No. 1. 1906.
NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
Maandag 1 October
21e Jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
A. HEHORIKSE,
UIT I»E PK as.
Onsehuid en Misdaad.
i
1
2
VERSCHIJNT ZESMAAL PEF WEEK
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST. te Goes
F. P. D'HUU, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
II e c Ié t si li e ii»
n.
Gemengde Berichten.
finan'
1EDEREN WERKDAG DES AVOIDS.
Prijs per drie maanden franco p. p1,25.
Enkele nummers0,026.
UITGAVE DER FIRMA
EN VAN
van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
XJ 1 t*
Voor de stemming op 2 October in 't
district Sluis voor een lid der Provinciale
Staten steunen wij den candidaat dei-
Katholieken en Antirevolutionairen, dhr.
burgemeester van Waterlandkerkje.
Ga alle man reeds bij eerste stem
ming voor dezen alleszins bekwamen
candidaat in het vuur
Toegegeven.
Onder dat opschrift schrijft De Rotter
dammer
Ia ons nummer vau 8 September be
schreven wij onder het opschrift „De man
van de speetwet" degeschiedeaisderKonink
lijke Besluiten betreffende de aardewerk-
fabrioage te Maastricht.
Wij toonden toen aan, dat al het kabaal,
door de radioale, socialistische en christelijk-
democratische bladen over Dr, Kuyper's
houding gemaakt, op geen houdbaren "grond
berustte, maar veeleer moest worden afge
wacht, of minister Veegens liet nieuwe
Koninklijke Besluit van I'd Juli lviuo
werkelijk in de praetijk zou handhaven
of niet.
Daarop werd er in de genoemde pers
vrijwel eenstemmig op aangedrongen, dat
de liberale Minister nu eens niet zoujwijken
voor de wensohen van de Maastriehtsche
„aardewerk-baronnen",maar moest toonen,
dat hij voor de „geldmannen'' niet uit den
weg ging.
Natuurlijk waren wij het met die op
vatting niet eens.
Wij schreven reeds in Ons nummer van
8 September, dat, wanneer het nieuwe
Koninklijke Besluit de dood was voor de
industrie, en daardoor 5000 menschen broo
deloos op straat zouden komen, het Besluit
moest worden gewijzigd.
Gelijk anderzijds het Besluit moest wor
den gehandhaafd, indien het inderdaad
goed was.
En zie, nu hedenmorgen bracht het
Staatsblad het bericht, dat bij Koninklijk
Besluit van 17 September het Besluit van
13 Juli is gewijzigd.
.1 FETJILLETCIT.
I.
NACHTELIJKE STILTE.
Het was middernacht en de stad lag in
diepe rust gedompeld. De zwarte schadu
wen vielen op de leege straten, evenals
duistere droomen op hare bewoners. Buiten
ademde alles vrede, maar hoe menigeen
worstelde op zijn bed tegen een afschuwe
lijke ziekte terwijl een kille dood zich van
hem meester maakteDe rust werd niet
verbroken door des moordenaars wapen,
geen noodkreet werd gehoord, en toch werd
misschien menige moord begaan. Hadden
de sterren die Gods heiligheid verkondig
den hare blikken door de menigte van
daken kunnen dringen, zij waren stille ge
tuigen geweest van onreine vreugde, afzich
telijke uitspattingen, misdaad van allerlei
aard, vertwijfeling, doch ook hier en daar
van de zoete rust der onschuld.
Zulk een rust genoot Aleida Graylynn.
Haar kamer was een der vriendelijkste
vertrekken in het aanzienlijke woonhuis
van de rijke weduwe Westerly. Aleida was
een ouderlooze nicht en in den huiselijken
kring opgenomen, ongeveer vijf jaar voor
den tijd, waarop ons verhaal begint.
De lamp brandde slechts flauw op haar
marmeren voetstuk,en verlichtte de wanden
niet dan ten halve, doch liet niettemin toe,
de voorwerpen om zieh heen duidelijk te
onderscheiden, als schrijfgereedschap, een
bilefje netjes geschreven, doch onopgevou
wen, een kanten smaakvol bewerkte kraag
V» mouwen en een paar handschoenen.
Minster Veegens heeft dus ten opzichte
van sommige punten toegegeven.
Vat zullen nu de radicale, socialistische
en christ.-democratische bladen zeggen
Martij-Formatie.
