VOOR ZEELAND. No. 103. 1907. Donderdag 31 Januari 21e jaargang. CHRISTELIJK- HISTORISGH •estfr-0cl)dÖ£ VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed, S. J. DE JOMGE-VERWEST. te Goes F. P. D'HUU, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN H de Wilde over „De oude strijd". 1)1) ELB UIIG' - op de Wester-Schelde. lEN HAN S"W EERT. toen met 80 April 1907. jeesfihe of Spoortjjd. fVanWalBOOrden naarHans- 5, 8,46*. 12,30, nam. 3,25. :t naar Walsoorden voorsa. 2,38, 5,38. sizen worden geen goe- rvoerd. )D3LB. ROTTERDAM. Febtnari. ;ezonderd Zondags, Woens- f, van Vligsingen 6.30 van m van Rotterdam 8.— nnr. IDELBDSGZIERIKZEE. |Februari. irg dagelijks 's morgens igs 2.30. (Zondagsmiddags t A n Zierikzee. 2,30 2,30 2,30 Mo 2,30 ,30 È,30 f,30 2,30 p,30 2,30 2,30 Vrjjd. Zater. Zotid. Maan. Dins. Woen Dond. Vrijd. Zater. Zond. Maan. Dins. Woen Dond. 7,30 7,30 7,30 7,30 7,30 6,30 22 7,30 23 7,30 7,30 7,30 7,30 7,- 28 6,30 2,30 2,30 2,30 2,30 2,30 2,30 2,30 2,30 2,30 2,30 2,30 2,30 4 Liemt „SCHELDE" |Februari. Vrjjd. 15 7,— 10, Zater. 16 7,30 10,— Zond. 17 8,- 10,— b,30 Maan. 18 9,- 10,30 P,30 Dins. 19 8,30 10,30 Woen 20 8,30 10, Dond. 2110,- 11,— i;80 Vrijd.22 8,30 11,30 B,30 Zater. 23 8,30 8,30 b,30 Zond. 24 9,30 9,30 ),30 Maan. 2510,— 10,30 p,30 Dins. 2610,— 10,30 Woen 2710,30 10,— Dond. 28 6,- 11,— ;etal acbter een datum is ikzee het tweede getal ii |erdam). -Europeesche of Spoortijd. ?0a) 5) nm. 3,23c) g) pa) 3,50g) 1,55/j A V 3,23«) juten na het vertrek va* skerïe n. Neuzen vm, 8,80 Brsskens, Borsselen en en Neuzes ten hoogste 30 1,55 van Neuzen naar aten. 24 jaar gevangenisstraf rd, weende hij bitterlijk, had veel meer verdiend". dat er in dit voorjaar in bhristiania een ontwaking Geest Gods zijn gezegend l de muren der gevangenis, een klein vonkje, [kking op tot een geweldig gevangenen ontstond de eer toe te bekooren, zoodat n en twee, ja dikwijls zelfs ten houden moest. Boven- [et ieder afzonderlijk gaan, is met mij te spreken, hij o.a. een groote, sterke kind weende, omdat de |eten had, hem mede te oyeeckomst. In debijeen- ruwe mensehen, dienst- ide, uit huu zondeleven In bijeenkomst, waar een ojjna 100 misdaden op zijn l degevangenis meermalen elddadig optreden in de ad, plotseling op de knieën .r zijn zonden beleed, ont- reweging dat alle mannen enen. ais van zonde, volgde wel- «eëigening van de genade gerigen grepen zij deze [rvulde vrede en vreugde ard aan de behoefte om tetuigen. De vrede open- in het zingen, gevangenen vertellen, zoo hun medegevangenen en wat de Heer aan heu ok schrijven zij dringende pven aan vrienden en fa- in menig dorp een op- ld. zeker: de opwekking in is is geen menschenwerk ?en duidelijk bezoek van ioht heeft zondaren zalig IEDER EN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p. p1,25. Enkele nummers0,02'. UITGAVE DER FIRMA KN VAN van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent. Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. In de Dinsdag te Goes gehouden open bare vergadering van de anti-rev. Prnpa- ganda-elub trad als spreker op de heer H. de Wilde, lid der staten van Zuid-Holland, en van den Haagschen gemeenteraad met het onderwerp „De oude strijd". Nadat de voorzitter, de heer Buijse, de vergadering, die matig bezocht was, met gebed had geopend en een kort welkomst woord tot de aanwezigen had gesproken, verkreeg de heer De Wilde het woord. Spr. improviseerde ongeveer aldus Bij het eerste politiek debat na 't optreden van het ministerie-De Meester werd van links en rechts critiek op dat optreden uitgebracht, o.a. door