NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND
No. 142. 1904. Dinsdag 30 Augustus,
18e Jaargang
HISTORISGH
CHRISTELIJK-
Buitenlandsoh Overzicht.
VERSCHIJNT
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
In de Staatsie-koets.
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE DER FIRMA
en van
van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 15 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
De Kerken van goud,
De dominees van hout.
Aangezien de idee der vrije kerken pas
rè, de Hervorming kon geboren worden,
heeft de Staatsmacht zich vóór dien tjjd
tegenover de Kerk nimmer onzijdig ge
houden.
De Kerk werd door den Staat geslagen
of gestreeld. Vervolgd of verheven in "de
Staatsie-koets.
Wij hebben gezien, hoe de Kerk onder
't kruis de edelste en heerlijkste krachten
ontwikkelde en overwinnen moest, ver
mits de grove en lompe wapenen van het
Staatsgeweld daartegen niets vermogen.
Laat ons nu het beeld beschouwen, zoo-
als dit door de historie geschilderd is van
de Kerk, welke door de wereldlijke Over
heid in den praalwagen van den Staat een
eereplaats werd gegund. Van de zooge
naamde Staatskerk.
Een Staatskerk leert, ons de Historie,
verliest aan innerlijke kracht, wat zij wint
aan uiterlijke praal.
Hoe komt dit?
Zoolang heel het volk tot één en de
zelfde Kerk behoorde, spreekt het vanzelf,
dat die ééne aanwezige kerk als de Staats
kerk weid beschouwd.
Schilferde zich van die eene groote Kerk
een klein groepje af, dan Heef die groote
kerk de Staatskerk, omdat zij toch nog
bijna heel de natie in haar schoot omvatte.
Dit alles werd als he9l natuurlijk be
schouwd.
Maar geheel anders kwamen destukken
te staan, als die ééne groote Kerk in twee,
bijna evensterke kerkformaties spleet.
Dan moest uitgemaakt worden, welke
dezer beide kerkformaties nu eigenlijk de
ware was en dus als Staatskerk moest
worden geéérd.
Die vraag kon natuurlijk niet beslist
worden door de beide worstelende groepen,
welke elkander verketterden, want die
werden het daaromtrent nimmer eens.
Toch moest er eene keuze gedaan wor
den, want in eiken Staat moest een Staats
kerk zijn.
Welnu dan besliste de wereldlijke Over
heid in dit geestelijk geding.
Zij plaatste zich in den rechterstoel en
daagde de beide groepen van belijders
voor zich en verdoemde\ de eene en sprak
de andere vrg.
Nu was dit geheel ongeijjmd, daar God
aan de Overheid het zwaard gegeven heeft",
maar aan de Kerk (en niet aan de Over
heid) de belofte om haar in alle waarheid
te leiden.
Door als rechter loven de verschillende
kerkformaties te gaan zitten, ging de Over
heid dus hare bevoegdheid te buiten.
Maar wat wilt ge In het stelsel der
Staatskerk kè,n het eenmaal niet anders
en moet ten slotte in kerkelijke gedingen
de einduitspraak verblijven aan de Macht
m van het Zwaard".
Doch van dienzelfden oogenblik begon
dan ook het verval der in het gelijk ge
stelde Kerk.
Zy kon namelijk het vonnis der wereld
lijke Overheid, waaibg zij in het gelijk
gesteld en als de Staatskerk erkend werd,
niet terug wijzen.
Zij aanvaardde het. Met blijdschap.
Maar tegelijkertijd erkende zij de be
voegdheid van de wereldlijke Overheid,
om als hoogste macht recht te spreken
in den strijd der geesten en te beslissen
in allerlei kerkelijk geschilen voor de
Overheid, welke behept is met eene on
uitroeibare neiging om hare macht steeds
uit te breideD, vormde deze erkenning nu
den grondslag voor verdere onbehoorlgke
machtsaanmatiging.
Ontvingen de »geestelijken" der triom-
feeiende Staatskerk in het vorstelijk paleis
eene plaats der eere, omgekeerd eischte
de Overheid voor hare afgevaardigden een
eereplaats en invloed in de kerkelgke
vergaderingen.
