NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
No. 136. 1904.
Dinsdag 16 Augustus,
18e Jaargang
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Buitenlandsch Overzicht.
VERSCHIJNT
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER AÜVERTENTIËN
Een stukje vaderlandsche
geschiedenis in het uiterste hoekje.
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. pf 0,95.
Enkele nummers0,02'.
UITGAVE DER FIRMA
en van
van 1—5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Sluis in 1604.
In de week die we intreden stelt men
zich voor in Sluis een belangrjk deel
onzer geschiedenis te herdenken. Belang
rijk voor Sluis als vesting in de eerste
plaats, maar ook voor het heele land van
Cadzand. Als men in deze schoone Augus-
tus-maand van dezen scboonen zomer, met
de gemakkelijke voertuigen van een ge
rieflijke tram van uit Sluis het stuk-e
Belgisch zeestrand, wel bemind omdat het
zoo klein is, gaat bezoeken, en men ver
laat Westcappelle het Belgische van
dien naam altjjd om langs Knocke, Heijst
sur Mer, en Blankenberghe, de oudste en
eerste in rang van de Belgische badplaat-
Ben, Ostende te bereikeD, dan kan men
nu, de rijen van paleizen en kurhuizen
en villa's en piereD, en hotels aanziende,
en de bonte menigte, zich vermakende in
of aan den ruimen waterplas die Noordzee
geheeten is, zich moeiljk voorstellen het
lijden en de ellende voor drie eeuwen aan
ditzelfde zeestrand geleden.
Hat derde jaar van de belegering van
Ostende was ingegaan. Geen stad had in
onzen vrijheidsoorlog het zoo lang uitge
houden. Maar ook voor geen stad was
„zooveel volkx voor ende inne gebleven",
geen stad die „zooveel strijdbare helden,
zooveel vrome oversten, colonellen, captev-
nen, bevelhebberen ende vrome soldaten
verslonden heeft, als in deze belegeringhe
is geschied, ende daar de overwinnaars
eindelijk naer soo langhe belegeringhe,
soo veel bloedstortinghe, soo vele gelt-
spillinghe, niet anders dan een molshoop
ende onnutte Bandberch hebben becomen".
Intusschen int jaer als men begon te
schriven 1604 was er nog geen einde te
zien aan bet beleg, zoomin als aan de po
gingen tot ontzet van Ostende.
Met advies van Prins Maurits werd door
de Staten-Generaai besloten om te beproe
ven de Spaansche vijanden die naar de
zjjde van Sluis de vrije hand hadden langs
dien weg te bestoken en hunne macht van
die zjjde te knakken.
Eenige capiteynen werden gelast huDne
vendelen compleet te maken; 1500 Zwit
sers en nog 2000 man voetvolk werden
aangeworven, die zich op 20 April te
Willemstad moesten bevinden om van daar
per scheepsgelegenheid naar Zeeland ver
voerd te worden.
Graaf Willem Lodewjk, Graaf Ernst
Casimir en Graaf Lode wijk Gunther gingen
mee en Graaf Hendrik Frederik zou de
ruiterij commandeeren.
Den 25sten April landde de vloot, en
dadelijk werd een aanvang gemaakt met
het innemen van forten eD sehanseD, dat
weinig tegenstand ontmoette. Op 3 Mei
werd IJzendijke bezet, de vijand kwam
den 4en, dus te laat en werd verjaagd.
Den Gen Mei eerst schenen de Spanjaar
den het ernstige van den toestand in Cadzand
intezien. Toen werd een ernstige poging ge
waagd om den inval derStaatschen te keeren.
Allerwegen landden sloepen, wel met zes
honderd maD, eer de wacht op 't Ejlandt
wesende, 't selve gbewaer geworden is,
die terstont daer nae allarm maekten. De
pogiDg mislukte. IJzendijke bleef basis,
steunpunt voor de operatiën van het
Staatsche leger in Zeeuwsch-Vlaanderen.
Van IJzendijke ging het naar Aarden-
burg. Zonder slag of stoot werd Aardenburg
genomen, versterkt en door Graaf Ernst,
als maatregel van voorzichtigheid voor-
loopig bezet.
