Staten van
Zeeland van oordeel, dat de wetgever aan
de besturen van bijzondereseholenmetmeer
dan vier onderwijzers, niet de verplichting
oplegt een onderwijzer met hoofdaete te
bezoldigen met een bedrag dat het wettelijk
minimum met meer dan i 100 overschrijdt,
en aldus niet kan worden aangenomen
dat het Rijk verplicht zou zijn tot uitkee-
ring eener bijdrage die dat minimum met
f 200 overtreft, bij beslissing van 22 Maart
1907, no. 21, 1ste af deeling, de gevraagde
bijdrage voor genoemden onderwijzer,
over vermeld tijdvak van 8 maanden met
f 100 hebben verminderd en alzoo de
totaal aanvrage van f 5002,96 hebben
teruggebracht tot f 4936,29 dat alzoo het
versohil loopt over de vraag of voor ge
noemden onderwijzer van f 100 dan wel
van f 200 boven het wettelijk minimum
in rekening gebracht worden;
dat requestante zich door gemelde be
schikkingvan Heeren Gedeputeerde Staten
van Zeeland ten aanzien van de zoooven-
gemelde vraag bezwaard acht en daarvan
b\i deze bij Uwe Majesteit in beroep komt;
dat requestante van oordeel is dat haar
ten onrechte de bijdrage door haar ver
langd is onthouden, vermits door de op-
Oojt Goes.
neming der woorden „het derde lid uitge
zonderd" in art. 59 der Lager Onderwijswet
voor de Bijzondere Scholen niet is verloren
gegaan de aanspraak op de volle verhoogde
bijdrage voor een in overeenstemming met
art. 24 dier wet aan de school verbonden
onderwijzer van ten minste 23 jaren met
den rang van hoofdonderwijzer.
(Zie K. B. van 25 Mei 1891 art. 44,
van 15 Febr. 1891, no. 28 en latere, zie
ook Ligtvoet,Rijksbijdragen aan hetBijzon-
der Lager onderwijs, pagina 36).
Redenen waarom requestante zich bij
deze wendt tot Uwe Majesteit met eer
biedig verzoek dat het behage te ver
nietigen de beschikking van Heeren
Gedeputeerde Staten no. 21, gedagteekend
22 Maart 1907 waarvan beroep, en ten
deze eindbeslissing gevende, het bedrag
over 1906 ten behoeve van gemelde sehool
te willen stellen op de totale som, gelijk
de aanvrage, van f5002,96.
't Welk doendeenz.
In deze stille vaeanliedageD trekken
meest de kleine voorvallen de aandacht,
en treden meer de kleine staten dan de
groote op den voorgrond. In Brunswijk
schijnt de partij steeds aan te groeien van
hen die de leer in toepassing brengen
willenals het tij verloopt, verzet men
de bakens. Het aantal der aanwijzingen,
dat het met den grooten invloed der W elfen
in Brunswijk gedaan is, is met éen ver
meerderd. In Brunswijk is een groote
vergadering gehouden waar onder den
bijval van meer dan duizend bezoekers
werd betoogd dat de tijd voor een hard
nekkig vasthouden aan een verouderd
reoht in Brunswijk voorbij is.
Een motie die ten slotte werd aange
nomen spreekt als overtuiging der verga
dering uit dat verdere Welfische agitatie
doelloos en schadelijk is en het bonds-
raadbesluit van 28 Februari ten volle juist
genomen moet heeten.
Van de Balkanstaten treedt Roemenië
met zjjn bloedige Jacquerie het meest naar
voren. De boeren door den honger ge
dreven, sloegen aan 't plunderen en wreek
ten zich in de eerste plaats op de geld joden
die zy voor de oorzaak van de malaise
hielden. Het nieuwe ministerie heeft echter
een goeden maatregel tegen beëindiging
van deze onlusten genomen.
