Openbare ïerkoopingen. Ifloop ïerfeoopingen enz. Marktberichten. zij kunnen dit ons niet nazeggen. En nu komende tot het gewijzigd ontwerp, wijst dhr. Troelstra er op, dat men hier een wet- telijken opzeggingstermijn heeft, die in vele gevallen goed voor den arbeider zal kunnen zijn. De opzeggingstermijn kan tot zes maanden stijgen of nog langer als het gebruik zulks voorschrijft. Een bepaling omtrent die termijnen wordt gesanctio neerd door de schadeloosstelling geregeld in artikel 1639s. De bepaling in art. 1639t>, dat men een schadeloosstelling van onge veer een jaar kan verbeuren, wanneer de dienstbetrekking van twee jaren bij den aanvang van het 2e jaar niet is opgezegd. Dit kan onmogelijk de bedoeling zijn. Ver der wordt de schadeloosstelling gewaar borgd door een staangeld van ongeveer f 50 als maximum. Het bewijs, dat er wer kelijk schade geleden is, zal niet behoeven geleverd te worden. Die zaak is buiten debat gesteld. In Duitschland was dit de steen des aanstoots voor de sociaal-demo craten. En nu de hoofdzaakZal volgens het aanhangig wetsontwerp werkstaking be schouwd worden als contractbreuk? Zullen daarop dus toepasselijk zijn de bepalingen omtrent het staangeld en de schadeloos stelling? Een Fransch advocaat verdedigde nog in 1903 het oud-liberaal beginsel, dat contractbreuk vau de collectiviteit (massa) even ernstig is als de contractbreuk van den enkelen persoon. Daartegenover wordt weer in een Fransche dissertatie de mee ning verkondigd, dat de staking in plaats van als contractbreuk, dient beschouwd te worden als een middel om het contract te veranderen. Dus doende zou de staking slechts een „schorsing" zijn van het con tract, die alleszins gerechtvaardigd is door de arbeidsverhoudingen van het oogenblik. Die beide opvattingen staan alzoo lijn recht tegen elkander. Welk systeem volgt hierbij het tegenwoordig ontwerp Gaarne bekwam dhr. Troelstra van den Minister hieromtrent een duinelijke verklaring, dui delijker dat wat Z Exc. zegt aan het slot van de algemeene beschouwingen. Vol gens dhr. Troelstra ten minste zijn lange rede komt hierop neder is het arbeids contract eigenlijk een afspraak tusschen twee partijen, waarvan de een, de arbei der, aan het langste koordje trekt, omdat de werkgever er geheel, maar de arbeider er slechts zóóver aan gehouden is, als hem goeddunkt. Daarom is werkstaking in allen deele geoorloofd, 'tls geen onrechtmatige verbreking der overeenkomst. Tegen deze eenzijdige opvatting kwamen o. a. dhr. Talma en Van Nispen op. Beiden ver klaarden, dat staking zonder inachtneming der opzeggingstermijnen contractbreuk is. Deze laatste wees er o a. nog op hoe niet alle socialisten over sommige punten ais bijvoorb. het staangeld eensluidend den ken en spreken, o. a. dhr. Schaperals ook dat de administratie van het volk voor de goede nakoming van het contract met hare „loopers", wel geen staangeld, maar dan toch twee borgen en nog wel soliede borgen eisehte. Dit is nog erger dan staan geld, want zoodoende laat men een on schuldige boete voor de tekortkomingen van den werkman. En wat de opzeggingstermijnen betreft het ontwerp stelt niet ten eisch, dat deze worden bedongen, alleen maar draagt het zorg, dat niet te lange opzeggings termijnen kunnen worden bedongen wijst dhr. Drucker er op, hoe in het bui tenland, en nog wel meest in de socia listische geschriften, op lange opzeggings termijnen wordt aangedrongen. En voorts keurt dhr. Drucker ten zeerste af, de wijze waarop nog steeds van socialistische zijde tegen dit ontwerp wordt geageerd. Ge ageerd, óf wijl men er niet mede op de