NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND No. 109. 1906. Donderdag 8 Februari. 20e Jaargang. GHRISTELIJK- P. Bflerckens. Buitealudsch Overzleht. HISTORISCH VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes F. F. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN VLISSIKtiEN. X3:^3T QEZAG-. Jan Uieuwenhuyzen en zijne stichting. wed 1F.DEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p. p1,25. Enkele nummers0,025. UITGAVE DER FIRMA EN VAN van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent. Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Voor een lid van den gemeenteraad (vacature-Loois) steunen wij de candi- datuor van den bekwamen arts, volles- man en Statenlid De rnensehelijke samenleving wordt door gezag bijeengehouden. Wat de cohe sie, de saambindende kracht der moleculen, teweeg brengt in betrekking tot het voor werp dat uit moleculen is samengesteld, dat is het gezag in zedelijken zin. Zonder het gezag zou de samenleving uiteen vallen en schrikkelijk te gronde gaan. Wat is gezag Gezag is afgeleid van zeggen en duidt op zeggenschap. Gezag is derhalve niet hetzelfde als macht. Macht ziet op de uitwendige oorzaken waardoor de eene mensch den ander be- heerseht. Gezag doelt meer op zedelijke kracht en geestelijk overwicht die den mensch tot meerdere maakt van zijn naaste. Een kleine zwakke vrouw beheerscht haar grooten, forschen sterkgebouwden man niet door hare lichaamskracht of stof felijke meerderheid, maar door haar zede lijk overwicht. Zij heeft gezag, zeggen schap over hem door het imponeerende van haar optreden. Die kalme blik, dat zachtmoedige woord temt hem en houdt hem onder. Een tenger moedertje van 50 jaar oefent wel degelijk gezag, zeggenschap over haar grooten flink gespierden 18-jarigen zoon, echter niet door hare materieele macht, inaar door haar meerderheid van geest en verstand. Als hij niet doen wil wat zij zegt, staat zij uitwendig machteloos doch zij leidt hem, door hare godsvrucht en zachtmoedigheid beheerscht zij hem en heeft hij ontzag voor haar. Als de zonde niet in de wereld gekomen was, zou er ook wel ouderlijk gezag ge 4 FEUILLETON. Slot. In den loop van ditzelfde jaar werd ook in Zeeland's hoofdstad een departement opgericht.Vele plaatsen volgden Middel- burg's voorbeeld, ondanks de laster, dat de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen het Op Dinsdag den loden van Wintermaand 1793 vereenigde zich een elftal mannen uit de welgestelde burgerklasse, ten huize van dhr. Jacobus Watervliet op de Heerengracht, om over de oprichting van een departement Mid delburg van gedachten te wisselen. Deze heeren warenJohan Andriessen, dr. Leonardus Mus, Jacobus Watervliet, Johan Cor nells Andriessen, Johannes Nicolaas Damen, Willem Joseph v. d. Heyden Sinclair, Johan Albrecht Hicken, Abraham Luteyn, Alexander Johan Sinclair, Abraham de Ligny, Jacobus Hendrik v. d. Sloot. Op genoemde samenkomst werd besloten te Middelburg eene aldeeling op te richten, om alzoo mede te werken tot het verspreiden van degelijke kennis onder de lagere volksklas sen. Er werd een bestuur benoemd, waarvan dhr. Watervliet secretaris werd. Onder de latere bestuurders treffen we verschillende in vloedrijke mannen aan, als Sinclair, v. Deinse, Luteyn, Lantsheer, Snouck Hurgronje, v. Ber- lekom de Stoppelaar, De Kanter enz. Als ho norair bestuurder trad sinds 1849 tot aan zijn dood op dhr. David Borking Gz., een alge meen geacht kostschoolhouder te Middelburg, wonende in de Bogardstraat, naast de toegang poort van de voormalige brouwerij De dry tonnekens (op de plaats van 's mans woning staat thans eene Gereformeerde kerk). Des