Naar minister Stoerdza verklaarde zyn
alle partijen het er over eens dat den boeren
land moet worden gegeven. Naar alle
waarschijnlijkheid zal men hiervoor te werk
gaan naar het reeds vroeger door de libe
ralen opgemaakt stelsel, zoodat in een
twaalftal jaren een boerenstand met eigen
grondbezit zal zyn geschapen.
De beide kamers hebben nog voordat
de buitengewone zitting besloten werd de
regeering gemachtigd den staat van beleg
af te kondigen in alle plaatsen waar zij
dit noodig achtte. Intusschen bereizen
prefecten en andere autoriteiten het land
en trachten de gemoederen tot kalmte te
brengen.
Over 't algemeen worden de geschillen
tusschen boeren en grondbezitters geschikt
waarbij de prefecten als scheidsrechters
optreden. Dit geldt Moldavië. In Munteni,
waar de onlusten een anarchistisch karakter
hadden, werd met groote kracht opge
treden tegen de brandstichtersbenden.
Die benden konden de troepen nergens
weerstaan. Zy vielen de soldaten wel aan,
maar sloegen by het eerstesalvogewoonlijk
op de vlucht.
Het hevigst woedde het oproer in Tele-
orma en Olt-Ott, waar artillerie tegen de
opstandelingen moest worden gebruikt.
Tal van dooden en gewonden vielen. Ook
in Biero, Odevyaie en Stanesci werd met
kanonnen gevuurd op rebellen. Ook hier
vielen veel slachtoffers. Uit tal van plaatsen
komen berichten van brandstichting en
plundering. Het schijnt dat de grootste
hevigheid thans voorbij is.
In Rusland is het het kleine Finland dat
van zich spreken doet. Daar hebben voor
't eerst de Landdag-verkiezingen plaats
gehad op grond van het algemeen kiesrecht
en men was dus voorbereid op onverwachte
dingen. Maar het succes der sociaal-demo
craten, die 293.021 stemmen verwierven,
had wel niemand verwacht. De Soeometar-
of Oud-Finsche partij, de hoofdvertegen
woordiger der nationaal-ïïinsche richting,
verwierf 212.235 stemmen, terwijl de veel
gematigder Jong-Finnen niet meer dan
104.732 stemmen op hun candidaten zagen
uitgebracht, dus niet heel veel meer dan de
Zweedsche party, die 97.712 stemmen ver
wierf, op de candidaten der Agrariërs
werden 41.000 stemmen afgegeven.
De sociaal-democratie zelf had deze uit
komst niet verwacht en het zijn voor een
groot deel tel-candidaten geweest die deel
zullen uitmaken van da sterkste party in
den Landdag, de party die tot voor de ver
kiezing eigenlijk geheel buiten 't politieke
leven omging. De Finsche sociaal-demo
cratie staat in tegenstelling tot deSoko-
metarparty op constitutioneelen bodem en
van haar is evenals van de Jong-Finnen en
de Zweden te verwachten dat zy pal zal
staan voor de nieuw verworven rechten van
het grootvorstendom. Toch is de groote
macht dezer partij een gevaar voor Finland
in zoover als de sociale eischen dezer groep
en de voornemens tot üitbreiding der poli
tieke rechten heel licht tot moeilijkheden
aanleiding geven kunnen.
Heel lastig wordt b.v. al terstond de
vraag der vorming van een nieuwen senaat.
Want de onde, die vertegenwoordiger is
van de denkbeeelden der vorige meerder
heid van de Landdag uit Zweden en Jong-
Finnen bestaande, zal met den Landdag in
haar gewijzigde constitutie niet meer kun
nen arbeiden.
Overigens blijft Rusland onrustig. On
rustig met 't oog op de woelingen van het
„Verbond der ware Russen"onrustig ook
met 'toog op de dreigingen der nieuwe
Doema. De moord op dr. Jollot heeft de
gemoederen Dog meer verbitterd. Men
werpt de schuld weer op bovengenoemd
„Verbond".
