NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
No. 18. 1905
Zaterdag 21 October. 20e Jaargang,
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
RECLAÜSS.
Euitenlandsch Overzicht.
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Sprokkelingen uit de historie,
Wij laten U zelf eordeelen.
IEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p. p1,25.
Enkele nummers0,02®.
UITGAVE DER FIRMA
EN VAN
van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
XXII.
Zooals we reeds vermeldden, kwam de
gevreesde ziekte in 1666 met vernieuwde
woede binnen Sluis terug. Van uit
Holland was zij ook in Vlaanderen, bij
name in Brugge overgebracht, en van
daar naar 't stedeke Sluis, dat toenmaals
een drnk en levendig verkeer met die
oude Vlaamsche stad onderhield.
Het eerste slachtoffer was eene weduwe
uit Brugge afkomstig. Van daar, dat de
magistraat van Sluis bij publicatie aan
lieden, wonende te Brugge, het inkomen
binnen Sluis verbood en verder de noodige
maatregelen nam, om zoo mogelijk het
voortgaan der ziekte te weren.
Zoo werd een afgelegen wijk, „het kwar
tier in het bolwerk achter het schutters
hof" ingericht en aangewezen tot verblijf
voor de aangetaste personen, werden twee
„pestdragers" en een „postmeester" aan
gesteld ook werd vervolgens op het
voorbeeld van andere steden een zooge
naamde „kamer van gezondheid'opgericht.
Ze vergaderde wekelijks tweemaal, des
Woensdags en Zaterdagsmiddags en wel
in het kerkportaal, en kreeg de opdracht
om met gecommitteerden van den krijgs
raad „naar consciëntie" te „disponeeren"
over alle zaken, de contagieuse ziekte
betreffende. Voorts werd een resolutie
(besluit) genomen de scholen voorloopig
te sluiten.
Doeltreffende maatregelen voorzeker, die
voldingend bewijzen, hoe ook onze vaderen
behoorlijke voorzorgsmaatregelen niet ver
smaadden.
Ook de kerk trokken zij binnen den
cirkel hunner bemoeienis. Bewoners van
besmette huizen mochten niet ter kerk
komen, ten minste in geen zes weken.
Hadden zij daartegen bedenking, of ge-
Voelden zij groote begeerte om met de
gemeente optegaan naar het huis des Hee-
ren, dan konden deze bezwaarden zich
vervoegen bij den magistraat, die dan zou
oordeelen of aan hun verlangen zou kun
nen voldaan worden en hen zoo noodig
een afzonderlijke zitplaats in het kerkge
bouw kon doen aanwijzen. Toch gebeurde
dit laatste niet ondanks het dringend ver
zoek van den kerkeraad, dat toch die
genen, die door liefde en barmhartigheid
gedreven werden om de aangetaste per
sonen te bezoeken en bij te staan, niet
met hardheid of strengheid behandeld
mochten worden of veroordeeld om hunne
huizen te sluiten en zich te onthouden
van hel bezoeken der kerk. De magistraat
verwees de heeren van de kerk naar de
kamer van gezondheid en deze kwam
daar ganschelijk niet in. Hoogstens kon
den de heeren van den magistraat ver
krijgen een biduur, of beter een bidhalf-
uur 't mocht niet langer duren dan een
half uur iederen dag van 's morgens pre
cies acht uren lot half negen waarin
volstrekt niet gepreekt mocht worden,
alleen maar gebeden „tot afwering van
de pestilentiale ziekte, mitsgaders voor
den welstand van ons land en de vloot,
tegenwoordig in zee zijnde, opdat ze met
victorie mocht weder thuis komen".
Was het soms een soort wraakneming,
over de aanmatiging van den Sluisschen
kerkeraad, die bij monde van ds. Maenhout
(predikant aldaar van 16651676) den
heeren van het stadhuis hun plicht had
voorgehouden, om n.l. wat beter toe te zien
op een en ander, om de uitbreiding der
ziekte zooveel mogelijk tegen te gaan De
heeren hadden ten minste den bij zonderen
ijver van den kerkeraad om zich met hunne
zaken te bemoeien alles behalve goed opge
nomen.
