NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
No. 270. 1906. Zaterdag IB Augustus 20e Jaargang
HISTORISCH
Buitenlaniseii Orcrztekl
CHRISTELIJK-
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed. S„ J. DE JONGE-VERWEST. te Goes
F. P. D'HUfJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
1EDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p. p1,25.
Enkele nummers0,02s.
UITGAVE DER FIRMA
EM VAN
van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
EErV FICTIE.
Het Volk, onze waarschuwing tegen het
gevaar van het zich noemend christelijk-
soeialisme als lokaas in de val der soeiaal-
demoeratie in hoofdzaak overnemend, merkt
daarbij op, dat „zulke stukjes is de proef
op de som leveren dat het niet het his
torisch materialisme, niet het filosofisch
marxisme, maar wel degelijk alleen het
politiek en economisch socialisme is, dat
(ons) zoo te keer doet gaan tegen de sociaal
democraten, wijl toch de mannen van De
Blijde Wereld het historisch materialisme
en het filosofisch marxisme evenzeer als
(wij) verwerpen".
„Al de jarenlange huichelarij over het
socialisme" acht het blad mede door ons
stukje „ontmaskerd".
Wij zouden willen vragen, berust deze
meening op woordenspel of op begrips
verwarring
De moderne dominé's fiuizinga, Bakker,
Bruins, v. Wijk, en hoe zij meer heeten
mogen, aanvaarden, zeggen zij, wel de
economische en politieke denkbeelden van
de S. D. A. P., doch niet haar filosofische,
dewijl daarin voor godsdienst geen plaats is.
Nu zijn het juist die philosophische denk
beelden, dat wijsgeerig stelsel van Marx,
die de politieke en economische denk
beelden voor de massa moeten smakelijk
maken, er geur en kleur aan geven, het
onmisbare middel om die denkbeelden te
propageeren. Zij verhouden zich tot elkan
der als doel en middel.
Dat wijsgeerig stelsel, het historisch
materialisme dat 's menschen bewustzijn
door zijn „zijn" doet bepalen, al onze be
grippen, omtrent zedelijkheid, recht enz.
uitsluitend afhankelijk doet zijn van onze
wisselende stoffelijke behoeften, en dien
tengevolge alle, ook hoogere strijdvragen
herleidt tot botsing van klassebelangen,
beheerscht in laatste instantie de door
Marx aanbevolen politiek.
Wilt ge de proef op de som predik den
socialistischen-werkman die politiek en
oeconomie aan, hij voelt er niets voor,
doch breng ze in verband met den klassen
strijd en gij hebt zijn gansche aandacht
gewonnen. v
Het is een dwaasheid te beweren dat wie
iemand lief heeft, alleen diens lichaam be
mint, en niet ook zijn ziel, of dat de achting
welke men koestert voor een zeker persoon
alleen zou zijn ontstaan door zijne lichame
lijke hoedanigheden en niet door den invloed
van diens geest en verstand.
Maar niet minder dwaas is 't dan ook
alleen de politieke en economische denk
beelden van Marx te aanvaarden en niet
zijn wijsgeerige.
De meening van Het Volk dat wij strijden
tegen 't politiek en economisch socialisme
en niet tegen het historisch materialisme
en philosolische marxisme berust derhalve
op een fictie.
Onze strijd gaat tegen het staatkundige
socialisme, hetwelk leeft enkel en alleen
uit en door den klassenstrijd, met zijn wijs-
geerigen ondergrondhet historisch mate
rialisme, die bewust of onbewust door alle
sociaal-democraten aanvaard wordt. En
tot deze laatsten behooren de „Christen-
socialisten", of liever de moderne dominé's
door ons bedoeld.
Hun prediking van een socialisme waarbij
men „Christen" kan blijven, terwijl men
feitelijk het anti-Christelijke socialisme
dient, maakt dat wij voor deze heeren
dubbel hebben op te passen.
17 Augustus 1906.
He uitslag der stemming voor den ge
meenteraad te \7 lissin gen was deels voor
ons, deels voor de Vlissingsche antirevo
lutionairen een onaangename verrassing.
Zij toch hadden vast op district II en
wij op district III gerekend.