Nu heeft ook de afgevaardigde Hessen
een der bekende leiders van de constitu-
tioneel-democraten (Cadettenpartij) een
dreigbrief ontvangen. De „ware Russen"
weten wel de corypheeën der oppositie te
kiezen voor hun niaordaanslagen.
De Cadettenpartij is voornemens den
premier te interpelleeren of de regeering
het voortbestaan van het Verbond der
waarachtige Russen nog langer zal dulden,
daar do eenige bedoelingen dezer groep
zijn: ophitsing tot progroms, tot moord en
het vesscherpen der verhoudingen tussohen
verschillende nationaliteiten.
De discussie over het voorstel een Doema-
commissie in te stellen voor het beramen
van middelen tot steun der werkloozen
bracht ook den minister van Handel,
Filosofof, op de spreektribune. De minister
noemde het „onwettig" een dergelijke
commissie in te stellen en achtte de klach
ten over werkeloosheid zeer overdreven.
Toch werd de commissie van onderzoek
benoemd, en hiermee het tweede bewijs
geleverd dat het met de tweede Doema
den weg der eerste Doema opgaat.
Wij kunnen dit overzicht besluiten met
een kleinigheid. De FraDsohe ministers
Clemeneeau en Picquard zouuden een uit
stapje maken naar Spanje. Dit plan is on
verwachts afgesprongen. Waarom Ja, dat
zal wel een geheim blijven. Doch niet
onwaarschijnlijk is 't dat deze roode minis
ters last beginnen te krijgen van hun even
roode beschermelingen.
Men spreekt van dreigende bakkers-
stakiDg. Nog ergerZaterdag zijn de Pa-
rijsohe muren beplakt met een „Open Brief
aan den heer Clemanceau". Het Centrale
Comité voor de verdediging der vakver-
eenigingsrechten van staatsbezoldigden
verzet zioh daar met heftige woorden tegen
het wetsontwerp betreffende die rechten.
„Nooit zoo heet het zullen wij de
geldigheid erkennen van een verbintenis.
die onze vrijheid zou wegnemen. Maar,
het behage al dan niet aan den heer Briand,
oud-voorstander van de algemeene werk
staking, oud-kampioen voor de vak ver
eeniging, en aan den heer Viviani, die
vóór de laatste verkiezingen warme arti
kelen heeft gepubliceerd ten gunste van
de vereenigingsreohten wij zullen dit
ontwerp nooit goedkeuren".
Algemeen beschouwt men dit plakkaat
als een tarten van de regeering door amb
tenaren. Het recht van staking te kunnen
aanwenden, overal, in allerhand takken
van staatsbedrijf, zooals de electriciteits-
beambten het hebben gedaan ziedaar
het streven.
Deze dreigende houding is ook aange
nomen door de openbare onderwijzers in
een jongste vergadering te Nantes, waar
zij stellingen hebben verdedigd en een
taal hebben doen hooren, welke ook vol
gens radicale bladen „niet kan worden
toegelaten". De onderwijzers hebben al
vast zioh tegen het ontwerp dat hun naar
zij zeggen, het stakingsrecht ontneemt,
schrap gezet.
Ziedaar allicht de reden van de uitgestel
de Spaausche reis.
Arrondissements-Rechlbank te Middelburg.
Zaterdag zijn veroordeeld wegens: loopen
over eens anders grond waarvan de toegang
is verbodenW. V., A. A. D., Vlissingen f 2
b. s. 2 d. h.lijden met een bespannen voer
tuig beladen met een vracht van meer dan
500 kilogram gedureude den tijd dat zulks
was verboden L. P., N. K., Middelburg, C.
v. H., Vlissingen, S. d. V., Vrouwepolder, F.