Mr. Tyde- man een oud-liberaal. Deze was 't niet eens met heu die zeiden dat 't ministerie Kuyper te weinig had gédaan. Integendeel dat ministerie had, ook volgens hem, hard gewerkt. Zijn grief was van anderen aard en betrof den geest waarmee dat ministerie bezield was. Hij noemde 't tijdperk van 19011905 een kortstondige ziekelijke afwijking van den nuohteren geest van het Nederlandsche volk. Nu behoeft men niet direct anti-revolutionair te zijn om tegen den vorm van deze be schuldiging op te komen. Maar aan een voor ons denigreerenden vorm zijn wij ge woon. Opzoomer noemde ons een halve eeuw geleden al het niet-denkend deel der natie. En nog verleden jaar hoorden wij iets dergelijks zeggen door mr. Palijn in het kiesdistrict Zierikzee. Herinnerende aan zijn reizen tijden» de verkiezingen voor de Tweede Kamer, zag hij, zoo zei hij, die zwarte streep (Flakkee) die hem den moed benam, doch daarna zag hij de driekleur, symbool der vrijheid, en toen greep hij weer moed Maar die vlag is toeh nfet symbool alleen van het liberalisme, maar ook van ons zij is symbool onzer nationale eenheid. De N. Crt. sohreef gister Er waait een frissohe wind door 't district Sliedrecht, dewijl de liberalen er wakker worden. Zie als hoogstaande mannen en bladen zulke uitdrukkingen bezigen, dan moetin naam der volkseenheid, waarnaar men zegt te jagen, daartegen geprotesteerd worden. In de grief nu van mr. Tydeman een afwijking van den nuchteren geest van het Nederlandsche volk lag de voor stelling alsof de strijd door het minisferie- Kuyper aangebonden iets nieuws was. En dit is onjuist. Hetzelfde was reeds te voren door mr. Lohman bepleit en door Groen voorgestaan. Het was „de oude strijd". Het levensdoel van den stichter der anti-rev. partij trad in tweeërlei vorm naar voren Vrijheid voor alle burgers, en be werking van den volksgeest in anti-rev. of chr.-historischen zin. Allereerst vroeg hij gelijkheid. Toen Maurits in den strijd tus- schen Gomaristen en Arminianen, over onderdrukking van laatstgenoemden door geweld sprak, zeide Trigland„wij ver langen enkel vrjjheid, en dan zijn wij, Contra-remonstranten, nog krachtig genoeg om de Arminianen dood te preeken". Dat is het rechte standpunt. Eu dat standpunt van vrijheid en gelijkheid werd in dien tijd niet ingenomen. Nawerking van 't stelsel van Constantijn den Groote De godsdienst van den vorst moet ook zijn die van het volk. Luther heeft met dit stelsel niet geheel gebroken. Calvijn meer. Het Calvinisme heeft op den voorgrond gesteld gewetensvrijheid. In ons land, in vergelijking met andere landen, bestond een groote mate van vrijheid en gelijkheid. Van vrijheid mannen als Descartes en Spinoza konden hier een drukkerij vinden om hunne geschriften ver buiten onze grenzen te verbreiden. Dooh gelijkheid bestond ook zelfs in het bloeitijdperk van 't Calvinisme, hier niet. Tot in 1784 de Fransohe broeders met hun vrijheid, gelijkheid, broederschap" 'thun pons zouden verbeteren 1 Sohoone woor den in de Schrift gegrond doch het waren slechts woorden. Het kwam niet tot daden. Marat en anderen leverden van deze drie deugden een spotbeeld. Is nu na 1795 in ons land die vrijheid eindelijk in daden toegepast? Het ging er niet zoo bar als in Frankrijk, al klaagde een Jacob Valckenaar er over dat de Oranjegezinden niet allen konden worden opgeknoopt. In de Staatsregeling van 1793 was alleen hy kiezer die tegenstander was van het stadhouderlijk bewind, voorstander van de bovendrijvende partij En nog na de verdrijving van 't Fran- sche bewind waren die begrippen van