NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
No. 2. 1906.
Dinsdag 2 October
21e Jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Onsehuld en Misdaad.
NET ALS BIJ ONS.
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER AD VER TEN TI ËN
IEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franeo p. p1,25.
Enkele nummers10,02s.
UITGAVE DER FIRMA
EN VAN
van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Verleden week hebben de Duite«he sociaal
democraten hun Congres gehouden 'te
Mannheim.
Hoofdschotel scheen de algemeene sla
king met een politiek doel.
Doch in werkelijkheid waren het 5e
„neutrale" vakvereenigingen.
Bebel had een motie ingediend, waar.n
verklaard werd dat het congres de da-
betreffende besluiten van dat te Jena te-
vestigt, maar dat het partijbestuur, zood;a
het de noodzakelijkheid van een politiece
algemeene staking erkent, zich met ie
algemeene commissie uit de vakvereenigingen
in verbinding moet stellen, en alle mast-
regelen nemen die noodig zyn om de „en
derneming" met goed gevolg uit te voerm.
Dit was al erkenning van ongelijk, ce-
wyl immers op het congres te Jen a cie
algemeene staking was geproclameerd, ttr-
wijl men daarbij opeischte den steun eer
vak ver eenigingen
In de tweede plaats sprak de motiede
erkentenis uit dat de vakvereeniginten
onvermijdelijk-noodzakelijke lichamen zijn
voor de opbeuring van den toestand ter
arbeiders op oeconomisch gebied, en vel
niet minder dan de sociaal-democratische
partij die verheffing van de arbeiders op
staatkundig gebied beoogt.
Beide organisaties moeten dus, zoo te-
sluit de motie, in hun strijd gemeen ova--
leg en samenwerking betrachten. Daartoe
moeten de centrale besturen van beide
organisaties tot eenheid trachten te komm.
Doel is daarbij, „afschaffing van het
toonstelsel en de inrichting van een opde
maatschappelijke gelijkheid van allen oe-
rustende voortbrengings- en ruilwijze, lus
van een socialistische samenleving", aen
„doel dat ook de arbeider van de vakcer-
eeniging die zich zijn stand bewust is,
noodzakelijkerwijs moet nastreven".
Een vrij wat makker optreden dus lan
te Jena. Toen werden de vakvereenigin
gen opgeëischt voor de sociaal democra
tische agitatienu wordt die eisch los
gelaten, en alleen vastgesteld dat 't in
haar belang zou zijn.
Uit de lange mondelinge toelichting 7an
den heer Bebel bleek dat 't party bestaur
2 TEUILLSTOIT.
„In alle geval zult gy er wel niets op
tegen hebben, ons te laten zien, wat gjj in
uw zak hebt".
„In mijn zakriep Aleida uit, terwijl zij
met krampachtig gesloten hand haar kleed
verfrommelde. „O, Bella, Bella, elke belee-
diging heb ik u steeds vergeven, maar nu is
het my onmogelijk Ik ik uw diamanten
ring en honderd gulden Gy hebt mij daar
mee gezienBella, Bella, hoe durft gij zulk
een valsche beschuldiging uitspreken
„Aleida, ledig uwe zakken," sprak mevr.
Westerley gebiedend, overtuigd dooreen
wenk van Bella, „wanneer gij onschuldig
zyt, zal er natuurlyk niets bij u gevonden
worden".
„Wanneer ik onschuldig ben",
stotterde Aleida, die doodsbleek werd,
terwyl hare stem van aandoening beefde.
„Tante Westerley, denkt gydat ik na zulk
een beschuldiging mijn zakken ledig Dat
nooit I Als gij kunt als gij moed genoeg
hebt, om een arme afhankelyke wees te
beleedigen afhankelyk neen, die als
een slaaf werkt voor hetgeen zy van u
ontvangtals gy die beleedigen wilt,
onderzoek dan zelve, ik zal u niet
weerhouden".
„Ik heb mij omnogelyk kunnen ver
gissen sprak Bella, eenigszins gejaagd
„doch als er niets in uw zak gevonden
wordt, ben ik bereid u vergiffenis te
vragen".
„U vergeven", zeide Aleida bijna onhoor
baar, met zooveel minachting, dat Bella
ontstelde.
tot deze zwenking gekomen is onder den
drang der vakvereenigingen.
Hij erkende dan ook de soo. dem. partij
in Duitschland op verre na niet sterk
genoeg om zonder den steun der vakver
eenigingen een algemeene staking op touw
te zetten.
