Buitenlandsch Overzicht.
kerknieuws.
Heclitszake u.
Gemengde Berichten.
Het water op onze eilanden.
Ken heidensch dorpje waar gedronken en
gevloekt ea gevochten en gesneden werd in
de herberg en langs den weg.
Doch welk een ommekeer toen Heldring
er aan 't werk getogen was. Nog leven
er van die toonbeelden van Gods genade
wij denken o. a. aan Zendeling Van
Dijken die ait deze duisternis kwamen
tot het licht. Hemmen, Andelst, Zetten,
gelijk meerdere plaatsen in de Betuwe zyn
voor jaren door Gods Geest bezocht ge
weest en nog arbeidt daar ds. Pierson
met grooten zegen. Indien er dus te Zetten
verachtering komt by de jeugd, ondanks de
Chr. school, dat dan een ieder, ook onder
ons, tot zichzelf inkeere, en zich afvrage
hoe ben ik jegens den arbeid der Chr.
school in mijn eigen plaats. Ben ik een
Chr. opvoeder. Help ik de meesters daarbij
en doe ik dat met een biddend hart. Hoe
is 'tmet mijn eigen geestelijk leven ge
steld
Altemaal vragen die niet mogen uit
blijven, waar de Chr. scholen zich uit
breiden, en de geestelijke opwekkingen
gelyk voor vijftig jarensteeds min
der worden.
Ouders die kinderen op de Chr. school
hebt, denkt er om, de liberalen kijken
't eerste en het meest naar dezen, en
naar u.
Wegens late en ongeregelde aankomst
van treinen en dientengevolge vertraging
in de ontvangst van berichten en dag
bladen konden wij heden in enkele rubrieken
slechts half werk leveren.
Men zie verder de Telegrammen.
F r a n k r ij k.
Alle harten zijn vervuld met medelijden
met de slachtoffers der mijnramp te Cour-
rières.
Van de slachtoffers in put 2 werden 214
van de 360 gedood. In put 3 450 van de
483. In put 4 660 van de 775. Totaal zijn
er nu reeds bekend 1363 dooden, onder
welke ook de ingenieur der maatschappij
Barrault, die 5 minuten voor de ontploffing
in schacht 3 was afgedaald, verder buiten
een aantal opzichters ook leerlingen dér
Mijnbouwschool.
Hoe het gegaan is, hiervan geeft de
Nieuwe Courant het volgend verslag
Om half zeven Zaterdag, ongeveer twee
uur, nadat de dagploeg was neergedaald,
hoorde men een dof ondergrondscb gerom
mel en kort daarop werd het dicht bij en
boven de rampspoedige putten gelegen
dorp Sallaumines geschokt als door een
aardbeving, de gebouwen boven de schach
ten werden als kaartenhuizen door elkaar
geschud, de daken vlogen de lucht in,
ramen braken en de schachtkooien werden
uitgeworpen, meters de lucht in. Uit de
schachten kwam toen een dikke rook,
waarin men lekkende vlammen zag. Daar
door wist de heele omgeving dadelijk, dat
er een ramp had plaats gehad. Vrouwen en
kinderen en ouderen van dagen drongen op
naar de putten, waar zich de reeds ge
schetste vreeselijke tafereelen afspeelden.
De hoofdingenieur Bar daalde met eenige
technische beambten het eerstin put 4 af,
waar tegen 12 uur het hijschtoestel weder
kon werken, doch al spoedig werd het
teeken „ophalen'' gegeven. Twee hunner
waren reeds ilauvv gevallen en de verstik
king nabij. Kort daarna wist echter een
dappere, krachtige mijnwerker tot op den
bodem der put te komen en weldra keerde
hij met 10 geredden, wier kleeding ver
brand en wier bewustzijn vrijwel geweken
was, in het daglicht terug. Daarna kwa
men niets dan lijken te voorschijn.
Pas om 4 uur 's middags konden de
eerste 50 moedige redders onder leiding
van genoemden hoofdingenieur in schacht
4 afdalen om op systematische wijze het
reddingswerk te beginnen.
