ZEELAND.
1904.
Dinsdag 19 April.
18e Jaargang.
HISTORISCH
Bij ill miner Maart eea Bijwpel.
VERSCHIJNT
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER AÜVERTENTIËN
öe Provinciale Stembus.
FEUILLETON.
Alva en Egmond.
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p, p. 0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE DER FIRMA
en van
van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Zoo langzamerhand begint de alarmklok
te luiden. v
Niet omdat er brand of watersnood is in
Zeeland of Holland, maar omdat binnen een
achttal weken de Provinciale Stembus open
gaat.
Die alarmklok roept de kiesvereenigin-
gen van den Dollart tot de Schelde op tot
den dienst of de wacht. Die alarmklok
roept alle journalisten op om eerst dezen
brijberg te dooreten voor de komkommers
in de dagen der ruste kunnen genoten
worden. Die alarmklok roept tal van leden
onzer gemeenteraden op om van 8 tot 5
ure post te vatten bij de stembus als ware
't een snelvuurkanon.
De stembus voor de Tweede Kamer-ver
kiezing in 1905, belangrijk boven allp, is
voor eenige maanden uit 't gezicht ver
dwenen. Ze vertoonde zich, kortgeleden,
als een stipje aan dei horizon, maar is
schuilgegaan in den nevel opgewekt door
mistige dampen die de opgaande zon voor
afgaan.
Nu richten zich alle kijkers op de Pro
vinciale stembus.
En als we ook onze kijker daarop rich
ten, dan verschijnt de Provinciale stembus
voor ons oog, omhaDgen met een wet tot
wijziging van het Hooger Onderwijs en
met een dito tot wijziging van het tarief
van invoerrechten, en dan wordt deze
stembus omringd met anti-militairisten,
grijnzend turende op snelvuurkannen en
op een fraai schip »dat veel geld kost."
Een groep socialisten en vrijzinnig-de
mocraten, met d8 herkenbare figuur van
den heer Staalman, den Helderschen af
gevaardigde, omringen de stembus en wil
len haar tot stormram maken om het Ka
binet omvertewerpen, zooals wijlen Lurae-y
met zijn balk de poorten van den Bi iel
open rammeide.
Het Kabinef-Kuyper moet vallen
Het coalitie-Kabinet verdwijne
-»Dat is de leus, en daartoe moet de Pro
vinciale stembus dienst doen.
't Ia toch vreemd.
Is er een vertegenwoordigend collega
dat met partijen noch met politiek te ma
ken heeft, dan toch wel in de eerste plaats
de Provinciale Staten. Art. 134 en 135
Op den Beeldenstorm volgde snel de
wraakDe ontsteltenis, de stomme ver
bazing had plaats gemaakt voor een bran
dend gevoel van verontwaardiging, vergel
ding en wraak, en de Kalvers zooals
de Calvinisten door het gepeugel werden
gescholden werden gestraft voor het
geen de dwepers hadden misdreven.
De landvoogdes was niet tevreden met
het verwoesten der Gereformeerde bede
huizen, van de kerkbalken werden galgen
gemaakt en terwijl de beeldenstormers de
beelden staande langs de wanden der
kerkgebouwen, hadden naar beneden ge
haald, heesoh zij de beelden weer op
geen doode beelden van marmer of gra
niet, maar levende beelden-' menschen,chris-
tenen, die, hoog in de lucht, aan den
schandpaal werden opgehangen.
De geesel der vervolging ging over de
jeugdige Kerk, en vele duizenden nijvere
mannen, die de zuilen vormden der
Maatschappij, verlieten om den geloofs
wil de zinkende Nederlanden. De uittocht
werd een nationale ramp, en nam zulke
afmetingen aan, dat de Landvoogdes on
gerust werd; zij maakte er haar'broeder,
den Koning, opmerkzaam op, en raadde
hem toegevendheid aan, opdat de natio
nale welvaart niet onherstelbaar werd ge
maakt.