zomers en vooral in de vacantiën genoot de werkzame ^monsieur Borking" op zijn lande lijk bedri;i Klein-Sion aan den Noordweg. Zie verder over het departement Middelburg ^Geschiedenis van het Departement Middel burg der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen" floor F. Nagtglas. weest zijn, dock geen ouderlijke machts oefening. Deze laatste is vrucht der zonde. liet begrip gezag sluit derhalve het be grip macht niet noodwendig in. Het kan er buiten. Wij zeiden reeds dat het gezag onmis baar is. Als de onders 'geen gezag over hunne kinderen hadden, zou dit leiden tot schro melijke verwarring, het huisgezin zou uit eenvallen, de kinderen zonden hun on geluk tegemoet gaan. De kleinsten liepen ongetwijfeld den dood tegemoet. Wie er het leven afbrachten, zouden toch in ge vaar blijven van het t'avond of morgen te verliezen. Zij toch zouden, hetgeen men in een oud hollandsch spreekwoord noemt „in zeven slooten tegelijk loopen". En gelijk in een huis zoo zou het in een land gaan. Een volk dat naar het gezag niet meer luistert gaat te gronde. Er moet gezag zijn. Er moet, er moet overal, er moet overal gezag zijn Doch gelijk wij in een vorig artikel reeds opmerkten, volstrekt gezag van mensch op mensch bestaat niet. Alleen de Ileere heeft absoluut, volstrekt, onbegrensd gezag. Alle gezag dat door menschen ge oefend wordt, is betrekkelijk, begrensd. Zoo groot kan het gezag van een vorst over zijn onderdanen niet zijn, zoo ver kan ziju gezag zich niet uitstrekken, of hij ziet telkens weer dat dit gezag begrensd is. De Gzaar van Rusland, schoon tot kort geleden als een god aangebeden, on dervindt het thans op gevoelige wijze. En dan welk vorst heeft ooit gezag uit geoefend over het denken, over den geest. Geen enkel vorst heeft dan ook souve- rein gezag. In oorlogstijd is het gezag van den generaal over een soldaat zeer groot, en dat moet. Hij kan hem verscheidene dagen ergens op post zetten. Maar in de natuur en in de kracht van den soldaat vindt de bevelhebber de grens voor zijn gezag. Want de schildwacht kan 't ten slotte niet meer uithouden en zal er bij neervallen, en het gezag over hem is uit. geheim oogmerk had om de kerkleer te ondermijnen en daartoe zelfs een vervalsch- ten Heidelberger Catechismus zou hebben uitgegeven. Door kwaad en goed gerucht zette de Maatschappij haren arbeid voort. Moest zij in den loop der tij den vele invloed rijke leden, onder wie ook de vader dei- Maatschappij, Jan Nieuwenhuyzen, door den dood verliezen, andere niet minder ge waardeerde mannen kwamen in de plaats. Onder veel blijken van belangstelling werd 16 Nov. 1809 het 25-jarig jubilé der Maat schappij gevierd in tegenwoordigheid o.a. van Z.Exc. den Minister v. Binnenl. zaken, den Inspecteur-Generaal van het lager Schoolwezen en den heer Burgemeester van Amsterdam. Bij die gelegenheid werden tot algemeene leden van verdienste benoemd de beide medeoprichters Johannes Albertus Hoekstra, predikant bij de Doopsgezinden te Hamburg en Altona en dhr. Jau Roos te Edam, alsmede de eerste medebestuurder Jan Lucas Loggen te Schiedam. Doch daar liet in geenen deele ons doel is, zij het ook in korte trekken, de geschie denis der Maatschappij tot op heden te ver halen, kunnen wij gevoegelijk van dit onderwerp afstappen. Alleen willen wij nog melden, dat in den loop der tijden de sympathie voor Jan Nieuwenhuyzen's stichting doorgaans niet minder werd, hoe wel haar ledental, zoowel als het aantal harer afdeelingen wat trouwens een ge woon verschijnsel is bij iedere stichting aan eb cn vloed onderworpen bleef. De departemale besturen hielden er den moed nog al in. „Onze Maatschappij Tot