In put 3, het begin- en middelpunt van
de ramp was alles verwoest en kon men
de kooi niet naar beneden krijgen, ook
de klimladders waren vernield dat graf
bleef voorloopig gesloten. In put 4 waren
kort voor de ontploffing 190 man naar
boven gekomen omdat andere werkzaam
heden het delven beletten, 40 man klom
men langs de ladders naar boven en 10
wérden door de kooi opgehaald.
In put 3 zijn de slachtoffers verbrand, in
de beide andere mijnafdeelingen zijn zij
door de verstikkende gassen omgekomen.
Wonderbaarlijk en wondermoedige red
dingen worden bericht. Een wagensleeper
was, naar hij mededeelde op het oogenblik
der ontploffing in put 2 op 280 M. diepte
(de diepte gaat tot 400 M.) Dadelijk kwa
men de verstikkende gassen opzetten en
verscheidene zijner metgezellen vielen be
wusteloos neer. Hij laadde ze op een wagen
en reed ze gelukkig naar schacht 10. Om
10 uur werden uit die schacht 10 mannen,
half gestikt opgehaald, onder wie de inge
nieur Boisin en een hoofdopzichter.
Door schacht 11 werden 120 man gered.
Het werk werd hier den ganschen nacht
vooi tgezet, doch al spoedig werden ook
hier slechts lyken naar boven gebracht.
De bevolking van de bezochte streek
was, naar men zich kan voorstellen, in den
beginne, verpletterd, doch allengs is de
stemming in een dreigende, verwoede om
geslagen, zoodat men in allerijl soldaten,
o.a. het 33e regiment uit Arras heeft moeten
laten aanrukken, om de gendarmerie bij
te staan.
Ds kroegen liepen Zondag vol en de
ppwinding uitte zich in hartstochtelijke
gesprekken. Men is bevreesd voor harts
tochtelijke tooneelen bij de begrafenis.
lntusschen is alle reddings-arbeid moeten
worden gestaakt tengevolge van de over
strooming van verstikkende dampen.
Slechts 90 lijken zijn bovengebracht.
lu de Kamer van Afgevaardigden werd
door den voorzitter, Doumer, een ver
klaring voorgelezen betreffende de ramp,
waarbij de Kamer de betuiging geeft van
haar smartelijke sympathie met de ge
troffen gezinnen.
De Kamer besloot, deze betuiging van
leedwezen te verzenden, en nam met alge-
meene stemmen het besluit, een krediet
van 500,000 frs. toe te staan (voor de
slachtoffers).
De ramp was oorzaak dat niemand aan
dacht wijdde aan de nieuwe kabinets
vorming in plaats van het gevallen kabinet
Bouvier. De samenstelling van het kabinet
is aldusSarrien, ministerpresident en
JustitieClémenceau, Binnenlandsche Za
ken Bourgeois, Buitenlandsche Zaken
Etienne, Oorlog; Thomson, Marine;Briand,
Onderwijs en Eeredienst; Leygues, Han
delBarthou, Openbare Werken; Ruau,
Landbouw Poincaré, Financiën en Dou-
mergue, Koloniën.
Er moet nogal wat strijd aan zijn voor
afgegaan, alvorens Olemenceau de door
hem begeerde belangrijke portefeuille van
Binnenlandsche Zaken werd toebedeeld.
Men, en vooral Bourgeois en I'oincare,
vonden dit een groote concessie voor de
ultra-radicalen. Ten slotte kreeg dan toch
Olemenceau zijn zin.
De optreding van het nieuwe kabinet
wordt vrij algemeen voor een triomf van
het Combisme aangezien in geen geval
is 't een verlichting voor de vervolgde
kerk en geestelijkheid. Frankrijk zal het
hellend vlak van vijandschap en Godver
zaking ten einde toe moeten afloopen. Dat
is het fatum dat rust op elke natie en re
geering die zich losmaakt van het gezag.
Wat afvalt van den hoogen God, zegt Beets,
moet vallen.
De ministers van Oorlog en Marine over
wegen een plan om opden Eiffeltoren een
post voor draadlooze telegratie te vestigen.
Rusland.