W., J. P., Koudekerke, S. L., Zoutelande,
J. S., F. K., Biggekerke, tot f 5 b. s. 2 d. h.,
J. W. M., Veere tot 2 m. f 5 b. s. 2 d.h. i.b.
het graven van specie binnen den afstand
van 500 meter uit den buitenteen van den
zeedijuF. d. B., Ossenisse, f3 b. s. 2 d. h.
rijden met een rijwiel zonder licht: J. C. B.,
J. C. K., Middelburg, W. G., Domburg f 1 b.
s. 1 d. h.als eigenaar van een rijwiel iemand
daarmede doen rijden zonder licht: P. L.,
Vlissingen, ll b. s. 1 d. h.rijden met een
voertuig niet voorzien van eene lichtuitstra-
lende lantaarn J. P., W. F. S., W. R., Vlis
singen, fo.50 b. s. 1 d. h.als eigenaar van
een rijwiel iemand daarmede doen rijden
zonder bel: A. v. R., Vlissingen, f2 b. s. 2
d. h.overtreding leerplichtwetB. d. V. vr.
v. H. P. B., Vlissingen, f 1 b. s. 1 d. h., L.
M., wed. J. v. R., Domburg, f 2 b. s. 2 d. h.,
J. J. C., L. I. W., Vlissingen, f3 b. s. 2 d. h.
rijden met een voertuig op een voetpadC.
S. vr. v. J. S., Vlissingen, f 1 b. s. 1 d. h.
plaats nemen op een met een hond bespannen
voertuig J. d. K., M. v. L., Middelburg,
f 1 b. s. 1 d. h.en wegens dronkenschap
G. J. L., L. C. H., P. S., Middelburg, A. R.,
J. P. v. D., J. d. R., A. C. K., J. G. v. d. H.,
Vlissingen, M. D., Koudekerke, C. Z., 's Heer
Arendskerke, f 2 b. s. 2 d. h., J. G., Middel
burg, M. V. vr. v. A. J. S., W. B., M. S. d. R.
wed. J. G. B., Vlissingen, f 3 b. s. 2 d. h., A.
S., Neuzen, 2 d. h., A. R., Vlissingen, 14 d.h.
Vrijgesproken zijn J. A. v. d. H., Middel
burg, beklaagd van het doen opbreken en
herstellen van de langs den openb. weg
loopende goot en het doen verleggen van een
gedeelte van het plaveiselJ. H., Middelburg,
beklaagd van het niet genoegzaam strooien
of doen strooien van asch of zand wanneer
de straat glad is door sneeuwH. J., Vrou
wepolder, beklaagd van het rijden met een
bespannen voertuig beladen met eene vracht
van meer dan 500 kilogram gedurende den
tijd dat zulks was verboden en W. A. B.,
Vlissingen, beklaagd van het laten staan van
een tiekdier op den openbaren weg.
Bekrachtigd zijn de vonnissen gewezen den
24en November 1906 en 9 Februari 1907 tegen
D. S., en B. v. B., Vlissingen, waartegen de
beklaagden waren gekomen in verzet.
(M. Ct.)
Zeeuwsche Konden.
Paaeohmaandag vergaderden de beide
Zeeuwsche Bonden voor Jongelingsver-
eenigingen. Die van het Algemeen Nederl.
Jongelingsverbond te Breskens, die van
de J. V. op Geref. grondslag te Goes.
Omtrent die te Goes kunnen wij mede»
deelm, dat zij is geslaagd, dank zy de
bezielende leiding van den voorzitter (Jr.
Wagenaar) de uitnemende referaten der
sprekers en den broederlijken geest der
jongelingen.
In de goed bezette morgen vergadering
werd de heer A. S. J. Dekker als lid van
het moderamen herkozen. Gekozen werd
in de vacature Pouwer dhr. Kögeler.
Als bestuurslid van den Bond werd de
heer Dekker en als zyn secundus dhr. ds.
Kögeler herkozen. De heer Dekker refe
reerde over De knapen vereeniging en haar
eigenlijk doel", op welk referaat eene
levendige gedachtenwisseling volgde.