Inmiddels kwam er uitkomst. Het huis,
waar de rector der Latijnsche school n.l.
ds. Kingsma inwoonde, werd met de ziekte
bezocht, zoodat ook hij zich genoodzaakt
zag uit de kerk te blijven en mitsdien met
toestemming van den kerkeraad voor velen
Zie De Zeeuw van Woensdag 17 Oct. 1.1.
die in dergelijk geval verkeerden als hij,
onder den blooten hemel met goede stich
ting predikte en wel ééns des rustdaags en
ééns des Woensdags.
Ook ds. Koelman liet zich niet onbetuigd,
zooals te denken is en we weldra hopen te
20 October 1905.
Het nieuwste nieuwe ten opzichte van
de schoolhygiène is ongetwijfeld het aan
stellen van schooltandartsen. Of het er
echter ooit toe komen zal, nu slechts een
enkele gemeente in ons land tot heden er
in bewilligd is, een gewonen schoolarts
aan te stellen, ook al eene nieuwigheid
der laatste dagen
Het is anders toch zoo wenschelijk, ja
noodig, zeggen de vakmannen. Het gebit
der schoolgaande knapen en meisjes moet
niet alleen in orde zijn, maar ook steeds
goed verzorgd worden. En dan nog liefst
kostelooze behandeling. Het geld daarvoor
uitgegeven, is ongetwijfeld best besteed.
De scholieren moeten voldoende knnnen
bijten en kauwen. Anders kunnen zij
bezwaarlijk vechten of snoepen meent
ge neen, bezwaarlijk leeren. Denk maar
even na.
Door onvoldoende verzorging van den
mond en vele kinderen lijden daaraan
ontstaat kiespijn en hoe ter wereld is
het mogelijk met zulk een pijn een som
metje te maken of een zinnetje te ver
talen. Probeer het zelf maar eens. En
dan, die honger lijdende kinderen, een
honger, waarin geen schoolvoeding voor
zien kan, als ontstaande eenvoudig door
een onvoldoend kauwen van het voedsel.
Zoo ziet ge op de mondverzorging komt
het veeal aan. Tand-specialiteiten daarom.
Geen kind ter school, of een onderzoek inge
steld, of het gebit in behoorlijken staat is.
Op deze wijze, natuurlijk veel mooier
en logischer, redeneerde een spreker op
de laatstgenoemde vergadering van het
Higiënisch Genootschap.
Er waren o. i. echter twee lichtpunten
in de geheele redeneering. Vooreerst, dat
het nog al veel geld zou kosten, om zoo'n
tanden-specialiteit aantestellen en vervol
gens dat in het buitenland en wat is
ons kleine land vergeleken bij het mach
tige Duitschland en Engeland b.v. de
overheid nog weinig op het gebied van
de mond-hygiëne heeft gedaan.
Beter ware het wellicht, dat er eens
een middel, een afdoend middel natuurlijk
gevonden werd, om de kleine babbelaars
en wawelaars de mond eens te snoeren.
Dat zou èn leerling èn onderwijzers ten
goede komen en het onderwijs niet minder.
Dit behoort ook wel tot de mondhygiëne,
zouden we meenen.
Gelukkig waren nog enkelen ter ver
gadering, die bovengenoemde verlangens
tot de pia vota, tot de vrome wenschen
van tandspecialiteiten rekenden en dat doen
ook wij.
Wat zal er van de Leerplichtwet worden
In De Telegraaf vat mr. E. Prak, kan
tonrechter te Ridderkerk, zijn op de ervaring
gegronde meening over die wet als volgt
samen
Aan de Leerplichtwet is door het vorige
ministerie uitvoering gegeven, al was zij een
product van een andere richting.
Ik behoor tot de liberale part ij
die gemeend heeft, met het tot stand brengen
van deze wet een nuttig werk te doen.
Na de genomen proef, en door mijne
betrekking min of meer bekend met de werking
van deze wet, bijzonderlijk op het platteland,
ben ik thans van meening, dat de proef niet
gelukkig is uitgevallen, en dat het wen
schelijk is de Leerplichtwet weder
te laten vervallen.