Toen naar Middelburg in Vlaanderen
waar de wachters, in plaats van het kasteel
te verdedigen er uitliepenen toen naar
Eecloo waar het paarde volk verdrijven moest
die men er liever niet zag.
Rondom Sluis was alzoo een kring ge
trokken met eenige steunpunten en op 16
Mei begon de ruiter j en het voetvolk van
Prins Maurits Sluis aantetasten,
Twee wateren, de Soute en de Soete,
van Damme ende Brugge Ioopende naar
Slui°, waren beschanst door Don Louis de
Velasco, het leger, werd omtrent het Sluis-
ken van de waterioghe van Moerkerke en
Lapschuure beschoten door de Staatschen
met het gevolg dat er boven de vijfhon
derd verslagen en verdronken zijd, ende
nog wel driehonderd gevangher, daer onder
waren elft' Capiteynen ende meer anderen,
ende onder dien ook een van het Maeg-
Bchap van Spinola. Toen ging het recht
streeks op Sluis aan. Prins Maurits legerde
zich aan de westzijde van de haveD, de
heer Van der Noot ten Zuider, de ver
dronken beemden met schepen en sloepen
van oorlog bezettende om alle toegangen
te stopper.
Den 21en Mei deed Prins Maurits met
den trommel door het leger omslaan dat
den nars'en Woensdag een Vasten- en
Biddag door het leger zou gehouden worden.
Een seltBaem dinck om te zien in eenen
legher, verbiedende allen soetelaers of victa-
lierders eenigerhande victualie te vercoopen
dien dag, op verbeurte van hare goederèn,
ende uit het leger ghebannen te worden,
opdat het geheele leger mochte te beter
vasten, ende voor den goeden voorspoet
bidden.
Al spoedig woedde de honger in de
belegerde veste. Door uitvallen van binnen
en door pogingen van buiten werd door
de Spanjaarden getracht de inwoners
en de bezetting van levensmiddelen te
voorzieD, wat door de Staatsen, de ssnoffe-
daeraf cryghende" belet werd.
En zoo moest ten slotte Sluis valleD,
gelijk iedere belegerde veste die niet t jdig
ontzet wordt door honger tot overgave ge
dwongen wordt.
Sluis viel in de zeventiende eeuw, ge
lijk naar alle menscheljke berekening Port-
Arthur in de twintigste eeuw vallen zal.
Op 17 Augustus werd een laatste wan
hopige pogiDg gedaan, waarbjj twee honderd
man, waaronder vele aanzienlijken, sneu
velden, en toen boog Sluis het hootd voor
deu Prins en was Cadzand gebracht onder
Statenljk bestuur.
Het is dit feit dri men zich voorstelt
Vrijdag a.s. te Sluis te herdenken.
Het verlies van den 17den deed het
garnizoen op don 18den eervollen uittocht
verzoeken en Prins Maurits stond toe dat
de bezetting den eersten dag met wapenen
en bagage mocht uitgaan. Vier duizend
weerbare mannen en 1400 slaver, meest
Turken trokken uit, om eldars hunne
diensten te presenteeren. t
15 Augustus 1904.
De bekende vrijzinnig democratische
verkiezingsspreker F. Mol, die door de
liberalen in het kiesdistrict Goes bij de
jongste statenverkiezingen in dienst geno
men was om stemmen te winnen voor de li
berale candidateD, en met name te 's-Graven-
polder, ook zelfs toen bij de grofste eD meest
ongemanierde roodheden debiteerde, door
de 's Gravenpoldersche liberalen daverend
werd toegejuicht, doch te Rilland door den
heer Sybrandi, onder toejuiching zelfs van
liberalen, meesterlijk op zijn nommer werd
gezet, is tot de sociaal democraten, het
voorland der vrijzinnig democraten over
gegaan.
Een quaestie van tijd is het slechts en
de geheele vrijzinnig democratie zal in de
S- D- A. P. zijn opgegaan zoo zij tenminste
niet is teruggevallen tot het oud-liberalisme,
waaruit zj is voortgekomen.
Kuyper de minister dei reactie
De Antirevolutionairen altemaal conser
vatieven
De katholieken altemaal reactienür 1
Aalberse, c. s. io de Tweede en Sisser,
c. p. in de Eerste Kamer altemaal door de
reactionairen in hunne partij overvleugeld
Altemaal reactie!