Zij meenden dat met deze twee candi-
daten kans van slagen was, De niet-ver-
jan den heer Huson, en dat met
wechts 8 stemmen, stelde dan ook terecht
te leur.
Wij meenden al spraken wij dat om
tactische redenen niet uit dat nu vele
ontstemde liberalen wegens de niet can-
dideering van den populairen De Jonge,
óf thuisgebleven óf op den niet minder po
pulairen Van de Putte gegaan zouden zijn.
Dat heeft zoo niet mogen wezen. Maar
daarom niet getreurd.
De Vlissingers lieten zich nog nooit
ontmoedigen.
Zij zullen ook bij dezen uitslag zich
kalm neerleggen, de leiders hebben hun
plicht gedaan, de kiezers die opkwamen
eveneens en bij een volgende verkiezing
zullen zij weer even strijdvaardig zich
opmaken om de nu gevallen candidaten
die er bijna waren, er heelemaal te bren
gen. En in dien tusschentijd zullen kies-
vereeniging en club zich beijveren om
door getrouwe, volledige voorlichting op
't stuk der beginselen en der gemeente
huishouding, uit de thuisgebleven kiezers
nieuwe hulptroepen te werven waarop bij
een volgende stemming te rekenen valt.
Zij weten het wel bezoek en gesprek
en persoonlijke bewerking is de beste weg
Een versleten argument.
In een mooi artikel, „Een jaar latër",
heeft De Standaard de rekening van dit
kabinet eens opgemaakt, alleen om de
onjuistheid en onbillijkheid van de vrij
zinnige argumenten tegen 't vorige kabinet
aan te toonen.
Het Handelsblad heeft den toegeworpen
handschoen opgevat, maar het feit, dat het
niet met argumenten, maar met scheld
woorden werkt, toont reeds wie het pleit
hier verloor.
Natuurlijk moet ook de tariefwet-Harte
weer dienst doen. Het blad spreekt van
seherpe invoerrechten, die een ondraag-
lijken druk zouden hebben gelegd op de
zwakste schouders. Er zou ook toen geen
meerderheid voor te vinden zijn geweest.
Verder merkt het op
Ook dat ernstig gevaar is door de stembus
overwinning van Juni 1905 gelukkig afgewend.
De Nederlandsche burgers ook de minst ge
goeden zullen voor hun levensbenoodigheden
niet cijnsbaar worden gemaakt aan enkele fabri
kanten, gelijk de o zoo democratische minister
Kuyper en zijn minister van financiën hebben
gepoogd te doen.
Wie had gedacht, dat een deftig blad als
het Hdbl. zulke versleten argumenten ging
gebruiken Als het vrijhandelsysteem niet
anders te verdedigen valt, dan staat deze
zaak zeer slecht.
Ondersteld ook al, dat de tariefwet een
sterk sprekend protectionistisch karakter
droeg, dan zou men mogen zeggen het
bedoelt de nijverheid, de inlandsche nijver
heid te steunen.
Weineen, schaterlacht het blad van den
vrijhandel, ge maakt 't Nederlandsche volk
cijnsbaar aan eDkele fabrikanten.
Voorstanders van protectie zouden soort
gelijk argument met evenveel recht tegen
het vrijhandelsysteem kunnen gebruiken.
Tot het Hdbl. zou men met evenveel recht
kunnen zeggen gij wilt door uw systeem
niet den Nederlandschen handel helpen,
maar ons volk eijnsbaar maken aan enkele
groothandelaars in Rotterdam en Amster
dam. Maar dan zou het Hdbl., en zeker niet
ten onreohte, verontwaardigd uitroepen
neen, wij bedoelen niet het persoonlijk be
lang van enkelen, maar van heel het volk.
De handel is een Nederlandsch belang.
Welnu is de nijverheid dat ook niet
Argumenten als door het Hdbl. gebezigd
schaden slechts hem, die ze gebruikt.
In hetzelfde artikel, getiteld „Een
jaar later" had De Standaard aan de partij
die in 1902, reeds na slechts een half
jarig bewind het chr. kabinet niets doen
verweten had mr. Veegens was ook een
van die onbillijke klagers 1 gevraagd
hoe 't nu staat met de financiëele plannen
van het vrijzinnige kabinet.