Zonder me te willen begeven in beginsel-
vragen, meen ik, dat practisch deze wet een
zwaren last legt op arme gezinnen, dat
zij krachten aan het onderwijs ont
trekt en eene uitgebreide admini
stratie en dus ambtenarenarbeid noodig
maakt, alles met het magere resultaat, dat een
zeker aantal personen, dat toch gebrekkig wordt
onderwezen, iets minder gebrekkig
onderwijs geniet.
fS En dat resultaat acht ik niet belangrijk, niet
de offers waard.
Eene wijziging kan verbetering brengen, maar
ik meen, dat het beste is, g e h e e 1 don in
geslagen weg te verlaten, en dat
de wetgever hier een ongeschikt ter
rein heeft betreden.
Ook vóór deze wet werd reeds naar de school
gestuurd of getrokken, wat belang had bij de
kennis, die daar wordt verkregen en in het
algemeen gesproken, naar de mate van dat
belang.
Wij spatieerden hier enkele volzinnen,
met de herinnering dat onzerzijds her
haaldelijk voor 't te laat ivas, woordelijk
zelfs, net eender is gewaarschuwd doch
dat de liberale partij, ons protest wan
trouwende, met algemeene stemmen die
gehate wet er door gesleept heeft.
En nu mogen wij ons wekelijks erge
ren aan de vele veroordeelingen van arme
ouders door den kantonrechter wegens
„overtreding der leerplichtwet" ergeren
ook aan 't brutale feit dat het hoofd
eener school van een fatsoenlijk huisvader
de motieven moet weten voor het school
verzuim van zijn kinden de wet ook
de gewilligen en goeden stelt onder poe
nale sanctie.
Nu komen liberalen ons gelijk geven.
Nu vermenigvuldigt hun getal dat om
wijziging dier wet roept. Hier is zelfs
een kantonrechter die royaal aandringt
op intrekking, opdat de overheid zich
terugtrekke van een hij zegt „onge
schikt" wij lezen liever „onnoodig te be
treden" terrein.
De man roept liberalen op hem te steu
nen. Welnu, dat zij het dan doendat
zij goedmaken wat hun liefde voor Staats
bemoeiing bedierfdat zij den armen
huisvader helpen verlossen van den last
der leerplichtwet.
Onze hulp is niet gevraagdanders
zonden wij mr. Prak terstond ons naam
kaartje. Dat dan zijn geestverwanten 't
doen.
De Eerw. Pater Weijers, adviseur van
den R. K. Volksbond, waarschuwt in Het
Centrum tegen ondoordachte aansluiting
van den dezer dagen opgerichten Barbiers-
en Kappersbond. Deze bond heeft aan tal
van Christelijke voormannen om een gun
stig advies gevraagd voor zijn organisatie,
waaraan sommigen voldedendoch pater
W. wil eerst de daden van den Bond af
wachten. „Ziel er van is de heer Inte Ons
man, een geprononceerd sociaal-democraat,
en zooals naar gewoonte, sociaal-democraat
voor alles". Hij prijst 't streven van den
Bond naar Zondagsrust als christelijk, toch
blijft het „te duchten uit dien hoofde, dat
ook deze beweging dienstbaar gemaakt zal
worden aan de sociaal-democratie.
„Ook de Alg. N. Diamantbewerkersbond
laat in zijne statuten het roode licht niet
zien. Deed hij dit maar, dan zouden er daar
niet zoovelen op verkeerd spoor loopen.
Want de geest van dezen Bond is sociaal
democratisch als ergens anders. En de
finantieele en moreele steun, welke hij aan
het socialistisch streven, politiek en econo
misch, verleent, is van zoo'n belang, dat
zonder hen wij spoedig het rooie gevaar
hier te lande zouden hebben bezworen.
„Zoo heeft de voorzitter en groote toon-
aangever, Henri Polak, eveneens sociaal
democraat, behendig met zijn volkje weten
te manoeuvreeren. Zoo weet hij nog dage
lijks door de neutrale leuze onnoozel ver
schalkten tot besliste voorvechters van zijn
Partij te maken".
Het advies van een man als Pater Weijers
mag ook voor de Protestantsche Christenen
wel een aanmaning tot voorzichtigheid zijn.
