Opgelet! Buitenlandsch Overzicht. "RËCLA IVIES. Eene verleiding te ontvluchten. Kerknieuws. Schooinieuws. Uit de Tweede Kamer. Gemengde Berichten. Zondag 14 Januari 1906. Onderwerpen ter keuze voor predikatiën. Die deze dingen getuigt, zegt„Ja, ik kom haastiglijk, Amen. Ja, kom Heere Jezus. De genade des Heeren Jezus Christus zij met u allen. Amen. Het Engelsche conservatieve ministerie, dat met zijn laatste vei-3chooning loopt, denkt er met het oog op den binnenland- schen toestand ernstig aan heen te gaan. Maar dan wil het eerst zijn eventueel te benoemen liberalen opvolger nog een kool stoven, en daartegen komt bereids de liberale pers op. Het ministerie diende, alvorens heen te gaan, de algemeene verkiezingen af te wachten, en eerst, wanneer die ongunstig voor dit kabinet uitvielen, zijn ontslag in te dienen. Aan den Koning dan de beslis sing omtrent het al dan niet aannemen van dit ontslag. Dit is de eisch van een parlementaire regeering. Maar nu wil het kabinet reeds terstond aftreden, terwijl 't de meerderheid van het parlement nog achter zich heeft, en daar door zijn opvolger voor den plicht stellen om van den Koning ontbinding van het parlement te vragen, natuurlijk met de kans dat de verkiezingen dit nieuwe kabinet in 't ongelijk stellen, zoodat het, nauw verschenen, reeds weer henen gaat, wat aan 't prestige (het zedelijk overwicht) der liberale partij geen goed zou doen. Men is nieuwsgierig of de troef zal worden uitgespeeld, of de liberale visch in de opgezette fuik zal zwemmen. Uit Rusland geen belangrijk nieuws. Geruchten omtrent een beraamden aanslag op het leven van den Tsaar houden aan, doch worden teruggedrongen. Wel zijn voorzichtigheidshalve een aan tal officieren van de garderegimenten in hechtenis genomen, wijl zij iets kwaads tegen den Tsaar in den zin hadden. Men dacht dat een militaire staatsgreep wordt beraamd tegen de revolutionairen, doch waarbij dan van zelf ook de Tsaar zou moeten worden onschadelijk gemaakt men zou dan een officieren-regeering krijgen. Rusland ligt voor alle gebeurlijkheden bloot. Omtrent het gebeurde te Sewastopol tast men rond in het duister. Dat de muiters het verloren hebben, schijnt zeker. Maar er moet heel wat aan vooraf gegaan zijn, waarvan men het zekere niet weet, en waarover wij ons derhalve maar niet zullen uitlaten, om de verwarring dei- tegenstrijdige persberichten niet grooter te maken. Te Petersburg verliest de revolutionaire partij terrein. Maar de uittochten der rijken houden aan, wat voox-alsnog niet op verbetering wijst. Een goeden stap tot bespoediging van een beteren toestand is wel dat de Tsaar den staat van beleg in Polen ophief en voor Finland een volkomen grondwettigen senaat benoemde, waarin twee leden zitting hebben die inderdijd door den thans vermoorden gouverneur-generaal Bobrikof verbannen warende senaats leden Mechelin en Wrede. Geruchten van oorlogen ontrusten de volken, maar ook geruchten van aftredin gen beroeren de ministriëele kabinetten. Engeland, Spanje, Italië, Frankrijk, Bel gië, Rusland, om van de kleinere maar te zwijgen, hebben valrijpe ministeriën. De Spaansche koning wilde eerst het ontslag van zijn kabinet niet aannemen, maar het ministerie is ten slotte toch afgetreden. Moret (liberaal) is belast met de vorming van een nieuw kabinet. De val van het ministerie Montero Rosa, na een kortstondig bestaan, staat in ver band met de regeeringsmaatregelen tot fnuiking van de revolutie