Nut van 't Al gemeen", zoo_ sprak bij het begin van 1867 de voorzitter van het Middelburgsche departement, „onze Maatschappij, hoewel oud, is nog niet afgeleefd. Ze werkt steeds voort met immer jeugdige kracht aan de bevordering van alles wat onze eeuw Het gezag van den vader is al evenzeer begrensd. Hij kan zijn zoon wel allerlei lasten opleggen, doch wanneer deze zoon zich met zijn gehoorzamen een ziekte op den hhls heeft gehaald, dan heeft ook het gezag van dien vader een eind genomen. Of wanneer deze zijn zoon oplegt om voor een of ander vak ie leeren, en de zoon blijkt te zwak van hersens of te beperkt van verstand daarvoor, dan is het vader lijk gezag zijn grens genaderd in de ver mogens van den knaap. Zelfs is het gezag van den mensch over het dier niet onbeperkt. De baas kan den ezel zware lasten opleggen, den hond tot allerlei africhten, het paard tot allerlei werk gewillig maken, wat baat het echter wanneer zijn dier onder den last bezwijkt, of door ouderdom het opgeeft, of aan toom en teugel ontsnapt, daarheen loopt, zijn meesters veld vertreedt en hemzelven wondt. En ook over de levenlooze dingen is het gezag van den mensch zeer begrensd. Bij sneeuwstormen breken de draden van den electrischen tramweg en weigeren de wagens hun dienstgeeft de locomotief van den spoortrein het op en luistert geen vaartuig meer naar het roer. Zelfs voor de kleinste voorwerpen blijft het menschelijk gezag niet zelden staan. Een moertje, een schroefje, een haakje in het ongereede, is vaak oorzaak dat fiets of tuf of kanon of torpedo zijn dienst weigert of den gezag voerder zeiven in het ongeluk stort. Neen, alleen in God is souverein gezag. Hij heeft dat, omdat Hij alle ding schiep en er derhalve de vrije beschikking over heeft. Het kan Hem, als zijnde absoluut aan Hem onderworpen, in het volbrengen van Zijn wil niet in den weg staan. Zoo belijden wij dan dat de bron van het souvereine gezag alleen is in God Almachtig. En ons anti-revolutionair program van beginselen voegt er bij Niet in den volks wil, noch in de wet, maar alleen in God vindt zij de anti-rev. partij de bron schoons en edels oplevert". En nog heden ten dage, ondanks de veranderde tijds omstandigheden leeft de oude Maatschappij van Jan Nieuwenhuyzen haar oude leven nog voort, zinnende en peinzende over „volksverlichting' en „volksgeluk", als het ideaal harer v/enschen. Dit ideaal trachtte zij van af het begin door verschillende middelen te verwezenlijken. Vooreerst door het uitgeven van werken en werkjes betreffende godsdienst, zedekunde, opvoe ding, huishoudkunde, natuurkunde en natuurlijke historie2). Over verschillende onderwerpen werden prijsvragen uitge schreven en de beste verhandelingen daar over ingekomen met goud bekroond. Voorts liet de Maatschappij zich veel gelegen liggen aan de verbetering van het schoolonderwijs en trachtte zich daartoe den steun te verzekeren van de toenmalige regeeriDg. Hot program van vverkzaam- 2) Als een staaltje van de soort volgen hier enkele titels. Over Gods bestaan, Vriendschap met God, het karakter van Jezus, Karakterschetsen van eenige hoofdpersonen des Bijbels, Onderzoek of men de kinderen behoort te leeren bidden en danken, de Godsdienst, geen beletsel voor geoorloofd Vermaak, liet belang der ware Volksverlichting, over den invloed der Naar stigheid, zedekunde in voorbeelden en verhalen, Volksliedjes, voorts werkjes het schoolwezen betreffende als spel- en leesboekjes, school boekje van Nederlandsche deugden, Gronden der Nederduitsche sprake, geschiedenis van Jozef, van Jezus, levensbijzonderheden der Apostelen, zedekundig schoolboek, schoolboek der geschiedenissen van