vrijheid en gelijkheid averechtsch ge bleven. D8. Molenaar en de afgescheidenen in '34 ondervonden 't. Wie tegen den geest der eeuw inging kon niet in eenig Staatsambt benoemd worden. De openbare instellingen, vooral die van onderwijs, kwamen in dienst van de richting der bovendrijvende partij. En toen onzerzijds getracht werd door eigen inspanning andere instellingen te krijgen, werd ons toegeroepen dat wij verdeeldheid brachten. Het volk moest één zjjn, namelijk vrijzinnig. De Fransche revolutie heeft niet gegeven wat het beloofdein geeu enkel opzicht staat zij hooger dan het Calvinisme. Bilderdijk en Da Costa pro testeerden tegen de ontkerstening onzer openbare instellingen. Helaas, zij kwamen niet met een ander, een beter stelsel. Da Costa begreep het ruime standpunt van Trigland niet. Groen v. Brimterer heeft de machtige gedachte der vrijheid gegrepen en op zijn staats recht toegepast. Niet onmiddellijk. Eerst was hij 't met da Costa eens en nam hij eenigszins 't standpunt der Fransche re volutie in. Doch allengs werd't hem dui delijk dat in een land met gemengde be volking 't beginsel van vrijheid en gelijk heid volkomen moest worden aanvaard ook voor de kerk, en ook voor den Staat. Daarom aanvaardde hij in 1842 den gods- dienstloozen, niet den anti-christelijken, staat en eischte voor de Christenen in dien staat vrijheid op ter christelijke plichts betrachting. Hiermede was 't standpunt aangewezen dat de antirev. partij voor taan zou innemen ten opzichte van sohier alle aangelegenheden, niet het minst in de school, ook in zake benoemingen. Het ministerie-Maskay heeft geeu ander stand punt ingenomen. Een kortstondige afwijking van den nuchteren geest van het Nederlandsche volk zei mr. Tydeman. Maar was dan hetgeen van 't ministerie-Kuyper uitging, in strijd met 't ruime, mooie standpunt van Trigland De tegenstanders verwijten Kuyper part«jwetten. De schoolwet-Kuy- per een partijwetGanschelijk niet. De schoolquaestie heeft een paedago- gische zijde, dat ieder vrij zij zijn kin deren te doen opvoeden in den geest van zijn huisgezin. Dat is in de wet-Kuyper aanvaard. Is dit niet een standpunt dat de aandacht verdient van allen die belang stellen in volksontwikkeling Ons stand punt zal door velen onzer tegenstanders, naar sprekers overtuiging, in de toekomst worden overgenomen, want het ligt in do lijn van onzen tijd. Spr. wil geen kwaad zeggen van de openbare school, maar do sociaal-democratische onderwijzers op de openbare school zullen in 't gedrangkomen wanneer zjj een ander standpunt hebben dan de vrijzinnigen. Wanneer de soc. democratie groote be ginselen als recht voor den arme, afbre king van de bourgeoisie poneert, zal deze boti'irg niet uit kunnen blijven. Een symp toom is reeds gezien in 't protest tegen het zingen van Oranjeliederen op het Koningionefeest. Tot hiertoe gold ook bij de liberalen liefde voor Oranje, eerbied voor 't Gezag een maatschappelijke deugd. Dit schrapt de soc. dem. onderwijzer, maar dan komt hjj in conflict met het wetsartikel dat ppleiding tot alle chris telijke en maatschappelijke deugden van hem eischt. Op dat gebied oprichting van bijzondere scholen als tegeDgif tegen 't optreden van dergelijke onderwijzers kunnen de liberalen van ons, geschoolden in den schoolstrijd, nog veel ieeren en wij willen hen gaarne uit onze rijke ervariDg met advies dienen. (Applaus.) Maar de school quaestie had ook een politieke zijde. Zij die aansluiting van de school aan 't gezin begeerden, ondervon den tegenwerking van den Staat en wel zoo dat tot 1901 voor een kind op