en land
t
NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND
NIEUWE JAAR.
No. 36. 1903,
Dinsdag 22 December.
18e Jaargang.
ishoudster.
GHRISTELIJK-
HISTORISCH
De Rede van Minister Kuyper.
trkooping.
en
INES en
tntiën.
e Boonen
nhonden
sknecht
erde
machines.
nioB>
WIEL.
li E t S.
UIJNE,
zaai.
Serooskerke.
Oostkapelle.
Hei
DE WITTE,
L, Serooskerke.
ledig mogelijk
Hulpkantoor te
a. s.
HOLLMANN en
ember 1903,
uur, op het „Slot
PEN
n Kalfwaar-
g Vee en 2
1 gaat de roem der
denken eene Ma-
rzuimen niet deze
le, voor alle doel-
Macliine op zicht
n overal heenge-
p e r week.
Zeeland bij
UBREGTSE,
31, Middelburg.
voorradig:
iteit
HEX.
JNE, Veersche
ddelburg.
zijnen 10,
9 cent vijf ons,
45 cent de Liter,
ent de kilo.
MITS Co.,
ARNHEM.
77, Middelburg.
VERSCHIJNT
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Wederom stellen wij, en wel in het nummer dat VRIJDAG
1 Januari a.s. verschijnt, voor belangstellenden de gelegenheid
open, om tegen den prijs van 5 cents (mits niet grooter dan 6
regels druks) hun NIEUWJAARSGROET aan Familie, Vrienden of
Begunstigers, enz. als advertentie te doen opnemen.
Als naar gewoonte zal in datzelfde nommer van ons blad een
NIEUWJAARSWENSCH voorkomen van den volgenden inhoud
Bij den aanvang van het jaar 1904 wenschen ondergeteekenden hunnen
geaehten Vrienden, Bekenden of Begunstigers en Begunstigsters Gods hesten
zegen.
Onder dezen Nieuwjaarswensck kan een ieder tegen betaling van 10 cent
contant zijn of haar naam, (met beroep) en woonplaats doen zetten.
fS^"* Een en ander wordt ingewacht uiterlijk Woensdag 30 Dec»|
's morgens 1L uur, bij de lirma Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST te Goes.
MIDDELBURG,
J December 1903.
GOES, J)B UJTGEVERS.
Zij, die zicli met 1 Jau.
op dit blad abouneereu, ontvangen
de tot dien datum verschijnende
nummers gratis.
in.
Het werkplan der regeering.
op
kleid
Koudekerke.
rricht.
ui-fi',
at O Sl-t2Ö.
dag 30 Dec. a.s.,
dl, van niet meer
aakt kunnen wor-
oord ontvangt een
RIJWIEL, 25 vol-
en Theepot met
r keuze een Nik-
gen inzendt, heeft
OTOR-RIJW1EL,
ijwiel, Gouden
Horloge en nog
en vergezeld gaan
ents aan postzegels
25 eersten krijgen
Uitslag ontvangt
an huis.
RES.
Zuivelbereidings-
en,
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p p. 0,95.
Enkele nummers0,02'.
UITGAVE DER FIRMA
EN VAN
van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Welk was nu het werkplan der Regee
ring? Een beslist en stellig op den voor
grond schuiven van sociale hervormin
gen. Het pleit voorts ook voor een ethisch-
oeconomische politiek voor lndië. Het
sprak ook van de regeling van onze ad
ministratieve rechtspraak en van tal
van andere momenten, die voor elk Ka
binet, dat optreedt, van zoodanig gewicht
zijn, dat men er zich over moet uitlaten.
Dit stond intusschen vast, wanneer men,
om het karakter van het Kabinet te beoor-
deelen, vraagtwat staat in uw werkplan
op den voorgrond, dat dan daaromtrent de
eerste troonrede van 1901 geen den
minsten twijfel overliet.
Alleen heeft de Regeering destijds ge
weigerd, en dat wordt hier telkens uit het
oog verloren, de sociale quaestie enkel in
stoffelijken zin op te vatten. De Regeering
toch is uitgegaan van meet af van dit stand
punt: de sociale toestanden eischen her
vorming, maar eischen dit zoowel naar de
geestelijke, als naar de stoffelijke zijde.
En wanneer men die twee onderscheidt,
dan komt vanzelf aan de geestelijke zijde
de voorrang toe.