in Catalonië, met name in de hoofdstad dezer provincie Barcelona. Deze vonden in de Kamer algemeene afkeuring, terwijl toch de toe stand zeer kritiek is. Katalonië's opge ruide malcontenten eischen zelfbestuur, en klagen, misschien terecht zeer over ver- waarloozing van onderwijs, landbnuw en nijverheid door de opvolgende regeeringen. In de laatste twintig jaren waren de ministers in Spanje steeds liberaal. Geen minister kan het allen menschen naar den zin maken. Ook het Itali- aansche kabinet staat op vallen, dewijl het een tractaat met Spanje wil voorbe reiden, waarbij het inkomend recht op wijn wordt verlangd, hetgeen de Italiaan- sche wijnbrouwers benadeelen zal. Ned. Herv. Kerk. Zestal te Leiden (vac. v. Herwaarden) J. Willemze te Sloten, dr. B. v. Meer te Slijk Ewijk, A. M. Bloem te Chaam, dr. J. P. de Bie te Arnhem, T. Doevendans te Elburg en dr. P. J. Kromsigt te Rotterdam. Beroepen te Donkerbroek, J. Aalbers, cand. te Goutum. Aangenomen naar Beverwijk, door dr. A. Rutgers v. d. Loeff te 's Bosch. Bedankt voor Krommeniedijk, door F. Ydema te Knollendam voor Sneek, door J. Ossewaarde te Meppelvoor Kerkdriel, door A. Rutgers v. d. Loet! te 's-Boschvoor Vrouwepolder door G. J. G. de Bel, cand. te Bussum. Geref. Kerken. Drietal te Schiedam, J. D. v. d. Velden i Je KralingenJ. F. Jonkers te Giessen Oudkerk en dr. J. Hania te Steenwijk. Beroepen te Schoonrewoerd, W. H. Bouwman, cand. te N ij kerk te Mole naarsgraat', T. J. Hagen te Ridderkerk. Niet in Febr. maar in April hoopt ds. Ingwersen een afscheidswoord tot de gemeente van Utrecht die hem uitzendt te spreken, en daarna naar Indië te ver trekken. Ev. Luth. Kerk Bedankt voor De Rijp, door C. A. Stel 1- vvag, cand. te Deventer. Op 6 December zal prof. dr. H. Bouw man, hoogleeraar aan de Theologische School te Kampen, aftredend rector, bij de overdracht van het rectoraat, eene rede uitspreken en daarna het rectoraat overdragen aan prof. dr. A. G. Honig. De geneeskundige staatscommissie te Leiden heeft tot arts bevorderd den heer A. Mulder. Barnabas. De afdeeling „Franeker en omstreken" van de Vereeniging van Chr. Onderwij zers enz. spreekt de wenschelijkheid uit dat alle tegenwoordige leden van ^Barnabas* met ingang van 1 Januari a. s. bedanken voor hun lidmaatschap dat allen deelnemen in het Rijkspensioensfonds (m e t of zoo noodig zon der inkoop der voorgaande dienstjaren), om daardoor deelgerechtigd te kunnen worden in het Weduwenfonds van het Rijk; dat tenge volge daarvan de uitkeering aan de tegen woordige weduwen gevrijwaard blijve voor den druk van anderer pretenties dat deze uitkeering gevonden worde uit het ttegenwoor- dige kapitaal van »Barnabas" met de rente, en dat bij besluit van »Hoofdvereeniging«- en »Unie« de Christelijke Onderwijzers zich zedelijk verant woordelijk verklaren (zij het met steun van de voorstanders der Chr. School) voor de eventueele tekorten bij deze uitkeering. In zake de schorsing der onderwij zers te Amsterdam plaatste Het Handels blad een stuk van het Hoofd- en Afd.