Dat artikel resumeert Het Handelsblad
aldus„een tweede Kabinet-Kuyper en
dus zeker geen verbeterde editie".
De Standaard merkt hier tegen op
„Nieuw is dit eigenlijk niet.
„Mr. v. Houten heeft bij het politiek debat
in de Eerste Kamer reeds gezegd dat het huidige
kabinet is een kabinet-Kuj'per zonder Kuyper.
»Evenwel, volgens Het Handelsblad,
is de toestand thans toch veel beter dan onder
het vorige ministerie. Het Nederlandsche volk
wordt nu niet verdeeld in Christenen en paga-
nisten.
sHet getuigt van zekeren moed om nu nog
met dat stembuspraatje van verleden jaar te
komen.
»Doch nu het blad zich niet ontziet om
zulke dingen te schrijven, nemen wij de
vrijheid om de redactie pertinent te vragen
waar, wanneer en onder welke bewoordingen
heeft het Ministerie Kuyper het Nederlandsche
volk gesplitst in Christenen en paganisten, in
plaats van te kennen senkel Nederlanders, zon
der onderscheid van geloofsbelijdenis"
Wij zijn benieuwd de bokkesprongen
te zien van het eerzame Handelsblad otn
dezen dans te ontspringen.
Het kroegpraatje van Christenen en
Paganisten zal nu de wereld wel uitgaan.
Zou het weer misloopen in het Veem-
bedrijf
Men schrikt al, wannéér men dat woord
„veeman" leest.
Het is een lange geschiedenis, eigenlijk
weer dezelfde als in 1903.
Toen wilden de veemwerkers te Amster
dam geen „besmette" goederen lossen. Eu
wilden de losse arbeiders bij de expedi
teursfirma Sterbanietmetongeorganiseerde
werklui werken.
Nu had die firma onder haar losse werk
lieden altijd gehad georganiseerde en onge
organiseerde. Op eenmaal, 23 Juli, kwam
er conflict. Er werden 3 losse werklui
aangenomen die niet „georganiseerd"
waren en, schoon 2 zich bij 't hierop ont
stane geschil terugtrokken, staakten de 34
losse werklui, die allen georganiseerd schij
nen te zijn. In een samenkomst tusschen
patroons en werklieden, waarbij ook dhr.
Wessels, seer, van den Ned. Scheeps- en
Kootwerkersbond, en de voorzitter der
Vereeniging van werkgevers tegenwoordig
waren, bleek dat de firma niets bekend was
van de bewering der werklieden dat nooit
ongeorganiseerden door haar werden aan
genomen dit werd door de werklieden
erkend zij verklaarden dat zij alleen met
dien een en man niet wilden samenwerken,
het verplichte lidmaatschap van hun orga
nisatie „Dok en Veem" stelden zij gansche-
lijk niet ten eisch; dat waR een misverstand,
zeiden zij. De heer Wessels verklaarde zich
hierop bereid daarvoor een verklaring te
teekenen.
De Vereen, van werkgevers wenschte
een dergelijke verklaring van dhr. Wessels
niet, want die aanvaardende zou zij erken
nen dat de Ned. Scheeps- en Bootwerkers-
bond het recht had voor de losse werklieden
in het veem bedrijf op te treden.
De Vereeniging zond alleen aan dewerk-
lieden een schrijven dat zij na de bovenge
noemde erkentenis hunne door hen terug
gebrachte werkboekjes weer konden be
komen. De werklieden verklaarden echter
allen, dat zij hieraan niet zouden voldoen,
dewijl zij wel degelijk volhielden dat de
firma gewoon was nooit met ongeorgani
seerden te werken en het feitelijk de be
doeling is dat bij de veemen alleen georga-
niseerden zullen worden in dienst genomen.
Bovendien verspreidde het Hoofdbestuur
van den Ned. Scheeps- en Bootwerkersbond
een manifest, gericht tot „den handel en
Amsterdamsche burgerij", in welk schrij
ven de quaestie werd uiteengezet en vast
gesteld wordt, dat de werkgevers dat
bestuur opzettelijk negeerenzoodat het
zich verplicht ziet erkenning van de vak-
vereeniging te vragen.