hoogte is, óf omdat men niet anders wil. Men duwt het in een hoek tegen beter weten in vaak. Verder spraken nog o. a. de heer v. d. Zwaag, over het staangeld, en Reijne, de afgevaardigde van Kampen, die tot de conclusie kwam, dat bij de soci aal-democraten de werkstaking dienst moet. doen als een middel om den dag der dagen voor het socialistisch doel, den grooten eindstrijd te verhaasten, welke ontboeze- zeming den heer Troelstra aanleiding gaf, om den spreker veelbeteakenend toe te roepen „ja, ja, ge weet er alles van". Vandaag de Mini-ter van Justitie. Uil' liü Predikants-traktementen. In Hollandiavan 19 Mei, schrijft dr. J. van Lonkhuizen, predikant bij de Geref. Kerk van Aarlanderveen, onder het op schrift a De positie der Gereformeerde pre dikanten, een roepstem en een vingerwijzing" het volgende: De schoolstrijd is tot een rustpunt ge komen, de Kerk en haar dienaars vragen nu onder ons volk om gehoor. En wel hebben zij daartoe recht eu reden. In de Kerk klopt nog altoos het hart van ons volksleven. Net Nederlandsehe volk is nog steeds in zijn groole meerderheid een kerkelijk volk. Maar hoe krank is dat hart van ons volksleven 1 Deze krankheid komt ook hierin uit dat, terwijl op schier al e gebied in de laatste tientallen van jaren de loonen en salarissen gestegen, somtijds sterk gestegen zijn, terwijl de algemeene levensstandaard zooveel hooger is geworden, verreweg de meeste dienaren des Woords in de Geref. Kerken dezen vooruitgang slechts in de uitgaven niet in de inkomsten kunnen bemerken. In Vele Gereformeerde pastoriën wordt in derdaad een zeer treurig leven voortge sleept, Daar zijn er waar de levensmoed en de levenskracht onder 't voorttobben om aan de noodzakelijkste levenseischen te voldoen inzinkt. Daar zijn er waar ge brek geleden wordt. Deze feiten zijn er, eu ik kan ze met te meer vrijmoedigheid noemen omdat ik, Gode zij dank niet uit eigen naam behoef te spreken maar hier vertolk wat ik bij collega's die ik zelf hoog acht gezien en aanschouwd heb. Of denk 'tuzelven in. Men kwam als candidaat in een kerkje met f80 k 900 tractement (misschien iels meer, maar er zijn er nog minder na 7 of 8, ja 10 of 12 jaren staat men er nog, men geeft een gezin soms een groot gezin gekregen en van dal tracte ment moeten dan de leeraar, zijn echt- genoote en hun kinderen zich voeden, zich voor hun stand kleeden, hun huis meubels in orde houden, den geneesheer voldoen, schoolgeld betalen en allerlei bij dragen, studieboeken aanschaffen, reizen maken (soms van noord tot zuid) om familie te bezoeken, een dienstbode houden, die, opdat ze niet wegloope of de armoede open bare het menigmaal nog beter heeft dan de leeraar of een der zijnen. Zeg zelf, is dit leven? Leven onbezorgd van het Evangelie? Leven als een voorganger en leeraar be taam', oplat ik niet eens spreke vaneen leven van een man van studio en ontwik keling? Wordt er zóó niet een moord, een zedelijke moord gepleegd Is om 't om niet dat zoovele predikanten zenuwlijders zijn Zulke tractementen moeten, evenals de leeraaratraotementen in de Geref. Kerken, verhoogd worden zal men zeggen. En men heeft gelijk. Er werd reeds meer dan een maal in de Christel, pers op gewezen. Maar indien de gemeenten deze tractementen dan niet kunnen verhoogen, indien de ker ken klein, zeer klein zijn, of indien zij het om andere redenen ook na herhaalden aan drang en wat is pijnlijker voor een leeraar van karakter daarop te blijven aan dringen niet doen? Wat dan? Dan moeten zulke kerken als hulpbehoevend bij de zusterkerken aankloppen. Men heeft gelijk. Maar woet men dan niet dat