Z|j eischte voor de magistraatspersonen
fraai gebeeldhouwde, van hemels voor
zier e banken in de kerken.
De »kastjes" werden om de pilaren ge
timmerd.
Bepaalde de Overheid, dat alleen leden
der Staatskerk tot staatsambten konden
worden benoemd, van hare zjjde eischte
zij een machtige plaats in het centium
der Kerkeen plaats, waarop zij geen
recht had naar het Wootd van God.
Nu sloop van alle kanten de wereld de
Kerk binnen.
Hoe zeiden de onverschillige gelukzoe
kers, is het lidmaatschap dier kerk ver-
eiseht tot de bekleeding van een staatsambt,
dan moest men wel in de hersens gepikt zijn
indien men zich niet bjj haar voegde. En
zij sloten een overeenkomst met catechi
seermeesters, om voor een vooraf bepaalde
som zooveel onderwijs te ontvangeD, als
noodig was, om als lidmaat dier kerk te
worden ^aangenomen"een geldsom, welke
grooter was* naarmate de predikant, bij
welken men wilde »aangenomen" worden,
den naam had van streng te zijn 1
Dat was het lot van elke Staatskerk.
De eere, de bevoorrechting, haar door
de wereldlijke Overheid geschonken, bleek
haar altoos noodlottig.
Opgeheven in de Staatskoets, liet-^êij
zich voortrollen op de raderen der Staats
macht haar heeilyke, geestelijke drgfvee-
ren verlamdenzij verloor de macht zelf
haar weg en stuur t9 bepalenen haar
droeve toestand werd nog jammerlgker,
doordat politieke fortuinzoekers en andere
geestelooze menschen door alle deuren bij
hoopen binnensloopen, en van hun recht
als »lidmaat" gebruik maakten om alle
geestelijke reactie tegen zooveel ellende
terstond den kop in te drukken.
Wel betaalden de Staatskerken de Staats-
gunsten tot den duuisten prjjs
In zeker opzicht is elke Staatskerk een
witgepleisterd grafvan buiten versierd
van binnen vol doodsbeenderen 1
Staatskerken in den oorspronkeljjken zin
van het woord, zijn er niet veel meer.
Maar nog wel bevoorrechte kerken. Eu
blijkt het dan niet, dat de bevoorrechting
de schotel linzenmoes is voor welke de
kerken hare edelste goederen verkoopen
Hoe is voor de Roomsche kerk in
Frankrijk de Staatsgunst niet veranderd
in een Staatsjuk, zoo loodzwaar, dat de
kerk er onder kreunt en zucht
Hoe weinig kracht gaat er uit van de
Staatskerken in Duitschland en Rusland
en Engeland t
Men moet schier vreezen, dat zij haar
ondergang te gemoet snellen.
Ook onze Hervormde Kerken zijn door
de Overheid geëerd boven andere. Maar
diezelfde Overheid heeft door middel der
Staatsmacht een ijzeren, mechanischen band
om haar geslager, waardoor haar geestelijke
invloed wordt belemmerd, haar geestelijk
leven ten doode toe wordt geprangd.
Met dank aan God den Heere erkennen
wjj, dat in het Hervormde Kerkgenootschap
nog duizenden kloeke en trouwe belijders
der Gerelormeerde Waarheid zijn dat er
vele predikanten nog gevonden worden, die
elke Gereformeerde Kerk met vreugde als
predikant zoude ontvangen, indien hun
kerkelijk standpunt dit niet onmogelijk
maakte.
En toch
Yergeljjk nu den zogenenden invloed, die
in ons land van het groote Hervormde
Kerkgenootschap op de natie uitgaat, met
dienzelfden invloed, uitgaande van de veel
kleinere Vrije Kerken en ge begrijpt ter
stond, waarom de zonen dier Vrije Keiken
nog liever onder 't kruis kun kerken zagen,
dan dat zij bevoorrechting zouden vragen
van de wereldlijke Overheid
Zij baden niet om Staatsgunstzij eischen
die evenmin. Maar alléén, steunende op
de genade en trouw van haren Koning,
den Heere Jezus Christus, zoeken zij de
vrijheid om in Zijnen Naam kloeke daden
te doen
De Vrjje Kerk in den Vrjjen Staat
29 Augustus 1904.
Uit een referaat over den bloei der mid
delbare meisjesschool op de 39e algemeene
vergadering van de Vereeniging van leeraren
aan inrichtingen van Midd. Ond. dezer
dagen te Groningen gehouden, blijkt dat
deze scholen een kwijnend bestaan leideD.