Zondag hebben de voorloopige verkie
zingen voor de Rijksdoema in stad en
gouvernement Moskou plaats gehad. Er
was weinig ttnimoeen deel der kiesge
rechtigde arbeiders (in 38 van de 176 be
drijven) vooral de drukkers en werklieden
van gasfabrieken en tramwegen namen
aan de verkiezingen, die rustig verliepen
geen deel.
In Riga nam de politie het hoofd van
de technische afdeeling van het revolu
tionaire comité in hechtenis. Tevens ont
dekte zij te zijnen huize een groote ge
heime drukkerij en duizende proclamaties,
die ter verzending naar de verschillende
deelen van Lijfland gereedslagen.
De commissie van onderzoek in zake
de overgave van Port-Arthur heeft haar
werk voleindigd. De fouten, die zij in
Stiissel's beleid heeft ontdekt, zijn van dien
aard, dat hij noodzakelijker wijze door
een krijgsraad veroordeeld zal worden.
Zou dat waar zijn
Een nieuwe Staat.
De Amerikaansche vlag heeft er weer
een ster bij gekregen. De Senaat heeft
het reeds door de Kamer aangenomen
wetsontwerp goedgekeurd, waarbij het
territoir Oklahoma vereenigd met het
Indiauen-gebied als Staat in de Unie is
opgenomen. De vergadering schrapte het
deel der wet, dat hetzelfde bedoelde met
Arizona en Nieuw-Me.xico.
Ned. Herv. Kerk.
Beroepen te Amerongen, H. J. Holthuis
te Harmeien te Papend recht, O. J.
Leenmans te Bennekom te Harderwijk,
W. J. Aalders te Beesd.
Aangenomen naar Den Helder door W.
v. Griethuijsen, O. I. pred. te Breda
naar Venhuizen door C. J. F. Hopster te
Oostvoornenaar Gorredijk door J.
Groenewold, cand. te Groningen.
Bedankt voor Aartswoud door W. v.
Griethuijsen te Breda.
Wolfaartsdijk. Zondag 13 Mei D. V.
hoopt ds. Stegenga uit Middelburg zijn
intrede te doen.
Geref. Kerken.
Te Groningen (kerk A) zal een 3e
predikant beroepen worden. Een lid der
gemeente heeft aan den kerkeraad een
massief zilveren avondmaalstel geschonken
voor de derde te bouwen kerk.
Koudekerke. Het afscheid van Ds.
Ingwersen vóór zijn vertrek naar Midden -
Java is bepaald op Woensdag 18 April
's avonds half acht in de Oostkerk te
Utrecht.
Geref. Gem. onder 't Kruis.
Beroepen te Charlois, A. Mackenzie te
Dirksland.
Ev. Luth. kerk.
Beroepen te 's-Gravenhage, H. A v.
Bakel te Haarlem.
R. K. Kerk.
Te Bergen op Zoom zal een parochie
kerk (de derde) worden gesticht, gewijd
aan den H. Jozef.
Dc Hooge Raad behandelde gisteren de
zaak van A. B. C. Jzn., visscher te Tholen,
wegens meineed tot 1 jaar gevangenisstraf
veroordeeld. Mr. v. Haaften pleitte outslag
van rechtsvervolging.
Uitspraak 26 Maart.
Behandeld werd de zaak van een per
soon uit Koudekerke, door den kanton
rechter te Middelburg ontslagen van rechts
vervolging ter zake van het per rijwiel
vervoeren van het lijk vau een levenloos
geboren kind, dat hij zittende op hel voer
tuig. in een kistje onder den arm had
gedragen. De verordening der gem. be
paalde ul. dat lijken naar de begraafplaats
moeten worden vervoerd in een lijkwagen
of boerenkar met een lijkkleed er over;
alleen mogen lijken van kindereu beneden
't jaar ouder den arm worden gedragen.
Adv.-generaal achtte juist de grief van
den ambtenaar van het O. M. tegen het
vonnis dat de bekl. hier het kinderlijkje
niet had gedragen onder den arm, maar
vervoerd, en dus in strijd met de verorde
ning had gehandeld. Doch hij achtte des
niettemin het ontslag van i'echtsvervolging
gerechtvaardigd op een anderen grond.