de openbare school uit de openbare kas f36 betaald werd, en voor een kind op de byzondere school f 7,50. Zoo was de toestand bij 't optreden van 't ministerie Kuyper. Alsof een liberaal of een sociaal-democraat vijfmaal meer waard ia voor den Staat, dan een Roomsche of Chr. ProtestantToen is de sohoolwet- Kuyper, „de ramp voor 't land" gekomen. Hij heeft hierbij de openbare school niet benadeeld, integendeel nog iets bevoor deeld, en wel door hoogere wachtgelden en een andere uitkeering dan volgens de wet van 1897. En van die f7,50 heeft h\j ge maakt niet f 36 (of f 38 zoosls 't nu is maar f 15. En tooh gingen de openbare onderwijzers 'tland rond, front makende. Voor de openbare school in naam, voor de onbillijkheid in werkelijkheid, in strijd met hun leer van vrijheid, gelijkheid en broe derschap En dat terwijl 't ministerie- Kuyper meer dan zijn voorgangers voor 't openbaar onderwijs deed. Wachtgelden; en opneming van weduwen en weezen van openbare onder-wijzers in 't pensioenfonds voor burgerlijke ambtenaren, danken de openbare onderwijzers aan dr. Kuypers wet. Indien er ooit sprake kwam van de oprichting van een monument voor dr. Kuyper, dan dienden de openbare onder wijzers daarvoor het eerst hunne bijdragen te leveren. (Applaus.) Vrijheid, gelijkheid wensohen wij voor de hoogescholen en de verschillende kerkgenootschappen. Groen zeihet Israelieiisch kerkgenootschap moet niet beschouwd worden als een vereeDiging, maar als een publiekrechtelijk lichaam. Wij zullen dan ook niet rusten voor die vrijheid en gelijkheid zijn veroverd. Mr. Tydeman zeide in die merkwaardige rede van 2 Deo. 1905 dat het stelsel-Kuyper weg is, voor goed weg. En mr. Troeistra klapte in de handen. De antithese, die leidt tot de verdeeldheid en de olaseili- ceering van het volk! Maar Dr. de Visser schrijft terecht dat niet wij de antithese in 't leven geroepen hebben maar de vrij zinnigen. Er was een theseGod de Souverein, de Schepper. Het volk aanvaardde die; dan de revolutie kwam met een stelling daartegen de antithese van volkssouve- reiniteit. Is 't bovendien niet zonderling om te spreken van een stelsel van een bepaald persoon? Heeft die antithese tusschen het geen uit God en hetgeen uit den mensoh is, dan niet altijd bestaan Is er dan geen antithese? Op straat struikelt men er haast over. Men ziet ze in de huisgezinnen, tusschen de scholen. Mag die dan niet be staan op 't beteekenisvolle terrein van land en overheid Mag de Almachtige daar niets te zeggen hebben De antithese is niet te loochenen en iedere partij moet er rekening mee houden. Mr. Vosmaer heeft 40 jaar geleden ook iets dergelijks gezegd als mr. Tydeman. Hij toeh sohreef in 1865 het conflict tusschen eeuwig en modern heeft voor de Wetenschap en den Staat afgedaan. En de Arnhemsehe Courant heeft toen Groen in 1860 uit de Kamer ging gedecreteerd dat men voortaan de antirev. partij pro memorie kon opsehrij ven. - Evenwel, wij leven nog en gaan voort met de bewerking van den volksgeest. Groens werk in dit opzicht is gezegend. Hij heeft gepropageerd voor de Zending, de Chr. opvoeding, en de Chr. practyk der Barmhartigheid. De vruchten worden alom waargenomen. Veertig jaren geleden was al wat liberaal was tegen de Zendingthans zyn zij er nagenoeg allen voor. Zelfs de heer v. Kol. Deze heeft in 1901 minister Cremer be vordering der Zending aanbevolenin strijd met hetgeen zyn geestverwantLevita in een soc.