Welnu, wat de geestelijke zijde van de
sociale hervormingen betreft, werd in uit
zicht gesteldvrijmaking van het on
derwijs, beteugeling van verschillende
passies, die in den boezem van ons volk
woelen en het volk ten onder houden en
steeds lager dieigen te doen zinken; er
werd dus gewezen op hetgeen zou dienen
te gebeuren om de speelwoede, drank
zucht en schending van de publieke
eerbaarheid tegen te gaan.
Werd nu daarom het stoffelijke vergeten
Neen stellig niet, want in het werkplan
der Regeering werd opgenomenherziening
van de Arbeidswet, vaststelling van het
Arbeidscontract, verzekering tegen
ziekten, verzekering tegen ongevallen
bij de zeevisscherij, dito bij den land
bouw en eindelijk tegen invaliditeit; en
ouderdomsverzekering. En daar het de
overtuiging der Regeering is, dat tot verbete
ring van onzen economischen toestand drin
gend noodig is een verbetering, een opheffing
van ons vakonderwijs zoowel bij land
bouw, als bij nijverheid en handel
werd ook de bevordering van dat onderwijs
in het program der Regeering opgenomen.
Vanzelf rijst hier de vraag: hoever staat
het nu met de uitvoering van dat plan
Wjj kennen allen do nieuwe beurs van
Amsterdam. Toen die beurs gebouwd
werd, werd er een enorme vierkante schut
ting gezet om het plein, beplakt met allerlei
advertentiën, maar wat daarachter gebeurde
zag niemand.
Toen dit zoo ging, hoorde men de
menschen gedurig vragen wat voeren zjj
daarachter uit; zij doen niets; er komt
niets totdat eindelijk de fundamenten klaar
waren, aan het gebouw begonnen was
en toen eenmaal de muren boven de schut
ting uitkwamen, toen vorderde het werk
verrassend slenner.
Hetzelfde geldt niet alleen op het mecha
nische, maar ook op het organische terrein.
Als de akker bezaaid is, duurt het
weken voordat mon iets ziet en dan vraagt
de jongen maar vader, er is gezaaid en
er komt niets. Den vader daarentegen
verontrust dit in het minst niet. Hij toch
weet, dat de eerste groei heel langzaam
gaat, maar dat, als er schot in komt, men
het graan als het ware hoort en ziet groeien.
Nu hebben sommige sprekers ook aan
de rechterzijde nog al sterk den uitroep
doen klinken ge hebt wel toezeggingen
gedaan, maar daaraan hebben wij niets.
Aan de linkerzijde deed de een het niet
zoo hoffelijk als de ander, maar beider
zijds vroeg men toch om daden, niet om
woorden. Vooral links toonden enkelen
de rusteloosheid en het ongeduld van het
kind, dat in een bloempotje een boontje
gelegd heeft, en komt kijken, en als het
nog niets ziet, het er uit haalt om te zien
hoever het al is en juist daardoor den
groei belemmert.
Immers mag hierbij toch wel dit ter
loops worden opgemerkt, dat hoe langer
men hier in discussiSn als deze zijn tijd
verliest des te minder op de Depar
tementen gewerkt wordt. Rekenen wij,
om het materialistisch te nemen, dat wij
hier gedurende 5 dagen 7 uur zijn en
vermenigvuldigen wij dit met 8, dan
begrijpt men wat voor Departementale
kracht thans weder juist te loor gaat
door te lang over do quaestie betreffende
de vorderingen van de werkzaamhoden op
de Departementen te debatteeren.
Het is mij evenwel aangenaam in dit
opzicht toch geruststellende verzekeringen
te kunnen geven, welke natuurlijk de lin
kerzijde niet zullen bevredigen, daar het
immers thans op haar weg ligt nu ni0t
om wantrouwend te zijn, maar om niet
te goed van vertrouwen te wezen. Daar
om is wat ik zeggen ga, voor de linkerzijde
wellicht minder bestemd, voor zoover de
bedoeling van mjjn spreken is om gerust
heid te wekken.