bij de tegenwoordige „regeling" (zoo het dien naam waard is) voor de verzorging der emerit. pred. en wed. en weezen reeds zulk een groot deel der Kerken hulpbehoevend is, dat Synode na Synode moet beraad slagen hoe de gezamenlijke kerken aan het allernoodigste voor deze verzorging ook maar eenigszins te hulp kunnen komen. Er moet iets anders op gevonden wor den. Een ieder gevoelt, dat de toestand zoo onhoudbaar is en dit steeds meer wordt. Wat dan? Ik ben zoo vrij de volgende gedachten te broederlijke be spreking aan onze Gereformeerden voor te leggen. Ie. Men steune onzerzijds, zooveel met vroed beleid overeenkomt, op politiek gebied de actie tot vrijmaking der Kerken, opdat aldus de Geref. Gezindheid weer één worde en zij eu haar dienaars weder die goederen ontvangen waarop zij naar billijke regeling rechtheeft. Het gaat toch niet aan altijd aan deze Gezindheid de goederen te onthouden, die eens haar eigen dom waren, die toch in elk geval voor de prediking der Christelijke religie in ons land gegeven waren, bij voortduring te laten gebruiken tot den dienst van hel ongeloof, tot bestrijding van den Christus der Schriften. Bizonder is dit een zaak die onze leidslieden wel mogen bedenken. Zij die ooit tot een strijd, ook tot een ker kdijken strijd opgeroepen hebben, hebben daarmede een niet geringe verantwoor delijkheid voor die hen volgden op zich genomen. Gij leidslieden, waarvan er niet weinigen in de Christelijke actie tot eer en aanzien gekomen zijt, denkt eens aan 't lot uwer volgelingen, zonder welke ge heel uw actie niels zou geweest zijD. Gij generaals, die het niet altijd sober hebt of schraal neemt, denk eens aan uw arme berooide officieren. Zeker, zij volgden u, niet om uwentwil, maar om des beginsels wil en zij zouden geen stap terug willen lk heb het uit den eigen mond van meer dan één gehoord, maar toch gij inoogt toez.en dat niet eens hun bloed en hun lianen tegen u getuigen. 2e Men houde op door studiefondsen, beurzeu enz. tal van jongelingen met mid delmatige gaven van achter den pioeg of uit den stal, uit de winkels of uit de werkplaatsen te halen en tot't predikambt te trekken. Aan mannen van singuliere gaven, jé. daaiaau hebben we behoefte, aan mannen vol ootmoed en vol van de liefde Christie, maar men zie wel toe dat men niet een geslacht kweeke van ker kelijke gelukzoekers, die straks door vrome of goddelooze intrigues zich op het rechts- gestoelte weten te werken, en mannen van degelijkheid en ernst, die gelijk hun prediking, een sieraad van eiken tijd zijn, maar 't ongeluk hebban ze r bescheiden te zijn, in de armoede Jalen zitten. Men lokke niet tot een ambt, dat tlians, zoo men niet tot de bemiddelden behoort, tal van bezwaren met zich brengtde leer- aa sstand zonk reeds laag genoeg, men make niet langer meDsohen en kerken ongelukkig. Maar dat ik hierover zwijge, opdat men het te Gaza of Askalon niet hoore. 3e. Men vrage zich eeas af, of wij met onze uitgaven op 't gebied der zending zoo niet een eindpunt dan toch voorloopig een rustpunt bereikt hebben. Laat ons in dezen arbeid niet eenzijdig worden. Ik houd met hart en ziel veel van 't werk der zending, maar ik houd ook veel van mijn volk. En als dan b.v. de Kerk van Amsterdam voor de zending in Indië f 10,000 naam brengt, terwijl zij nagenoeg niets doet voor de ongeloovigen die om haar heen krioelen, dan vraag ik of we niet te eenzijdig onze aandacht en onze gaven gaan schenken. Welk een prachtig terrein, daar vlak in eigen omgeving, om uit te zenden tot de verlorenen in de donkerste deelen van Amsterdam En wat de kosten belangt, voor één missionair in Indië drie arbeiders in eigen omgeving. Men late de zending in Indië meer over aan de plattelands-kerken, en de kerken der groote steden mochten meer nadruk leggen op het: „beginnende van Jeru zalem". 