Neutraal leidt, in onze dagen vooral, tot
kleur bekennen in een ook voor hen min
gewenschte richting.
Wij voegen hier nog aan toe dat ook
de heer Huizinga in Patrimonium tegen
dien Bond waarschuwt.
Geloof niet onze woorden hecht geen
waarde aan hetgeen een vreemdeling zegt,
doch lees de onderstaande verklaring van
een inwoner van Bergen op Zoom en
oordeel zelf.
Mejuffrouw H. Berger, wonende Geer-
truidaplein M 217 te Bergen op Zoom,
deelt ons mede Vanaf het oogenblik dat
ik met Uw Poster's Rugpijn Nierenpillen
begonnen ben, is het mij mogen gelukken
een groote verlichting te bekomen in mijn
nierziekte, waarmede ik reeds drie jaren
opgescheept was. Al dien tijd had ik
onophoudelijk een knagende pijn in den
rug ter hoogte van de schouderbladen.
Ik was nimmer zonder hoofdpijn, ik was
ook voortdurend erg vermoeid en niet
wetende wat ik moest gaan beginnen,
werd ik gewezen op Uw Poster's Rijgpijn
Nierenpillen. De uitwerking hiervan was
werkelijk merkwaardig, dadelijk bij het
gebruik kon ik beterschap waarnemen en
na één doosje geledigd te hebben, kon
ik weinig of niets meer van de vroegere
ongemakken bespeuren. Wanneer ik dan
ook iemand mocht ontmoeten op een
dergelijke wijze lijdende, zal ik hem gaarne
met Uw afdoend middel bekend maken.
Ik ondergeteekende verklaar dat het
bovenstaande waar is, en machtig U het
publiek te maken op elke wijze die U
goeddunkt.
Het gevaar dat een nierziekte na zich
slepen kan. De nierziekte komt zachtjes
aan en men kan haar jaren onder de leden
hebben zonder dat de lijder de ware oor
zaak zijner kwaal kent. Misschien heeft
hij hoofdpijn, pijn in de leden, zenuwpijn,
heuppijn, rheumatiek, een gevoel van
overspanning en buitengewone prikkel
baarheid of vermoeidheid en neerslachtig
heid, hartzwakte, waterzucht enz.
Verzeker U dat men U de echte
Foster's Rugpijn-Nierenpillen geeft,
dezelfde die Mejuffrouw BERGER gehad
heeft. Wij waarschuwen tegen namaak en
maken koopers er op attent, dat op iedere
doos de handteekening van James Poster
voorkomt. Zij zijn te Goes verkrijgbaar bij
de Firma NATHAN EMANUÉLen te
Middelburg bij den Heer Joh. DE ROOS,
Vlasmarkt K 157. Toezending geschiedt
franco na ontvangst van postwissel k
f 1.75 voor één of f 10.voor zes doozen.
Van werkstakingen.
De werkstaking der letterzetters en
drukkers te Petersburg is geëindigd.
Nauwelijks is te Berlijn de staking in
de electrische fabrieken geëindigd of een
gedeeltelijke werkstaking is uitgebroken
op enkele linnenfabrieken. Van de onge
veer 15,000 personen, die daar werkzaam
zijn, staken 3400 arbeidsters en 300 cou
peurs. In het gouvernement Warschau
staken thans de werklieden aan 13 suiker
fabrieken. Naar Noworadomsk, gouv. Pe-
trikof, zijn troepen gezonden wegens on
lusten, die daar in verband met een
werkstaking zijn uitgebroken.
De tramwegbeambten te Karkof (Rus
land) hebben het werk gestaakt. Er loopen
in die stad geen trammen meer.
Moorsche roekeloosheid.
Men is erin geslaagd met de beide te
Tandzjer, gevangen genomen Engelsche
officieren in aanraking te komen. De
Mooren willen hen echter niet loslaten
voordat Valiente, de broeder van het roo-
verhoofd, die hen gevangen nam, is vrij
gelaten. Doch daartoe moet Spanje eerst
toestemming geven.
De Engelsche torpedoboot Cherwell is
gisternacht in de buu.-t van Ceuta door
de Mooren beschoten. De Engelsche ge
zant heeft hierop namens zijn-regeering
een kras protest een ultimatum
bij den Sultan van Marokko, die echter
heelemaal buiten de questie schijnt te
staan, doch nu gevoeglijk voor zondebok
dienen kan, ingediend.
