NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
No. 101. 1906
Dinsdag 30 Januari
20e Jaargang,
HISTORISGH
CHRISTELIJK-
Buitenlandseb Overzicht.
HET CALVINISME.
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ. te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
n
1EDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p. pR25.
Enkele nummers0,02s.
UITGAVE DER FIRMA
EN VAN
van I5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
De naam Calvinist is sinds Calvijn, iu
verschillende landen en tijden in gebruik
geweest in verschillende beteekenis.
De leden der Gereformeerde Kerk in
Hongarije en Frankrijk worden onder dien
naam als secte aangeduid. Ook zelfs zij
die reeds lang met de belijdenis van Cal
vijn gebroken hebben. Zoo is Calvinist
derhalve eigenlijk een scheldnaam, gelijk in
ons land de naam Scholtiaan aan de eerste
Afgescheidenen smadelijk gegeven werd.
In Frankrijk was 't nog in den laat-
sten tyd de jodenhater Thiébaud, die,
niet minder smadelijk „Joden en Calvi
nisten" als de twee anti-nationale machten
tegen de macht van den nationalen geest
brandmerkte.
Een ander gebruik dat ten onrechte van
den naam Calvinist gemaakt wordt, is ont
leend aan een bepaald punt der belijdenis.
Men noemt Calvinisten, ook in ons land
in sommige kringen is dit gebruik niet
vreemd de zoodanigen die beslist vast
houden aan het dogma der Voorbeschik
king. Met dien naam duiden zij 'dan die
belijders aan als een soort bekrompen
lieden, die het christelijk element in de
leer niet hebben gegrepen, en als zoo
danig nader aan de volgelingen van Mo
hammed als aan de discipelen van den
Christus staan. Een onrecht dat deze be
lijders gaarne dragen, cewijl het hun een
eer is in dezen de Schrift tot bondgenoot
te hebben.
Ook aan sommige Baptisten en Metho
disten wordt deze naam gegeven. Een
zeer ongepaste naam, dewijl Calvinisme
en Methodisme, kerkelijk gedacht, zich
op voorgang van Calvijn zeiven, niet ver
staan kunnen.
Maar buiten dit sectarisch, confessioneel
en kerkelijk gebruik van dezen naam,
geldt hij nu bovendien nog als weten-
scliappelijken term, deels in historische,
deels in philosophische, deels in staat
kundige beteekenis.
Historisch spreekt de wetenschap van
Calvinisme in tegenstelling van 'Luthersch
of Sociniaansch.
Wijsgeerig heeft zij het oog op het stel
sel van begrippen dat zich op meer dan
één gebied onder den invloed van Cal-
vijns geest tot heerschappij verhief.
Eindelijk als staatkundige naam is het
Calvinisme die beweging, welke de vrij
heid der volken in het grond wettel jjk
staatsleven bevocht en waarborgt, gelijk
dit eerst in Holland, daarna in Engeland,
eindelijk in N.-Amerika verkregen werd.
En dan dient wel onthouden te worden,
dat de Calvinisten in staatkundig weten-
schappelijken zin, niet zichzelf dezen naam
hebben gegeven maar dat ook niet-chris-
telijke schrijvers, tegenstanders van het
Calvinisme, het met dezen naam bestempeld
hebben.
Zoo doen het onder anderen Fruin en
Bakhuizen v. d. Brink.
Zij, en nog meerderen, getuigen onom
wonden dat het Calvinisme de straks ge
noemde natiën tot vrijheid en tot bloei
heeft gebracht.
Ook Zuid-Afrika heeft een tijd onder en
door dat Calvinisme gebloeid. En de tijd
zal ook voor Zuid-Afrika leeren gelijk hij
het voor Nederland heeft geleerd, dat het
Calvinisme wel tijdelijk onderdrukt kan
worden, doch weldra weer ademhalen, op
bloeien en veld winnen zal.
Het Calvinisme met zijn vrije levens
ontwikkeling, heeft ten allen tijde verschil
lende schakeeringen verstuwd, die men
vergelijken ban met den door kunstlicht bij
avond verlichten cirkel, waaromheen min
der verlichte kringen zich scharen, tot ten
laatste de uiterste cirkel zich in zwak licht
vertoont. Zoo was er in zijn boezem strijd
tusschen zuivere en min-zuivere ontwik
keling, doch onder al deze processen brak
zich het Calvinisme toch aldoor baan.