- bestuur van den Bond van Nederl. Onder wijzers, waarin de „praatjes" omtrent genoemde heeren worden tegengesproken. Het is niet waar dat er een complot bestonddat het hoofd zou gedreigd zijn, hem niet te zullen sparen dat er bij 't verhoor ten stadhuize ook maar een onderwijzer door de mand gevallen zou zijn dat de heer Edelman een stuk papier op zijn schoen zou overhandigd hebben, of dat Traanberg het schoolgeld dat op de kast lag met den voet zou hebben aangewezen dat deze twintig minuten na 9 de klas onbeheerd had gelaten of tot zijn patroon van verzuimd contrabevel zou hebben gesproken, of dezen op militaire wijze zou hebben gegroetdat de strijd tegen de schoolhoofden gevoerd wordt op grove baldadige wijze zoodat zelfs de kinderen er mee bekend worden en dat van jongende fietsen zou gesproken zijn terwijl op enkele incidenten van minder beteekenis een ander licht wordt geworpen. Het Handelsblad antwoordt niet te ge- looven dat de redenen waarom B. en W. en de schoolopziener deze schorsing uit spraken, onjuist zouden zijn. Het verschil tusschen de prijzen dey Pinkpillen en die van een ge woon geneesmiddel is voor U van weinig beteekenis, hoogstens eenige centen. Maar dat verschil zal het geheele verschil voor Uwe gezond heid uitmaken. Laat U door dit verschil niet verleiden. Een geneesmiddel dat geneest, is een goedkoop geneesmiddel, een goed koop geneesmiddel dat niet geneest, wordt op het laatste duur. De Pinkpillen genezenzij ge nezen dikwijls daar waar al de andere geneesmiddelen zich machteloos ge toond hebben. Zij geven krachten, eetlust, goede spijsvertering, eene goede maag. Zij versterken het zenuwgestel, herstellen de verzwak king door de te vele arbeid veroor zaakt, doet schele hoofdpijnen en pijnen verdwijnen en na het geheele lichaamsgestel in orde gebracht te hebben, vei schaffen zij een rustige en verkwikkende slaap. Mej. Eliz. de Jong, Strijkster, Pleretstraat 70, Rotterdam, schrijft ons 't volgende Gedurende 3 jaren ben ik ziek geweest, zulks was lang- zamerhandal erger en erger geworden. Ik had geen eetlust, slechte spijs vertering, maagkrampen, pijnen in de linkerschouder, in de longen, moest vaak bloed opgeven. Na het gebruik der Pinkpillen ben ik van dat alles geheel en al hersteld en werk ik met lust. Prijs f 1,75 de doos. f 9,per (i doozen, verkrijgbaar bij S nabil ié, Steiger 27, Rotterdam, hoofd-depot- houder voor Nederland en Apotheken Franco toezending tegen postwissel. In de avondzitting van Donderdag is behalve eene nadere grensregeling op Timor tusschen ons land en Portugal ook de Surinaamsche begrooting afgedaan. De eenige opposant was bij die grensrege ling dhr. Van Kol, d. w. z. niet tegen die „verkwanseling" van een drietal volks stammen een sociaal-democraat kan eenvoudig niet tegen dit voorstel stem men, maar wel tegen de wijze, waarop die verkwanseling wordt goedgepraat en dat door de heeren, die den mond vol hadden destijds tegen 's heeren Van Kols denkbeeld, om onze bezittingen te ver koopen. Toen „edele verontwaardiging" en nu niets van dit alles. Wat een stof werd alzoo opgejaagd door die eenvoudige grensregeling, die toch nog iets anders is dan een afstand doen van eigendom. Volgde de Suri naamsche begrooting, waarvan het debat in dienzelfden toon werd ingezet door dezen afgevaardigde. Men kent zijn pes simistische beschouwingen. Suriname is past all hope of recovery, d. i. heeft geen uitzichten meer. De toekomst is donker, zeer donker zelfs. Maar we hebben nu eenmaal die kolonie. Wat zullen we anders doen dan varen, nu we in 't schuitje zit ten. Het beste is nog maar bevordering der rameh- en rijstcultuur. Wie weet of er nog geen goud en diamant wordt ge vonden. Dan waren we er, maar tot zoo lang blijft het sukkelen. In dat koor zong ook mee dhr. Van Doorn. Ernstig bezorgd maakt hij zich inderdaad over Suriname. Verkoopen kan