Hoa staat het nu met het eerste deel van
ons werkplan, nl. voor wat betreft de so
ciale hervormingen
Da vrijmaking van bet onderwijs vereischt
drie wetsontwerpen één voor het hooger,
ééa voor het middelbaar, en één voor het
lager onderwijs. De wetsontwerpen
rakende het hooger en het middelbaar on
derwijs hebben de Kamer bereikt. Dat
betreffende het lager onderwijs is zoover
gereed dat de verzending naar den Raad
van State Liet te laDg meer op zich zal
laten wachten in elk geval zal het dit
zittingsjaar zoo tijdig inkomen, dat het, als
de Kamer wil, desnoods nog in dit jaar kan
afgehandeld worden.
In zake de loterijen en het spel heb
ben voorstellen de Kamer bereikt.
Ter bestrijding van de drankzucht is
een wetsontwerp bij de Kamer ingekomen.
Wat dus het op den voorgrond staande
onderdeel der sociale hervormingen betreft,
het geestelijke, kan men niet zeggen dat het
Kabinet tn mora moet gesteld worden.
Hoe staat het nu echter met het tweede
gedeelte, de bevordering van de stoffelijke
belangen
De Arbeidswet is van den Raad van
State teruger wordt thans de laatste hand
gelegd; vermoedelijk zal zij nog vóór het
eind van dit kalenderjaar de Kamer bereiken.
Het wetsontwerp op het Arbeidscon
tract is eveneens van den Raad van State
terug. Daarvoor wordt nu het nadar rapport
opgemaakt, zooals de heeren, die in de
wetgeving thuis zijn, weten; dat dient be
hoorlijk bezien te worden, maar ook dat is
in de geboorte.
Ten opzichte van de ziekteverzekering
weten de heeren door een begane indiscre
tie, dat daarvan het voorontwerp niet alleen
gereed is, maar dat het ook reeds lang is
verzonden aan de Kamers van Arbeid en
aan verschillende andere colleges om er
adviezen over te krijgen. Die adviezen zijn
grootendeels nu al inkomende, zoodat ook
dit ontwerp spoedig in gereedheid zal wezen
om naar den Raad van State verzonden te
worden.
Ten aanzien van het ontwerp voor de
Zeevisscherij-ongevallen, mag ik er wel
even op wijzen, dat de heer van der Zwaag
het deed voorkomen alsof dat zoo'n kleinig
heid was, maar men moet niet vergeten,
dat zoo'n wetsontwerp een geheel zelfstan
dige basis moet hebben wegens d9 eigen
aardigheid van het bedrijf. De heeren zullen
mij wel willen vergeven, dat ik hier cijfers
noem, ik bepaal mij trouwens alleen tot de
mededeeling, dat het voorontwerp meer dan
200 artikelen bevat. Nil zal men toch be
grijpen, dat het tot stand komen van zulk
een wetsontwerp een werk is van grooten
omvaDg, dat men maar niet, zooals de ge
achte afgevaardigde dacht, uit zijn mouw
schudt. Dat ontwerp is reeds gezonden
aan het College voor de zeevisscherijen.
Ook deze zaak is dus in een stadium dat
men kan zeggeD, dat het bouwen achter de
schutting ten einde is, en dat men al lang
zamerhand aan het optrekken van de muren
is gekomen.
Wat den landbouw betreft, zal het daar
voor bestemde wetsontwerp vermoedelijk
vóór de ziekteverzekering hier in behande
ling komt, inkomeD, tevens gepaard met
een ontwerp om de Ongevallenwet zóó
te wijzigen als daarvoor noodig is.
Nu heeft men de redeD, door de Regee
ring in de Memorie van Antwoord gegeven
ten opzichte van den landbouw niet alge
meen beaamd. Ik heloof mij niet te ver
gissen, wanneer ik zeg, dat de geachte
afgevaardigde uit Zutphen meende, dat men
daarmede al heel wat vroeger klaar had
kunnen zijn. Dit nu vond ik vreemd van
mijn geaehten ambtsvoorganger. Waarom
heeft zijn Kabinet het dan niet ge
daan Er is toen toch in de Kamer lang
en breed over gesproken. Als het dan zoo
weinig bezwaren opleverde, waarom heeft
mijn ambtsvoorganger het dan aan een
ander overgelaten?
In de Memorie van Antwoord is op ver
meerdering van personeel gewezen. Dat
heeft de heer Van der Zwaag niet verstaan.
Hij begreep niet waarom de quaestie van
het personeel zooveel moeite zou opleveren.
