NIEl) WSBLAD
VOOR ZEELAND.
oococoooo
;bank
No. 177. 1906.
Maandag 30 April
20e Jaargang.
HISTORISCH
Iers roijaards.
URG.
Tööp
GHRISTELIJK-
ling
Voetpaden,
TX)P~
.OOP
;ööp
loop
WAT ER ACHTER ZIT.
lMSTBRDAM
irak 92.
loeien wagen
&r 6 personen,
ïakersknecht
Mei
Irxeclvt
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Een Hollandsch avonturier uit de 18e eeuw.
"H -o
8 g
Reserves
SP.t
£-*
10 250,-
13 510,-
18 113,78
37 602,06
55 1 2,06
68 268,73
87 102,07
|131 947,10
Il54 697,10
S23I 079,94
1322 748,19
4s
6
6
8 °/o
10 °/o
12
14 °/0
16 °/o
18
20
22
24 «/0
1000, f 500, f 100,
JTEN, in Effecten,
len Correspondenten.
1905 aan bovenge-
I e c t i e
1FLAND.
April a. s.
bij H. MEIJERS,
•lipaard,
I. VERHAGE,
Grijpskerke.
Biggekerke.
keur uit 3, en Kalf-
Juni tot Nov., en
mnd., bij
E, Z 0 u t e 1 a n d e.
onder de kap,
lesten staat voor een
oen Lamoenkar op
lardstuigengebitter»
TËIJN, Middelburg.
Mei
Meid
/TLLEMSE, te Sint
letzelfde adreseen
ld te koop.
Mei
id knecht
tORNELISSE, M i d-
sweg.
ïidkuecht
Lodigd,
\t-Souburg, „Tryton".
idknecht
leisweg.
110 n d
de schrobzaag, aan-
inaal gezaagd wordt,
)EN BERG, Wagen-
Nieuioerkerk
(Duiveland).
CORNEL1SSE, A*
onge-Verwest Goea,
SB
IEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maaiiden franco p. p1,25.
Enkele nummers0,02".
UITGAVE DER FIRMA
EN VAN
van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Watersnood.
In dank ontvangen van
B. Kr. te Zuiddorpe f2,50, welke som
door ons dhr. Witkam is overgedragen.
Red.
Wij mogen met genoegen eonsta-
teeren dat bij de jongste Middelburgsche
Statenverkiezing de Hervormde (als wij
ze zoo eens noemen mogen) kiezers die
gewoon zijn antirevolutionair te stemmen,
ons even krachtig als anders hebben ge
steund.
Wat niet wegneemt dat er nog genoeg
Hervormde menschen zijn die op onze
eandidaten niet steinmen hetzij uit vrees,
hetzij uit sleur of mistrouwen, en dat de
vrijzinnige die dit weet, daarvan bij iedere
verkiezing partij trekt.
Dat een verzonnen bericht omtrent
zekere conferentie, door een vrijzinnig blad
wordt aangevoerd om onzen eandidaat te
bestrijden, bewijst dat er menschen zijn
die aan dergelijke leugens geloof hechten
én naar den hiermee saamgaanden valschen
raad luisteren, en ookdat genoemd blad
dit weet.
Ware 't tegendeel waar, het zou den
menschen met zijne praatjes wel van het
lijf blijven.
Trouwens wanneer zelfs een geleerde
als O. in de Zondagsbode, ook nadat het
openlijk door prof. Visscher is tegenge
sproken, er geloof aan hecht, hoe zou dan
een eenvoudige kiezer er niet door misleid
worden 1
Doch met dit al blijkt dan tocli wel op
nieuw de noodzakelijkheid om de quaestie
die van deze treurige ervaringen de achter
grond is, zoo spoedig mogelijk weg te
ruimen.
Groen van Prinsterer heeft wel gelijk
gehad toen hij voor alles de oplossing
der kerkelijke quaestie vroegdeze quaes
tie nog belangrijker zelfs dan de school-
quaestie achtte.
Indien hij had kunnen voorzien dat in
den jare 1906 de vrijzinnig-democratische
Middelburgsche Courant ter aanbeveling
van een modernen, gansch niet kerkschen
of kerkelijken mijnheer voor 't lidmaat-
FEUILLETON.
Toen onlangs op de conferentie te Alge-
ciras het denkbeeld ter sprake kwam, een
Nederlandsch officier te benoemen tot com
mandant der politie in de haven van Casa
blanca, herinnerde men zich dat nog eens
een Hollander in Moorschen dienst is ge
weest de Groninger edelman, Jan Willem
baron van Ripperda.