Ze gaan niet sterk achteruit in leerlingental
zooals de gymnasia, evenmin flink vooruit,
zooals de H. B. S. voor jongens. Behalve
de hoofdoorzaak van dit verschijnsel, dat
n.l. het diploma geen rechten geeft, noemt
men ook de oorzaak, dat deze soort 6cholen
minstens een kwarteeuw ongewijzigd zijn
gebleven.
Hervorming is dan ook het wachtwoord.
Er moeten thans andere eischen gesteld
worden aan de opvoeding van jonge meisjes.
Een zekere dosis algemeene beschaving aan
brengen is niet langer voldoende, men roept
luide om opleiding voor het beroep. Meer
en meer neemt het aantal toe van jonge
meisjes, die een beroep wenschen te be-
kleeden. Van een duizendtal meisjes, die
zich voor een werkkring voorbereidden,
waren volgens vertrouwbare gegevens, meer
dan de helft voor het onderwijs, een tiende
deel voor studie, 14% voor administratie
en 8% voor apothekeres bestemd.
Als het getij verloopt, dient men de
bakens te verzetten.
Met een soort luxe-scholen komt men
er niet.
Naar aanleiding van de ook door ons
opgenomen uitspraak van een anticleiicalen
paedagoog in Het Schoolblad, verdient het
opmerking dat het blad waarin het hoofd
der openbare school te Hurwenen zijn tegen
de Chr. school en de Chr. opvoeding ge
richte stukje schreef, onder de redactie
staat van een gepensioneerd schoolhoofd,
een schoolopziener en een kweekschool
directeur.
Wel een bewijs, wat men van dergelijke
mannen zou te wachten hebben, wanneer
het schooltoezicht en de verzorging ook
van het bijzonder onderwjjs geheel en alleen
bjj hen berustte.
Trouwens zelfs een man als de ou'-
minister Van Houten staat op dit punt
niet zuiver.
Nog in 1899 noemde hij in openbaren
geschrifte enze Christelijke scholen „kin
derpakhuizen door geloofsijver gesticht".
Daar hebt ge 't al. Het hoofdbestuur
van den Bond van Nederlandsche Onder
wijzers heeft de koe bij de horens gegrepen
en inzake de voorgestelde wijzigingen van
de Wet op het L. O. een referendum uit
geschreven, waarbij de bijzondere school
in den ban wordt gedaan en de openbare
school wordt voorgesteld als de eenig ware.
Die subsidieverhooging, die subsidiever-
hooging. Daarin ziet genoemde bond »een
niet gerechtvaardigde bevoordeeling van
een gedeelte der burgerij in strjjd met het
algemeen maatschappelijk belang." Gevolg
van een en ander is, dat de bond besloten
heeft, bijaldien de motie wordt aange
nomen met kracht tegen dit ontwerp en
tegen iedere subsidie aan de bijzondere
school te ageeren.
Dat is de napret van de algemeene ver
gadering te Zutphen. Einde September
hooren we daarvan meer.
Te Berlijn wordt dezer dagen de aan
dacht gevraagd voor een postzegeltentoon
stelling. Z9gels van allerlei vorm en kleur,
van alle mogelijke rijken en stater, ook
staatjes, zijn daar voorhanden. Ea vele
van fabelachligen prijs. Verbeeld u lezer,
een verzamelaar had eene prachtige, ge
heel eeiiige collectie uit Amerika ie gebracht,
eene waarde vertegenwoordigend van een
kleine tachtig duizend gulden. En dan
nog ontbrak er één zegel'je aan, een post
zegeltje dat men een halve eeuw geleden
met twee centen betaalde en nu niet min
der kost dan derdigduizend mark, zegge
achttienduizend gulden.