Terwijl toch de verordening spreekt van
vervoer naar de begraafplaats, was den
gedaagde niet ten laste gelegd dat hij zich
per rijwiel daarheen begaf. Geconcludeerd
werd dus tot bevestiging van het ontslag.
Uitspraak 9 April.
Viissingen. De overstrooming van
heden (Maandag) is in onze gemeente een
ware ramp. Nu het water gevallen is,
was het tegen den avond mogelijk de
ramp meer te overzien. Overal waren de
straten gedeeltelijk door het met kracht
stroomend water opgebroken.
In tal van laaggelegen gedeelten der
stad staat hedenavond het water nog een
halven meter en hooger. Vooral het laag
ste gedeelte in het centrum der stad heeft
geducht geleden en de schade is op geen
duizenden te taxeereu.
Met brandspuiten en centrifugaal pompen
is men nu bezig het water weg te pom
pen, terwijl natuurlijk overal alle handen
in de weer zijn om het overtollige water
weg te krijgen. De oudste bewoners her
inneren zich niet ooit zoo'n vloed hier
gehad te hebben. De ramp is des te groo-
ter, omdat men niet op zulk een vloed
had gerekend en dus nergens erop was
voorbereid. Trouwens, het water wies
zoo snel, dat de tijd ten eenenmale ont
brak om de noodige maatregelen te kunnen
nemen.
Om 2 uur waren de kinderen nog naar
school gegaan en om kwart over twee
stonden reeds enkele kaden blank. On
middellijk werden toen de vloedplanken
uitgezet, doch het water bleef maai* steeds
wassen en weldra vloog 't over de planken
heen, waardoor de daarachter gelegen ge
deelten overstroomden. Het burea* der
Vlissingsche Courant ligt ook onder de over
stroomde gedeelten en de courant is heden
niet kunnen verschijnen, opdat op de druk
kerij meer dan een meter water stond.
De schoolkinderen, die in de over
stroomde gedeelten der school waren,
moesten in de haast naar boven vluchten,
om zich tegen den vloeigolf te beveiligen.
Met een sloep werden sommige bewoners
huiswaarts gebracht.
De stoomtram kon niet verder rijden
Jan het Betje Wolfplein, omdat de YVal-
straat eveneens een zee geleek. Het politie
bureau werd in den namiddag geheel ont
ruimd, omdat dit neiging tot verzakking
vertoonde.
Veere. Om circa 3 uur werden wij
Maandagmiddag opgeschrikt door 't geroep
„Y'eere loopt onder" en wie zijn hoofd
buiten stak, kon zich overtuigen, dat het
niet overdreven was. 't YValer vloog met
slroomen de lage straten in. Een inter-
ressaut schouwspel leverde de Kade op,
roeibooten en bakentouuen dreven op de
straat, balken en stukken hekwerk dreven
op de stoepen. Bij het hoofd moesten de
bewoners hun heil in de hoogte zoeken.
De niet zeer hechte muren dreunden onder
'tgebeuk der golven. De vloeren braken
op onder den druk van het water, en be
vreesd voor instorten riepen de bewoners
angstig van den zolder om hulp. Een
stuk van het hoofd dreef zee in, doch werd
aan 't eind van den torenwal bijtijds aan
gehouden en aan stevige banden gelegd.
Groote gaten sloegen in de straat, en de
nieuwe bovenmuur had het hard te ver
antwoorden. Nog één zoo'n vloed en heel
de dijk is weggespoeld. Hier en daar is
hij tot de helft afgenomen. Men vertelt
ons dat de muur gemetseld was tot een
hoogte van 3.50 M. 4- A. F. Sedert 1826
toch was er geen zoo'n hooge vloed geweest.
Toen was het water gerezen tot 3.52 M.