niet, helpen ligt op onzen weg, maar hoe V En dan is dit het voor te schrijven receptVoor eerst betere financieele regeling, in den trant van onze vroegere provinciale be grootingen. Splitsing van „eigen bestuurs- kosten" en uitgaven voor „productieve werken", de laatste alleen voor onze re kening. Dan zou er meer evenwicht komen in Suriname, zelfs tusschen inkomsten en uitgaven. En dan ook immigratie, natuur lijk uit Indië. Voor Nederlandsche land bouwers is het klimaat totaal ongeschikt. Evenmin Britsch-Indische emigratie, maar Javaansche koelies. Dat zijn de ware. Anders krijgt men ook bij eventueele klachten over „koelies" allicht te doen met Engeland. Miniater Fock is ook van meening, dat Nederland verplicht is zware offers voor Suriname te brengen. Ons land heeft ook wel een eereschuld tegenover die kolonie, waar onze voor vaderen „roofbouw" hebben gepleegd. Geen stelsel echter toegepast, zooals dhr. Van Doorn wil ten opzichte van de split sing der uitgaven. Bij onze provinciale begrooting is men terecht van de toepas sing van dergelijk stelsel teruggekomen. Meer heil verwacht de Minister van immigratie van Javanen. Ze dateert trou wens reeds van 1894. Men wil zelfs Javaansche ambtenaren als hoofden te Suriname gaan aanstellen. De vorige gouverneur, die tot 'sMinistersleed wezen om gezondheidsredenen niet hier kan zijn, heeft hem verzekerd, dat nog steeds met kracht de Javaansche immi gratie wordt bevorderd. Bij „Justitie en Politie" wil dhr. v. Kol wijziging van een artikel in het wetboek van strafrecht om onzedelijke handelingen met kinderen strafbaar te stellen, waar de Minister niet tegen is, als n.l. de gouverneur-generaal evenmin tegen de wijziging is. Z.Ex. yer- trouwt dat de gouverneur-generaal in dezen best zal weten, wat hem te doen staat. Voorts zou dhr. v. Kol „geheime politie" willen voor de „toovenaars" de Minister meent, dat de strafwet voldoende is, des noods uitbreiding der politie daaren boven invrijheidstelling van uit Cayenne ontvluchte misdadigers, waartegen de Minister ingaat. Immers dhr. v. Kol zou daardoor van Suriname maken een „toe vluchtsoord voor gedeporteerden", en dit gaat eenvoudig niet. Verder volgden de „belangrijke opmer kingen" van dhr. v. Vlijmen inzake de ontwerp-verordening tegen de lepra d. i. de melaatschheid. Dwang en straf zijn daarvan schering en inslag. Mocht die verordening door de Koloniale Staten goedgekeurd worden, dan hoopt de Minister niet de wenken van dhr. v. Vlijmen winst te doen. Nu-volgt „Lawaspoorweg en exploratie Lawagebied". Dhr. v. Karnebeek is tegen de voorgenomen oprichting van de „model- wasscherij". Die proef is te kostbaar in verband met het nut. Particulieren zullen niet de middelen hebben om de proef na te doen, stel dat die van ons is gelukt. Als formuul bezwaar oppert deze afge vaardigde het feit, dat de Lawa-lepning alleen zou strekken voor een spoorweg en exploitatie van het Lawa-gebied en niet daar buiten, zooals men nu wil in betrek king tot die model-wasscherij, een betoog waarmede dhr. Bos zich niet vereenigen kan. Hij tracht dhr. Karnebeek tot andere gedachten te brengen en zegtWe moeten weten of het goud in het Lawa-gebied in ontginbare hoeveelheid wordt gevonden. Daartoe is een proefexploitatie noodig en een gebied, dst overeenkomt met het Lawa- gebied, waar de verkeersmiddelen de exploratie nog niet toelaten. Dit is dus een onderdeel van de exploratie en dus is alleen de vraag of men een