Uit de Tweede Kamer.
Kerknieuws,
Gemengde Berichten.
als Six, wekken onaangename herinne-
riugeu op.
Een dergelijk coalitie-ministerie, met
oud-liberale anli-olericalen type Van
HoutenTydeman, een paar conservatie
ven. een enkelen verwaaiden vrij-antirevo-
lutionair en een paar Roomschen zou
den principieelen strijd voor langen tijd
onmogelijk maken, de coalitie misschien
voor goed breken, het oud-liberalisine
ounoodig versterken, en groote hervor
mingen, voorloopig alihans, tegenhouden.
Daarom moet de taktiek der beide
uitersten in de linksohe partijen, door de
rechtscbe partijen worden weerstaan.
Bij een verhouding van 51 tegen 49,
ook al werd die binnen enkele weken
iets gunstiger voor de rechterzijde, zou
tooh geen krachtig ministerie van rechts
mogelijk zijn.
Daarom komt 'tons voor beter te zijn
dat wij 't met dit zwakke ministerie van
links doen.
Hierin gaan wij met Het Huisgezin ac-
aoord.
Maar haar tweede opmerking over de
Pretorianen moeten wij tegenspreken.
Wij achten het zeer tegen het landsbe
lang om de hoolii-ollieieren, inspecteurs
en dergelijke, bij de verschillende wapens
van hun post te dringen en te doen ver
vangen door hen die den minister steunen
willen bij de uitvoering van plannen die
deze deskundigen schadelijk voor de lands-
defensie achten.
Want zulk heengaan of heen laten gaan,
gelyk de minister doet, is geen staking of
dienstweigering, maar een uit den weg
treden voor gevaren, de verantwoordelijk
heid voor wier opkomen men niet behoeft
te dragen, nadat men er te vergeefs tegen
heeft gewaarschuwd.
Mannen als Smeding die uit beginsel
heengaan, die 't betreuren dat een minister
van oorlog de garnizoenen ontbloot, de
oefeningstijden verkort, de weerbaarheid
des lands verzwakt en de handhaving van
orde en gezag in gevaar brengt, moeten niet
bejegend worden met een handgebaar van
laat-ze-maar-oprukken;-voor-hen-'n-ander.
Vaderlandsliefde zit ons in 't bloed. En,
wy mogen arm wezen en klein, voor onze
landsverdediging voelen wij, dewijl wij
op onze nationale onafhankelijkheid prijs
stellen.
En wanneer nu de minister van oorlog,
na eerst de bezuinigingswoede der vrij
zinnig-democraten te hebben belachen, ten
laatste voor hun aandrang zwicht, en be
zuinigingen voorstelt, die niet zijn in
's lands belang volgens deze deskundigen
de landsverdediging achterstelt voor de
politiek, en wat de meerderheid des volks
dierbaar is, overgeeft aan een handjevol
anti-militairisten, dan hopen wij dat van
anti-revolutionaire zijde hiertegen ernstig
zal geprotesteerd worden.
Wij hopen dat de vraag door dhr. Lohman
gister gedaan, 't preludium hiervan zal zijn.
Wij hebben 't optreden van het libe
ralisme nooit in 's lands belang gevonden.
Wat de vrijzinnig-democraten du al jaren
bezig zijn tegen de landsverdediging te
fulmineeren achten wij zelfs gevaarlijk.
Nederland moet geen militair land wor
den, daar is 't te klein voor. Maar bet
is nog groot genoeg om zijn landsverdedi
ging niet tot een bespotting te maken, en
de deskundigen die geacht mogen worden
't beter te weten dan de Lieftinks en
Alarchants en Troelstra's en De Klerks,
in eere te houden.
Dat er nog steeds gebrek blijft bestaan
aan onderwijzend personeel voor de chris
telijke school moge het heden verschenen
nommer van de School met den Bijbel om
leeren. In dat blad vinden we niet minder
dan 53 aanvragen om onderwijzers.
De Goesche Courant vertelt haren lezers
dat Trimeter Kuyper als zijnde theoloog,
een slecht wettenmakend minister is ge
weest. Adres de drankwet.
De Goesche vergist zich. Die wet is in
het rechtsgeleerd vakblad Unitas een goed
stuk werk zonder juridische flaters ge
noemd.