Men meende daarom met 3.50 M. te kunnen
volstaan. Ditmaal echter steeg het water
tot 3.70 M. A. F. Heele brokken aarde
sloegen dan ook met iederen golfslag de
diepte in. Een tragischen aanblik leverde
het huisje van B., tusschen kanaal en dijk
gelegen, door een laag walletje slechts
tegen hooge vloeden beschermd. Uw be-,
richtgever kon, vergezeld van een vriend,
half badend, half zwemmend de deur be
reiken. Treurig zag het er hier uit. Het
water was gerezen tot het tafelblad en
had het kachelvuurtje uitgedoofd. Poes,
die van de tafel het steeds wassend water
met angstige gebaren en geluiden had
aangezien kreeg met het bed een droog
plaatsje op den zolder. De hoenders hadden
op den dijk een toevlucht gevondeB en
zaten met trieste oogen over 't vreemde
geval te filosopheeren. Bij al het tragische
kon men ook komische gevallen waar
nemen. Hier zag men een ongelaarsden
voetganger op den rug van een gelaarsden
voetganger een droog plaatsje opzoeken.
Ginds was een meisje met groote schippers-
laarzen geschoeid, bezig de waschgoederen
op te visschen. Om half 5 ure begon het
water af te nemen, zoodat voor dit getij
het gevaar geweken is.
Krabbendijke. „Heel het raderwerk
staat stil, als Uw machtig' arm het wil",
dat kan met recht gezegd worden, als de
Heere ons in storm en zee Zijn almacht
toont. Bij stormweer wordt wel meer
schade aan de dijken toegebracht, maar
zoo'n hooge zee als Maandagmiddag en
zooveel schade als nu werd veroorzaakt
is iets buitengewoons. Het water stond
gelijk met de zeedijken, d.i. ongeveer 3 M.
hooger dan gewoon, zoodat bij elke golf
slag het water over de geheele lengte
van den Karei-polder over den dijk
sloeg. Tegenover zulk een geweld stond
menschelijke kracht machteloos. Gelukkig
waren de schepen binnen, vermeerderd
met nog een paar scheepjes van Bruinisse,
maar het water sloeg over den havendam
heen, zoodat ouze vloot heel wat te lijden
had. De dijk van den Karelpolder brak
op versi billende plaatsen van boven door,
waardoor ook bij het afgaan van het water
nog- aanhoudend stroomen binnen kwamen
en ulzou de geheele polder twee meter
onder water kwam. Er staat geen enkel
huis, zoodat de menschen hierdoor niet
in ongelegenheid kwamen. Wel was dit
het geval in den Engelschen polder, waar
de wind vlak opstond en bij de boerderij
van dhr. Y'ogel de dijk doorbrak. Het vee
werd losgemaakt en aan den dijk gedreven
en de menschen zochten ook een goed
heenkomen, zonder van zelf veel van het
hunne te kunnen meenemen. Den geheelen
nacht is aan den Oostpolder gewerktdeze
liep dan ook niet onder. Het was een gerij
en geros van belang want er moest veel
stroo zijn.
Op den hoek voorbij de haven sloeg
zooveel water over, dat varkens en geiten
in veiligheid werden gebracht en een
enkele ook met zijn bed wegging. Het
water in de slooten rees zoo hoog, dat
de planken, die toegang verleenden diep
ondergingen. Gelukkig begon het water
te zakken en kwam het binnenwater alzoo
niet, althans bij de meesten niet in huis.
De dijk tusschen Engelsche polder en het
poldertje behoorende bij de boerderij van
dhr. Kolff is laag en zoo stroomde dit ook
onder, hoewel niet diep. (Dit is ook on
bewoond). Men achtte toen geraden de
balken in de doorsneden der dijden te
leggen, zoodat om 6 uur het treinverkeer
stil stond. Dit laatste poldertje heeft uit-
loozing door den Oostpolder, waarin de
boerderij van dhr. Wouterse staat, daar
door en ook door hel water dat in dezen
polder zelf was overgeslagen stond de
watergang spoedig vol en ook hel laag
gelegen land aan weerszijden. De spoor
weg ligt wat hooger, zoodat deze vrij
bleef en wellicht ware het stremmen van
het treinverkeer niet noodig geweest. De
balken zijn er uitgenomen en de mail-
treinen konden zachtjes rijdende passeeren.
Inden Engelschen polder moest nog iemand
met een bootje worden gered en kwamen
een paar dieren om. Hoe groot dc schade
is aan de polders, dijken, de gewassen in
gedeeltelijk ondergeloopen land, de haven
werken en de schepen valt nog zelfs niet
te begrooten. Tot laat in den nacht bleef
de storin gieren, maar het water was na
5 uur gaan zakken en het gevaar dus
verminderd en daarna ging de wind liggen.