bijzonder post daarvoor moet instellen. Dat acht echter dhr. Bos onnoodig. Op gelijke wijze spreekt ook de Minister. Ondanks dit alles is de afgevaardigde van Utrecht nog niet overtuigd. Hij blijft er bij „geen proefstation buiten het Lawa-gebied". Het komt zelfs tot een amendement in dien zin. Het wordt echter verworpen. Slechts een zevental leden was er voor. Na enkele opmerkingen o.a. van dhr. v. Doorn over de mindere opbrengst van het successie recht in 1904, wordt de begrooting eenparig aangenomen. Het is reeds later dan half elf en nu geen tijd meer voor de heeren om aan de begrooting van Curasao te beginnen. Vrijdag was de begrootiag van Curasao aan de orde. De inzet van het debat was niet bijzonder opwekkend. Trouwens uit de geheele discussie sprak oen moedeloos heid, alsof er uit de kolonie en de eilanden niets meer was te halen, of beter niets meer was te maken. Het begon al met-Van Kol, den eersten spreker. De toestand kan uit het kolo niaal verslag niet goed gekend worden. De handel is bijna onmogelijk geworden door de hooge invoerrechten en de nij ver heid kwijnt. En daartegenover hooge be lastingen. Gevolg is natuurlijk finantieele achteruitgang, nog vermeerderd door de verzekering van handelsvoordeelen aan Venezuela boven Curasao. Kwalen te over. Middelen ter verbetering noemde deze af gevaardigde geldelijken steun, model plantage van gouvernementswege, verbe tering waterstaat, verbeterde werkkrach ten, geen negers meer, die zijn voor dien arbeid niet bestand. Nog ernstiger is de toon van dhr. Marchant. Hij is volstrekt niet tevreden met het beleid der regeering ten opzichte van deze kolonie. Thans is er eeu verloopen handel on een verslapte landbouw. Er is geen goed geldelijk be heer, wel veel geldverspilling. Er is geen overeenstemmiug genoeg tus schen kolonialen Raad en gouverneur. Deze laatste is optimistisch aangelegd en gaat van de onjuiste stellingen uit, dat de kolonie alle subsidies maar moet aannemen en van het moederland halen moet wat kan. Daarom wil hij geen hoogere be lastingen, het moederland is er goed voor. Maar met al dat optimisme komt hij falikant uit. Dit is best te zien ge weest bij de opbrengst der middelen. Van terugbetalen weet de kolonie niet af. Hel nu 15 jaren geleden geleende kapitaal is al lang opgegeten. En voorts doet dhr. Marchant een boekje open over de aldaar bestaande Koloniale Bank. Intusschen werd door dezen afgevaardigde op bezuiniging aangedrongen. Voorts dient gezorgd voor betere waterverstrekking ten gerieve voor den landbouw, voor wijziging pensioens regeling en voor het overbrengen van ver schillende factorijen in één hand. Die ontmoedigende toon is niet naar 's Ministers zin. Er is veel op het ge- zegda af te dingen. Men zou zoo zeg gen naar alles wat gehoord is, de kolonie is hopeloos. En dit is allerminst het ge val. Er is nog wel wat van Curasao te maken, als men de hulpbronnen maar ontwikkelen kan. De klacht van dhr. Marchant over het beheer is onbillijk, zoowel als over den gouverneur, als zou deze maar van de kolonie willen halen wat kan. Integendeel, de gouverneur is zuinig en een voorstander van produc tieve werken. De indrukken door dhr. Marchant van het beheer der Curaijaosche Bank verkregeu, deelt grootendeels de Minister. Aan die af te keuren Bank instelling moet een eind komen, hetzij doer reorganisatie of wel door het op richten van een nieuwe Bank, Dat de landbouw dient hevorderd te worden geeft de