Onder dit opschrift schrijft De Standaard:
Naar aanleiding van de geschillen in de
Sic. Demoer. Partij heeft De Nederlander
Digmaals de partijformatie ter sprake ge
tracht, en gewezen op het conflict dat bij
luik een formatie ontstaan kan tussehen
ie neiging der partij en de overtuiging
fan haar beste denkers.
Herhaaldelijk werd daarbij opgemerkt,
dat dit kwaad „niet alleen'' bij de Sociaal
democraten voorkwam. Vermoed is toen
door een ander orgaaD, dat De Nederl.
bedoelde daarbij nu juist de antirevolutio
naire partij in staat van beschuldiging te
stellen.
Zonder nu juist zoover te gaan, geven
we toch toe, dat het vermoeden voor de
hand lag, om bij dat „niet alleen" ook
aan onze partij te denken.
Te meer daar het verschijnsel, waarop
gedoeld werd, van geheel algemeenen aard
is, en zich op den duur bij ellee partij
vooTUöer.
En dit kan niet anders.
Wie eiken band voor ondeugdelijk ver
klaart, moet geen partij-formatie zoeken.
Daarop werd dan ook na 1894 door de
zich toen noemende vrij-antirevolutionairen
aangestuurd. Wij heetten toen de geor
ganiseerdeantirevolutionairenzij de
„vrijen", d.w.z. van eiken organiseerenden
bana ontslagen.
Als proefneming kostelijk. Toch bleek
al spoedig dat dit niet ging. Het vrije
standpunt werd verlaten, en men ging zieh
evengoed organiseeren. De partij-formatie
herleefde, en legde zich zelfs in toenemende
mate, iets wat hoog noodig was, op uit
breiding der organisatie toe.
Vergelijkt men nu beide organisaties,
dan is 't moeilijk voor tegenspraak vatbaar,
dat de laatste opgekomene gebondener
karakter vertoont, dan de onze, zoodat de
mogelijkheid gegeven is, dat een conflict,
als waarop gedoeld wordt, ook in deze
nieuwe organisatie ontstaat.
Voorgoed af te wenden is dat gevaar
Naast de tafel stond een koffer met een
of twee pakjes op het gesloten deksel, als
ware hij daar geplaatst even vóór de sla
pende zich ter ruste begaf.
De meubels van de kamer waren sierlijk,
schoon niet opzichtig. De omtrek van
een marmeren schoorsteenmantel stak hel
der af tegen den donkeren haard, en rechts
stond een bed, waarop Aleida Graylynn in
een zachten en vreedzamen slaap gedom
peld lag.
Op een stoel, aan het voeteneinde van het
bed, lag een grijs reisgewaad, zorgvuldig
opgevouwen, om het tegen kreukelen en
plooien te bewaren. Alles saamgenomen
deed vermoeden, dat de bevallige slaapster
alle toebereidselen voor een reis gemaakt
had. De inhoud van het briefje luidde als
volgt
„Lieve De WitOom Henri heeft mij
verzocht om te komen, en zal van geen
weigering willen hooren'. Wanneer gij
dezen ontvangt vóór het einde van deze
week, kom mij dan in Melville niet op
zoeken tante is ziek en gedrukt, en heeft
myne hulp noodig, om haar wat op te
beuren en te helpen.
Aleida Graylynn".
Het licht van de lamp viel op het be
scheiden briefje. Het was echter niet de
lamp, die Aleida gewoonlijk naar hare
kamer medenam, wanneer zij zich ter ruste
begafzij was waarschijnlijk even te voren
binnen gebracht. In de duistere kamer was
ter sluiks iemand binnen gekomen.
In de geopende deur vertoonde zich een
schoon, doch verwilderd meisjesgelaat, dat
behoedzaam naar binnen zag. Het haar j
werd door een kam bijeengehouden, maar
nooit. Het bedfeigt elke partij, elke ver-
eeniging, elke saamwerking.
Het schuilt in de niet te ontwijken tegen
stelling tussehen het yeheel en zijn deelen
En verweer tegen dit gevaar wordt nog
't best gezocht in 't. aankweek en van eerbied
voor elke zelfstandige overtuiging, gepaard
met den opreehten wenscli om voor het
behoud van het geheel individueele offers
te brengen.
Gouden regen.