-dem. volksvergadering te Am sterdam zeide, namelijk dat de automobiel van de sociaal-demooratie door de straten snort en het versleten karreije van '1, Chris- teddom achteraan komt sukkelenVan Kol wilde niet die „automobiel" naar Indië sturen, maar dat „karretje". (Gelach). Chr. philantropie o. a. krankzinnigen verpleging door prof. Lindeboom begonnen, vindt thans bij alle liberalen waardeering. Ook wordt het Chr. onderwijs bij velen hunner thans heel anders beoordeeld dan voor 25 jaren. Alberda v. Ekenstein, Fransen v. d. Putte, Goeman Borgesius legden daar openlijk getuigenis van at. Deze kentering is bewijs hoe de Heere aan de spitse gestreden heeft en zij be moedigt ons tot volharden in Zijn kracht. Applaus). Na de pauze trad met spr. in debat de heer Ossewaarde van Ierseke. De heer Ossewaarde wien een half uur wordt toegestaan, begon met een aaii- merking te maken op het gebed van den voorzitter. Deze had gebeden o. a. voor de dienaren der Kroon en de Volksver tegenwoordiging, en dat terwijl deze toch niet van zijn kleur zijn. Wat moest hij vau zoo'n gebed denken. Komende op de rede van den spreker, debater vond veel in spre kers rede dat bestrijding verdient. Hij zal die rede op den voet volgen. Hij erkent dat 't ministerie-Kuyper hard gewerkt heeft, doch de vruchten zijn weinige. Het Ned. volk is er niet op vooruit gegaan. Demo cratische wetten zijn er niet gegeven. Er is dus niet goed gewerkt. Met de eritiek van den spr. op mr. Tydeman's veroor deeling dera.-r.stemthij in,dochdeanti-rev. veroordeelen ook hun tegenstanders. Spr. heeft gezegd dat de anti-rev. ook tot de nationale eenheid behooren, maar, vraagt debater, waarom noemde hij de soo.-dem. niet Heeft hij ons ook al buiten de ge meenschap gesloten zooals Kuyper gedaan heeft De antithese is nooitzooscherpgesteldals door 't ministerie-Kuyper. En reactionair was heteveneens de heer Lohman. Kuy per is ver afgeweken van zijn leermeester Groen v. Prinsterer door zijn splitsing der natie in geloovigen en ocgeloovigen. Het ministerie-Kuyper bracht geen vrijheid, maar verdrukkirg. De matrozenbond. Lindeman. De stakicgswetten. Verbod aan soldaten om naar vergaderingen te gaan. Speetwet. De Pensioenwet, waarbij 'n arbeider van zijn 16e jaar f2,50 moet betalen en pas op zijn 70e jaar werd ge pensioneerd. „Het een derde drie derde" van minister Kuyper, en dergelijke be wijzen dit, alsmede dat de sociaal-demo craten in 1905 te Vliaaingen geen zaal konden bekomen om een spreker te doen optreden. De anti-rev. zeggen onze gods dienst moet de godsdienst van 't volk zijn, moet doorgevoerd worden op 't gebied der Staatkunde, dit is even afkeuringswaardig als de tirannie van Constanten. De mee ning van Valckenaar bewijst niets tegen de goede beginselen der Fransche Revo lutie die, trouwens nu zij volgens den heer De Wilde in de Schrift gegrond zijn, daar om behoorden geprezen te worden. Op 't gebied van 't kiesrecht zijt gij a.-r. ook aanbidders der bovendrijvende partij. Godsdienst moet privaatzaak zijnhij staat de nationale eenheid in den weg, wanneer hij naar buiten treedt. Tegen het stelsel van 't Calvinisme stelt debater het stelsel van 't Socialisme. In de schoolquaestie heeft dr. Kuyper ongelijkheid gebracht; de bijz. scholen zijn in veordeeliger conditie dan de open bare. Het onderwijs wat 't wetenschap pelijke aangaat, is benadeeld door de vele kleine scholen. In dat opzicht heeft dr. Kuy er de openbare school kwaad gedaan. De sohool aanpassen aan 't liuisgeziu is goed voor ons soo. dem., want dan krijgen wü ook vrije scholen. Op de openbare school zullen de soc. dem. onderwijzers nooit in 't gedrang komen, want de open bare school is de school voor allen en daar is geen godsdienst