Als hij dat niet begrijpt, wil ik het hem
wel duidelijk maken. Er is van 1 Februari
af, toen de Ongevallenwet geheel in werking
getreden is, tot op 22 November, toen
ik deze opgave gevraagd heb van de Rijks
verzekeringsbank, totaal ingekomen een
opgave van 33,405 ongevallen. -V-
Wanneor men dat deelt door het aantal
weken waarover het loopt, geeft dit per
week 795 ongevallen. En als men zich
nu de moeite wil geven, om de wet met
daarbij behoorende besluiten en algomeeno
maatregelen Da te gaan, en vraagt welk
een besogne elk ongeval aan de Rijks
verzekeringsbank met de daarbij behoorende
organisation ^oplevert, dan zal men toch
metterdaad moeten erkennen, dat niemand
bij het bespreken van die Ongevallenwet
er aan gedacht had, dat het zóó hoog zou
loopen, zelfs zóó dat dio bureau's zoodanig
met werk overladen zijn, dat, wat ik be
denkelijk vind, jonge menschen, die daar
van 's morgens 9 tot 's namiddags 5 uren,
met een uur rusttijd zijn en dikwijls 's avonds
van 7 tot 9 uren terugkomen, in die lokalen
met lage zoldering en heet van boven
wogeüs het gaslicht, daarin opgestopt zitten.
Ik heb dio lokalen zelf gezien od moet
zeggen dat ik het bedenkelijk zou achten
om mijn zoon zoo langen tijd daarin te
laten doorbrengen.
^T»Doe den landbouw er bij" zegt men.
Nu ik heb daarover mot de directeuren
gesproken, en zij hebben mij verzekerd,
dat daardoor het getal ongevallen niet al
leen zou verdubbelen, maar meer dan
verdubbelen.
Wanneer men verschillende statistische
opgaven uit het buitenland bijeenneemt,
zal men zien dat, wanneer daarbij onze
Ongevallenwet die zoo minutieur wordt
toegepast werd in acht genomen, men
gevaar zou loopeD in ongelegenheid te
geraken.
Nen zou, wanneer men met het tegen
woordig personeel niet gereed kan komen
voor de nu verzekerde ongevallen de
beslissingen komen soms veel te laat ten
gevolge van den enormen arbeid minstens
dubbel personeel moeten hebben.
En waar wil men dat personeel bergen
Een gebouw is er niet. Zou de Regeering
het voor haar verantwoording kunnen nemen
tot dat meerdere personeel te zeggen er
is wel geen plaats, maar gij moet toch
maar plaats zien te vinden
Mon zou kunnen zeggen neem dan den
»Karenztijd" op 13 weken. Zou dit echter
te verdedigen zijn? Evonmin als wanneer
men tot de arbeiders bij de industrie, aan
wie zulk uitgebreid recht in de Ongevallen
wet is toegekend, eenvoudig zeide gij moet
de eersto 13 weken maar voor u zelf zorgen;
eerst daarna kunt gij hulp krijgen.
Ik bljjf er bij en ik kan dit te eer
doon, omdat ik als lid der Kamer voor
opneming van den landbouw in de Onge
vallenwet gesproken en gestreden heb
ik kan op dit oogenblik met het volste
vertrouwen, tot ieder die nog aan de eer
lijkheid van iemands woord gelooft, zeggen
geen anderen uitweg te zien dan deze
om eerst den „Karenztijd" in de wet neer
te leggen, en dan te gelijk den landbouw
er in op te nemen. Dit neemt niet weg,
dat wanneer de geachte afgevaardigde uit
Zulphen bij zijn repliek zjjn los daarheen
geworpen denkbeeld nader zou willen toe
lichten, ik er gaarne toe zou overgaan de
zaak te bespoedigen, mits bij mij de mo
gelijkheid daartoe maar aanwees.
Er blijft nu nog tweeërlei, n.l. de zaak
van het technisch onderwijs en van de
invaliditeits- en ouderdoms-pensi-
oenen.
Wat het technisch onderwijs betreft, is
de Memorie van Toelichting voor het ont
werp suppletoire begrooting ten behoeve
van den eersten termijn voor het stichten
van een technicum gereed.