Het Calvinisme deed dan ook meer dan
een nieuwen kerkvorm te scheppenhet
openbaarde zich op ieder gebied,
Tot de kennis en waardeering van het
Calvinisme heeft men pas na jarenlange
studie in geslachten kunnen geraken.
Onze vaderen waren niet wijsgeerig aan
gelegd. Maar dit wisten zij hun strijd ging
om de eere Gods en een gezuiverd Chris
tendom. Hiertegenover stelt zich vierkant
de Revolutie, gelijk zij in 't laatst der 18e
en in de 19e eeuw in de geschriften der
Fransche en Duitsche wijsgeeren openbaar
werd. Tegenover de eere Gods van het
Calvinisme stelt het humanisme de eere
van den mensch. Tijdelijk scheen zij te
zegevierendoch de kleine kern van ge
trouwen wij nemen alleen en in de eerste
plaats Bilderdijk hield stand en steeds
breeder werden de rijen die tegen het Mo
dernisme en Liberalisme principieel positie
kozen.
De beide richtingen Revolutie en
Evangelie Humanisme en Calvinisme
gingen uiteen op deze drie puntenonze
verhouding tot God; onze verhouding tot
den menschonze verhouding tot de wereld.
Wat onze verhouding tot God aangaat,
onderscheidt zich het Calvinisme van het
paganisme, het islamisme en Rome. De
paganist zocht God in den mensch. De
Mohammedaan isoleert God van den
mensch. Rome stelt God en mensch in mid-
delijke gemeenschap. Maar het Calvinisme
proclameert de hooge gedachte dat God,
hoog boven alle schepsel staande, toch
onmiddellijke gemeenschap metdatschepael
heeft door den Heiligen Geest.
Scherper dan Luther, schoon deze als de
baanbreker behoort geëerd te blijven, heeft
Calvijn op dit terrein de lijnen getrokken,
en doorgetrokken.
Ook voor wat de verhouding van mensch
tot mensch aangaat.
Zocht de heiden God in het schepsel, van
zelf kwam hij daardoor tot verschil van
hoogheid bij de menschen en werkte dit
uit in goden en halfgoden.
Onder den islam die God van den mensch
losmaakt, wordt de vrouw de slavin van
den man.
Rome, dank zij haar Chiistelijken wortel,
komt deze onderscheiding te boven, doch
maakt ze betrekkelijk door haar voorstel
ling van hiërarchie.
Het modernisme, alle verschil wegcijfe
rend komt tot de gelijkheid van man en
vrouw, van allen.
Het Calvinisme heeft begrepen dat het
menschelijk leven rechtstreeks voor God
staat, en dus alle menschen van wat rang of
staat ook, gelijk staan, dan alleen hierin
niet dat de een van Godswege gezag over
den ander uitoefent.
En eindelijk wat aanbelangt onze ver
houding tot de wereld heeft de Calvinist in
tegenstelling met anderen, beseft dat gelijk
de mensch het afschijnsel is van Gods
beeld, de wereld de schepping Gods is
zoodat er is een bijzondere genade die de
kerk bewaart en een algemeene genade die
de wereld voor inzinking behoedt. Onder
de bedeeling dezer algemeene gratie bloeit
het huisgezin op ontplooien handel en
nijverheid hun kracht; en bloeien kunst
en wetenschap zelfstandig:, op.
Niet de wereld, maar het kwaad in die
wereld is vervloekt, niet de zondaar, maar
de zonde wordt derhalve gehaat. Kortom,
het Calvinisme heeft een ander beginsel in
de wereld ingedragen en heeft zich daar
door vele vrienden gemaakt, maar ook vele
vijanden. Toch heeft het in den strijd om
recht en vrijheid de gedaante des lands
zeer ten goede veranderd.
De Germaansche landenDuitschland,
Engeland en Holland staan hierin gunstig
tegenover de RomaanscheFrankrijk,
Spanje en Oostenrijk.
Het Calvinisme in de historie is dus meer
dan een sectarische,kettersche of kerkelijke
naam. Het is een macht, een heerschend
beginsel.