mogelijk. De soc. dem. openbare onderwijzers hadden dus schoon gelijk dat zij tegen het leeren van oranjeliederen op de openbare school op kwamen dat is godsdienst, dat is staat kunde. Bovendien staatkundige en gods dienstige dogma's passen niet voor de jeugd. De antirev. hebben het Konings huis niet altijd geëerd, adres Filips II, en de Puriteinen in Engeland. Het antirev. ministerie-Kuyper waa een partymini- Disteriealleen de antirev. werden mee geteld. Kuyper wilde alleen zijn richting op den voorgrond stellen. De antithese is wel degelijk uit, maar in de staatkunde, natuurlijk niet in het leven. Spr. eindigt met «en opwekking tot bevordering een er democratische st altsontwikkeling. De heer De Wilde begint met zijn ver bazing uit te spreken dat de heer Osse waarde 't debat inleidt met een aanval op 't gebed van den voorzitter. Dat heeft spr. nooit bijgewoond. Alle partijgenooten van dhr. O. met wie spr. wel eens debat teert laten dit als zijnde tegen den goeden vorm na. Het gebed blijfi in alle verga deringen buiten bespreking. Bovendien de heer O. vergist zich. In den Bijbel vindt hij de roeping der christenen om te bidden voor de overheid en voor allen die in hoogheid zijn, geteekend. Hy leze er Rom. XIII op na en hij zal zien dat in 't voorschrift daar gegeven, niet staat, dat wij voor de overheid slechts bidden zullen als zij antirevolutionair is. En om nu op 't onderwerp terug te komen, spr. verbaast zich dat de heer Ossewaarde meent dat de anti-rev. de soc.-dem. buiten de gemeenschap willen sluiten. Dat doen de soc.-dem. zichzelf. De heer Ossewaarde zelf heeft er weer het bewijs van geleverd. En Troelstra on de zijnen deden dit in 1903, door openlijke prediking van ondermijning van 't gezag, stremming van het internationaal verkeer en dwangoefening tijdens het anarchistisch avontuur. Toen Troelstra e. s. dit in en buiten de Kamer verdedigden, heeft de minister gezegddan stelt gij, soc.-dem., u buiten de gemeenschap. Alleen de anti-rev. werden onder het ministerie-Kuyper mee geteld, zei debater. Spr. heeft elders 't tegendeel hooren be weren, namelijk dat de antir. waren ver kocht aan Rome. „Kuyper wilde alleen zijn richting op den voorgrond stellen Dat is ook mis. Wij aanvaarden de werkelijkheid, een gemengde bevolking. De staat is niet een anti-revol., maar een Chr. staat in den algemeenen zin van het woord. Daarbij is geen sprake van anti-revolutionairen op den voorgrond. Bij de benoemingen trachtte 't ministerie de gelijkheid te betrachten. Er werden ook liberalen, zelfs ook twee soc.-dem. benoemd. Heel anders dan onder liberale kabinetten regel was. Het Handels blad in 1881 zei dat het kenmerkende van een liberale regeering moet liggen in libe rale benoemingen. Minister Kuyper heeft 't volk niet ge splitst in geloovigen en ongeloovigen hoe komt de heer Ossewaarde aan deze dwaze bewering Dus dan zouden bijv. hier te Goes de ongeloovigen dit, nu pas, op een maal zjjn geworden door het ministerie- Kuyper De beschuldiging is even onwaar als deze, dat minister Kuyper de onder scheiding in Paganisten en Calvinisten had uitgedacht. Doch die onderscheiding is nooit gemaakt, dan door enkele leiders der liberalen zeiven. De beschuldiging als zou 't ministerie Kuyper geen sociale wetten hebben ge maakt, werpt Spr. terug op de liberalen. Tot 1900 heeft geen enkel liberaal kabi net ook maar één sociale wetin 't Staatsblad gekregen. De eerste (de Arbeidswet) was van minis ter tyuys de Beerenbrouekj uit 't„elerieal§"

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1907 | | pagina 1