De lager-onderwijswet was ook niet
kwaad, immers het openbare onderwijs in
den lande ging er 6 ton aan Rijksbijdra
gen mee vooruit, en de openbare onder
wijzers zijn wat blij met hun opneming
in de peDsioen-regeling.
Maar van slechte wettenmakers gespro
ken de leerplichtwet van Goeman Bor-
gesius is tweemaal omgewerkt moeten
worden voor zy in de Tweede Kamer
kwam, en is, ook volgens liberale des
kundigen, nog een pruts De ongevallen
wet van Lely moest ook gewijzigd, eer
zij openbare behandeling waardig ge
keurd werd, en bleek zelfs toen nog zoo
slecht, dat, wegens de afgewezen verbete
ringen door dr. Kuyper aandebandgedaan,
zij door de toenmaals liberale Eerste
Kamer verworpen werd.
Het wettenmakend vermogen der minis
ters nit het tegenwoordig kabinet schijnt
ook niet schitterend. Men kenthetgetobbel
van minister Veegens om zijn eerste wetje
pasklaar te krygenen de twee verwor
pen wetjes van de ministers Stuart en
Fock, vooral het laatste, bleken zoo weinig
in den haak dat zelfs van hun geestverwan
ten ze hielpen verwerpen.
Niet dat wij dit schande vinden. Wetten
makers zijn door alle eeuwen en onder alle
partijen dun gezaaid.
Zelfs Thorbecke leverde meest copy-
werk.
Maar waarom dan dat gesmaal op den
theoloog"
Alen leze liever wat de liberale prof
Greven van het van dien theoloog inge
trokken wetsontwerp Ouderdoms- en In
validiteitsverzekering zegt en lette goed
op welke ontvangst het Ouderdomsont-
werp van minister Veegens, zoo het ooit
ingediend wordt, wordt bereid.
Het figuur van den theoloog Kuyper is,
bij dat van de juristen Borgesius, Veegens
en Fock vergeleken, nog zoo kwaad niet.
W\j hebben gisteren in ons Buitenlandsch
Overzicht reeds geprotesteerd tegen de
godslasterlijke woorden door den socialis-
tischen minister van arbeid Viviani
onder toejuiching van liberalen, radicalen
en socialisten, van welke laatsten toch ten
slotte nog 18 tegen de aanplakking zijner
rede stemden l in het Fransche parle
ment gesproken.
De gewraakte woorden zijn echter nog
erger gebleken.
Sprekende over den armen arbeider die
wacht op ouderdomspensioen sprak hij
„Wij hebben tegen dien man gezegd dat
er achter de wolken waarheen hy zijn droe
vige blikken wendt, slechts hemelsche her
senschimmen toeven en met een heerlijk
gebaar hebben wy daar in den hemel
lichten uitgedaan, die niet weer uit zullen
gaan. Wat zullen wij hem teruggeven, nu wij
hem den hemel hebben leegggehaald
Ook de rede van den minister van eere-
dienst, Briand, socialist, die verklaarde vrij
denker te zyn, en 't een daad van reactie
noemde met Rome weer de banden aan te
knoopen, werd Links luide toegejuicht, en
met 376 tegen 98 voor aanplakking aan
gewezen.
Welker heerlijkheid is in hunne schande!
Nieuws is 't niet dat het atheïsme in
Frankrijk durft.
Renan heeft in 1856 al even boud ge
sproken. En Zola was alevenonbeschaamd.
Maar de ministers waren altijd voorzich
tiger, kennende de plaats waar zij stonden.
In Frankrijk is men er blijkbaar nu
over heen.
Die vuil is dat hij nog vuil worde, zegt
de Schrift.
Het is de consekwentie eener vrijzin
nigheid die voor den arbeider den hemel
heeft leeggehaald, en nu niet weet met
hem waar naar toe
Aan het slot van een hoogst belangrijk
feuilleton in de Nieuwe Courant over «de
geschiedenis eener liefde van Napoleon I"
(bedoeld is zijn ongeoorloofde betrekking
tot Marguerite Bellislewordt verhaald
dat Lou lou (Napoleon IV volgens de
Bonapartisten van onzen tijd, een zoon van
Napoleon III) in 1878 in 't geheim is ver
loofd geweest met de achterkleindochter
van Napoleon I en genoemde Marguerithe.