4e. Als er door het voorzienig bestel Gods in een land overbevolking is en elders ligt 't veld onbebouwd dan hebben we hierin wie zal het tegenspreken een vingerwijzing om Gods bevel om zich over de aarde te verspreiden in toepassing te brengen. Onze kerken zijn rijk, zeer rijk gezegend met dienaren des Woords. Daarentegen: Amerika,Z.-Afrika, Duitsch land en België roepen om Geref. Theo logen. Zou het geen aanbeveling verdienen de handen saam te slaan en b v. een „Bond voor propaganda der Geref. Theologie" te vormen, een Bond die de schakel legde tusschen den overvloed hier en het ge brek ginds, die predikers die hier door de omstandigheden doodgedrukt worden of hun gaven niet ontplooien konden in staat stelde ginds èn voor zichzelven èn voor hun omgeving te leven. Straks zouden zulke broeders ook als vertalers en ver spreiders van Ilollandsche Geref. werken tot grooten zegen kunnen zijn en zou zulk een Bond in het steunen en bevorderen daarvan wel waarlijk een blijvende roeping hebben. LAATSTE BERICHTEN. Middelburg. Gisterenavond hield de «Vereeniging de Ambachtsschool" hare algemeene vergadering in het Schuttershof, onder presidttm van den heer A. A. Bek aar, de secretaris leest de notulen der vorige vergadering, welke onder dankzegging worden goedgekeurd. De secretaris leest het verslag voor van 1905 aan hetwelk wij het volgende ont- leeneu Wees Uw bestuur in zijn voorgaand verslag op de bepaalde behoeften die er sinds lang bestaat aan eeue betere in richting, ter vervanging van het aan geen enkelen eiseh, op welk gebied ook, vol doende schoolgebouw; die behoefte bestaat alsnog. De reeds sinds 1903 tusschen ons Be stuur en het Gemeentebestuur gevoerde onderhandelingen hebben lot dusverre nog tot geen enkelen eenigzins gunstiger uit slag geleid. Immers, wat is de geschiede nis? Het antwoord vinden wij zeer juist weergegeven in de Maart aflevering van het «Maandblad voor Vakopleiding", Or gaan van de Vereeniging tot bevordering van de Vakopleiding voor Handwerklieden in Nederland en uw Bestuur neemt dit volgaarne op, in de hoop dat algemeene, en dus de meest uitgebreide, bekendheid niet anders dan de zaak ten goede kan komen. Na herinnerd te hebben aan de oprichting der school in 1881 wijst de inzender er op dat het aantal leerlingen voortdurend is toegenomen zuinig beheer deed hiervoor telkens grooter wordende kosten gedurende vele jaren uit eigen middelen bestrijden, ook met de beschik bare ruimte werd langen tijd genoegen genomen, ofschoon hiervoor vele wenschen op de achtergrond moesten worden ge bracht. Op den duur kon die toestand echter niet zoo blijven eu toen dan ook in 1898 een nieuwe smederij uit verkregen legaten kon gebouwd worden, werd het noodig geoordeeld een verhooging aan te vragen van de jaarlijksche Gemeentesubsidie. Deze werd verleend en gebracht van f500 op f750. Gebrek aan ruimte was oorzaak dat verscheidene aanvragen tot plaatsing moesten worden afgewezen de behoefte aan meer ruimte deed zich steeds dringender gevoelen en naar een radicale verbetering verlangen, waardoor ook het schilderen onder de leervakken zou kunnen opgenomen worden. Vele be sprekingen, eerst met den Inspecteur van het M. O. toen met B. en W. eu een commissie uil den Gemeenteraad, le dden eindelijk tot overeenstemming; B. en W. erkenden bij schrijven van 12 Mei 1903 de wenschelijkheid dat Burgeravond