Minister toe. Een betere regeling van den cultuurtuin is ook in overweging. De Minister erkent dat op het oogenblik in het bestuur der kolonie groote moei lijkheden bestaan. Er is wrijving tusschen kolonialen raad en gouverneur. Zelfs heb ben sommige leden hun ontslag genomen, onder voorgeven dat zij niet langer met den gouverneur samen konden werken. De raad werd niet genoeg gesteund uit het moederland, meenden ze. Waarom zijn die werkstakende raads leden niet gestraft, vroeg dhr. v. Kol. Er zijn toch dwangwetlen Gelukkig is de zaak weer bijna in het reine. Er zijn ten minste reeds voordrachten ter aanvulling van deu Raad gevraagd. En nu het den heeren blijkt, dat het ernst is met de in komstenbelastingplannen, dhr. Joncheer, die deze plannen in de kolonie heeft uit gewerkt, zal daar op zijn post blijven en alzoo niet teruggeroepen worden zal de verhouding wel weer beter worden. Dhr. v. Vuuren had het in zijn maiden speech over de aanhangige onderwijsver ordening, welke hij scherp afkeurde met het oog op het bijzonder onderwijs. Het subsidie is veel te laag, het moet in over eenstemming zijn met de eischen, niet om gekeerd. En dan moet het onderwijs in evenredigheid zijn met de behoeften der bevolking. En dit is hier niet het geval, voor Indië worden werkelijk veel matiger eischen gesteld dan voor Curasao. Dhr. Ter Laan sluit zich grootendeels wat zijne grieven betreft, bij dhr. van Vuuren aan. Beiden meenen ook, dat bij het onderwijs in Curacao het Nederlandsch niet tot zijn recht kan komen door de vreemde be paling, nog wel door den gouverneur ver dedigd, dat het onderwijs zooveel mogelijk in het Nederlandsch moet wordt n gege ven. En dat in eene Nederlandsche kolonie. De Minister merkt op dat hij met veel genoegen de beide laatste sprekers over het onderwijs heeft gehoord, doch meent voorloopig niets anders te kunnen doen dan de beslissing over de „onderwijsverorde ning" door den Kolonialen Raad in te wachten. Ingrijpen gaat eenvoudig niet. Evenmin zou Z.Exc. aan den raad zijne wenschen kunnen kenbaar maken. Anders zou deze rechtmatige reden hebben tot klacht. Dat is het standpunt van den Minister, zoaden we zoo zeggen met dhr. Ter Laan. Maar voor de Kamer geldt een andere regel. En uit dit oogpunt waren de inte ressante opmerkingen van de beide afge vaardigden volstrekt niet misplaatst. Do begrooting werd daarop goedgekeurd.^* Vlissingen. Iu een heden Zaterdag middag gehouden buitengewone verga dering van de aandeelhouders van de maatschappij „De Schelde" is aan mr. E. E. van Raalte wegens zijne benoeming tot minster van justitie eervol ontslag als commissaris verleend. Vlissingen. Vrijdagmorgen zou de post- conducteur J. Hoppenbrouwers aan de andere zijde van zijn postrijtuig zien of het portier goed gesloten was, maar door den donker liep hij met zijn eene voet in een openstaande put metstoomwater die dienen om in de treinen de verwarmingsbuizen te vullen. Zijn voet werd deerlijk gebrand hij zal wel een geruimen tijd buiten dienst zijn. Nieuwdorp. Vrijdag is een Belgisch ijzeren vaartuig bij het uitgaan der haven Zuid-Kraaijert omhoog gevaren. Bij het vallen van het water is het schip mid dendoor gebroken, waardoor de beman ning genoodzaakt was ruim 50 last suiker bieten over boord te werpen. De restende inhoud van het schip zal in een ander vaartuig worden overgeladen. Tholen. Het aangevaren en tevens ge zonken scheepje van A. van Vossem uit St. Annaland, is met