Schier ongelooflijk.
Een staaltje vaa verkwisting, zouden we
zoo zeggen, dat ons denken doet aan den
dwazen tulpenhandel van weleer.
De veelbesproken Dowie is weör in
Amerika terug. Dit land gaat hem boven
alles en president Roosevelt is een man
naar zijn hait. Op zjjn tocht naar Zion
City was hem geen bijzondere ontvangst be
reid. Trouwens, daarop was de gewaande
profeet niet gesteld. Hjj wilde, zoo sprak
hij, zijn heilige voeten niet bezoedelen met
stof van Chicago en bleef stilletjes in zijn
wagen. Maar te Zion City was de „glori-
euse rentiée". Met vlaggen werd hij in
gehaald en de geheele stad was versierd.
Een vierduizendtal zijner volgelingen
begeleidden hun heer en meester naar den
tabernakel.
Zoo iets is alleen in Amerika mogelijk,
het land van humbug en reclame ook op
geestelijk gebied.
F r a n k r ij k.
In Frankrijk is het meest belangrijk®
feit dezer dagen de vernieuwde werksta
king te Marseille.
Daar zijn thans ongeveer alle booten door
de reeders stop gezet. Een aantal door
den Staat uitgeruste schepen voorziet thans
in den dienst tusschen Marseille, Alger
en Tunis. De minister van Oorlog heeft
order gegeven om voorhands het vertrek
van militairen of detachementen van de
reede van Marseille te staken.
In een onderhoud dat een delegatie uit
de dokwerklieden met den prefect' had,
werd uitdrukkelijk verklaard, dat de arbei
ders bjj hun eisch van acht uren arbeid en
60 centimes loon per uur bleven volharden
en dat, als die eiseh Maandag niet was in
gewilligd, de algemeene secretaris van de
„Fédération nationale" een beroep zou doen
op alle Fransche havens om mede het werk
neer te leggen. Alle havens van de Mid-
dellandsche zee zouden slechts op het
wachtwoord wachten.
Men is in Italië, met name te Genua
niet weinig in zijn schik over dezen strjjd.
De haven van Genua, die veel verbeterd
en vergroot is, is in de laatste jaren met
reuzenschreden vooruitgegaan. Men werkt
er hard, ora tegen Marseille te kunnen
concurreererde scheepvaart neemt er snel
toe en blijlt de huidige toestand in de
groote haven nog eenigen 1iji bestendigd,
dan zal Genua zeker zege op Marseille
behalen.
Zonder twijfel zou, schrijft da „Petit
Bleu", wanneer de algemeene staking in
alle Fransche havens werd geproclameerd,
waarmee gedreig-1 wordt, wanneer de Fran
sche regeering de reedeis niet dwirigt de
stakers allen weer in dienst te nemer,
niet laüg kunnen durer. Maar wanneer
de eischen van de stakers, n.l. een arbeids
dag van 8 uur tegen 60 centimes per uur
(bij ons wordt, zooals men weet, door de
bootwerkers overdag veel meer verdiend)
worden ingewilligd, zou de concurrentie
van Genua, waar veel langer gewerkt wordt
voor veel Isger loor, zich toch nog duchtig
voor Marseille doen gevoelen.
Kreta.
De politieke wateren zullen wel niet V6el
in roering gebracht worden door de jongste
berichten uit Kreta, waarvan de Prins
George van Giiekenland gouverneur is.
Daar heeft de beweging voor vereeniging
met Griekenland weer eens het hoofd op
gestoken. De prins toog bereids op reis
om de regeeringen der groote mogend
heden voor dat plan te winnet). Maar deze
zullen zijn verzoek wel heel koetjes ont
vangen en hem zelf met een kluitje in het
riet sturen. Aan een nieuwe Oostersche
quaestie voelt wel "niemand behoefte, en
zulks te meer wijl Kreta op 't oogenblik
een volkomen zelfbestuur heeft en de su-
zereiniteit van den Sultan er slechts in
naam bestaat.