school en de Amhaiehtschool vereenigd zouden worden in één gebouw, door de Vereeniging «dé Ambachtschool" te stichten en door de gemeente te huren ten behoeve der Burgeravondschool. B. en W. verklaarden zich bereid tot mede werking om dat dóel te bereiken, o. a. ook door het ter leefi verstrekken van ge meentewege eene bouwsom. Leverde het vinden van een geschikt terrein groote moeilijkheden op, ook hier voor werd in voormeld schrijven een op lossing in uitzicht gesteld, door een terrein aan de gemeente toebehoorende, aan te wijzen. B. en W. gaven dus hier blijk van groote bereidwilligheid tot medewer king. Het Bestuur achtte zich hierdoor voldoende gesteund, om voort te gaan. Eene commissie van deskundigen uit zijn midden bezocht verschillende scholen en als gevolg' daarvan werd door den direc teur, dhr. Van Wijckhuizen, een ontwerp gemaakt, begroot op f 113 000 uitvoerings kosten voor gebouw, dat na herhaalde be sprekingen met den inspecteur en teclinicé uit het bestuur werd vastgesteld. Met die plannen, begrootirigcn en uitvoerige toe lichting, konden B.. en W. zich klaar blijkelijk vereenigen, althans van bezwaar werd niets gehoord. Volgens die begrooting heeft het Rijk zijne subsidie verhoogd van f3350 tot f10350, de provincie van f500 tot f3000 en werd de gemeente gevraagd om het subsidie van f 750 te brengen op f6130, welk bedrag echter moet worden ver mindert met hetgeen door de voorge stelde -regeling op de uitgaven op de Bur geravondschool zal worden gespaard. Vanaf 9 Sept. 1905 schijnt het Bestuur der A. B. S. evenwel minder vast terekeuen op den toegezegden steun van B. en W. Het herhaaldelijk door haar innemen van in lichtingen, die heel de zaak niet raakten, het geheel onkundig laten van de raads leden van de genoemde onderhandelingen, gaven aanleiding tot de vrees dat de voor genomen stichting wel eens op langen ter mijn kon worden uitgesteld. Het bestuur werd dan ook ongeduldig blijkens zijn schrijven van 21 November d. a. v. waarin medewerking wordt verzocht voor het be schikbaar stellen door de gemeente ten behoeve van de A. B. S. van lo. het bovenbedoeld terrein groot 4G00 M2. 2o. een bedrag van f113.000 tegen nader te bepalen rente en jaarlijksche aflossing van minstens f 10003o. een jaarlijksche subsidie van f6130. En aan het einde van voornoemd schrijven spreekt het bestuur zijn voor nemen uit om, wanneer het niet binnen twee maanden, door uw bepaalde toezeg ging het gegronde vooruitzicht heeft dat de nieuwe ambachtsschool in den loop van 1906, of desnoods in den aanvang van 1907, tot stand zal komen hetgeen zonder de ingeroepen krachtige hulp van de gemeente niet mogelijk is, zijne verdere pogingen op te geven, en aan het Rijk en de Pro vincie mede te deelen, dat het niet kan voldoen aan de voorwaarden, waaronder hun geldelijke steun werd toegezegd en er dus van afgezien moet worden. Dan zal overwogen worden of het raad zaam kan zijn om de School nogeenigen tijd in haar tegenwoordigen, op den duur onhoudbaren toestand te laten bestaan, dan wel of aan de leden der Vereeniging zal voorgesteld moeten worden de ver eeniging te ontbinden, en op te heffen eene inrichting, waarvan het groot nut voor den werkenden stand in onze ge meente niet behoeft te worden betoogd. Het terrein voor den bouw bestemd, bleek echter niet meer beschikbaar te zijn, waar voor B. en W. nu, nadat de gemeenteraad uitdrukkelijk overlegging der stukken had gevraagd, aan dezen thans het voorstel konden doen om het Bestuur der «Ver. de Ambachtsschool'' uit te noodigen nu zelf een ander terrein van 46i;0 M2 op te 'zoeken, omdat