„Hij was jong van het katholieke geloof,
dat hem den toegang tot alle posten der
regeering afsneed, tot het protestantsche
overgegaan en spoedig daarop in de regee
ring van zijn gewest en in de Staten-
Generaal opgetreden; in 1715 vertrok hij
als gezant naar Madrid
„Zeer gezien aan het Spaansche hof was
hij weldra in alle politieke zaken gemengd
hij werd weder katholiek en trad in Spaan-
schen dienst(Als gezant) naar Weenen
gezonden bewerkte hij in April 1725 den
vrede en een nauw verbond tusschen de
beide kronen.
„Hij kreeg daarna de buitenlandsche
zaken van Spanje geheel in handen, werd
Weldra de leider ook van andere departe
menten van bestuur, de almachtige staats
man, thans door een hertogstitel hoog
verheven. Maar zijn gelukszon begon
spoedig te tanen. Zijn financiëele en diplo
matieke intriges kwamen aan den dag en
hij werd in den zomer van 1726 gevangen
genomen. Zijn rol in Spanje was daarmede
uitgespeeld".
Uit de gevangenis ontvlucht, vertrok hij
later naar Marokko, waar hij Mohamedaan
werd, een tijd lang de regeering leidde,
en }nn,, armoede overleed, zegt
prof. Blok.
schap der Provinciale Staten het belang
der Hervormde Kerk als argument zou
bijbrengen, hij zou nog veel ernstiger dan
hij reeds deed op spoedige oplossing der
kerkelijke quaestie die de christenen ver
deelt en den vrijzinnigen ton goede komt
hebben aangedrongen.
Het is gelijk ds. Gispen eens schreef
Alle quaesties, van onderwijs, kerk, kies
recht, en hij had er ook wel bij mogen
zeggen Provinciale Staten zitten in
den diepsten grond vast op de solutie van
Kerk en Staat.
Libertijnen, Remonstranten, Doopers en
alle dissenters hebben zich op de Gere
formeerde Staatskerk gewroken, en einde
lijk het zoover gebracht, dat zij, in ver
band met de revolutie van 1789, de Gere
formeerde Staatskerk in een Liberale ver
anderden en daarmedehet onderwijs, de
wetenschap,; het volksleven, zelf in hun
macht hebben gekregen, en die kerk dus
gebruiken) konden, om liberalisme en mo
dernisme als volksgeloof te propagandee-
ren, gesteund met kerkelijk gezag, bur
gerlijk recht en staatsgeld,'doende nu, in
gewijzigden vorm, wat weleer de Geref.
Staatskerk deed.
Dat is 't geheim van der liberalen ijver
voor ,de' neutrale volksschoolen jvan den
tegenstand dien nu nog sommige recht
zinnige predikanten en hunne volgelingen
voeren tegen de vrije christelijke school.
Hen speelt het volkskerk-volksschool
idee nog parten, tot schade van 't opkomend
geslacht, van onze toekomstige opvolgers
in den strijd om het bestaan, om de school,
om de toekomst.
Dat is 't diep bedroevende in 't samen
treffen van vrijzinnigen en rechtzinnigen
als Middelburgsche Courant en Zondags-
bode dat hier tegenzin tegen het geloof en
vrees voor de ontwrichting der Staatskerk
idee elkander de hand reiken.
De Middelburgsche Courant wist wel wat
zij deed, toen zij de leugen verzon dat
Kuyper met Visscher en Gewin had gecon
fereerd om de kerk te reorganiseeren. Zij
wist dat tal van lichtgeloovige zielen er
van zouden opschrikken wijl in hun oog
reorganisatie der kerk de doodsteek voor
de kerk zou zijn.
Een merkwaardige persoonlijkheid, deze
Groninger edelman, die van geloof wisselde
als van betrekking, die protestant werd om
de Staten, weer katholiek om den koning
van Spanje en eindelijk Muzelman om den
Sultan van Marokko te dienen. Een per
soonlijkheid wiens avontuurlijke levensloop
uitlokt tot nadere kennismaking, en een
sprekend voorbeeld is van het algemeen
karakter der politici uit zijn tijd, „die zich
overal door baatzucht en grilligheid, ner
gens door de wezentlyke belangen der
volkeren lieten beheerschen".