ons Vaderland, als mede Natuurkundig schoolboek, enz., enz. Zelden werd in de uitgegeven verhandelingen de echte volkstoon aangeslagen. Naar den trant der dagen was beide vorm en inhoud. Terecht heeft men gezegd zelfs van bevriende zijdevjan Salie mocht er in bladeren, Jan Cordaat was er afk,eerig van". van het souvereine gezag, en verwerpt mitsdien 't beginsel van volkssouvereiniteit Nog slechts af en toe koml er uit een enkele plaats in Rusland ceja bericht het welk herinnert dat de revolutie in stilte nog werkt. Zoo zijn gisterennacht te Odessa in een voorstad ettelijke bommen ontploft, waardoor een verdieping' van het huis vernield, twee kinderen gedood en acht personen zwaar gekwetst zijn. De eigenaar der bommen, die eveneens zwaar gekwetst werd, verklaarde dat hij de bom men gereed hield öm een aanslag op de politie te plegen. Ook zijn een pantserschip en twee kruisers naar Anapa in den Kaukasus ver trokken, omdat die stad in handen der op roerlingen is. In Bakoe gaat geen dag voorbij zonder eenige aanslagen. Men is dan ook vérre van gerust dat de opstanden nog niet eens terugkeeren zullen. De adelsmaarschalk Van Moskau Troe- betskoi heeft in een interview verklaard, dat hij in het voorjaar een scherpe agra rische beweging verwacht en dat het z. i. bij de landverdeeling tusschen de boeren zelfs tot bloedige gevechten zal komen. Wanneer nu de generaals dien terug keer door hun schuinsche optreden maar niet verhaasten Herinnert men zich generaal Orlof, wien de nederlaag der Russen bij Liau-jang werd toegeschreven? Hij heeft getracht zich te rehabiliteeren. Zondag kwam Orlof aan te Riga, met de opdracht, de orde te herstellen. Terstond begon hij, zonder blijkbare aanleiding, de Polytechnische school te bombardeeren. Er zijn tal van dooden en gewonden. Natuurlijk kan hier sprake zijn van een min verstandige volvoering eener opdracht. De regeering althans geeft herhaaldelijk blijk van vastberaden verzoenings- en hervormingsgezindheid. heid te dien opzichte hield niet minder in dan voorslagen tot hel oprichten van Kweekscholen voor onderwijzers der jeugd, op 's lands kosten, verbetering van het inkomen der schoolonderwijzers, drang- middelen tot het geregeld ter school zen den door de ouders van hunne kinderen. Ook bevorderde de Maatschappij zooveel doenlijk het oprichten van werkhuizen voor behoeftigen en hulpbanken voor min vermogende ambachtslieden, de verbete ring van het openbaar tooneel, het weren van zedelooze vertooningen en van het zingen van zedebedervende liederen, de verbetering van gevangenissen, het op richten -fan volksbibliotheken en spaar banken, een rijk program alzoo, alles in overeenstemming naar men meende inet het doel der Maatschappij, om „onder de minbeschaafde klassen de zaden te ver spreiden, van die deugden, en de eerste beginselen van die kundigheden, welke door elke gezindheid, den godsdienst be lijdende, en door elk Gouvernement, aan genomen en erkend zijn". Ze mocht zich dan ook, vooral in den eersten tijd van haar bestaan in den steun van het gouvernement verheugen3). Zelfs Napoleon legde op eene audiëntie te Amsterdam tegenover het hoofdbestuur 3). De commissie, door de Nationale verga dering in 1796 benoemd tot het vormen van een *Plan van Nationaal Onderwijs" stelde zich met het Hoofdbestuur der Maatschappij in verbinding om opheldering te verkrijgen aan gaande een aantal gestelde vragen. Dit gaf de Maatschappij aanleiding tot het opstellen van »Algemeene denkbeelden over het Nationaal Onderwijs". Ook verklaarde later in 1805 de Raadpensionaris, geen reden te vinden, »waarom de Maatschappij zich niet, bij voortduring, zou mogen