B. en W. geen zoodanig terrein bekend is. Dit voorstel werd door den Gemeenteraad verworpen en aangezien uit zijn midden geen ander voorstel is gedaan zoo schreven B. en W. den 15 December jl. kan geen antwoord wor den gegeven op het verzoek van het be stuur der A. B. S. Op het einde van 1905 was de toestand als hierboven beschreven en Uw Bestuur moet noode verklaren eer achter- dan vooruit gegaan te zijn. Bovenbedoelde in zender zegt aan het einde van zijn stuk o. m.Het is niet aan te nemen dat Mid delburg zich nu de treurige vermaardheid wil verschaffen van de eerste te zijn, maar zeer zeker de eenige te blijven, die te zien geeft hoe de behartiging van een der grootste volksbelangen kan stuiten op kleine teleurstellingen, wanneer dan ook melding gemaakt wordt van deze geschie denis, geschiedt dit alleen in de hoop spoedig te vernemen, dat voor de Mid- delburgsche Ambachtsschool het nieuwe gebouw met de meeste spoed zal worden aanbesteed. Deze wensch beaamt uw bestuur ten volle. Het verslag wordt onder dankzegging aan den Secretaris goedgekeurd, hetwelk ge drukt zal worden rondgezonden. De tentoonstelling en verloting der ge maakte stukken der leerlingen mag uitste kend geslaagd heeten. In het bestuur werden achtereenvolgens benoemd de heeren L. van Krimpen, J. A. Contant en H. Pietérse, die deze benoeming aannamen. De rekening en verantwoording bedraagt over 1905 ontvangst en uitgaaf f75 42,575, met een kwaad slot van f 54l,545. De commissie van onderwijs bleef bestaan uit de heeren: Koole, voorzitter; LaDgejan, secretarisBekaar, Roest, en als nieuwe leden namen zitting de heeren Contant en Pieterse. Hierna nam de voorzitter het woord. (Zijn rede hopen wij in een volgend no. op te nemen. Wij ontvingen 't verslag eerst heden te 2 uur. Red.) Tot leden van 't bestuur (aftredende de heeren A A. Bekaar, H. P. v. d. Ree en W. J. J. Koole) De dubbeltallen bestaan uit de heeren A. A. Bekaar en C. A. Goethals, voor de eerste vacature, voor de tweede de heeren H. P. v. d. Ree en J. G. Ermerins, voor de derde de heeren W. J J. Koole en G.Sonius. Benoemd wordt de heer A. A. Bekaar, welke deze benoeming aanneemt, waarna de heer G. J. Sprenger hem dank zegt voor zijn besluit, overtuigd als men is dat deze betrekking in goede handen is. In de tweede vacature wordt de heer H. P. v. d. Ree herbenoemd met 9 stemmen 2 stem men worden uitgebracht op den heer Erme rins en 1 op den heer W. J. J. Koole. De voorzitter wenscht hem geluk en dankt hem, dat hij, niettegenstaande zijn hoogen ouderdom, zich nog wil beschikbaar stellen, In de derde vacature wordt herbenoemd de heer W. J. J. Koole, die ook deze aanneemt. Ook hij wordt geluk gewenstLt. Niets meer aan de orde zijnde, wordt de vergadering gesloten. In de heden gehouden vergadering van het waterschap 's-Heer Arendskerke waren tegenwoordig 28 ingelanden, uit brengende 42 stemmen. Na opening der vergadering door den Voorzitter, den heer J. Braamse, en goedkeuring der notulen, werden de ingekomen stukken voorkennis- geving aangenomen of behandeld. De reke ning over 1905/6 werd goedgekeurd in ontvang op f 14191,38 en uitgaaf op f 13394,995, alzoo een goed slot van f 796,385. Een zeer ernstige discussie werd gehouden over het niet in orde zijn van heulen, waardoor het water niet genoeg zaam kan wegvloeien. Hierin zal door het bestuur verbetering worden gebracht. Alsuu komt in behan deling de begrooting over 1906/7. De post onderhoud der wegen werd op een ge daan voorstel verhoogd met f 100, om de grintwegen beter te onderhouden. De be grooting werd daarna goedgekeurd in ontvang en