Ook zal h8t werk zoo'n vaart niet loopen
met 's Prinsen bedreiging om zijn ontslag
als gouverneur te nemen. Binnen den door
hem gestelden termijn van drie maanden,
zal men hem wel aan 't verstand weten te
brengen, dat het zijn plicht is op zijn post te
blijven en zich met ijver en onpartijdig
heid van de hooge fonctiëa te kwijlen, die
men hem heelt opgedragen.
RUSLAND en JAPAN.
Eerst wat over Japan.
De soldaten en matrozen hadden tot
nog toe grooten last van kakke.
Eakke is in Japan een ziekte, die wel
een weinig overeenkomst met de berri
berri in onze Oost, en gevolg van het eten
van rijst met visch.
Zij tast, schijnt het, bij voorkeur krach
tige jonge meDsehen aan en openbaart zich
eerst door loomheid in de ledema'en, die
in lamheid overgaat, en veelal in den dood
eindigt.
Daar de kakke het meest dreigt voor
groote opeenhoopingen van menschen massa
heeft de Japansche regeering naar middelen
uitgezien deze gevreesde ziekte te bestrijden.
Reeds waren op Korea de gelederen van
Koeroki vanwege de kakke ernstig gedund.
Doch verandering van voediDg bracht de
ziekte tot staan. Sedert den invoer van
geconserveerd vleesch is zij niet meer voor
gekomen.
Het heeft wel wat gekost om het eeuwen
oude Japanscb bijgeloof te overwinnen dat
alleen vleesch van visschen lust. Maar nu
wil de soldaat er wel aan.
En zoo krijgt bij dan 's morgens thee
met brood, 's middags rijst met viscb, en
's avonds brood met geconserveerd vleesch.
De sterfte bedraagt nog slechts 0,58 procent.
De soldaten drinken geen water maar
limonade. Voor de matrozen op de vloot,
18000 in getal, worden althans dagelijks
50000 flesschen koolzuurhoudende limo
nades aangevoerd. Voorts krijgen zij sigaren,
bloemen enz. met de vleet. Dagelijks vaart
uit de haven van Sasebo een vrachtschip
met 9000 brooden van een pond voor de
18000 matrozen der gecombineerde vloten
En nu iets over het oorlogstooneel.
Donderdag en Vrijdag hadden weer bloe
dige gevechten plaats om en bij Liaoyang,
met aan beide zijden zeer belangrijke ver
liezen. De Russen verloren 1450 man en
24 kanonnen en de Japanneezen werden on
bruikbaar geschoten.
Zaterdag begon de aanval der Japanneezen
op Anshantie en Anting. De aanval op
laatstgenoemde vesting wordt door Koeroki
zeiven geleid.
Het hardnekkigst was het gevecht bij
Liauwelansan, waar de Rassen overwinnaars
bleven en de Japanneezen naar het dal
Nahigan werden teruggedreven, doch met
hunne artillerie den Russen nog een ver
lies van duizend dooden bezorgden.
Het regent sterk en de rivieren wassen.
En nu wat Port Arthur betreft.
De Chineezen beweren, gelijk vroeger
reeds is aangestipt, dat de Russen eigenlijk
nog slechts enkelepunten sterk bezet houden
den Gouden Berg, den Wit-marmeren berg,
en Liao-ti sjan. De andere groote forten
zijn wel is waar nog niet door de Japan
neezen veroverd, maar worden zoo hevig
bestookt, dat ze voor de Russen geen waarde
meer hebben. Men vermoedt dat de Russen
het langst zullen stand houden op het
Tijger-schiereiland en op Lioa-ti-sjan.
Van andere zjjden komen echter berichten
die veel hoopvoller klinken.
Ten slotte nog iets omtrent het Oostzee-
eskader. Het was bezig uit te varen toen
de hoofdmaehinist van de Orel een verdacht
gekraak hoorde bij het aanzetten der
machines. Bij onderzoek bleek een kwaad
willige hand grof zand te hebben gestrooid,
in de kussenblokken van de groote schroefas.
Natuurljjk waren deze blokken door de
wrijving ernstig beschadigd, zoodat herstel
lingen vaneen paar weken noodig zullen zijn.