Maar die vakvereenigingen, al is de
leiding socialistisch, mogen niet officieel
daarvoor gebruik t worden, want dan worden
zij als sociaal-democratisch openbaar en zij
moeten in naam althans „neutraal" blijven.
Dit werd door hun leider, Legien, in
scherpe bewoordingen aan Bebel duidelijk
gemaakt. In dien geest zou men dan ook
besluiten.
De mannen van de staak-maar-raak-
methode dit voorziende trachtten daarom
bij monde van hun woordvoeder Kautsky
den bekenden Duitschen marxist
dezen loop der stemming te keeren.
Hij en Mehring dienden een wijziging
in, verklarende dat de vakvereenigingen
verplicht zijn zich bij hun werkzaamheden
aan de besluiten der partijcongressen te
houden. De vakvereenigingen onder de
sociaal-democratische partij.
Het verschil in standpunt springt in
't oog.
Bebel en Singer verdedigden het samen
gaan met de vakvereenigingen zonder
pressie op deze, langzaam aan geleidelijk
trachtende hen te winnen. De evolutie!
Kautsky en Mehring bepleitten den sta-
kingsdwang. ook voor de vakvereenigingen.
De revolutie! Handhaving dus in zijn volle
consekwentie van het besluit van Jena,
dat door Bebel was verlaten en door het
partijbestuur voor het hierboven genoemde
was ingeruild.
De revolutie heeft het ten slotte tegen de
evolutie afgelegd.
De minder gevaarlijke is door de meer
gevaarlijke het zwijgen opgelegd.
Want de revolutionaire S. D. A. P. is
minder gevaarlijk dan de revisionistische.
De een komt op haar klompen, terwijl de
ander het op haar kousen tracht te doen.
Befeel gevaarlijker dan Kautsky, gelijk ten
onzent Troelstra gevaarlijker is dan Gorter.
En waarom
Omdat beiden hetzelfde beoogen, doch
er niet even eerlijk voor uitkomen.
„Tante, om negen uur moet ik weg het
is nu acht uur en ik keb nog veel te doen.
Als gij van plan zijt mij aan een onderzoek
bloot te stellen, doe het dan spoedig. Als
gij er op aandringt, zal ik er natuurlijk in
bewilligen, maar het is eene beleediging
die u eens bitter zal berouwen, onthoud
mijne woorden".
Op hetzelfde oogenblik viel haar opge
heven arm slap neer; ontsteltenis deed haar
eerst vuurrood worden en daarna dadelijk
verbleekeneindelijk zonk zij machteloos
op een stoel neer. Mevrouw Westerley
had het onderzoek ingesteld, zij ledigde de
zak van het arme meisje, en werkelijk
kwamen de ring en het bankbiljet te voor
schijn, welk laatste een van die bleekte
zyn, welke uit de beurs gemist werden
„Foei, Aleidariep hare tante uit
„verdorven meisje, hoe had ik zoo iets van
u kunnen denken I dat een mijner bloed
verwanten zich aan diefstal zou schuldig
maken I"
De arme wees deed een gesmoorden
kreet hooren, en een oogenblik verloor haar
marmerbleek gelaat alle uitdrukkingeen
bezwijming scheen haar nabijdoch plot
seling alle andere gevoelens onderdruk
kende, sprong zy op en riep verontwaardigd
uit„Tante Westerley en Bella, nimmer
had ik hem aan mijn vinger of in myne
hand alles lijkt mij een wreede droom
toe wee my I" en haar gelaat in hare
handen verbergende, barstte zij in tranen
uit.
„Mevrouw, daar is de inspecteur!"kwam
de meid zeggen, de deur van de ontbijtkamer
openende.
„O, tante 1" gilde Aleida, hare handen
wringende. „Wat gaat gij doen Waarom
De revolutionaire marxisten in Duitsch
land onder leiding van Kautsky, met hun
zeggen de „neutrale" vakvereenigingen
moeten met ons mee zijn oprecht.
De anderen die Bebel tot leidsman heb
ben willen dat ook, maar zij zeggen't niet.
Zij zeggen latende vakvereenigingen maar
op zichzelf blijven staan opdat niemand
afgeschrikt worde tot haar toe te treden,
zij worden dan vanzelf toch soeiaal-de-
craat, want dat zijn de „neutrale" vak
vereenigingen toch ook.
Daarover .sprak Bömelburg, een leider
der vakvereenigingen, hij zeide„Steeds
heb ik in dien geest gewerkt, maar om tak-
tische redenen, waarover ik mij niet nader
kan verklaren, verlang ik dat het voor
stel van Kautsky verworpen zal worden".