uitgaaf op f 17,793,245 met een post voor onvoorziene uitgaieu van i'838,855. Het dijkgeschot wordt gehouden op f 4 per H.A., de vronen op f 2,50 p. H. A. De vergadering is daarna op de gewone wijze gesloten. Amsterdam Het dagb'ad De Telegraaf verneemt dat de toestand van Jonkheer De Geer, gewezen directeur der Hol- landsche Hypotheekbank zorgwekkend is. Hij is nog niet genezen van zijn val uit den trein en nu is daarbij een ernstige longaandoening gekomen. Den Haag. Bij Kon. besluit is op zjjn verzoek eervol ontslag verleend aan dhr. L. van Bruggen te Goes, als school opziener in het arrondissement Goesis opgedragen de betrekking van inspecteur- generaal bij het loodswezen, betonning, enz. aan den kapitein ter zee J. van Maren Bentz van den Berg, inspecteur bij het loodswezen in het 6de district te Vlis- singen, zijnde laatstgemelde betrekking opdragen aan den kapitein-luitenant ter zee C. O. H. Dominicus. 's-Gravenhage. - Tweede Kamer. Arbeidscontract. Bij het voortgezet dedat over de afdeeling betrekkelijk opzeg gingstermijn staangeld enz., zette de mi nister van Justitie uiteen dat niet iedere staking, hetzij demonstratieve of econo mische, een beëindiging der dienstbetrek king is, echter kan staking voorden patroon dwingende reden zijn, de stakende.arbei ders te ontslaan in dat geval heeft hij recht op schadeloosstelling verhaalbaar op het staangeld. Tusschentijdsche staking, dus zonder inachtneming van den opzeg gingstermijn, is woordbreuk, waarop de gevolgen gesteld bij burgerlijk recht van toepassing moeten zijn in 't belang van beide pariijen. Dhr. Troelstra repliceerde en verdedigde de goede trouw en de houding zijner partij tegenover het braafheidsvertóon der bur gerlijke partijen. Donderdag 7 Juni. Middelburg, bij De Witte, Noord Bolwerk door not. Struve uur koffiehuis inventaris. Vlissingen. De levering van rook- en pekelspek voor de soldatenmenage alhier voor het tijdvak van 1 Juli 1906 tot 1 Januari 1907 is door den minister van oorlog gegund aan den heer P. de Visser, alhier voor f0,63 per K.G. Kapelie. Donderdag werd door het Bestuur der Willem Annapolder aanbe steed het jaarlijks onderhoud van dien polder 1906/7 InschrijversW. Dekker, Veere, f4787; C. de Wilde Kattendijke, f 4305 J. de Bree, Neuzen, f 4215 J. J. Dronkere, Kapelie, f 4600 A. Wiskerke, Ellewoutsdijk, f 4420 J. C Gelderblom, Tholen, f 4487 A. Karelse, Borsele, f 4407 J. F. Adriaanse Polfliet,Walzoorden f3962. Door de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen is Dinsdag aanbesteed het maken van verschillende werken tot uitbreiding van het station Roosendaal. Minste inschrijvers waren de heeren P. en, W. Bijker te Zwolle voor f469,900. MIDDELBURG, 31 Mei 1906. Ter Graanmarkt van heden (Donderdag) bestond de aanvoer hoofdzakelijk uitTarwe en Kroonerwten, ea ging tot onveranderde prijzen langzaam van de hand. Men besteedde voor jarige tarwe f 0, tl f0,nieuwe tarwe f6,80 ét f7. jarige rogge f0,a f0,Dieuwe rogge f 0,k i' 0,wintet gerst f 0,a f 0, nieuwe zoinergerst f 0,f 0,— haver f 0 a f 0,paardeboonen f 0,k 8,25 tuin- boonen f 0,k f 0,witteboonen gelezen f afongelezen fk f ronde bruine boonen f 11,75 k f12.lange dito f 10,50 k f 10,75 groene erwten f 0, A f 0, nieuwe kroonerwten f9.f9,50 koolzaad f 0,A f 0,karwijzaad per 50 K.G. f—a f— Alles per H.L. Opgaaf v. d. marktsetters, handelaren, Boter f 0,45 ét f0,55 per '/2 kilo. Eieren f3,50 per 100 stuks. Opgaaf v. d. Zeeuwsche Landb. Maatsth, Boter f0,48 4 1'0,56 per ''2 kilo, Eieren f3,50 per 100 stuks,

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1906 | | pagina 3