Joan Willem Ripperda werd in 1682
geboren te Groningen, waar zijn vader
kolonel der infanterie in liet Staatsche
leger was. Van zijn jeugd is weinig be
kend; hij studeerde aan een Jezuïten-school
te Keulen, en bracht eenigen tijd te Leiden
door, waar hij kennis opdeed van de
lakenweverij. Als Katholiek zag hij zich
den toegang tot alle staatsambten gesloten,
en daar zijn ambitie hem juist tot die
loopbaan dreef, werd hij Protestantde
weg tot bevordering werd daardoor voor
hem geopend en weldra nam hij in ver
schillende regeeringscolleges, zoowel in
de Stad als in de Ommelanden een plaats
in. In 1711 was hij afgevaardigde van
Groningen in de Staten-Generaal en als
zoodanig nam hij deel aan de beraadsla
gingen over den vrede van Utrecht.
Na het sluiten van dien vrede werd
Ripperda door de Staten benoemd tot
/,Extra-ordinaris Envoijé van Hunne Hoog
Mogenden" te Madrid, op een tractement
van 10,000 gulden.
I11 Spanje was toen de kardinaal Del
Giudice de almachtige minister van koning
Philips V en de gunsteling van diens ge
malin, Elisabeth Farnèse, hertogin van
En zoo .wordt aan weerskanten die Staats
kerk vastgehoudende geesteskinderen
der revolutie hebben er voordeel van bij
een Statenverkiezing, straks allicht ook bij
een Kamerverkiezing, en main tineeren haar
in moderne gemeenten als liberale opvoed
ster der massa.
De geloovige Christenen wanen dat haar
invloed slechts gewaarborgd is bij hand
having van het status quoden bestaanden
toestand.
Maar aan geen van) beide kanten wordt
dit openlijk erkend.
Vandaar dat men er om heen praat, over
bijzaken valt, tegen alle hervormingen
argwaan koestert en geslachten groot
brengt in den waan dat de Staatskerk is
afgeschaft, terwijl zij feitelijk nog in
tweeërlei gestalte voortbloeit en zich hand
haaft.
Dat is het wat Groen van Px-insterer al
in 1868 deed roepenlos de kerkelijke
quaestie op, en wat ons, kinderen van hen
die naar hem niet luisterden, zoo eindeloos
lang doet wachten op oplossing van andere
brandende vraagstukken. Dat is het wat
tot heden de geloovigen in twee groepen
uiteendrijft, en gescheiden houdt, terwijl
wantrouwen en mistrouwen het hunne er
toe bijdragen om de scheidingslijn te vol
trekken
Dat is :het wat) den tegenstander zoo in
zijn vuistje lachen doet, om onze ver
deeldheid, om de dwaasheid onzer mede
standers, en om het mal figuur van die
in hun wiek geschoten „doleerenden".
Toch zal deze ervaring ons die het nous
sommes issus de Calvin''' Groen gaarne
nazeggen, niet afschrikken.
Gaat het reorganisatieplan van professor
Visscher c. s. door, dan voorzien wij een
nieuwen exodus uit onze geledereneen
nieuwen toer om te behouden wat wij met
moeite verkregen ja de mogelijkheid van
veel daarvan te verliezen- Doch daarna
zullen de christenen elkander weer vinden,
en samen optrekken tegen hen, die hen
nu nog met het aanj agen van dwaze spoken
vrees, bij de stembus, met succes kunnen
misleiden.
Wie had in 1886 kunnen denken dat
in 1901 een ministerie Kuyper door
Parma; doch zijn gezag werd in 't geheim
'ondermijnd door den gezant van den hertog-
van Parma, Alberoni.
Met Del Giudice had Ripperda al spoedig
onaangenaamheden; de kardinaal weigerde
zelfs hem te erkennen, daar hij slechts
Envoyé was, en de koning een ambassa
deur naar Holland gezonden had. Hieraan
kwamen de Heeren Staten tegemoet, door
Ripperda ook den rang van Ambassadeur
te geveu. Tijdens deze onaangename po
sitie was Ripperda met Alberoni in kennis
gekomen, eu door dezen werd de Bol-
laudsche gezant al spoedig gebruikt voor
zijn geheime inlriges, zoo zelfs, dat Rip
perda bij den koning aandrong op het
ontslag van Del Giudice.
Want door de bemiddeling van Alberoni
en van de koningin had Ripperda grooten
invloed op den koning gekregen. Tusschen
Alberoni en Ripperda was een zeer drukke
briefwisseling ontstaan, en de Spaansche
minister maakte gaarne gebruik van het
heldere inzicht en de geniale adviezen van
den gezant der Republiek. Met grooten
aandrang steunde Ripperda het plan van
Alberoni, om een defensief verbond te doen
iinistaan tusschen Spanje en de Republiek.