Frankrijk heeft last gegeven de En
gelsche vertoogen bij den Sultan te Fez
te dezer zake krachtig te ondersteunen.
De mogendheden beginnen het dus te
meenen.. Den 24 October zal het Pransche
gezantschap Pez verlaten, dan volgt de
Duitsche missie onder graaf Von Tatten-
bach, en daarna is de beurt aan de Engelsche.
Een later bericht meldt, dat de Mooren
uit vrees voor den aanval eener Engelsche
torpedoboot, de beide gevangengenomen
Engelsche officieren weder vrijgelaten
hebben.
Vrees of vredelievendheid
Dat is niet hetzelfde. En wanneer men
nu vraagt wat drijft Frankrijk dezer dagen
in zijn Staatkunde van toenadering hier
vreesaanjaging daar en machtsuitbreiding
ginds, dan weet men niet wat men er
van zeggen moet.
De „onthullingen" hebben wel zooveel
geleerd dat Frankrijk en Engeland een
verbond hadden gesloten, waarbij Enge
land de vrije hand zou krijgen in Egypte,
en Frankrijk in Marokko. Voorts dat
Duitschland zich aan dit verbond niet
stoorde, en den dreigenden vinger opstak,
waarop Frankrijk den man van het
Pransch - Engelsch verbond. Delcassé
d' alle cassédat wil zeggen met stuk ge
schoten vleugel over boord wierp en zich
in Duitschlands grens zocht in te dringen.
Hier zou men denken aan Pruisenvrees.
Want zoo belangeloos de aanspraken op
Marokko prijs te geven, nadat feitelijk
reeds zooveel is cadeau gedaan, mag men
van het land dat in zijn meerderheid
nog sterk om revanche roept, niet ver-,
onderstellen.
Frankrijk zou wel anders optreden als
het Duitschland niet naast zich had. En
dit blijkt te meer, nu het zijn politiek
van vrees aanjaging met name tegen Ve
nezuela voortzet. Volgens betrouwbare
berichten wil Frankrijk aan dal land een
„ultimatum" zenden. Reeds verhaalden wij
in onze Telegrammen van Maandag j.l.
van zeker vlootvertoon te Cherbourg.
Doch nu weet men al te vertellen dat
deze voorgenomen vloot-betooging drei
gen wordten de schout-bij-nacht
Lapeyrère stelligen last heeft door te zetten.
Tot basis zal Fort de France op Marti
nique worden gekozen.
Maar Venezuela is Duitschland niet.
De Antwerpsche plannen.
De Belgische Kamer zit midden in de
besprekingen dezer quaestie. De liberalen
schijnen voor een deel uit politiek tegen
standers van de koninklijke plannen te zijn;
en de clericalen zijn het om nog andere
redenen er mee oneens.
Zij vallen op de geld-quaestie, en weten
niet of de uitgave door het voordeel der
uitbreiding van Antwerpens schoone havens
wel wordt opgewogen.
Er zijn twee clericale voorstellen. Een
van De Lantsheere die het ontwerp naar
een commissie wil verwijzen een soort
plechtige weglegging 1 en een van Melot
die voorloopig alleen de kredieten wil
toestaan voor het aanleggen van een nieuw
kanaal met havenkom; een bedenkelijke
amputeering met gevaar voor doodbloeding.
De uitbreiding van Antwerpen beoogt
tweeërleiuitbreiding van Antwerpens
havens en verbreeding harer vestingwerken.
En dit laatste nu wil Melot niet en daarom
stelde hij voor onder toejuiching dei-
liberalen alleen de havenuitbreiding,
die vrij algemeen wordt gewenseht.
Maar de regeering houdt vast aanhaar
voorwaarde. Havenuitbreiding zult gij
krijgen, maar gij gunt mij mijn vesting.
Melot noemde deze houding kwetsend
voor de onafhankelijkheid en waardigheid
van het parlement. En dan 108 miljoen
francs voor vestingwerkenDat is niet
alleen te veel maar wie zegt ons hoeveel