Doch zjj had dien raad kunnen sparen
de sombere man, die ?an uit de donkerste
van de Grondwet draagt aan de Provinciale
Staten op de regeling en het Bestuur van
de huishouding der Provincie de vast
stelling van de in 't provinciaal belang
noodige verordeningen en het verieenen
hunner medewerking wanneer de wetten
of de algemeene maatregelen van bestuur
het vorderen
Men zou zoo zeggen wie krijgt het in
't hoofd om voor de uitvoering van die taak
te gaan praten over Hooger Onderwijs en
Tariefwet.
Men kan even goed, zooals een preek-
lezer op een onzer landelijke dorpen moet
overkomen zijn, een klacht gaan lezen
over de rumoerige matrozen die de straten
onzer stad onveilig maken
Heel dat rustige werk, vrij van alle po
litieke benauwing, door de Grondwet aan de
Provinciale Staten wordt op den achter
grond gedrongen door het eene feit dat die
Staten geroepen zijn tot de samenstelling
van de Eerste Kamer.
En zoo herhaalt zich iedere drie jaren
het verschijnsel dat letterlijk bij de Pro
vinciale stembus een politieke veldslag ge
leverd wordt.
En dit jaar zeker niet minder hevig,
misschien heviger dan ooit.
Het geldt ditmaal niet minder dan ver
zwakking of versterking van het tegen
woordige kabinet. Het gaat ditmaal om
clericaal of anti-olericaal. Het gaat ditmaal
om de heerschappij, de voortdurende heer
schappij van dat deel on zes volks dat neu
traliteit begeert en behoeP, of wel om
rechtsgelijkheid.
Het gaat om het roepen en eischen van
verbetering met Staatshulp, of om het be
talen van wat men weRsoh1'.
Zoo is de Provinciale stembus voor den
"een een welkom wapen tot aanval en voor
den ander een noodzakelijk wapen tot
verweer.
Indien we wel zien zal in onze Provin
cie Zeeland slechts een echo zich doen
hooren van den stembus-strijd in andore
Provinciën te voeren. Friesland en Over-
ijssl en vooral Zuid-Holland slaan heel
wat zwakker dan Zeeland. Op districten
als Den Haag, Ridderkerk, Brielle en an
dere is een ware stormloop te wachten.
In de Zeeuwsche districten zal wel geen
verandering gebracht worden, behalve dat
de vacante zetel van den heer Kakebeeke
door een man uit een der Christelijke par
tijen zal ingenomen worden.
kamer van het Eseuriaal twee werelden
regeerde, was niet van plan een duim
breed toe te gaver, en de ijzeren Hertog
was reeds op marsck om het kettersche
land te verpletteren.
Ferdinand Alvarez van Toledo, hertog
van Alva, was ruim 59 jaren oud. Hij
noemde zich met lieren trots een afstam
meling der Grieksche Keizers, en behoorde
tot den hoogsten Spaanschen adel. Reeds
van zijn prille jeugd had hij het harnas
gedragenbij Mühlhansen had hij voor
Karei V het Duitsche Protestantisme ver
pletterd niemand zijner partijgenooten
bad zooveel veldslagen en belegeringen
medegemaakt als hij hij was onbe
twistbaar een der grootste valdheeren van
zijn tiid. Hij was middelmatig van ge
stalte trotsch van houding zijn gelaats-
vorm was langwerpig, scherp geteekend en
hard. Hij was een schrikwekkende ver
schijning, onverbiddelijk, bloeddorstig,
wreed, doch waar het te pas kwam, wist
hij dien bloeddorst in te houden, als de
tijger zijne klauwen, en Egmond heeft
te laat ervaren, dat Alva het masker van
den huichelaar niet versmaadde, waar hij
met ruw geweld zijn doel zou missen.
Door veertig Edellieden vergezeld be
groette Egmond den aanstaanden stad
houder te Thieneu. Hij bood Alva twee
prachtige paarden aaD, als geschenk; en
Alva omarmde den man, wiens doodvonnis
hij reeds in zijn zak droeg.