In die Memorie van Toelichting zijn de
denkbeelden van het Kabinet omtrent het
vakonderwijs uiteengezet. Daar zou dus
een begin mee kunnen gemaakt worden,
zoodra do Kamer den tijd zal hebben die
suppletoire begrooting toe te staan. Het
zal mitsdien een wetsontwerp met niet
meer dan twee artikelen zijndoch het
kan wel tot een breede discussie aanlei
ding geven. Wanneer het daarvoor de tijd
zal zijn, laat ik natuurlijk aan de Kamer
over. Mij is het voor heden voldoende te
hebben medegedeeld in welk stadium ook
deze zaak thans verkeert. Ik meendo toch,
van achter de schutting sprekende, een
dienst te doen aan de voorbijgangers, door
eenigszins te vermolden, hoo het met do
zaken staat.
21 December 1903.
Cl»i*isttïlijlio Politielr.
Bij Kirchner te Amsterdam is versche
nen onder bovenstaand opschrift de memorie
van antwoord op Hoofdst. I der Staatsbe-
grooting de rede van ZExe. dr. A. Kuyper
minister van binnenlandsche zaken in de
zitting der Tweede Kamer van 4 Dec.;
repliek van minister Kuyper in de Kamer
zitting van 5 Dec.
De prijs is 25 cent. Tien ex f 1. 25
ex. f 2. 50 ex. f 3. 100 ex. f 5. Lager
kan het al niet. Wij wekken alle Kies
verenigingen op om deze lijvige brochure
ta koopen. Zij bevat alles wat de Regee
ring tot het Nederlandsche volk te zeggen
had. Men neme er derhalve goede nota van.
Men haaste zich bij Kirchner te bestel
len. Men kan nu op zijn gemak de rede
voeringen van den minister lezen en be
spreken. Het is de tijd der openbare ver
gaderingen de gelegenheid tot verkoop is
schoon. Een goed werk voor onze jonge
Propagandisten.
ff. 1f
sfc
Le benoemingen aan de Rijkvverzekering
Bank. De Standaard schrijft het volgende
»Gelijk men weet, zijn tot Directeuren
van de Rijksverzekering bank door het
vorig kabinet uitsluitend liberalen benoemd.
Daar nu was niets op tegen geweest,
indien benoemd waren mannen, wier ver
leden hun bekwaamheid voor het bank
wezen en voor het verzekeringswezen vast
stelde.
Dat was echter niet het geval.
Tot voorzitter-directeur werd benoemd
een hoofd-redacteur van een liberaal blad
in Den Haag, die noch van het bankwezen
noch van het verzekeringswezen ook maar
eeDige kennis of ervaring bezat.
Nu zij dit zoo.
De oppositie van destijds heeft dit stil
laten gaan, en er geen oogenblik kabaal
over gemaakt.
Maar verregaand brutaal mag het toch
heeten, dat mon uit de kringen dor vorige
regeeringspartij, na zulk een verleden, den
overmoed heelt thans het tegenwoordig
kabinet aan te vallen, dat volstrekt niet
in eenzijdige benoemingen verviel, maar
zelfs de meerderheid van links benoemde.
En nu zegge men niet, dat het alleen
mr. Troelstra was die kabaal maakte. Hem
liet men de spits afbijten. Hem de kas
tanjes zoo heet uit het vuur halen dat hij
duchtig zijn vingers brandde. Zelf daar
entegen zweeg men, liet geen woord van
protest hooren tegen het roepen van schan
daal en corruptie. En ten slotte vergat
mr. Borgesius zichzelf dermate dat hij een
belaching voor heel de Kamer werd.
Gelukkig dat de liberale pers de eere
der partij van achteren zóó-zóó gered heeft.
Natuurlijk gaf ze ook kabinet een »Sei-
tenhieb" aan het kabinet stak in de on-
beantwoordende vraag.
Daarover geven we allicht later onze
gissing.
In de Fosthoorn klaagt een hulpbesteller
uit Hilversum dat hij gedurende de St.-
Nicolaasdagen tegen f 1,50 daags aange
nomen, f 4,50 trok voor 39 uren arbeids.
Dit is een zeer groote bezoldiging.
Toch is die man betrekkelijk nog beter
af geweest dan een hulpbesteller iu onze
omgeving die tegen f 1,25 aangenomen
was, en dagen van minstens 15 uur werkte.
Nu dient hierbij evenwel opgemerkt dat
deze hulpbesteller geregeld als zoodanig
dienst doet, en derhalve op makkelijker
dagen ook dit daggeld geniet.
Toch mag gevraagd of dit daggeld niet
te laag is, en ook hoe het komt dat die