Menscheulevens bleven gespaard. Om half
12 van nacht werd de klok geluid. De
ingenieur wilde 100 man hebben, daar
een stuk van den dijk Oostpolder weg
gerukt was. Deze staat nu ook blank.
Ook de telegraaf stond stil.
In den Engelschen polder zijn een paar
huizen in brand gegaan, toen het water de
woningen binnenkwam en bezweken een
paar andere voor den drang van het water.
Een man was in zijn huis gebleven en kon
pas na het afgaan van het water worden
gehaald omstreeks 10 uur. Zóó hoog kwam
het water, dat het bij De Haaijen nog over
den dijk sloeg.
Ook de Sint-Fieterspolder gem. ler-
seke liep in en daarbij verdronken een
paar arkens. De paarden werden alle
naar het gehucht Oostdijk gebracht. In
den dijk van Nieuwlande kwam ook een
gat, dat is dichtgemaakt. In den polder
staat ook heel wat water, ook in de hui
zen kwam het. Voor zulk een vloed
bleken de dijken niet hoog genoeg.
lerseke. Een ontzaglijke verwoesting
is Maandagnamiddag in deze gemeente
aangericht door de wateren der Ooster-
Bchelde, opgezweept door de elementen
des hemels. Zaterdag was het nieuwe maan
geweest en dus, alzoo redeneerde de schip-
persbevolking in deze gemeente, konden
we een hoog tij water verwachten. En dat
dit juist was gezien, bleek hedenmiddag,
toen te omstreeks half vier meer dan ge
woon water voor den wal vloeide en zelfs
op den wal. Doch ziet, daar komen storm
vlagen aanzetten en in een minimum van
tijd stormde het uit zee opgestuwde water
over de buitendijken in de oesterputten en
de hevige wind die zich daarbij liet gevoe
len, deed het ergste vreezen.
Op een gegeven oogenblik zagen de hon
derden toeschouwers dan ook op onder
scheidene plaatsen stukken uit den dijk
vallen en met verschrikkelijke kracht
stroomde en hruischte het water door de
gemaakte openingen heen, alles met zich
voerend wat in den weg stond. Oester-
loodsen en huizen werden opgenomen als
kachelhout en werden uit elkaar geslagen
en aan stukken zag men de oesterinpak-
loodsen wegdrijven. In stomme verbazing
stonden de gemeentenaren deze verwoes
ting aan te zien, toen op eens de tydiDg
door de dichte drommen menschen ging,
dat in den Burenpolderdijk een gat was
geslagen, en dat de bewoners reeds hunne
kinderen in veiligheid brachten. Dit was
te meer een vreeselijke tijding, als men
weet dat in dien polder een 37-tal huisge-
zinnen wonen, waarvan onderscheidene
reeds hun kinderen in veiligheid brachten.
Die dijkdoorbraak ging evenwel niet dooi
en toen te vyf uur ongeveer het water terug
ging, bleek dat die dijk het had kunnen
houden, al bestaat er veel gevaar voor dak
morgenochtend het water zal blyken de
baas te zijn.
Erger was het gesteld in den St. I'ieters-
polder, waar de dijk werkelijk doorbrak
en in den Olzendenpolder, alwaar op on
derscheidene plaatsen het water door dg
gevallen openingen stroomde. De hofstede
van M. Verniue die in dien polder staat,
was dan ook al gauw omringd door een
zee van waterdoor de vlugge handen
der bewoners gelukte het nog intijds de
beesten te redden en de bewoners in veilig
heid te brengen met uitzondering van den
heer Vermue, die op den zolder een schuil
plaats zocht en daar moest blijven tot hij
met een boot werd afgehaald. De dijk
van dien polder is doorgebroken op wel
13 k 15 plaatsen, waaronder gaten zijn die
beneden den berm komen.