Aldus de liberale en vrijzinnig-demo
cratische pers.
En inmiddels jubelt zij over de geheele
linie de verkiezing tegen van den „reac
tionair" Van Houten.
Wie vat dat?
Een der leiders van de Duitsche soci
aal-democratie dr. Friedeberg heeft in een
socialistische vergadering te Berlijn twee
uitspraken gedaan, die noodig zjn ont
houden te worden.
De eerste is deze
„Door het parlementaire stelsel hebben
wij geen enkelen stap verder gezet op den
weg der gelijkmaking van de klassen. Dat
ligt aan onze leidersdie zijn tevreden, zoo
dra zij door het algemeen kiesrecht in den
Rijksdag zijn gekozen. Vroeger was een so
cialistische stem een bewijs van moed thans
beteekent het, dat men een voordeeltje be
reiken wil, door middel van onze partij.
„Ondanks de 8o stemmen in het parlement
is de partij even machteloos om haar idealen
te verwezenlijken, als toen zij geen enkelen
afgevaardigde had."
Let wel, dat zegt hij van de Duitsche
socialisten. Van de Nedorlandsche zou dit
volstrekt niet opgaan. Maar, wat niet is,
kan komen. De tweede opmerking, van
meer beteekeDis ook voor ons vaderland,
is deze
Huichelarij is het volhouden der stelling
dat godsdienst pnvaatniak is. Op den grond
der socialistische beginselen ligt de stelling,
dat er geen godsdienst mag hlijven bestaan,
omdat wij aan geen God gelooven.
„Door dergelijke huichelarijen zijn wij meer
burgerlijk geworden, dan een der burgerlijke
partijen
Deze spreker zal wel uit de party ge
worpen wordente meer daar hij ook nog
de algemeene werkstaking boven het par
lementarisme aanprees.
Maar dit ontneemt aan zijn openhartige
bekentenis niets van haar waardeEen
sociaal democraat die u vangen wil met
zijn „godsdienst is privaatzaak", maakt
zich schuldig aan huichelarij.
Een buitengewone gebeurtenis had de
vorige week op kerkelijk gebied plaats en
wel in Schotland.
In Schotland bestaan o.a. de Vrije Schot -
sche kerk en de Vereenigde Presbyteri-
sansche kerk. Deze twee keilcengroepen
kwamen voor vier jaren tot ineensmelting
643 verklaarden zich daarvoor en 27 daar
tegen. Deze 27 verklaarden de wettige
voortzetting van de Vrije Schotsche kerk
te zyn. Die kleine minderheid begon te
procedeeren, opeischende gebouwen, goe
deren en fondsen van de Vrije Schotsche
kerk. Daar was geen rechter die er ooren
voor haf, telkens werd uitgemaakt dat de
meerderheid recht had op al de bezit
tingen der kerk. Maar eindelijk komt de
zaak ter laatster instantie bij het Engel-
sche Heerenhuis, en de Lords verklaren
dat de minderheid zich als beheerders mag
beschouwen van alle bezittingen der voor
malige Vrije Schotsche kerk, vertegenwoor
digende een waarde van 120 millioen gul
der, ruim 1000 kerkgebouwen en vier
Theologische scholen.
Geen kleinigheid voorwaar.
Wat zal die kleine minderheid daarmee
aanvangen
Dat vonnis berust op de overweging dat
hier eene vereeniging plaats had van twee
kerkengroepen die niet een zijn in belij
denis. Het is een vereeniging van afdee-
lingen en organisaties. Een vereeniging
waarbij allerlei administratieve regelingen
zijn gemaakt, en waarbij van belijdenis
geen sprake is.
De minderheid heef', zoover we oor-
deelen kunnen, geljk, en het oordeel van
het Eagelsche Hoogerhuis was juist.
Maar merkwaardig en eenig blijft, zelfs
in onze dagen van millionaire en trusts,
het feit dat een paar dozijn dominees,
ieder voor zijn persoon, hoofdeljk dus,
het beheer krjgen over 5 millioen gulden
en 40 kerken, om van het andere te zwijgen.
Tot recht begrip van het zeldzame feit
in de kerkeljke geschiedenis van Schot
land moge het volgende dienen.