29 Januari 1906.
De Heraut bevat de opgave van het
bij «en gebraohte voor het Jubileum-fonds
bij het 25-jarig bestaan der Vrije Uni
versiteit.
Het totaal bedrag der ontvangsten is
f 104.592.86.
Zeeland heeft daartoe bijgedragen
f 1.978.75. Noord-Holland staat het hoogst
op de lijst met f 18.128.36, Zuid-Holland
volgt met f 17.830.65. Limburg staat het
laagst met f 2.50 en dan volgt Drenthe met
f658.96 en Noord-Brabant met f798.78.
Daartusschen liggen Friesland en Gro
ningen elkander zeer nabijkomend. Fries
land met f 8.634.36* en Groningen met
f8.389.985, Utrecht met f5.367.06, Gel
derland met f 4.535.59s en Overijsel met
f 2.400.37.
Uit respect voor onze lezers hebben wij
hun onkundig gelaten van het aanhoudend
persgekijf tusschen unionistische en vrij
zinnig democratische bladen over de op
lossing der kabinetscrisis de vraag of de
vrijzinnig democraten daarbij al dan niet
gekend zijn of Borgesius 't geweten heeft
van Kraus alvorens hem in 't vrijzinnige
kabinet op te nemen enz. Het leukst van
al is wel dat de Haagsche-briefschrijver
der Zutfensche Courant bij mr. Borgesius
op visite is geweest on in zijn blad nu
komt oververtellen wat deze kabinets
formeerder wel heeft willen loslaten. En
mr. Borgesius en de Haagsche-briefschrij
ver van de Zutfensche zijn één. Het is één
en dezelfde persoon.
Dat hiermee oolijke persbroeders van
dezen briefschrijver een loopje nemen, is
te begrijpen.
Een hunner, zekere „Rudolf", schrijft in
zijn brief uit de Hofstad aan de Arnh. Ct.
De beschouwingen in diverse bladen over het
zonderlinge interview van den Haagschen cor
respondent der »Zutphensche Ct.", met den kabi-
netsformeerdèr, mr. Borgesius, herinnert mij een
oude anecdote, die zich jaren geleden in de Kal-
verstraat te Amsterdam zou hebben afgespeeld.
Dailr kwam de kolonel van een der regimenten
een zijner officieren 's middags omstreeks 2 tmr
in burgerkleeding tegen. Op hem toegaande
vroeg de commannant»Meneer, wie geelt u
permissie op dit uur hier inpolitiek te wandelen?"
De ander, niet van vrijmoedigheid misdeeld,
antwoordde /Meneer, dat is toch kras, u bent
nu al de derde, die mij aanspreekt en mij blijkbaar
voor mijn broeder aanziet". De kolonel zegt
/Pardon, dan zal ik u niet langer ophouden".
Maar den volgenden morgen ontbiedt hij den
bewusten luitenant op 't rapport en zegt hem
/Meneer, u moet uit mijn naam aan uw broeder
zeggen, dat, als ik hem nog eens vóór vieren
in burgerkleeding tegenkom, ik u met vier
dagen arrest zal straffen".
Iets dergelijks zou mr. Borgesius ook kunnen
overkomen, dunkt me.
Een kabinet, welks vader zich zoo be
lachelijk maakt dat zelfs zijn eigen vrien
den zich niet meer kunnen inhouden, kan
onmogelijk een lang leven zijn toegedacht.
Maar arme Borgesius, waar haal je
dan je tweede stelletje van daan
Het bovenstaande wordt nog versterkt
als men in het Haagsch Weekblad een vers
leest, waarin de heer Borgesius sprekende
wordt ingevoerd. Wij knippen er het
volgende uit, omtrent den loop der onder
handelingen na het vertrek van mr.
Drucker naar Zwiterland
Intusschen ging de tijd al dringen,
De clericalen gingen zingen
En jubelden hij lapt het niet
'k Had dagelijks weer meer verdriet.
Met Oorlog heb ik veel geleden,
Totdat ik Staal wist t'overreden,
Dat wat hij tot dusver niet zag
't Volksleger in zijn richting lag.