Als meu weet dat de Olzendenpolder
slechts door een laag dijkje gescheiden is
van den Molenpolder zal men kunnen be
grijpen in welken angst ook de bewoners
van dien polder zich bevinden die naar
alle waarschijnlijkheid morgen ochtend ook
onder loopt. Met den heer Verniue wonen
nog in den Olzendenpolder eenige arbei
dersgezinnen, doch ook die konden zich
redden. Vreeselijk is de verwoesting die
is aangericht in de oestercultuur. Minstens
15 oesterloodsen zijn in stukken wegge
dreven, waarbij nog komt de schade aan
de dijken en niet het minst aan de oesters
die op de banken zijn uitgezaaid, welke
meer dan waarschijnlijk onder het zand
zijn gestroomd.
Persoonlijke ongelukken kunnen tot
hiertoe niet worden gemeld.
Hansweert. Door het buitengewone
hooge water was Maandagnamiddag vier
uur alhier veel volk op den dijk. Het
water stond 4.60 boven A. P. De hoogste
waterstand alhier bekend is 4.25 boven
A. F. Op verschillende plaatsen liep het
water over den dijk, doch door spoedig
aangebrachte zakken zand enz. wist men
het water te keeren.
Wolfaartsdijk. De felle noordwesten
storm en hooge waterstand heeft ook hier
veel schade aan de zeedijken berokkend.
Vooral de dijk aan den polder Oud-Wol
faartsdijk moest het ontgelden en stond
om door te gaan. Het water sijpelde hiel
en daar door den dijk en voor de inlaag
had aan den binnenkant een oeverafsehui-
ving plaats tot een lengte van plm. 20
ellen. Den ganschen naeht is bij de plaats
wacht gehouden en wordt er heden met
ijver aan gewerkt.
Wemeldinge. Maandagavond, zooals
reeds telegrafisch is bericht, was het water
in de Schelde hedenavond van 45 uur
bizonder hoog. De burgers werden bij
klokgelui voor het dreigend gevaar gewaar
schuwd. De golven sloegen op verscheidene
plaatsen over den dijk heen. Een steenen
oesterloods staande op een steiger aan den
zeekant werd totaal verbrijzeld en het hout
biervan een eind verder aan den dijk ge
worpen. De bewoners van aan den dijk
staande huizen, brachten hun huisraad en
levende have elders in veiligheid. Aan
de Stormezand- en Verderf polders scheen
het gevaar het grootst te zijn, want op
beide plaatsen schoof een groot gedeelte
van den dijk aan den binnenkant af, en
sloegen er aan den buitenkant gaten in,
die men tevergeefs met zakken zand
trachtte te stoppen, zoodal men voor dijk
breuk vreesde, 's Avonds zes uur was bet
water reeds veel gevallen, en is men be
gonnen in allerijl te trachten den dijk te
herstellen.
Nieuwdorp. Maandagnamiddag circa
half vier uur is aan de haven Z.-Kraaiert
het tjalkschip „De Jonge C'ornelis", schip
per E. Ponne, van Kampen, geladen met
kooi, en bestemd voor Utrecht, door den
lievigen storm losgeslagen, liet schip werd
met kracht tegen de vloeipalen geworpen,
die daardoor braken, en kwam daarna op
de losplaats der kade neer. Het heeft een
groot gat, waar een man doorheen kan
kruipen, aan de roerzijde bekomen. De
opvarenden, 3 mannen en 1 vrouw, zijn
gelukkig gered.
Borsele. Maandag met het zeer hoog
watergetij is het water zoo hoog geweest
dat het buiten de oevers ging, over den dijk
spoelde en van C. Karelse, aannemer, die
een schuit sloopte, veel houtwaren weg
spoelde naar alle kusten, waardoor C. K.
groote schade lijdt, naar schatting f 125.
Tevens werd het peilschaal waarnemings
huisje van den grond gelicht, de bruggen
werden gelicht aan de kaai, enzterwijl
aan de steiger het water zoo hoog klom dat
de boot niet kon aanleggen en de passagiers
heen en terug per omgaande de reis moesten
maken.
Baarland. Maandag heeft alhier een
afschuiving plaats gehad aan den buiten
kant van den zeedijk, doordat het water
zoo hoog was, dat het over den dijk liep.
ter grootte van plm 8 M, Aan den zuid-