De staatskerk in Schotland is een andere
dan in Engeland. Deze laatste noemt zich
de Engelseh-Katholieke, en juister en kor
ter omschrjving kan men niet wenschen,
als men let op hare hiërarchische inrich
ting, haar samengTstelden eeredienst, haar
ritualen. De Schotsohe staatskerk daaren
tegen is Presbyteriaansch, zij heeft in veler
lei opzicht meer van de Gereformeerde of van
de Ned. Hervormde K9rk, dan van eenige
andere. Zj wordt bestuurd door Prest-y-
teriën. Op de algemeene vergadering komen
geestelyken en leeken bj elkaar, door de
Pres' y Iers afgevaardigd.
De algemeene vergadering (Synode) kiest
elk jaar haar voorzitter (Moderator) terwijl
de Kroon een regeeiingscommissaris zendt
die Lord High commissioner heet.
De helft van de Schotsche bevolking
rekent men te behooren tot deze kerk. In
1843 werd de vr je Schotsche kerk geboren.
In dat jaar hadden tengevolge van een
kerkeljk-burgerljk geding waarin ook het
Hoogerhuis uitspraak deed, 289 predikan
ten van de Presbyteriaansche kerk hun ambt
neergelegd. In 1900 werd de vereeniging ge
troffen die nu, tengevolge van het ïlooger-
huis-vonnis, is uiteengespat.
Ook hier, tussehen deze twee polen
scheiden en vereenigen, wentelt zich het
kerkelyk leven, als om haar as.
RUSLAND en JAPAN.
In ons telegram van Vrydag werd ver
wondering uitgesproken over het nietsdoen
der Chineezen die zonder protest toelieten
dat de Russische torpedojager „Reschitelcy
door de Japanneezen op hun grondgebied
aangevallen en vernield werd. Deze be
sehuldiging. bljkt onjuist.
De Chineesche bevelhebber heeft wel
degeljk gedaan wat hj kon om deze schen-
ning der neutraliteit van zjn regeering te
voorkomen. Doch de Japanneezen waren
verachteljk genoeg, in weerwil van hun
gegeven eerewoord, toch den verboden aan
val te doen, nog wel op een gansch ont
redderd vaartuig.
De kapitein van dat vaartuig, Kostseho-
kowski verhaalt„De Japanners beloofden
mjn leven te zullen spareD, indien ik mj
gevaDgen wilde geven. Deze beleediging
griefde my dusdanig, dat ik den Japanschen
officier aanviel voordat ik eigenl jk zelf wist
of de voorbereidende maatregelen tot het
doen ontploffin van het schip getroffen
waren. De slag, dien ik toebracht, was zóó
hevig, dat de Japannees overboord tuimelde.
De luitenant sleepte my meêhij viel in zijn
sloep en ik in het water. Ik wrong my
aan hem vast en ik worstelde met hem
tot ik niet meer kon." Intusschen vochten
de Russische matrozen met de Japanners.
Laatstgenoemden maakten gebruik van hunce
geweren en bajonetten. Kapitein Kostschc-
kowski poogde het commando weer op zich
te nemen, maar hij ontving, in het water
liggend, vier wondeD, waarvan een zeer
ernstige, aan het rechterbeen.
Hy werd door een Chineesche sloep op
gepikt
De Japansche bevelhebber evenwel ver
klaart dat hj gehandeld heeft overeenkom
stig de bevelendwingen tot vechten of
bet lig leggen.
De Rus had belangrijke papieren ter
overbrenging bj zich. Deze werden in
tjds vernietigd.
Tegen de beslaglegging zal door de Chi
neesche en Russische regeeringen, gesteund
door de Fransche en Duitsche, by de Ja
pansche geprotesteerd worden wat echter
niet beletten zal dat alles met een sisser
afl iopt. In de twintigste eeuw is veel toe
gestaan het is de eeuw van macht boven
recht.
In Mantsjoer je begint de toestand der Rus
sen inmiddels steeds hachelijker te worden.
De Japanaeezen komen steeds dichter op
Koeropatkins zuideljke front aanbenden
Koengoezen door Japansche officieren aan
gevoerd, steunen hen in de streek bj de
L;ao. Ook deze schenning van het oor
logsrecht is geoorloofd. Dat heeft Zuid-
Afrika bewezeD.