Onder dit opschrift schrijft de Neder
lander
Zooals reeds gemeld werd, heeft minister De
Meester een deel van zijn belastingplannen in
gediend, en daarbij tevens overgelegd een al-
gemeene uiteenzetting van zijne overige plannen.
Hij berekent een versterking van inkomsten
van 10 millioen noodig te hebben. De ziekte
verzekering zal 's jaars kosttn f 1.100.000, de
ongevallenverzekering voor landbouw, zeevis-
scherij en zeevaart 1400.000, de ouderdoms-
verzekering f 6.400.000, de^cministratieve recht
spraak f 360.000. Voorts is er thans een tekort
van ongeveer 2 millioen. Dit alles tezamen
maakt noodig versterking der middelen met
f 10.260.000.
Het gewone accres der sitgaven daaronder
begrepen het accres 'er thans voor 't eerst op
de begrooting staanfe nieuwe onderwijssübsi-
dies schat de Minister bijna even hoog als
het gewone accres der middelen. Het laatste
raamt hij dat in de eerstvolgende vijf jaren
f I4.320.000 zal bedragen het eerste over gelijk
tijdsverloop f 14.J7o.ooo. Dus nog een voor
sprong van voor het middelen-accres met vijftig
duizend gulden.
De benoodigde versterking der middelen
wordt daardoor gereduceerd tot f 10.210.000.
Alzoo rond tien millioen.
Deze versterking wil de Minister vinden door
de nieuwe inkomstenbelasting (in de plaats van
de vermogens- en bedrijfsbelasting), welke
f 2.5oó.oco meer zal opbrengeneen wijziging
der successiebelasting, die een winst zal geven
van f i.Soo.oooeen verhoogd zegelrecht op
effecten, fl.ooo.ooo; eeri belasting op den in
breng in naamlooze vennootschappen, 1'2oo.ooo
een heffing van mousseerende wijnen f 3oo.ooo
een debietrecht op tabak, f 2.000.000 een tech
nische herziening der invoerrechten, fooo.ooo.
(Bovendien wordt nog pro memorie uitgetrok
ken een belasting op speelkaarten, die een
kleine ion zal opbrengendit bedrag wordt
vooralshog niet in rekening gebracht. Tezamen
alzoo jéen winst van 8 millioen.
De nog ontbrekende 2 millioen meent de
eenige half gekrulde lokken hingen langs
den hals over de blanke schouders. Hare
groote, gloeiende oogen waren op Aleida's
bed gevestigd. Haar geopend nachtgewaad
liet haar hals ontbloot en hing zorgeloos
over haar schoongevormdeleden, en vreemd
genoeg, een ketting van schitterende st.ee-
nen was bevestigd aan het ceintuur harer
japon. Haar eene hand rustte tegen den stijl
van de deur, met de andere hield zij de deur
zelve open zoo stond zij in de opening te
staren en te luisteren, door de duisternis
als in een wolk gehuld.
Eindelijk naderde zij uiterst behoedzaam.
Haar witte en ontbloote voet zonk in het
zachte vloerkleed en verbrak de stilte niet.
De zonderling flikkerende diamanten schit
terden in de duisternis, terwijl zij liep, en
steeds waren haar oogen vreesachtig op het
bed gevestigd. Maar het gezichtje op het
kussen bewoog zich nietde hand werd
niet teruggetrokken, want Aleida sliep
vast, doch een droevige onheilspellende
blik scheen over het gelaat van de slapende
verspreid en hare zachte lippen huiverden
tusschenbeiden. De schuldige indringster
had eindelijk de tafel bereikt en een spot
tende glimlach lag op haar lippen, toen
haar gloeiend oog het eenvoudige briefje
gewaar werd. Zachtjes nam zij een sleutel
uit de voorwerpen op tafel en, terwijl zij
naast den koffer knielde, was zij op het
punt dezen te openen.
Eerst echter zette zij de lamp voorzichtig
ter zijde, zoodat het volle licht niet op haar
kon vallen toen stak zij met bevende hand
den sleutel in den koffer, en na eenige po
gingen gelukte het haar zonder geraas het
slot te openen zij schoof de pakjes op het
deksel f - -«üde. ',;Ak4 dat op en nadat zij
Minister le mogen verwachten uit een gelijke
stijging van de opbrengt van den suikeraccijgis.
Zooals men weet, wordt die accijns met f 10
per 10O Kilo verlaagd (van f 27 wordt hij f i7).