Uit de ongeoorloofde betrekking tus-
schen Napoleon IV (die in Znid-Afrika
door kaffers werd afgemaakt) met deze
Engelsche schrijfster Charlotte Watkins-
Kelly moet een maand na 's prinsen dood
een zoon geboren zyn, wiens gelaat zuiver
het Napoleontische type vertoonde. Deze
zoon Na| oleon Louis Watkins Kelly kwam
op het instituut Hudson te Barry, en moet
nog heden, ondersteund door vermogende
Franschen, te Blackheath wonen.
Mijne heeren, maakt het kort, maakt
het kort, ziedaar de zachte vermaning,
waarmede de voorzitter de heeren tegemoet
kwam by de behandeling der Indische
begrooting. Geen overbodige waarschu
wing, te meer, daar de Kamer vóór Kerst
dag nog veel moet afdoen. De heer Brum-
melkamp is de eerstespreker. Hij bespreekt
het opium-vraagstuk en wil kort en goed
een algemeen verbod van invoer en ge
bruik, zooals Keuchenius weleer bepleitte,
desnoods gebonden aan een fatalen termijn.
Want, zoo zei dhr. Brummelkamp, opium
verstompt de rede, ook het christelijk
bewustzijn en vernietigt wat de christe
lijke zending tracht op te bouwen. Het
is bepaald een volkskanker.
Na deze ontboezeming kwam dhr. Pier-
son aan het woord. Hij prees 's Ministers
beleid, vooral ten aanzien van 't inlandsch
onderwys eD ook op het gebied van den
landbouw, gaf hoog op van 's Ministers
oprechtheid en eerlijkheid in zake de
finantieele politiek. De minister ziet de
zaken juist in, en beoordeelt ze ook juist
niet te donker en ook niet te licht.
Tevens waarschuwt Z.Exc.voor optimisme.
En dit is goed, waar de uitgaven ver
meerderen en men op duurzame verster
king van inkomsten bedacht dient te zyn.
Gaarne zou de af ge vaardige van Gorinchem
zien, dat alle uitgaven, productieve en
improductieve, door de inkomsten gedekt
werden. Daarom, wil men de Indische
financiën versterken, dan geen leeningen
sluiten. In dezen is de grootste zorg noodig,
want in de laatste tien jaren zijn de finan
ciën bepaald achteiuit gegaan, al zyn ze
voor dit jaar niet ongunstig te noemen.
Daarna kwam dhr. Van Kol, de Indische
Specialiteit bij uitnemendheid. Hij was
ditmaal nog al wel te spreken, al had hij
ook bezwaren te over. Zijn geheele be
schouwing kwam hierop neer, dat op
Nederland, als koloniale mogendheid, het
woord van toepassing was«Gewogen,
maar te licht bevonden". Er wordt wel
eens een enkele goede maatregel in Indië
toegepast, als b. v. de toelating van inlan
ders tot de bestuurstaak en tet het officiers-
korps, maar overigens blijft het een
ellendige boel in Indië, het land zoo mild
door de natuur Jjevoorrecht, dat alles zou
moeten medewerken om welvaart te ver
spreiden, maar in plaats daarvan heer-
schen ellende en armoede. En nu komen
de klachten van dhr. Van Kol op het
gebied van landbouw, nijverheid, en am
bachten. Wat kolnt er van irrigatieplannen
terechtwat wordt er gedaan in 't belang
van den veeteelt vau den inlander Wat
voor het ambachtsonderwijsP Op het gebied
van het reoht is er nog steeds wauorde.
Het strafstelsel is alles behalve deugdelijk,
zelfs komt nog dwangarbeid voor, mis
handeling van koelies is aan de orde van
den dag gebleven, ondanks de vele klach
ten, en de preventieve heohtenis werkt
nog altijd drukkend. En wat komt er van
bescherming der mijnarbeiders terecht
Totaal niets. De geneeskundige dienst laat
ook veel te wensohen over. Lepra-bestrij
ding, beteugeling van volksziekten, ver
schaffen van verloskundige hulp, de re-
geering doet er niet aan. Altemaal beloften,
maar geen vervulling. In plaats van dit
alles vindt men in Indië een autocratische
regeering, decentralisatie, teleurstelling op
allerlei gebied. Ziedaar het treurlied van
den heer Van Kol. Toch ziet deze afge
vaardigde nog hier en daar een gouden
stipje of streepje aan den rand van de
donkere zwarte wolk. Zoo noemt hij deze
begrooting de beste uit de laatste tien jaren
en ziet hij met genoegen, dat deze Minister
een eersten stap gezet heeft op den weg ten
goede door de toelating van de inlanders
tot de regeeringstaak. Maar overigens is het
volgens dhr. Van Kol met ludië niet veel
zaaks, nog altijd is het een ellendige boel.