Ook de Chineezen zjn zeer roerig. Een
70 duizend hunner onder bevel van Yoe-
antschiksï trok bereids naar het rourden
op, om Koeropatkins westeljke front te
bedreigenen inmiddels wordt de omtrek
kende beweging der Japanneezen in de
richting van Moekden steeds duideljker.
In de buurt van Moekden zjn reeds
Japansche verkenners gezieD.
Is 't te verwonderen dat al dergeljke
berichten de stemming te Petersburg druk-
keD, in weerwil van de bi jdschap over de
geboorte van een troonopvolger 1
De jonggeboren zoon van den Czaar heeft
den naam Alexis gekregen. De Czaar heeft
behalve dezen zoon nog vier dochtersde
grootvorstinnen Olga, 9 jaar oud, Tatiana,
7 jaar, Maria, 5 jaar, en Anastasia, 3 jaar.
De jonge grootvorst schijnt niet onder een
gelukkig gesternte geboren. Moge hj be
stemd zyn om het Russische volk op te
heffen uit zjne slaverny en te zegenen
met tal van grondwetteljke vrjheden 1
De volksvreugde was anders Donderdag
uitbundig. In de vol'zsw jken knielden mannen
en vrouwen neer, het teeken des kruises
makend. Alle kerken waren propvol. De
feesten duurden vier dagen.
De Russische hoofdstad en Peterhof waren
des avonds geïllumineerd. De tsaar moet
deu wensch te kennen hebben gegeven, op
uitgebreide schaal gratie te verleenen aan
personeD, die wegens politieke misdrijven
veroordeeld waren.
Het is echter een vreugde met rouw
gemengd. Zaterdag toch werd in de kathe
draal der admiraliteit een rouwdienst ge
houden voor admiraal Withöfft en de andere,
in het gevecht van den lOden dezer aan
boord van de „Cesarewitch" omgekomen
officieren en manschappen.
En dan welke jobstijding kan heden
nog de feest vreugde hebben doen verstommen.
Welk doodsbericht zal de telegraaf van
avond weer brengen!
Is niet den Dieuwen gouverneur van
Finland aangezegd dat hj er zich op heeft
voor te bereiden spoedig Bobrikof achter
aan te gaan!
Aan de „terechtstellingen" geljk de
socialisten den moord op Von Plehwe en
dergeljken noemen is in het groote
Czarenrjk voorloopig geen einde.
Geljk men weet behoorde de „Tsare-
witch' tot die Russische schepen welke uit
Port-Arthur ontkwamen en door de Japan
sche linie heenbraken, doch met het nood
lottig gevolg dat genoemde bevelhebber in
stukken sprong, nog 200 man gedood en
60 gewond werden en het schip slechts
zwaar gehavend Tsicgtau, in de baai van
Kiautscbau, waar Duitschland een flinke
zeemacht onder bevel van den viee-admi-
raal Yon Holtzendorff bjeen heeft, kon
bereiken. In het geheel wisten na twee
wanhopige gevechten tien kruisers en acht
torpedobooten zich op die w jze in verschil
lende Chineesche of Duitsche havens te
bergen; andere moesten naar Port-Arthur
terug. Slechts een enkele bereikte Wladi-
wostoek.
Deze uitvaait der Russische slagschepen
is overigens een bewjs dat de vesting
Port-Arthur op haar laatste beenen loopt.
Ook de keizer van Japan scojnt er al
dus over te denken. Hj heeft nameljk
door middel van zjn eersten minister
Yamagata gelast dat alle vrouwen, geeste-
ljken, kooplieden en diplomatieke verta-
genwoordigers de vesting moeten re'laten
en tot Dalny docr de Japanneezen moeten
beschermd worden,
Oyama heeft machriging gekregen om
ook andere Diet-vechtenden dan de hier
bovengenoemden te laten uittrekken, mits
dit de militaire operaties niet hindert.
Wj spraken daar van Jobstjdingen.
Nu reeds kwam bericht vaneen ernstig
zeegevecht tussehen de Japanneezen en het
Russische Wladiwostoksche smaldeel by het
eiland Tsoesjima geleverd, waavbj een Rus-