Het manifest eindigt aldus
We hebben het recht tot organisatie, de arbei
ders hebben het recht hun vertegenwoordigers
aan te wijzen, die hun.belangen behartigen even
als de werkgever, we hebben meermalen en ook
thans weer getoond verschillende conflicten tot
wederzijds goedvinden op te kunnen lossen, en
zouden we ons dan op een dergelijke grievende
manier laten beleedigen, wegcijferen als door
het bestuur der werkgevers in hel veembedrijf is
gedaan
Dat nooit of nimmer. Dan dure de strijd voort
en de gevolgen komen voor rekening der heeren
werkgevers in het veembedrijf.
Aan onze eer zijn we dus verplicht erkenning
der organisatie te eischen".
Het J1 bid. voegt hieraan toe
Men ziet, op den laatsten regel van dit mani
fest komt het aan, en daarmede is een aanleiding
voor ernstig gevaar in de Amsterdamsche haven
geboren, omdat men nu is komen te staan voor
precies dezelfde quaestie, die in 1903 voor
het havenbedrijf van zoo groote beteekenis is
geweest.
Tot zoover Het Handelsblad.
Zal het weer hard tegen hard gaan
Zou de les van 1903 vergeten zijn?
Wie biedt hier een reddingsplank aan?
Het program van den Chr. Nationalen
Werkmansbond luidt aldus
1. Persoonlijke roeping. De werkman is
verplicht tot het handhaven zijner gods
dienstige belijdenistot het hooghouden
van zijn zedelijk karakter tot het streven
naar verstandelijke ontwikkeling, naar
vermeerdering van vakkennis en naar be
vordering van kunstzin tot medewerking
aan het verkrijgen van een loonstandaard,
die den werkman in staat stelt zijn gezin
„met God en met eere" te onderhouden.
2. Roeping in het huisgezin. Hij mijde
in zijn gezin eene levenswijze boven gel
delijke draagkrachtwake tegen het op
wekken van de drankzuchtbetrachte
de spaarzaamheid, zoodat ook kan worden
medegewerkt aan het vormen van fondsen,
hetzij deze door eigen initiatief hetzij door
maatregelen der Regeering of door beide
in of zonder onderling verband in het leven
geroepen en onderhouden wordenbe-
vordere de huiselijkheid, leze dagelijks
voor zich en de zijnen Gods Woord en ga,
als Priester in zijn huis, den zijnen vóór
in het gebed.
3. Roeping tegenover de kinderen. De
werkman en de werkmansvrouw zorgen
dat hunne kinderen geregeld godsdienst
onderwijs en zooveel zulks noodig is ook
christelijk onderwijs ontvangen. Zij moeten
er, bij de keuze van een beroep voor hunne
kinderen, tegen waken dat dezen in een
werkkring komen, waar hun zedelijk leven
gevaar loopt. Zij moedigen den zoon aan,
een bekwaam werkman of een degelijk
ontwikkeld persoon in een of anderen
maatschappelijken werkkring te worden.
In den huiselijken kring of daarbuiten
worde aan de dochter eene degelijke voor
bereiding geschonken voor de gewichtige
roeping, die zij wellicht later als vrouw
en moeder zal moeten vervullen.
4. Roeping tegenover de kerk. Men
strijde, zonder zijne christelijke roeping
tegenover andere kerken te verzaken, met
geestelijke wapenen, voor de belangen
zijner eigen kerk. Als lidmaat der Neder
landsche Hervormde kerk, door en om
welke onze staat is gegrondvest en- ons
volk rijk is gezegend, voldoe men getrouw
aan zijne plichten en make men ijverig
gebruik van zijne rechten. Men kome, ook
ter wille zijner kerk, krachtig op voor de
vervulling harer sociale roeping in dezen
tijd.
5. Roeping tegenover het vaderland.
Men erkenne dat het Nederlandsche volk
zijne eigene plaats in de volkerenwereld
inneemt en door den Almachtige tot een
eigene levenstaak is geroepen. Om die
reden sterke men èn voor zich èn voor
zijn huisgezin het nationaliteitsgevoel en de
vaderlandsliefde. Dientengevolge wachte
men zich van onnoodige en ondoordachte
emigratie.