behulp van een zestigtal schippers zoover op liet drooge gebracht, dat het, na eenigszins nooddicht te zijn ge maakt, door een ander schip naar de werf is gesleept. Van de directie der Thoolsche boot heeft voornoemde schipper f 75 ont vangen, als blijk van schadeloosstelling. Evenwel zullen de kosten van herstel veel meer bedragen. Doch de schipper kan geen termen vinden om schadeloosstelling te vragen, daar er van weerszijden vermoeden is dat men schuld heeft. Het geld dat met het scheepje is gezonken, is heden niet teruggevonden en is er dus uitgespoeld. Grijpskerke. In de Vrijdag gehouden vergadering van de leden der kolenver- eeniging alhier bracht de secretaris ver slag uit omtrent den toestand der ver eeniging, waaruit voortdurende toename van leden bleek. Vervolgens den pen ningmeester wiens verslag over het afge- loopen boekjaar reden van voldoening gaf. Door de leden werden afgenomen 3240 H.L. kolen. De aftredende bestuurs leden, de heeren A. de Visser en L. Ja- kobsen en de commissarissen P. Boogaard en Jac. Brouwer werden herkozen en ge kozen tot bestuurslid in de plaats van den heer L. Bottelaar, die om voor hem overwegende redenen had bedankt, de heer J. H. Geschiere. Na 't behandelen van gewone werkzaamheden werd besloten geen leden te behouden welke ook lid eener andere afdeeling zijn. De vergadering werd daarna door den Voorzitter gesloten. Middelburg. Er worden door de kerk voogdij der Ned. Herv. kerk ernstige on derhandelingen gevoerd over de verwar ming der Oostkerk. Bij de directe belastingen is bevor derd tot commies le klasse de commies 2e klasse L. Lips te Terneuzenen tot commies 2e klasse de commies 3e klasse J. L. Martens te Kauter. Verplaatst 1. Dronkers commies te water 2e klasse, van Millingen naar Bath. lerseke. Omtrent het vinden van het lijk van Jacob van Oost kan nog nader worden gemeld dat de plaats waar het lijk werd gevonden nog geen 10 Meter verwijderd was van de plaats waar zijn klompen gevonden zijn. Gisterennamiddag is het lijk naar het lijkenhuis vervoerd alwaar de schouwing heeft plaats gehad, die aan 't licht bracht dat aan geen mis drijf moet worden gedackt. Een treurige inededeeling was het om de diep bedroefde ouders van het vinden van hun zoon op de hoogte te stellen, die daardoor hun stille hoop van hem nog levend terug te zien keeren, in rook zagen verdwijnen. Maar ook een vreeselijke gewaarwording voor die baldadigcn die zich schuldig weten aan het verstrekken van jenever aan den ongelukkige, waarop een zoo vreeselijk einde volgde. Nog een schoolquaestie. De heer v. d. H., onderwijzer aan de openbare lagere school te Wijnjeterp. (Fr.); werd door B. en W. voor eene maand geschorst, omdat hij zich niet wenschte te houden aan het leerplan. In geen twee maanden had hij in zijne klasse laten schrijven en teekenen, terwijl hij de pun- tenboekjes niet bijhield. Ook verliet hij bij herhaling de school om op een groenten- kar te passen als zijne vrouw iets noodig had. De Raad der gemeente Opsterland heeft echter besloten thans de schorsing met 1 December a.s. weder op te heffen en hem in zijn ambt te handhaven, wijl hij de noodige verontschuldigingen heeft aangeboden en hij beloofd heeft voortaan de onderwijzersverordeningen naar behoo- ren te zullen naleven en de onderwijsbe- langen ten volle behartigen. Door het omvallen van een fornuis pot met kokend water kreeg de dienstbode van een landbouwer te Diepenveen hevige brandwonden