In een sombere onheilspellende stilte
hield Alva met zijn krijgsvolk zijn intocht
Het district Goes is voor de antirevolu
tionairen dubbel vast.
Het weifelend district Zierikzee biedt
e8nige kans, met ieder jaar meer, en in
het land van Cadzand werkt een kleine
groep met ijver en bezieling. Zoo zullen
we hier slechts den verwijderden storm
hooren die uit de hedendaagsche nevelen
ontstaan zal als we Gen maand ouder zijn.
Maar het zal slechts een bries zijn,
kunstmatig tot storm opgeblazen.
Het zal de liberale en vrijzinnigdemc-
cratische en socialistische pers in Zeeland,
met name de Middelburgsche Courant en
de Baanbreker bij deze Stater.-verkiezing in
Zeeland gaan als den Heiligen Antonius
toen hij gepreekt had voor de visschen.
De preek tvas gedaan en de preelcer zetAmen.
Maar net ah voorheen ging de snoek weer op buit.
Kroop de aal weer in 't slijk en de kreeft
(achteruit
Ze vonden 't verrukkelijk en riepen te zamen
Hoe mooi was die preeken hoe keurig van pas.
Maar ze lieten de zaak, net precies als ze was.
18 April 1904.
Hetgeen de Goesehe Christelijke school
in en door de vijftig jaar van haar bestaan
aan de stedelijke kas heeft cadeau gedaaD,
of, wilt ge, bespaard, beloopt een heele som.
Het zou wel aardig zijn dit eens uit te
rekenen.
Maar nu hetgeen de 726 Christelijke
scholen die ons land nu reeds telt aan
Rijk en Gemeenten hebben opgeleverd 1
Die 726 Chr. Scholen vertegenwoordigen
een heele som.
In 1879 waren er 326 Ca". Scholen.
Thans aardig toch vijf en twintig
jaar later, zijn er precies 400 meer726.
Volgens een matigo.berekeaing bedraagt
de som door ons Christenvolk voor deze
scholen opgebracht, alleen voor de school
gelden 31 miljoen 300 duizend gulden.
Terwijl de gestichte scholen zeiven een
waarde vertegenwoordigen van ruim zeven
miljoen
Vrage, o liberalen of hoe gij u noemen
moogt, wat hebt gij al die jaren voor uwe
scholen over gehad?
Sociaal democraten wat geeft gij er voor
Wat de Eerste Kamer met het Hooger-
Onderwijsontwerp zal doen
Wil zij getrouw z:jn aan haar karakter,
binnen Brussel. De straten waren leeg;
de openbare vermakelijkheden geschorst
de deuren gegrendeld. Er drukte iets
als een centenaarslast op de borst van het
volkde stilte was de voorbode van het
noodweer, en de burgers keken elkander
schuw en angstig aan.
Doeh Egmond was gerust; allen waar
schuwingen ten spijt ging hij in en uit
als gister en eergister, en de eerste blik
semstraal van het noodweer moest juist
den man treffen die den somberen Koning
was gevolgd met blinde trouw. Alva noo-
digde hem uit tot een vriendschappelijk
onderhoud, en hij volgde die uitnoodiging
op. Hij werd verraderlijk gevangen ge
nomen de graat van Hoorne eveneens.
Het geheele land werd een huis der
slachting; de doodsklok luidde van de
Schelde tot den Dollard toe: er was rouw
in de stad, op het dorp, in de eenzame
woning, Roomseh en onroomseh ging onder
de geeselroede door; de beul ging rond.
Hij richtte de galgen op; bjj stookte het
vuur van den brandstapel; hij rukte den
man uit de armen zijer vrouw den zoon
van de borst der moeder.
Er werd geplunderd, geroofd, gezengd
en gebrand. De doode lichamen hadden
geen rust in hunne graven; zij warden
opgedolven, en onder de ga'g gesleept;
want de een had niet gebiecht; en de
ander was zonder het heilig sacrament ge
storven. Er was geen onderscheid van
rang of stand; van jong of oud; van we
duwe of wees; en de boomgaarden droe-
dan dient zij dit ontwerp te beschouwen
los van de politiek, en alleen te vragen
of de aanneming in strijd zou zijn met het
landsbelang.