Ook had ik last met Waterstaat,
Ik kreeg het haast met Kraus te kwaad,
Toen ik hem trachtte te bewijzen,
Dat hij naar Chili best kon reizen,
Als hij, een ingenieur zoo knap,
Aanvaardde het Ministerschap/
Vijf maanden riep hij uit den lande
Vijf maanden, is dat heusch geen schande?
Och, zei 'k, ge kunt uw gang best gaan,
Zoo lang blijft 't Kabinet niet aan!
Maar erger was op 't laatst moment,
Toen 't Kabinet al werd bekend,
I.iet plots van Hamel me in den steek
Zoodat snel handlen noodig bleek
Om mij te redden uit den brand
Nam ik de pen en schreel parmant
Och toe, van Raalte, help me gauw,
Justitie is geknipt voor jou
/Daar moet 'k mijn club eerst over hooren",
Was zijn bescheid. Mij kwam ter ooren
Dal in die club toen is gezegd
Met ons is nimmer overlegd,
En zegt ge dus komaan, allo
Dan is dat voor je risico.
Natuurlijk, werk je in onze lijn
Dan zullen wij tevreden zijn
En graag je steunen, beste man.
Toen zei hijtop, ik neem het An.
Nu vraag ik weerheb 'k geen gelijk
En geeft dat alles weer geen blijk
Dat hier vergaderd is en dat
Van Raalte volle instemming had
Toen hij het ambt heeft geaccepteerd.
Komt dus niet uit wat 'k heb beweerd,
Dat voor dit gansche Kabinet
Dat ik heb in elkaar gezet,
Ook de vrijzinnig-democraten,
Hoezeer zij ook die stelling haten,
Zoo verantwoordelijk zijn als ik?
Dat. zeg ik tot mijn laatsten snik.
Overbekend is bet, dat de ontevreden
heid, chronisch in onze hedendaagsche
maatschappij leeft, zich wel het meest
openbaart onder de schepelingen bij de
Marine. De Matrozenbond aan de eene
zijde en het gezag aan de andere zijde
bestoken elkander zoo heftigals'tmaar kan.
De Minister van Marine, zeker gedaehtig
aan het spreekwoord, dat het met onwillige
honden kwaad hazen vangen is, heeft ver
lof gegeven aan hen die tegenzin in den
Marinedienst openbaren om te vertrekken.
Opmerkelijk dat het ook hier weder gaat
als altijd.
Twintig slechts hebben zich tot vertrek
opgegeven. De commandanten hebben deze
ontevredenen nog drie maanden bedenktijd
gegeven. Niet onmogelijk dat dit kleine
getal nog slinken zal.
Haarlem zal zich weldra mogen ver
heugen in een schilderijen-museum, dat de
werken van zijn beroemde meester Frans
Hals op waardige wijze zal bewaren en
openbaren.
De gemeenteraad stemde toe in een
uitgave van twee ton voor dat doel.
In Zwolle wil men een plaats bereiden
voor alles wat nog machtig te worden is
van den Middeneeuwschen Kerkleeraar
Thomas a Kempis.
Daartoe vereenigden zich een aantal
kenners onzer historie of, in religiensen
zin, navolgers van den man die op onna
volgbare wijze de Navolging van Christus
schreef.
Te Zwolle is een Thomas a Kempis-
vereeniging opgericht. Verschillende ver
eerders van deze groote figuur in de ker
kelijke wereld der 15e eeuw, namen daartoe
het initiatief. Onder degenen, die voor dit
doel samenkwamen, behooren behalve er
kende kunstkenners en theologen, ook le
den van ons hooger-en lager huis. Vogels
van diverse pluimage alzoo. Naast de
heeren Hoefer, De Stuers, Cuypers zag
men o.a. baron v. Dedem, dr. Franssen,
prof. v. Veen, prof. Bouman alsmede pater
Bonaventura Kruitwagen.
Doel der vereeniging is om, behalve
het bijeenbrengen van een verzameling
van de verschillende uitgaven van 's mans
werken en de werken over hem geschreven,
ook van schilderijen en prenten op hem
betrekking hebbende, en voor zoover mo
gelijk van alles wat verband houdt met
de zoogenaamde moderne devotie der 15e
eeuw, waarvan Thomas a Kempis de meest
bekende figuur is.