Voorts vraagt dhr. Van Kol eenige
nadere inlichtingen omtrent de expeditie
naar Bali, by name, of het waar is, dat
het geschil met den vorst van Bali door
eene rechterlijke beslissing had kunnen
en moeten worden beëindigd.
Dhr. Bogaardt zag den finantieelen toe
stand van Indië vrij rooskleurig in.
De aohteruitgang van de Indische wei-
waart zit volgens dhr. Bogaardt in de
verkeerde politiek, welke gevolgd wordt
tegenover den Islam.
Men steunt den Mohamedaanschen gods
dienst, in plaats van dien te bestryden.
En toch die godsdienst is beslist na-
deelig voor de bevolking. Ze wordt er
door verzwakt en terneergedrukt. Op den
duur loopt het op den ondergang der be
volking uit. Alleen krachtige bevordering
van de zending van regeeringswege, ge
paard met controle tegenover den Islam
kan op den duur Indië voor ondergang
behoeden. Met deze beschouwing was dhr.
van Bylandt, die ook tegen het opium
stelsel te velde trok, het eens.
Vrijdagmorgen gaven de heeren De
Waal Malefijt en Van Deventer hunne
finaucieele beschouwingen ten beste. Bei
den meenen dat, ondanks de niet tegen
vallende begrooting, in het vervolg de
grootste omzichtigheid dient betracht te
worden, daar er geene evenredigheid is
tussohen de vermeerdering van inkomsten
en uitgaven. Vermeerdering van inkomsten
blijft het wachtwoord. Zoo beveelt öhr.
Malefijt een petroleumbelasting aan, als
mede de handhaving van wat nog goeds
is in de gouvernementoultures.
En dhr. Van Deventer, toestemmende
dat de finantieele toestand gunstiger is dan
wel een paar jaren geleden, doet evenzeer
uitkomen, dat er tooh reden is voor be
zorgdheid. Bij de inkomsten-vermeerdering
is het al geen goud, wat er blinkt. En is
er al eenige vermeerdering, bij eenigen tak
van dienst, dan stijgen ook de uitgaven
o. a. bij de pandhuizen, verpaohte middelen
en opiumregie. Daarbij is de balans wel
wat geflatteerd. Vandaar een waar
schuwing van dezen afgevaardigde tegen
verhooging van uitgaven.
Daartegenover was dhr. van Karnebeek
bijzonder optimistisch gestemd. Hij is
wars van zulke pessimistische beschou
wingen. Ze komen zoo zelden uit. Eu
nu vooral is er geen reden toe. De be
grooting, ze moge geen juist beeld van
den werkelijken toestand vertoonen, ze
bewijst toch, dat er van geene „inzinking"
op Java sprake is, waarvan men vroeger
den mond vol had en die 40 millioen
vorderde. Na den middag hadden de hee
ren Thomson, geholpen door dhr. De
Stuers, het over de gruwelen in Atjeh en
Boni. De eerste noemde het in de laatste
jaren gevolgde Atjehstelsel noodeloos wreed
verbittering in plaats van verbetering aan
brengend. En dhr. De Stuers sprak van
«de gruwelen in naam van het gepaten
teerde Van Heutsz-pacifioatiestelsel'' ge
pleegd.
Eu voorts had dhr. De Stuers het over de
onbetrouwbare gegevens van 't Koloniale
Verslag. Wel worden daarin geen onwaar
heden aangetroffen, maar de volle waarheid
is toch wat anders. Uit zijn ambtenaars-
loopbaaD, nu reeds een kwarteeuw, weethy
daarvan mee te praten. Ook critiseerde
spreker scherp de Boni-expeditie. Ze begon
zoo klein ze zou immers spoedig afge-
loopen zyn doch wat is er uit ontstaan
Eigenlijk een janboel ten koste van veel
bloed. Met geweld heeft men zich inge
drongen in streken, bij inlanders, die nooit
een Hollander gezien hebben, ingedrongen
met een geweer in de vuist, nota bene, om
ons gezag te handhaven zoo het heet, een
denkbeeldig gezag alzoo.