Oogenblikkelijk geeft dit uiteraard achteruitgang
van de opbrengst, wat intusschen gedekt wordt
door de gelijktijdige verhooging van den gedis
tilleerd-accijns van f63 op f90 per hectoliter.
Op den duur zal echter liet suikerverbruik toe
neemt, in die mate meent de Minister, dat over
vijf jaar de nog ontbrekende 2 miljoen uit de
verhoogde accijnsopbrengst ruimschoots zullen
gevonden worden.
f [Ziedaar de gouden regen, dien de minister deze
week voorshands op papier over de schat
kist heeft uitgestort. Het blijkt, dat de iinancieele
toezeggingen der Troonrede, op 't oogenblik dat
zij uitgesproken werden, grootendeels reeds voor
onmiddellijke inlossing vatbaar waren. Immers
niet alleen heeft de minister bovenbedoelde uit
eenzetting gegeven, maar ook heeft hij reeds inge
diend de inkomsten belasting; het verhoogd
zegelrecht op effectende belasting op den
inbreng in naamlooze vennootschappen de ver
laging van den suikeraccijns, en de verhooging
van den gedistilleerd-accijns. Nog in voorberijding
zjn o.a. de wijziging van het successierecht, het
debietrecht op tabak en de technische herziening
der invoerrechten.
Volledigheidshalve verdient nog vermelding,
dat de Minister zich vleit, dat door bezuiniging,
met name op de militaire uitgaven, het gelukken
zal het normaal accres der uitgaven (door hem
over vijl jaar op fl4.270.000 geraamd) te be
perken; maar dat hij anderzijds niet voorbijziet,
dat behalve de genoemde maatregelen nog andere
zullen noodig zijn die tot hooger uitgaven zullen
leiden (hij denkt hier in de eerste plaats aan den
nood der ge meentefin ancien); zoodat,
het een met het ander in aanmerking genomen,
hij gemeend heeft dezen factor van bezuiniging
niet in rekening te moeten brengen.
- Bij bevelschrift der arrondissements
rechtbank te Middelburg van heden is
A. J. H. v. R., oud 43 jaar, direeteur van
de naamlooze vennootschap 'de bierbrou
werij en ijsfabriek „De Drie Kruizen'',
voorheen A. v. Rijn en Zoon, geboren en
wonende te 's-Gravenhage, thans alhier
in hechtenis, ter zake van meineed rechts
ingang verleend met verwijzing naar de
openbare terechtzitting dier rechtbank en
met bevel tot zijne invrijheidstelling.
Het gerechtshof in Den Haag veroor
deelde Donderdag C. J., werkman te
de netjes opgevouwen kleedingstukken
verwijderd had, opende zij een sierlijk
pennemes en sneed de voering in den koffer
los. Nadat zij voorzichtig op den grond was
gaan zitten, maakte zy den ketting van
haar nachtkleed los, haalde een pakje bank
biljetten te voorschijn en borg deze tussehen
de voering en den koffer, bedekte de plaats
weder zorgvuldig met de kleederen en sloot
de kist. Een oogenblik slechts deed angst
haar aarzelen doch toen zij opstond, wierp
zij nog eens een blik op het briefje naast de
lamp terwyl een hoog roode kleur haar ge
laat bedekte en een blik vol haat in haar
oog te lezen was. Haar werk scheen echter
nog niet gedaan te zijn. Zij keerde zich
naar het bed, wierp nogmaals een angstigen
blik op de slapende, sloop toen naar het
grijze reiskleed, en liet iets in een der zak
ken glijdenmet bevende hand greep zij
daarop de lamp, en spoedde zich uit het
vertrek zij durfde niet meer naar de sla
pende zien, vloed over het portaal en kroop,
harer schuld bewust, diep onder hare zijden
dekens, doch niet om te slapen.
DE BESCHULDIGING.
„Lieve, wat ziet ge bleek", riep mevrouw
Westerley uit, toen Bella de ontbijtkamer
binnenkwam en zich aan tafel zette.
„Geen wonder, mama, ik mis mijne ket
ting en ring, hét plaats te geschenk dat ik
van papa kreeg en buitendien" zij keek
Aleida aan, beet zich op de lippen èn zweeg
daarop.
„Hebt gy eenige verdenking op Laura
vroeg mevrouw Westerley. Laura was lin
nenmeid en stond zeer goed aangeschreven.