Maar daarvan wilden de Staten niets weten
zij wilden hun machtigen nabuur, den
keizer, niet ontstemmen door een verbond
met SpaDje. Integendeel, zij traden toe
tot het verbond met Engeland en Frank
rijk, dat ten doel had deu Europeeschen
vrede te verzekeren door het waarborgen
van de wettige troonsopvolging in Enge
land en Frankrijk en door bemiddelend
optreden tusschen den keizer en Spanje.
Alberoni moest er dus op rekenen, dat
Spanje alleen zou staan hij moest daar
voor de strijdmiddelen verbeteren en de
dr. De Visser gesteund kon optreden
Onze beginselen gaan door onze orga
nisatie zullen wij te steviger maken onze
energie zal niet verflauwenwij zullen
blijven getuigen tegen den geest der eeuw,
ook door de schoolen wanneer wij straks
het hoofd nederleggen, een keurbende uit
onze kinderen achterlaten, die, het zwaard
in de eene, den troffel in de andere hand,
ons werk in Godes kracht zullen voort
zetten.
Dat dan een ieder onzer zijn roeping
versta; hier is de ruste niet. .1
28 April 1906.
Indien men een antwoord moet geven
op de', vraag of de meerderheid der kiezers
in het district Middelburg zich onderwerpt
aan het gezag der Openbaring of der Rede,
met andere woorden zich schaart aan de
zijde der vrijzinnigen of der clericalen,
zooals de liberalen gaarne hunne tegen
standers) noemen, dan zal ook de meest
verstokte erkennen dat de meerderheid aan
de rechterzijde is.
Voldoende bewijs daarvoor is, dat de
vrijzinnigen bij iedere verkiezing zich be
ijveren,den gewonen menschelijken trek tot
jaloezie of concurrentie-zucht aan te blazen
en alzoo door versnippering iets hooger
te komen.
Niet alleen als ge twee handelszaken
tegenover elkander plaatst ontstaat die
zekere neiging tot opheffen van den een en
neerdrukken van den ander, maar ook zoo
bij instellingen met geestelijke bestemming.
Plaatst twee scholen van gelijk merk
en van gelijke herkomst, tegenover elkan
der en ge zult bij leerlingen, niet zelden
zelfs bij onderwijzers dien zekeren trek tot
concurrentie zich zien ontwikkelen.
Het platte spreekwoord des eenen dood
is des anderen brood, wordt ook geacht
juist te zijn als het niet het brood geldt
dat de bakker brengt, maar het brood des
geestelijken levens.
Op diejnenschelijke eigenschap tespecu-
leeren want van de dieper gaande vraag
stukken die het kerkelijk leven beheer
schen weet de vrijzinnige niemendal, en
hij neemt er ook gansch geen notitie van
is 'de tactiek door de vrijzinnigen in prac-
tijk gebracht.
geldmiddelen regelen. Hierin werd hij
krachtig gesteund door Ripperda, die laken
weverijen oprichtte in de Spaansche landen,
eu handel en nijverheid bevorderde.
Dat Ripperda klaarblijkelijk als gezant
meer het belang van Spanje dan dat der
Republiek bevorderde moest hem het ver
trouwen van de Staten doen verliezen zijn
bijzondere vriendschap voor Alberoni en
bet aanzien dat hij in Spanje genoot be
nadeelden zijn crediet in Den Haag. Her
haaldelijk werd achter hem om door de
Staten onderhandeld en daai-over ont
stemd vroeg Ripperda in 1717 zijn ontslag.
In zijn aanvrage klaagde hij over zijn ge
ring tractament, en over de weinige
tegemoetkoming die hij van de Staten ont
ving. Maar Saint-Simon en Coxe melden,
dat hij van den keizer en van Engelsche
ministers kostbare geschenken kreeg, en
van den koning van Spanje een jaarlijksch»
toelage genoot.
De Staten hadden geen reden om zijn
ontslag te weigeren. In het begin van
1718 keerde Ripperda naar Holland terug,
maar niet voor langen tijd. Nadat hij
Hunne Hoog Mogenden, in de vergadering
van 19 April verslag had gedaan van zijn
zending, vertoefde hij nog eenigen tijd in
Holland, voornamelijk om Leidsclie wevers
aan te werven voor den dienst in Spanje.
In Juli was hij weder te Madrid, en daar
zijn geloof een hinderpaal voor hem was
om in Spaanschen staatsdienst te treden,
zwoer hij de «verderfelijke dwalingen"
af en werd weer Katholiek.