Tot heden is er in de stad, waar de
schrijver van de „Imitatio Christi" bijna
zijn geheele leven heeft doorgebracht, al
heel weinig te vinden, dat de herinnering
aan hem verlevendigt. Alleen een monu
ment in de St. Michaëlkerk aldaar is een
hulde, die men hem vroeger heeft gebracht.
Ook in het naburig België ijvert men
voor invoering van leerplicht. Te Ant
werpen hebben enkele volksvertegenwoor
digers, liberaal en socialist te gader, op
eene meeting de wenschelijkheid van leer
plicht betoogd. Het is geen politieke
kwestie, zeiden deze woordvoerders, maar
een van nationaal belang. Een hunner
trachtte zelfs met voorgelegde statistieken
te bewijzen, dat in België het aantal mis
drijven evenredig is gebleken met het
aantal ongeletterden.
Ook wij kennen hier te lande dit versleten
argument, van omstreeks een halve eeuw
geleden: „Wat wij aan het onderwijs uit
geven, halen wij op de gevangenissen uit",
schreef prof. 0. W. Opzoomer in 1860.
We weten helaas nu wel beter. Kennis
of ontwikkeling is niet het grootste wapen
tegen de ondeugd, al stellen we beide op
hoogen prijs en geven we volmondig toe
dat in dezen tijd van stoom en electrici-
teit bij uitnemendheid, de plaatsvervan
gers van lichamelijke kracht, inzonderheid
in industrieels landen, een verstandig en
ontwikkeld werkman nog minder dan vroe
ger gemist kan worden.
Het vereenigingsleven bloeit, ook ten
onzent. Maar toch nog niet zoo sterk als
in Engeland. Daar heelt men nu werkelijk
vereeDigingen voor alles en nog wat.
Nu is er een vereeniging geboren tegen
te vroeg begraven.
Rondtrekkende redenaars zeggen, dat ook
deze voldoet aan een bestaande behoefte.
Soit
Nu de Engelsche verkiezingen en de
Russische troebelen over zijn, valt er op
politiek gebied weinig meer voor dat de
aandacht trekt.
Heden is 't de laatste dag der verkie
zingen, zoodat morgen de einduitslag' kan
worden opgemaakt, tenzij- de uitslag dei-
stemming op de Faroër- en Shetlandsche
eilanden wat lang onder weg blijft.
De uitslag heeft echtar de sterkste ver
wachtingen overtroffen. De liberalen heb
ben een meerderheid van 110 stemmen
over de andere partijen te zamen. Voor
hunne geestverwanten in de Nederlandsche
Kamers om van te watertanden.
Van de 670 zijn er nu 666 leden van
het Lagerhuis gekozenen wel 386 libe
ralen en 280. De rechte getallen komen
echter eerst openbaar wanneer de stembus
op de straks genoemde eilanden zal ge
sproken hebben. Het zal _derhalve vrij
zinnige wetten kunnen gaan regenen tenzij
de wind die uit het conservatieve tory-
Hoogerhuis waait, dien regen mocht tegen
houden.
Oud-minister Balfour zal dan toch nog lid
van het Lagerhuis worden.Een der vertegen
woordigers der City Gibbs bood hem
zijn zetel aan dien hij gracieuselijk aanvaard
de. Binnenkort moet dus een nieuwe stem
ming in dat district plaats hebben. Maar
dat zal niet zoo spoedig zijn. Wel zal hij
zonder stemming verkozen verklaard wor
den doch mr. Gibbs moet eerst nog for
meel zitting nemen in het nieuwe Parle
ment alvorens hij zijn zetel kan ontrui
men, en dan moeten er nog tal van
formaliteiten plaats vinden vóór mr. Bal
four weer het recht krijgt het Lagerhuis
binnen te treden. Vóór het zoo ver is zal
dus het Huis reeds goed en wel gezeteld
zijn en de ex-premier zal, als ware hij de
eerste de beste aankomeling door twee
andere leden van den zaaluitgang naar
den stoel van den Speaker (voorzitter)
moeten worden geleid om in diens han
den den eed af te leggen en aan het Huis
te worden geïntroduceerd.
Het installeeren van de overige leden
van het nieuwe Parlement zal naar buiten
toe heel wat minder aandacht wekken.
Dat gebeurt, wanneer een nieuw Lager
huis vpor het eerst bijeen komt, alle» be-