V oorts werden de regeering het was
Vrijdag twee vragen gedaan. Vooreerst
een, door dhr. Thompson, naar de bevorde
ring bij keuze van zekeren luitenant, die
'n schyn van bevoorrechting boven anderen
door zekere willekeur, had gewekt. De
Minister maakte zich van de vraag af door
op te merken, dat er nog geen bevordering
heeft plaats gehad. De vraag was minstens
voorbarig, en daarom het antwoord eens
deels ad rem.
Vervolgens vroeg dbr. Lohman eenige
nadere inlichtingen over het aanvragen
van ontslag door generaal Smeding, inspec
teur der cavalerie, verzocht naar men
meende, omdat hij zich niet langer ver
eenigen kon met de maatregelen in betrek
king tot de legerorganisatie. De Minister
gaf dhr. Lohman te kennen, dat om der
gelijke reden de generaal onislag heeft
aangevraagd. De beslissing over dit ontslag
kan de Minister niet uitstellen tot na de
behandeling der begrooting, want generaal
Smeding zou gaarne pensioen hebben. En
voor Z.Éxc. bestaat niet de minste reden,
om te trachten den generaal op zyn besluit
te doen terugkomen.
Zuid Bevelandsche Brieven.
V.
Deze week was voor de arbeiders, niet
het minst voor de veldarbeiders, een goede
week, want èu op de vergad. van Patri
monium én op die van den Chr Werkmans
bond in Zeeland werden hun belangen in
het by zonder besproken.
Ook de Zuid-Be velandsche briefschrijver
wil by gelegenheid over deze zaken zyn
gevoelen zeggen.
Gelukkig kunnen we getuigen, dat hoe
veel misstand er ook hier moge wezen, de
toestanden toch beter zyn dan in Gelder
land, den Haarlemmermeer of Groningen.
De vergadoring van den Chr. W. B. te
Goes was aardig goed bezocht. In hoeverre
schrijver dezes daarop ook invloed ten
goede heeft uitgeoefend, zal wel moeilijk
zyn uit te maken. Toch ben ik blij, dat ik
in mijn derden brief daarover heb geschre
ven en tot bezoek heb aangemaand.
Van zulke vergaderingen kan zooveel
kracht ten goede uitgaan, niet het minst
als mannen als dr. De Visser en ds. Roscam
Abbing zich voor deze zaak willen geven.
Dat dhr. Kooijmau als musicus ook wat
voor de zaak over had, maakte de verg.
voor allen vanzelf dubbel aangenaam.
Dat vele predikanten deze vergadering
bijwoonden is ook een verblijdend ver
schijnsel vooral op de dorpen kan hun
voorlichting zoo moeilijk worden gemist
en kan onder hun leiding zooveel goeds
tot stand gebracht en zooveel kwaads be
streden worden.
Van Zuid-Beveland waren een 10-tal
plaatsen vertegenwoordigd, dat is bijna de
helft. Zuid-Beveland maakte dus een goed
figuur. Maar waai om konden er ook geen
afgev. zijn van 's-Heereuhoek, 's-Graven-
polder, Baarland('), 's-Heer-Arendskerke,
Wolfaartsdijk, Kapelle, Biezelinge.Wemel-
dinge, Schore, Kruiningen, Krabbendijke
en Ierseke Op vele van die plaatsen
zijn werkliedenvereenigingen, die óf op
zich zelf staan, óf ook zijn aangesloten
bij den Zeeuwsohen Werkliedenbond.
Het Nederlandsch Werkliedenverbond telt
er zelfs een van onder zijn leden.
Maar welk een kracht gaat er van uit
op het terrein van den arbeid van Zuid-
Beveland? Als naar mijn wensch in mijn
tweeden brief uitgesproken de afdeelingen
van den Chr. Nat. Werkmansbond op
Zuid-Beveland dezen winter nogmaals in
Goes samenkomen, dan is het te hopen,
dat ook vele van de laatstgenoemde plaat
sen vertegenwoordigd zullen zijn. Van de
nu gehouden vergadering kan in dezen
heel wat invloed ten goede uitgaan.