Zij staat tot op zekere hoogte buiten don
partijstrijd in zijn scherpen concreten vorm.
Vele liberale menschep, en vooral open
bare onderwijzers men vrage het hun
maar zeggen dat deze wet schade doet
aan het landsbelang. Maar als gij hun
vraagt, waarin toch, dan weten zij het niet.
De liberale partij in de Eerste Kamer
heeft hier te doen met tweeërlei uitspraken.
Heel de politieke linkerzijde der Tweede
Kamer van v. d. Vlagt tot v. d. Zwaag
heeft dit wetsontwerp afgestemd, uit
politiek.
Van hare houding is het adres der vrij
zinnig democraten aan de Eerste Kamer
om dit ontwerp te verwerpsD, de comische
reflexie.
Maar er zijn in het vrijzinnige kamp
ook nog andere stemmen vernomen, ook
naar deze zou zij kunnen hooren.
Toen de debatten in de Tweede Kamer
over het ontwerp waren afgeloopeD, klaagde
het (vrijzinnige) weekblad de Groene Am
sterdammer in zijn no. van 19 Maart „dat
de linkerzijde der Tweede Kamer zich in
die debatten niet tot de ware vrijzinnigheid
had weten te verheflen".
Voorts is bekend dat het (Unie-liberale)
blad Het Vaderland den 10 Febr. 11. ver
klaarde geenszins zoo stellig tegen het
aanhangige voorstel gekant te zijn als vele
liberalen dit warenen dat mr. Limburg,
een bekend vrijzinnig-democraat, in het
Sociaal Weekblad zich bepaald ten gunste
er van uitsprak.
Aan welke van deze twee zich de Eerste
Kamer houden zal, wanneer zij aan haar
roeping en aard getrouw blijft, is voor ons
niet twijfelachtig.
Maar de politiek kan hier nog veel
kwaad doen.
De heer v. d. Goes heeft eenigon tijd ge
leden in zijn Goesehe propaganda-speech
heel wat leelijks van de liberale partjj,
van de liberalen van '48, van Thorbecke
gezegd.
Hoe de liberalen van '48 met het Ko
ningschap en den persoon des Konings
gesold hebben, hoe zij de Revolutie-begin
selen hebben doorgevoerd, werd door hem
met een paar forsche trekken geschetst.
Hij zei ongeveer: de Koningin mag ge-
gen vreemde vruchtenmenschenlijkeD, om
wier vleesch de roofvogels vochten.
Het was op een Zaterdag in de liefelijke
Juni-maand, toen op de Groote Markt te
Brussel een schavot werd opgeslagen en
met zwart laken bekleed. Twee-en-twin-
tig vaandels Spaansche musketiers vulden
het ruime plein; met brandende loten ver
sperden zij alle toegangen, en achter die
levende muren stond de geheele bevolking
der stad in een doodsche stilte en als ver
stijfd van schrik.
Egmond beklom het schavot. Er stond
een kleine tafel op het schavot, en op die
tafel een zilveren kruisbeeld.
Er lag een diepe ernst op Egmonds ge
laat; op weg naar het schavot had hij den
een-en-zestigsten Psalm gelezen: „O God,
hoor mijn geschreimerk op mjjn gebed!"
Hij was nu 46 jaarin de volle kracht
van zijn leven; maar zijn haar was reeds
wit als sneeuw. Hij droeg een tabbaard
of wijd kleed van rood damast, waarover
een zwarte, met goud gestikte mantel was
geworpen.
Peinzend wandelde hij eenige keeren op
en neer; de hope op gratie had hem ver
gezeld tot aan de trappen van dit sombere
schavot.
De bisschop, die hem vergezelde, reikte
hem het zilveren kruisbeeld, en hij kuste
het. Dan knielde hij neder op het kusseD,
trok de kap over de oogen, en riep met
luide stem: „Heere, in Uwe handen be
veel ik mijnen geest!"