„Tot gisteren avond wel", antwoordde
Koudekerke, tot 1 jaar en 6 maanden ge
vangenisstraf wegens mishandeling, zwaar
lichamelijk letsel tengevolge hebbende.
Het vonnis van de rechtbank te Middel
burg, waarbij bekl. tot 1 jaar en 6 maanden
veroordeeld was, werd wegens vormgebrek
vernietigd.
Met vernietiging van een vonnis der
rechtbank te Zierikzee, waarbij J. K.,
zonder beroep, aldaar, tot 1 maand was
veroordeeld wegeDs opruiing, werd ge
noemde K. te dier zake ontslagen vau
rechts* ervolging.
Verder werd voor het hof voortgezet de
behandeling van de zaak van C. M. v. d. S.,
29 j-, winkelbediende te Poortvliet, door
de reehtbank te Zierikzee vrijgesproken
ter zake van het feit, dat hij in de be
bouwde kom der gemeente Poortvliet,
terwijl de ingezetenen ter kerk waren,
met woeste vaart langs de kerk had ge
reden, waardoor N. L. C. Krijger was om
vergegooid en lang gesukkeld had aan
zijn voet.
Getuige arts Tazelaar uit St. Maartens
dijk verklaarde dat de man geheel genezen
is en levens dat hij ounoozel is en niet
snel hoort, zoodat hij allicht kan worden
aangereden door een wagen of fieP-uU-
wordt door den bestuurder vooruit ge
waarschuwd.
Voorts werd gehoord H. D., huisvrouw
van C. M. K., winkelierster te Poortvliet, bij
wie de bedoelde N. L. C. Krijger was
verpleegd. Het bleek, dat laatstgenoemde
geenerlei beroep uitoefent. Hij beeft veel,
pijn gehad aan den voet.
Adv.-gen. mr. Reitsma was van oordee,
dat het aan Krijger overkomen ongeva
kan beschouwd worden als tijdelijke ziektet
Al is de persoon van Krijger achterlijk,'
dit staat een veroordeeling van bekl. niet
in den weg, daar deze veel te hard heeft
gereden en niet gebeld. Adv.-gen. pesis-
teerde dan ook bij zijn reeds bij een vroe
gere gelegenheid genomen requisitoir.
De beklaagde ontkende veel te ha-
hebben gereden.
Vlissingen. Gisterenavond werd hit
met ruim 60 leden een afdeeling opgeriolu
van de Nederlandsche Vereeniging „Onze
tr
Bella, „en ik ben bly dat wij den knecht
om den inspecteur hebben gezonden. Elke
hoek, eiken koffer heb ik, geloof ik, door
zocht", voegde zij er met verheffing van
stem bij.
„Den mijnen toch niet,' hoop ik", zeide
Aleida luchthartig, terwijl zij met een
onschuldig en bedeesd gelaat haar nieuw
reiskleedje bekeek.
„Zeker zal ik den koffer laten doorzoeken
van iemand die ik gisterenavond mijn
diamanten ring en een bankbiljet van
honderd gulden in banden zag hebben",
hernam Bella met bevende stem.
„Wat bedoelt gy, kind?" riep mevrouw
Westerley uit„ik herinner my, toen ik
gisteren thuis kwam, mijn beurs onbezorgd
in myn morgenjapon te hebben geborgen",
dit zeggende voelde zij in haar zak, „en nu
is zij weg ik had juist duizend gulden
van de bank gehaald! Wy zijn toch niet
omringd door dieven?" En bleek en ver
schrikt zag zij Bella aan.
„Misschien wel kan Aleida van tenminste
één der bankbiljetten rekenschap geven",
hernam Bella, die een poging deed om met
vaste stem te spreken.
Aleida antwoordde niet, verstomd door
zulk eene beschuldigingbeurtelings keek
zij moeder en dochter aan, zonder eigenlijk
nog het rechte van de zaak te begrijpen.
„Ik was niet van plan u te bespieden,
Aleida, toen ik van nacht aan ds deur van f
uw kamer kwam, waar ik u bezig zag met
mijn kostelijken diamanten ring en met het-
bankbiljet, dat gy tegen het licht bekeekt'vU:
zeide Bella, terwijl haar stem beurtelings
vastheid, droefheid en afkeer verried.
Wordt vervolgd.)