Op hetgeen ik in mijn vorigen brief
schreef over den dankdag wil ik nog even
terugkomen en wel Baar aanleiding van
het ingezonden stuk van dhr. Q. T. en het
onderschrift der redactie.
Bij de Roomschen valt allerheiligen altijd
op 1 November en dan staat alle werk stil.
Ook bij ons kan de eerste Woensdag in
November dus best alles stilstaan, dat beu
ik met dhr. T. eens, maar ik wees in mijn
vorigen brief juist op het gewensohte om
den dankdag te houden na de inzameling
Tan alle produkten van het veld en dat
niet om het werk, maar om het eigenaar
dige van den dankdag voor het gewas
Ook komt het mij heel goed voor op
bid- en dankdag „De Zeeuw" niet te doen
verschijnen en wel om deze redenen, dat
dan degenen, die het wenschen met de
gemeente Gods kunnen opgaan om Hem
te danken als den gever van alle goeds
en degenen die aan De Zeeuw verbonden
zijnde die dagen hun kerk gesloten vin
den, die mogen by de vrije dagen op de
christelijke feestdagen die twee nog wel
toe hebben. Me dunkt daar zal geen enkel
abonné, ook zelfs in Zeeuwsch Vlaanderen
bezwaar tegen hebben. Juist dat men in
Zeeuwsch Vlaanderen een anderen dag als
dankdag heeft vind ik niet goed. Voor
geheel Zeeland en voor alle verschillende
kerkgemeenschappen denzelfden dankdag en
dan na afloop van alle inzameling van den
akker, daar moet m. i. voor een volgend
jaar heen gestuurd worden. Als men doet,
zooals dhr. Q. T., dat men zich uitspreekt,
komt deze zaak wel in orde.
Nu nog iets over ods christelijk onder
wijs en daartoe wil ik een kleine dertig
In ons verslag was abusievelijk Baarland
en Wolfertsdijk verzuimd op te nemen, schoon
beide vertegenwoordigd waren 's-Heerenhoek
en Sluis zijn slapende of opgeheven volgens
het verslag van den secretaris, v. aaruit wij ook
slechts konden aanstippen.
De afdeelingen zijn Middelburg, Goes, Hans-
weert, Eikerzee, Biggekerke, O.-ei W.-Souburg,
Neuzen, Kloetinge, Vlissingen, C idzand, Wil-
helminadoip, 'tZand, Breskens, Wissekerke,
Oudelande, Rilland-Bath, Veere, Nisse, Hoede-
kenskerke, Koudekerke, Wolphaa; tsdijk, Baar
land, Borsselen, Kortgene, Zierikzvs en Katten-
dijke. Rgp,
jaar teruggaan. Bij het groote volks-
petitionncment hebben er ook op Zuid-
Beveland velen zioh voor het christelijk
onderwijs uitgesproken en nu wil ik eens
wijzen op hetgeen we daarop afgaande
hier op Zuid-Beveland nog te wachten
hebben en ik begin daartoe in het Oosten
om zoo met de zon mee de verschillende
plaatsen te bespreken. Eerst dan Rilland-
Bath;200 personen teekenden het petitionne
ment en gaven 156 kinderen op. De kerke-
raad van Bath en Rilland van de Ned.
Herv. kerk eu die van de Christelijk Geref.
kerk zouden ook hun adressen en toch
heeft Rilland-Bath nog geen christelijke
school, hoewel men afgaande op deze oijfers
en de vermeerdering der bevolking bij
gelijke keuze lusscheu openbare en christe
lijke school hier op een of meer scholen
met gezamenlijk 200 kinderen zou mogeu
rekenen.
Ned. Herv. Kerk.
Beroepen te Rottum R. H. v. d. Molen,
cand. te Ooslwold te HindeDpen O.
Norel, cand. te Harlingen te i Waal
J. Ravesloot cand. te Harderwijk.
Aangenomen naar IJselmuiden door N.
C. Bakker te Poortvliet,die voor Bergschen-
hoek (toez bedankte.
Bedankt voor Wieringerwaard door J.
L. v. Apeldoorn, cand. te Helpman.
Goes. In de Vrijdagavond gehouden
stemming door het kieskollege voor leden
van den kerkeraad wegens periodieke af
treding is als ouderling herkozen dhr. M.