aan beide beenen, Het dochtertje dat in de levensgevaarlijk aan Ben duur sa het feit, dat maréchaus de stations, het recht tairen beneden den ran verlofpas te vragen niet streng de hand selnji vernamen wij het volgi wel waard is. Een po jong maréchaussee aan zullen we maar weglat een sergeant-majoor, g< en nog een dame. Do riet en verzuimt alzoo groeten. Dat was te kras treedt de hooge op hei genoeg om ook door gehoord te worden „Waarom salueer je De maréchaussee krijj stelt zich direct. „Pardon, majoor. Ik „Niet gezien, niet g oogen kijken en oplet deren geldt" 1 „Als soldaat ken ik eens, ik zag u niet. Nu het verzuim herstellen" En in stramme houding i „Hm 1 goed, maar vo je nu nog eens salueerei Dat was voor den ma midden van een kringetji stond, niet erg pleizierig. hij, en trotsch als een majoor weg, gewenkt geval nu niet zoo bijzoi te vinden. Maar iets De maréchaussée kende innerde zich ook zijn ree „Pardon, majoor, mag ik hield hij den vertrekkenc „Mijn verlofpas? Wa »Mag ik uw verloff haalt de ander even oi moedend wat er komen »Hm ik heb geen vei »Dat spijt me, majoo u verzoeken mij naar voor het rapport". »Wat denk je welG »Jawel, majoor, ik ver; en ik raad u, goedschik; niet te noodzaken gewelf De majoor is zijn ap lig gaat hij mee, gevolg al niet meer op haar gen meldt de maréchaussee mandant. Deze is iemand hij fronst de wenkbrau maar zoolang in het hc Ei hielp niets aan, de opgesloten en de dames len. Den volgenden da leide van twee maréchau zoen teruggebracht, waar voor hem in het zuur 1 gaan zonder verlof. Die: om zijn groot gevoel va kalmeeren. Over een verdwei vindingrijkheid der pol daarvan, vinden we de waardige geschiedenis Een koopman ging oi maker te Berlijn om de vi die gescheurd was, te kleermaker nam zelf dal de klant op de jas vvac hielp hem later heel gi trekken van de overjas, man 's avonds in zijn k; merkte hij tot zijn schr biljet van duizend mark portefeuille gehad had. in den zak* van zijn ovei tefeuille was er dan ook biljet was en bleef verc zich nog eens goed en de gevolgtrekking, dat toen hij naar den kleerr natuurlijk oogenblikkeliji toe, doch deze ontkende het biljet te weten. Hij dat hij in 't geheel gei mark had en er in de 1: gehad had. De zaak scl raadsel, daar het biljet tefeuille gevallen kon z ten slotte de zaak bij de dadelijk huiszoeking bi houden. Doch hel bai vonden. Het raadsel zoi gelost gebleven zijn, al zelf niet verraden had. I van politie vond een pa broek was gegeven, wa slechts een paar mark hechtte er geen waarde a op zij. Met opvallende f maker het bewuste biiei krijgen. Zoodra hij meen lette, nam hij het met een tafel en wierp het in de de politie, dat dit pand waarde moest hebben, m brand en de rechercheur van den pandjeshuishor maker meende nu, dat a hem geweken was. D< volharding der politie ger een onderzoek naar de voorraad had en zag dat pantalon ontbrak. Zij st de kleermaker denzelfde biljet verdwenen was, was geweest. Zij kwam a dat de pantalon op dat beleend moest zijn. Z verschillende pandjeshui; delijk de langgezochte pantalon werd onderzocl inderdaad in een sukje verdwenen bankbiljet. Nu meer. De kleermaker bekende, dat hij het bi had genomen en op di het in veiligheid te bren, genomen. Gekozen tot lid Staten van Groningen met 2570, gesteund de antirevolutionaire i De antirevolutionairen hun eenigen zetel in i Dr. Kuyper ïn K

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1905 | | pagina 2