vleien met de begunstiging van hare oogmerken en de medewerking daartoe van het landsbestuur. Nu weer heeft de ministerraad besloten, in de scholen Joden op gelijken voet toe te laten als alle andere Russen, zonder beperking van de verhouding tot liet ge- heele aantal leerlingen. De orthodoxen de voorstanders dei- oude door de regeeriug geprivilegieerde Staatskerk zijn natuurlijk verontwaar digd, en verwijten der regeering, gedwon gen te zijn tot deze toegeeflijkheid, om den steun der groote Joodsche bankiers in het Wasten te winnen voor haar lee ningen. De regeering heeft echter terecht be grepen dat wie vertrouwen wil wekken be ginnen moet met vertrouwen te schenken. Het tegengestelde doet het ministerie in Frankrijk. Na de doordrijving dei- wetten tot scheiding van Kerk en Staat begint zij thans met groot geweld aan deze wetten uitvoering te geven, metter daad bewijzende hoe zij den godsdienst en in dezen de kerk die geacht wordt de bewaarster van den godsdienst te zijn, haat met een doodelijken haat. Zij dit anticlericalisme een waarschuwing ook voor andere volken. Want het liberalisme in andere landen is geen haar beter. Alleen maar het durft en het kan niet zoo als in Frankrijk. Daar toch heeft het de macht. Daarom treedt het zoo brutaal op, al is 't ook dat wij ten zeerste het dadelijk verzet der katholieken afkeuren. Hun be ginsel had hen moeten dwingen de be- rooving hunner goederen door de wet te dragen en alleen te protesteeren langs wettelijke middelen. Gelijk de clericale Kamer-afgevaardigden. Deze toch moeten nog eerst hebben getracht, van de regee ring schorsing der inventarisatie in de kerken te verkrijgen, maar de minister president Rouvier heeft den député Berry terstond verzekerd, dat de scheidingswet zonder oponthoud of uitzondering uitge voerd werd. Scherpe en verscherpte tegenstellingen van blij venden aard zullen van deze weder- eene ongewone minzaamheid aan den dag. „On m'a dit beaucoup de bien de vous", zoo sprak de man, die niet gewoon was te vleien tot de vertegenwoordigers der Maatschappij. En Napoleon kon met recht zoo spreken. Hoog werd reeds toen de invloed aange slagen van Nieuwerihuizen's stichting. In hoogdravende taal werd allerwegen in stad en dorp, zelfs door heeren bestuur ders, het nut van het Nut besproken en den volke verkondigd. Verlichting en beschaving volgden overal haar spoor, aan bijgeloof en volksveroordeelen maakte om zoo te zeggen de Maatschappij een einde, overal werd het twistvuur gebluscht, een algemeene verbroedering van Christenen was merkbaar. Later is dit oordeel wel wat gewijzigd en de beteekenis van de Maatschappij tot Nut van 't algemeen tot behoorlijke gren zen teruggebracht. De thermometer daalde van bloedwarm wel niet op vorst,' maar dan toch op matige warmte. En in meer dan eene gemeente van ons vaderland" is de afdeeling van de eens zoo bloeiende Maatschappij der verdwijning nabij cn is men genoodzaakt ze met kunst- en vlieg werk in stand te houden. Dit verschijnsel staat niet op zichzelf, maar is mede een gevolg van de algemeene wet, dat voor alles een bestemde lijd is. Intusschen meenden we het niet onge past bij den naderenden herinneringsdag van Jan Nieuwenhuyzen, vaderen voedster heer der bedoelde" Maatschappij tot Nut van 't Algemeen onzen lezers eenige mede- deelingen te doen aangaande 's mans per soon en werk. Reeds een eeuw rust zijn stoffelijk overschot in de kerk te Monni kendam. Hel werd daar den derden Maart 1806 begraven. anjo, 5 kker an J. van van van van te de ge- de in CR. nen zen ^er- GE. ïel- len vd- ten ,ee E, U 1,

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1906 | | pagina 1