Toen flikkerde het beulszwaard in de
rust Koningin bij de gratie Gods zijn, ja
zij mag wel 't Goddelijk gezag uitoefenen,
mits wij maar de weiten maken, mits wjj
maar regeeren.
Zoo hebben, aldus) de heer v. d. Goes,
de liberalen van '48 er ook over gedacht.
Zij hebben den Koning alle macht ontno
men en hun recht in de wet vastgelegd;
en gezorgd dat de macht eigenljjk bjj hem
berustte, dit ging gepaard met allerlei
strjjkaadjes aan 't adres van den persoon
des Konings.
Zoo oreerde v. d. Goes, en geen der
aanwezige liberalen kwam tegen deze voor
stelling op.
Nu beweren wij niet dat deze voorstel
ling onjuist was, maar de liberalen die
het er niet mee eens waren, hadden het
„wie zwijgt stemt toe" hier niet uit het
oog moeten verliezen.
Ook de cynische wjjze waarop de spre
ker zijne partij bereids vrijsprak van mo
gelijke bloedbadtooneelen die de door haar
beoogde revolutie tegen hun wil zouden
vergezellen, had van liberale zijde niet on
besproken mogen bljjven.
De Goesehe vrjjzinnige pers sprak met
lof en meerdere of mindere instemming
over het gesprokene.
Zij deed derhalve alsof zij de booze be
schuldiging inzake der liberalen revoluti
onaire spel met het Koningschap niet ge
hoord heeft.
Dat is ons wèl.
Maar wij achten het toch zeer onvoor
zichtig.
De (oud-) liberale partij heeft, ook in
Zeeland, de leiding der beweging niet meer,
of voelt zich althans de teugels ontglippen.
In dat doodzwijgen van, in dat loftuiten
op den sociaal democraat beluistert men
heel duidelijk de stem der wanhoop over
dat krachtverlies.
Toch verheugen wij ons hierover niet.
Integendeel het spijt ons meer dan wij
zeggen kunnen.
Wij zagen zoo gaarne nog groote kracht
uitgaan van heD, die op de lijn der revo
lutie nog niet al te zeer zijn afgegleden.
Liever dan dat zjj zich nu met hunne
roode opvolgers gaan verzwageren.
Dit laatste doet ons denken aan dwaas
heid of is het iets anders?van den
vogel, die in den bek vliegt van het sis
send reptiel dat op hem loert.
De sociaal democraten zoeken het ver
derf der burgers, der liberale bourgeois.
stralen der Junizon en het was gedaan.
De Graaf van Hoorne kreeg nu zjjn beurt.
Hij ontdeed zich van zijn mantel en stond
in een zwart wambuis. Hjj zag bedaard
in het rond en groette zijn bekendeD. Zijn
oog viel op een zwart lakenhij vraagde
of dit laken het ljjk van Egmond bedekte,
en een der beulen zeide»Ja". Toen trok
bij de kap over het gezicht, sprak dezelfde
woorden als Egmond, on legde het hoofd
op het blok.
Het volk zag dit alles aanhet
was stom van schrikvan afgrjjzen,
doch toen de hoofden der terechtgestelden
op ijzeren pieken omhoog rezen toen het
volk in de gebroken oogeD staarde van
zijn nationaleu held, die Frankrijk had
doen beven op zijn grondvesten, barstte er
een kreet van afschuw, van ontzetting los.
Do roem, de eer, de glorie der Nederland-
sche gewesten was op dit bloedige schavot
vertrapt en vernietigd, en het beulszwaard
dat twee gravenhoofden had doen vallen,
had de vrijheid in het hart geraakt.
Dat was de gravenmoord van Brussel
dat was de wraak voor de nederlaag bjj
Heiligerlee, waar twaalf dagen geleden
Adolf van Nassau de overwinning op de
Spaansche tyrannia met zijn heldenleven
had betaald.
Uit Ons oude Nederlanddoor I. Pen
ning te Rotterdam bij D. A. Daamen.
De 4e aflevering van dit goedkoope
fraaie werk is verschenen.