Eu Silberschmidt, een ander leider der
vakorganisaties, waarschuwde tegen „den
indruk dien het voorstel-Kautsky op het
buitenstaande publiek zou maken. De
christelijke vakvereenigingen zouden zeg
gen dat wij van de soe.-dem. partij af
hangen".
Liebkneeht noemde het voorstel-Kautsky
na de verklaringen van Bömelburg „over
bodig".
Fischer, eveneens Kautsky bestrijdend,
zeide: „De vakvereenigingen moeten de
onverschilligste arbeiders tot zich weten te
trekken, en daarom moeten zij vrij zijn.
Men mag hun niet kunnen verwijten dat
zij vermomde sociaal-demoeraten zijn die
aan de partij moeten gehoorzamen".
Eindelijk zette Bebel, de Dnitsehe Troel
stra, op dit alles de kroon door hgt vol
gende „Ik herhaal, dat ik mij sterk maak,
maanden lang een blad van de vakver
eenigingen te leiden, zonder het woord
sociaal-democratie te noemen en de massa
toch sociaal-democratisch op te voeden.
Dat is mijn standpunt ten aanzien van de
onzijdigheid van de vakvereenigingen.
(Gelach en toejuichingen.) Geen mensch
behoeft een achterlijk arbeider ook in
godsdienstige aangelegenheden enz. voor
het hoofd te stooten. Taktiek en nog eens
taktiek 1 Handig moet men zijn, dat is
alles, (stormachtige toejuichingen en ge
lach.")
Net als bij ons, schreven wij hierboven.
Laat men 't wel onthouden. Niemand toch
liet gij zoo iemand halen? O, tante Wes
terley, gij zult mij toch wel gelooven?"
„Bedaar, Aleida 1 uw gedrag doet mij haast
aan uw schuld geloovende inspecteur
komt om alle koffersin huis te onderzoeken;
natuurlijk zult gij er niet tegen hebben, dat
ook de uwe doorzocht wordt."
„O, neen", snikte Aleide, haar tranen
afdrogende „maar ik ben zoo in d8 war,
zoo bedroefd, Bella", maar Bella was ver
dwenen, niet in staat om de ellende aan te
zien, die zij veroorzaakt had.
„Gij kunt hier blijven, maar zeker zult
gij liever met ons medegaan ik hoop
maar doch mevrouw Westerley schudde
het hoofd toen zij aan haar vinger opnieuw
den ring gewaar werd, dien zij uit den zak
van haar nicht had gehaald.
Het was een heerlijke morgen in het
begin van Juni. De boomen waren in blad,
de dauwdroppels glinsterden, een frissche
morgendamp trok van den grond op, en
voor het venster zong de kanarie zijne
welluidende en aardigste deuntjesmaar
wanhoop had zich van de onschuldige
Aleida meester gemaakt. Nooit was zij zoo
gelukkig geweest als dienzelfden morgen
nog nooit zoo verrukt over de vroolykheid
der vogeltjes, want haar eenzaam lot, door
slechts luttele vriendschap verlicht, had
haar hart voor dergelijke indrukken vat
baar gemaakt. Doch plotseling scheen zij
door duisternis omringd,dezonscheen haar
niet te verwarmen, hoe onwelluidend kloDk
haar nu het gezang der vogelen. Zij poogde
haar toestand kalm te overdenken, doch zy
was geheel verward. Telkens opnieuw
zocht zij in haar zak, verwonderd hoe Bella's
ring door eenig toeval daarin had kunnen
komen, - sear het bankbiljet, da bank-
loope ten onzent in deze zoo slim opge
zette fuik.
Christelijke vakmannen en arbeiders,
verstaat uwe roeping
Houdt u verre van deze zoogenaamd
neutrale, inderdaad sociaal-democratische
vakvereenigingen.
II e li i §-£ 'A k gg.
Kantongerecht te Middelburg.
Zaterdag zijn veroordeeld wegens strooperij
P. L,, Serooskerke, tot f2 b. s. 2 d. h.instaat
van Dronkenschap verrichten van eene han
deling gevaar opleverende voor derden N. de
K., Aagtekerke, tot 2 d. h.loopen op grond
die beplant is: J. de W., Middelburg, tot f 0,50
b. s. 1 d. h.loopen over eens anders grond
waarvan de toegang is verboden J. W. IC.,
Vlissingen, B. L., Zoutelande, tot f I b. s. I d.
h.overtreding arbeidswetA. M. E. A. H.,
Middelburg, tot f 5 b. s. 2 d. h. en f 2 b. s. i
d. h. rijden met een rijwiel zonder lichtJ.