Te 2 uur voor een nog drukker bezette
vergadering (er waren ruim 250 aanwe
zigen) traden achtereenvolgens op dhrn.
v. d. Veen, Broekstra en dr. Wagenaar,
resp. pred. te Goes, Axel en Middelburg.
Ds. v. d. Veen Bprak over Idealen".
Spr. begon met mee te deeleo dat hy van
zyn rijk onderwerp de middelmoot had
uitgelaten en hy derhalve het begin en
het slot er van zou geven.
Spr. stelde voorop dat als de beheer-
sehende gedachte van het nieuwe het
ideaal alleerst zijn uitingvindt in de Kunst.
Daar kan de gedachte haar volmaakte
uitdrukking vinden.
Beeldhouw-, schilder-, dicht-, toonkunst
Spr. toonde het met voorbeelden aan,
hoe in die alle de scheppende genieën u
als in een ideale wereld doen zweven, in
welke de dissonanten zich oplossen in
zoete accoorden.
Wel kunnen scheppingen als de Apollo
van Belvedère, oratoriums van Handel,
Bach en Mendelssohn, Homérus' helden
dicht, Schakepeare's treurspel, gehoon zy u
het ideale doen zien, tot geen hoogere ge
dachte komen dan dat de wereldgeschie
denis is het wereldgerichtdoch ook zoo
leidden zy ons op tot een hoogere gedachte.
Deze echter heeft de heideDsche kunst niet
gegrependat heeft wel de Christelijke
Kunst gedaan. Toch zonder ideaal geen
kunst. Een en ander wordt door spr. nader
uitgewerkt en toegelicht, waarna hij komt
tot de groote tegenstelling waaruit 't zoo
veel voortreffelijker ideaal van den jonge
ling blijkt, schepsel Gods te zyn tot alle
volmaakt werk volmaakt toegerust.
Daarna sprak ds. Broekstra over „De
Gereform. Jongelingavereen. in de practyk
des levens". Spr. wijst op den veelbewogen
en ernetigen tijd dien wy belevenniet
alleen in de uitwendige wereld, maar ook
in de wereld der gedachten stormt het. Iu
ons eigen land hebbeu de staking van 1903
en het geschetter der vrijzinnigen in 1905
dit nog pas getoond. Tegen den wassenden
stroom des ongeloofs wordt door 't geloof
een dam opgericht Kerk, school en jonge-
lingsvereenigingen, 'tis alles ópgewaakt,
zoodat dr. Kuyper, en wy met hem, de toe
komst hoopvol mogen tegemoet zien. Spr.
komt na deze inleiding op de verdediging
van eenige stellingen
le. Waar practijk des levens en begin
selen met elkaar in onlosmakelijk verband
staan, is voor Gereformeerden kennis der
Calvinistische beginselen eisch.
Dit verband behoeft niet te worden aan
getoond. Het komt uit ook by de vrijzinnig
heid, welker beginsel leidt tot tyrannie.
Ook bij 't Calvinisme, Welks beginsel leidt
tot vryheid. Die beginselen moeten echter
worden gekend, opdat men ze als man uit
één stuk in toepassing brenge. Kennis is
hier macht. Zij zal richting en stuur geven.
Nu zegge men nietdie calvinistische be
ginselen zjjn nog niet alle opgespoord. Be
gin maar vast. Jongelingen organiseert u.
Oudera wekt daartoe uwe zonen op, want
2e. De Jongelingsvereen. op Gereform,
grondslag is 11 «ar haar wezen en doel op de
practijk des levens aangelegd.
Het is opmerkelijk dat in Zeeland waar
de meerderheid der bevolking nog gods
dienstig is» en waar van alle prov. 't neo-
malthusianisme het minste aanhangers telt,
men zoo laat is gekomen met de actie op
geref. grondslag. Toch de organisatie is
gekomen, eerst belasterd en bespot, is zij
door hare bespotters (kjo. dem, en jong
liberalen) nagebootst,