Als belooning daarvoor werd hij be
noemd tot superintendant der lakenweve
rijen te Guadelaxara, waar ongeveer 300
Hollandsche wevers werkten. Maar Rip
perda kon niet buiten den maalstroom van
Langs den koninklijken weg komt men
er niet, daarom een bijpaadje gevolgd.
li. Langs 's Heeren wegen in huis komen
is niet mogelijk, daarom sluipende door
de achterdeur.
En daarna een scheepsroeper aan den
mond zetten om de overwinning uit t«
bazuinen.
Het ingezonden atuk van ds. Kersten
ook in ons blad opgenomen, ter aanmoedi
ging om te requesteeren by de regeering en
de volksvertegenwoordiging tegen den
vaccinedwang, is ook door De Bazuin ge
plaatst, en de redactie heeft er 't volgende
onderschrift aan toegevoegd
Wij herinneren hierbij wat 6 April in een
Friesch blad stond, 't Is een bijdrage van de
soms dadelijk doodelijke werking van de vacci
natie en een drangrede om te trachten tot
vrijheid te komen
„Joure, De miliciens van de lichting 1906,
die niet tot de „viermaanders" komen te be-
hooren, zijn in den loop der vorige maand in
dienst gegaan. Allen zijn nu „gekleed" en
Zaterdag werden zij gevaccineerd en gerevacci-
neerd. Nu kon permissie voor 24 uren verlof
verkregen worden en velen maakter Zondag
daarvan ook gebruik. Wel ging de vaccinatie
den milicien Bonne 4 Nijholt van hier „door de
leden", maar toch wilde hij ook met zijne kame
raden „naar huis".
Den geheelen dag ging het goed, doch des
nachts kreeg hij pijn en diarrhee. 'n Geneesheer
werd gehaald, die geen oogenblik gevaar zag,
maar toch desverlangd genegen was een bewijs
van ongesteldheid af te geven, waarop de patient
thuis kon blijven.
Vrees voor spotternij van maats en superieuren
moet Bonne echter hebben doen besluiten
Maandag toch te vertrekken, 't Zou wel beter
worden, want, zoo erg ziek voelde hij zich ook
niet. In den loop van den dag beterde het
evenwel niet en des avonds 8 uur werd hij dan
ook in het hospitaal opgenomen. Om 12 uur
viel hij in hevige koorts en zonder tot kennis te
zijn gekomen overleed hij dienzelfden nacht om
3 uren.
Wat zouden de vurige voorstanders van de
vaccinatie hiervan zeggen Wij kunnen niet
oordeelen over de vraag of de vaccine uit een
medisch oogpunt aanbeveling of afkeuring ver
dient, maar een dergelijke gebeurtenis maakt
bij vernieuwing duidelijk, welk een onrecht het
is, dat men in ons vrij land steeds nog den
vaccinedwang handhaaft".
het politieke leven. Hij won steeds meer
het vertrouwen van den koning, en ziende
dat deze van Alberoni wensehte ontsla
gen te worden, begon Ripperda tegen zijn
vroegeren vriend en beschermer te intri
geeren.
Het sluiten van de Quadruple Alliantie
tusschen Frankrijk, Engeland, den keizer
en de Republiek tegen Spanje verzwakte
de positie van Alberoni nog meer; Rip
perda vond de gelegenheid schoon om de
misslagen van den mininster breed uit te
meten, en daardoor den koning nog meer
tegen hem in te nemen. Ten laatste maakte
de gunst, waarin Ripperda bij den koning
stond, zoozeer den naijver van Alberoni
gaande, dat hij Ripperda ontsloeg uit zijn
betrekking als superintendant. Maar wel
dra was ook Alberoni ontslagen, en Rip
perda benoemd tot superintendant-generaal
over alle Spaansche manufaoturen.
In die betrekking ontwierp hij grootsohe
plannen voor de uitbreiding van handel
en nijverheid in Spanje, plannen die van
groote bekwaamheid getuigden, maar nooit
tot uitvoering zijn gekomen.
Intrigeeren zat den Groninger edelman
nu eenmaal in het bloed evenals hij tegen
del Giudice en, tegen Alberoni gekuipt
had, begon hij nu te kuipen tegen den
nieuwen minister-president, Grimaldo,
waartoe hij zich aansloot bij de partij van
diens voornaamsten tegenstander Orendayn,
den Gateren markies de la Paz. Buiten
medeweten van Grimaldo wisten deze
beide intriganten de koningin over te halen
tot het avontuurlijke plan vrede te sluiten
met den keizer, een bondgenootschap met
Oostenrijk aan te gaan, en dit door een
huwelijk te bevestigen. Hbld.
(Wordt vervolgd.)