D. Dekker en gekozen in de plaats van
dhr. C. Snoep die wegens hoogen leeftijd
niet meer in aanmerking wenschte te ko
men, dbr. J. de Kruijter, thans diaken.
Herkozen werd tot diaben dhr. H. P. v.
d. Heil, en gekozen in de plaats van dhr.
F. J. Boone, aftr., dhr. 1. Wessel.
Geref Kerken.
Aangenomen naar Knijpe door K. v. d.
Veen, cand. te Watergraafsmeer.
Onze Aliddelburgsche Corresp. schrijft
Onder de takken van bedrijf die zieh
ten onzent, ziender oog, ontwikkelen be
hoort het kweeken en verzorgen van
pluimvee.
De enkele exemplaren die Donderdags
in den vroegen morgen aan den toegang
tot eene afspanuiDg of op de sloep van
een winkelier in de LaDgeviele een plaatsje
tot verkoop vonden, zijn nu vele honder
den op de Pottenmarkt geworden.
De kevi's en de platte hoendermanden
met levende bewoners missen nooit hun
plaats, en de eierhandel is zeer levendig.
De actie in de vogelenwereld loonde
den arbeid van de mensohenwereld, en
door veredeling van ras, zorgzamen oppas
en doelmatig voeder is nu de kippeusta)
op menig landbouwbedrijf niet meer een
toegift maar een bron van inkomst. Van
bijloopers zijn de geveerde medeinwoners
gevvaajdeerde huisgenooten geworden, aan
welke een zorgende hand en een extra-
uitgave goed besteed blijkt.
Gruis en koude aardappelen maakten
plaats voor ochtend voer en beenderenmeel,
en het vroegere in 't onopgemerkte levende
pluimgedierte heeft nu een hem toeko
mende plaats in den burgerlijken, of
liever in den dierlijken stand.
Aan die actie ontleende de driedaagsche
tentoonstelling haar aanzien en haar luister.
Wat rijke verscheidenheid 1
Wat een massa
Van het miniatuur-vogelt je op het
podium, tot de kolossale ganzen en kal
koenen in den tuin, van de talloozo
soorten van duiven tot de hanen voor welks
aangekondigde prijs men 'n paardje koopen
kan (er zijn exemplaren die f 250 genoteerd
zijn) het is een wereld van vederen en
pluimen.
En een wereld waarby niet alleen één
onzer zintuigen te gast gaat.
Niet alleen het gezicht krijgt zyn deel
maar ook het gehoor.
Op het uur dat de tentoonstelling ge
opend is, is 't gekraai der vele hanen reeds
vervaarlijk, wat moet dat wel zijn als de
morgen komt 1
En bij het gezicht en het gehoor blijft
ook onze reuk niet werkeloos.
Ook dat zintuig bevindt zich in ongewone
omgeving. Of het nu juist te gast gaat
durven we naar waarheid niet zeggen.
Behalve veel pluims was er ook veel hairs.
Ook al exemplaren voorbeschikt voor een
tentoonstelling.
Liefhebbers genoten er van den rijkdom
der Schepping en practische menschen
konden er hun voordeel zoeken.
Zoo beantwoordde deze driedaagsche
tentoonstelling uitstekend aan haar doel.
Men sehryft ons uit Middelburg
Op het oogenblik dat wij bezig zijn dit te
schrijven, is de Woensdag geopende Ten
toonstelling van Pluimvee, Konijnen enz
weer zoo bijna gesloten. Ze was niet dra
verschenen, of ging zoo ras weer henen.
Maar ondanks dit kort en vluchtig be
staan, was ze eene attractie voor velen. Da
Tentoonstelling mag evenals deHuisvlyt-
en Zilver-tentoonstelling als goed geslaagd
beschouwd worden. De regelings-commis-
sie, niet het minst de ijverige secretaris
penningmeester, dir. Worst, heeft eer van
haar werk. Er was veel moois, veel vreemde,
veel schitterends te zien en te bewonderen,
voor vakmannen zoowel als voor amateurs.
Volgens een deskundige moeten or nog
weinig tentoonstellingen van dien aard in
ons land zyn gehouden, waar alles zoo goej
ingericht was. Er: ecu ander verklaard^