6. Roeping tegenover Oranje. Men eer
biedige het Stamhuis van Oranje als Neer-
land's Vorstenhuis, omdat dit onder Gods
leiding in onze volkshistorie geworteld,
door zijne eerbied voor de rechten des
volks door de natie begeerd is, en door
het plengen van het edelst bloed in den
strijd voor Gods Woord en de vrijheden
des volks, zijne innige lotgemeenschap
met ons volk bewezen heeft. Men wakkere
de liefde voor dat Vorstenhuis inzonder
heid bij zijne kinderen aan.
Hard rijden als een „duvel" toegestaan 1
De bepaling der Haagsche Rijwielver
ordening volgens welke het in de gemeente
verboden is met fietsen en motor-rijtuigen
harder dan 12 K M. per uur te rijden, zal
moeten worden ingetrokken (een voorstel
daartoe strekkend is reeds, zij 'took ge
dwongen, ingekomen) wijl de Regeering
haar onwettig acht op grond dat aan den
eisch van „geschiktheid" voorkomende in
de Motorwet door die bepaling een geheel
verkeerde uitlegging is gegeven.
Deze beslissing is voor bedoelde spaak-
in-'t-wiel-bepaling een spaak in 't nul.
Wat aan den eenen kant jammer is!
Wij bepalen ons ditmaal tot het ver
halen van een en ander uit Rusland,
'tls weer weinig opbeurend.
Het oproer te Lodz (Polen) waarvan
wij gisteren melding maakten, heeft weer
tal van onschuldige slachtoffers gemaakt.
Bij den bommenaanval die een politie
post geheel vernielde, werden 1 agent, 3
soldaten en 1 kozak gedood de kapitein
van de politie en zijne vrouw gewond.
Te hulp geschoten troepen herstelden de
orde, doeti daarbij werden ook nog enkele
personen gedood of gekwetstterwijl ook
een politieagent werd doodgeschoten.
In Warschau is het nog veel erger
toegegaan. De revolutionairen hadden de
uitmoording op groote schaal van de
patroeljeerende politieagenten, gendarmen
en soldaten beraamd.
Er werden door de revolutionairen ge
dood 17 politieagenten, 4 gendarmen en
7 soldaten gewond 10 agenten, 2 gen
darmen en 5 soldaten.
De soldaten antwoordden met geweer
salvo's, waarbij 15 personen gedood en
130 gewond werden.
Twee bommen werden geworpen tegen
den politiepost in de Colodraiastraat. De
tweede bom ontplofte en verwondde twee
agenten en een soldaat. De politiepost
werd geheel vernield. Een patroelje voet
volk opende het vuur en verwondde on
geveer twintig personen.
Eene derde bom werd geworpen op eene
patroelje in de voorstad Volaniemand
werd gewond.
Aangezien het feestdag was en duizenden
menschen met het mooie weer de stad
in pleziertreinen verlaten hadden, ver
wachtte. niemand de bloedige slachting die
door de revolutionairen beraamd was.
Sterke afdeelingen voetvolk, dragonders
en kozakken rukten nu uit en joegen overal
het volk uiteen met zweepslagen, met
de bajonet en met geweersalvo's. Ieder
vluchtte om zijn leven.
Om negen uur was geen enkel huis in
heel de stad meer open en reden nog
enkel ambulancewagens door de straten
om de gewonden te vervoeren.
Men zegt dat het een wraakneming der
revolutionairen is wegens de gevangenne
ming van 140 socialistische arbeiders in
de hoogovens te Praga.
De jongste huiszoekingen te Moskou
hebben zeer belangrijke uitkomsten op
geleverd. Men heeit een op groote schaal
ingerichte bommenfabriek met een ijzer
gieterij, verder honderden kilo's dynamiet
en kruit, twee kanonnen, een zeer groote
hoeveelheid wapens en schietvoorraad,
vestingplannen en een naar het heet vol
ledige lijst tan alle terroristische organi
saties gevonden. Nog belangrijker zijn
de stukken waaruit het bestaan van het
zoogenaamde militaire verbond blijkt, die
een groote samenspanning in het leger,
waarbij vele officieren heirokken zijn, aan