H., Sint Laurens, tot f 0,50 b. s. I d. h.J. C.
B., H. J. H., H. N. E., L. P. P., Middelburg,
D. v. E., Vlissingen, J. V., W.- W., J. A., B.
H., Oost- en West-Souburg, W. D., Seroos
kerke, A. v. O., Ivoudekerke, H. L., Meliskerke,
tot f I b. s. i d. h.des nachts rijden met een
voertuig niet voorzien van een lichtgevende
lantaarn J. B., Middelburg, J. G., Vlissingen,
J. B., Oost- en West-Souburg, P. S., S. M.,
Serooskerke, N. de K., Aagtekerke, tot f 3 b.
s. 1 d. h.zijn hond niet voorzien van een
muilkorfG. G., Serooskerke, tot f 3 b. s. 2
d. h., H. J., J. L., Middelburg, A. F. E. D., W.
A. P. de K., wed. D. J. B., P. G., J.J.v.d.B.,
J. D., Vlissingen, M. J. v. B., L. d. P., wed. J.
C, Veere, W. K., P. J. D., vr. v. P. S., Vrou
wepolder, P. M., Koudekerke, C. W. d. B.,
Domburg, tot f 5 b.s. 2 d.h.; schuren van de straat:
J. V., vr. v. C. K., Middelburg, tot f 0,50 b.s. 1 d. h;
noodeloos schreeuwen op de straatJ. P. G.,
Middelburg, tot f o,5o b. s. 1 d. h.als bestuur
der van een voertuig zich niet gedragen naar
de bevelen der politie A. D. vr. v. H. S., Mid
delburg, A. v. Z., Nieuw- en Sint Joosland, tot
f o,5o b. s. I d. h.uitslaan van een karpetF.,
M. B., Middelburg, tor fo,5o b. I d. h.uit-
laan van een matC. F., vr. van L. B., Mid
delburg, tot f 0,50 b. s. 1 d.h.; hebben van
een mestvaalt in de kom der gemeenteS. L.,
Middelburg, tot f 1 b. s. I d. h.het vleesch
van een afgemaakt stuk vee als voedingsmiddel
bestemmen P. J. v. G., Middelburg, tot f 2 b. s.
1 d. h.spelen van beldeurtje J. M. B., vr. van
P. L. C., Vlissingen, tot f 1 b. s. 1 d.h.zwemmen
op een andere plaats dan is aangewezen C. B.
J. W., P. M. V., Vlissingen, tot f I b. s. 1 d. h.
noot van honderd guldenEn plotseling
viel het haar in, dat Bella haar beschuldigd
had, dat zy had durven zeggen, haar met
den ring en het biljet in handen gezien te
hebben.
„Zij moet het weten dat hare beschul
diging valsch is riep zij opgewonden uit.
„Welke reden heeft mijne nicht om mij
opzettelijk valsch te beschuldigen?Nimmer
heb ik haar iets in den weg gelegd. Ik heb
haar liefgehad en mij sinds haar vaders
dood steeds voor haar afgetobdik was
niet meer dan hare slavin. O! hemelsche
Vader, heb medelijden en sta mij bij.
„Aleida, waar is uw sleutel?" vroeg
mevrouw W esterley, de kamer binnen
tredende.
„Hij ligt op de tafel" antwoordde Aleida.
„Hij is niet te vinden, misschien hebt
gy hem in. uw zak gestoken".
„Neen, ik heb hem gisterenavond op
tafel laten liggen en hem sinds dien tijd
niet in handen gehad. Tante", riep zij ver
ontwaardigd uit, „hoe kunt, hoe durft gij
mij verdenken?"
„Ik mis duizend gulden, Aleida, en één
van de bankbiljetten is in uw zak gevon
den", hernam haar tante ernstig; „nu
mankeert uw sleutel tot onze bevreemding;
maar uw koffer zal onderzocht worden
ik zal een smid laten halen".
„Tante Westerley!" gilde Aleidade
kamer scheen voor haar oogen te draaien
de deur werd gesloten en het arme meisje
viel bewusteloos op den grond. Hare be
zwijming duurde echter niet lang. De op
schudding was zoo groot, dat alle bewoners
van het huis boven warendus droeg
niemand kennis van haar kortstondige
zwakheid. Zij kwam weer tot kennis j zij
en wegens dronkenschap H. O., Middelbuig,
L. M., G. d. N., vr. van J. F. B., Vlissingen,
P. H., Westkapelle, tot f 2 b. s. 2 d. h., J. A.
v. d. B., Vlissingen, G. IC, Domburg, tot f 5
b. s. 3 d. h., C. B., Vlissingen, tot 3 X 10 d. h.
Vrijgesproken zfjnT. F., Biggekerke, J. d.
V., L. d. V., Vlissingen, beklaagd van loopen
over eens anders grond, waarvan de toegang
is verboden en K. J. d. IC, Middelburg, be
klaagd van overtreding der arbeidswet.
Arrondissements-Eechibank te Middelburg.
Omtrent de Vrijdag behandelde zaak
l tegen J. C. P. K., hoofd der school te
Ossenisse, in verzet gekomen tegen een
veroordeeling wegens mishandeling vaneen
scholier, meldt de M. C. nog het volgende
De eerste getuige, de 12-jarige E. Roelans,
buiten eede gehoord, deelde mede dat hij
den 2en Juli 1906 in den voorm., toen hij
omstreeks 10'/2 uur met andere scholieren
op het plein voor de school te Ossenisse
aan het spelen was, van een jongen een
sigaretje kreeg, dat hij achter de school
ging oprooken. Meester K. kwam onver
wacht bij hem, pakte hem beet, gaf hem
kletsen om 't hoofd, schoppen tegen zijn
aohterste en bracht hem toen in de school,
's Middags vroeg de meester of hij aan zijn
vader verteld had dat hij gerookt had
op het bevestigend antwoord kreeg hij
weer klappen om het hoofd, en later nog
slagen op den arm met een muil, omdat
hij vuile handen had.
De vader L. Roelans, gem een te-veld
wachter te Ossenisse, verklaarde dat zijn
zoontje schreeuwende thuiskwam en mee
deelde wat was voorgevallen op school.
Hij had blauwe plekken op 't zitvlak, die
8 dagen daarna nog pijn deden.
Zooals we reeds meedeelden, vorderde
het O. M. bevestiging van het vonnis,
waarbij beklaagde tot 7 dagen gev.-straf
is veroordeeld.
De verdediger, mr.J. Adriaanse,betoogde
dat alleen vaststaat dat de beklaagde den
jongen een klap om het hoofd en een schop
voor den broek heeft gegeven.
Dit feit wordt nu omlijst door verhalen
van ruwe behandeling en drankmisbruik,
die door niets zijn bewezen en ook on
waarschijnlijk zijn, daar anders het school
toezicht toch wel maatregelen zou hebben
genomen.
De verklaringen der kinderen, opgeno-
keek vreemd op hare slapen klopten van
angst, zij waggelde naar de deur, en ging
half blindelings naar de trap en naar haar
eigen kamer. De smid, die ontboden was,
brak juist het slot van haar koffer open.
Mevrouw W esterley stond er naast
Bella stond achter haar met een bleek en
ontsteld gelaat, en een weinig verder een
gewapend politiebeambte, een man met een
barsch, bijna ruw uiterlijk. Drie of vier
bedienden stonden bij de deur en vol mede
lijden maakten zij plaa+s voor Aleida. Bleek
en zwak, bevende van verontwaardiging,
bij de herinnering aan het gebeurde van
dezen morgen, stond zij daar met gevouwen
handen en betraande oogen, als een toon
beeld van de diepste ellende. Het deksel
van den koffer was geopendBella had zich
een weinig teruggetrokkende beambte
lichtte de kleedjes slechts een weinig op,
alsof hij aan het onderzoek weinig gewicht
hechtte, doch het slechts uit plichtsbesef
bewerkstelligde, maar plotseling hield hy
op, ging op een knie liggen, schoof de klee-
dingstukken driftig ter zijde en wees op de
gescheurde voering in den koffer, tege
lijkertijd den ketting te voorschijn halende,
die door het zonlicht met duizende kleuren
schitterde, en tevens een pakje dat de
negen bankbiljetten bleek te bevatten, die
mevrouw Westerley den vorigen dag in
haar beurs geborgen had. De politie
beambte staarde mevrouw Westerley aan,
hij hield den ketting vast, zoolang hij de
biljetten onderzocht. Aleida, wit.als mar
mer, scheen verlamd en sprakeloos, haar
Imogen als die van een krankzinnige.
(Wordt vervolgd,}