O ft A 94 i. a Bijvoegsel van „DE ZEEUW" van Zaterdag December 1903. No. 32. Gemengde Berichten. KOOP en-arbeider, In-dienstmeid. indknecht e Meid benoodigd |i e u w 1 a n d. Huishoudster Ifliiishomister idsknecht denknecht |e Smidsknecht dburg. Uit de Tweede Kamer. it e c l> t s z a k e Zie ommezijde. 1 aard, keur uit twee, bij C. DE VISSER I e* |nd of met 1 Maart br. let 1 Mei )STENSE, Kruiningen. Ivan stonden aan sterfgeval )UWS, Souburg. Mei gevraagd bij Aagtekerke. Mei 3*AI eid [ESCHIERE, Z o u t e 1 a n d e. Mei IDKNECHT KODDE, W es ti lt met Maart of Mei |DE KAM, Oost- Mei een Ilandknecht ten Duine", Oostkapelle. Irt of Mei [DKNEOHT LASSER, Soulurg. Mei IDKNECHT bEONSE, St. Laurens. li, bij C. WISSE Pz. |ari gevraagd pii-Arheider. iSE, Nieuwlandsche weg. iaart )I, smid, B i gg e- De Minister van Justitie is een man naar het hut der Kamer. Deels ligt dit aan het ambt, deels aan den persoon. Daaruit is dan ook het feit te verklaren, dat afgevaardigden van links en rechts de sprekers van Dinsdag onzen Mr. Loeff hulde brachten voor den ernst en de gepaste voortvarendheid, waarmede deze bewindsman, altijd heusch in manieren on hoffelijk van toon, in 's lands belang de zaken van zijn departement leidt. Er bleven alleen persoonlijke wensc'wa orer. Verschillende afgevaardigden haalden hun verlanglijstje voor den dag. Zoo vroeg de heer v. Rialte gedeelte lijke herziening van het tweede boek van het Wetboek van Koophandel, S neenge eu Melehers behartiging van de belangen der binn9nschipperij, v. d. Bereh v. H jem- stede wettelijke bepilingen omtrent ge dwongen winkelnering. Evenmin liet dh>\ De Ridler zich on betuigd. Deze afgevaar ligde ach te broodnodig de bespoediging van de aangekondigde maatregelen tegen de schandail-colportage, huizen van ontucht en Nieuw-Malthasiaan- sche propaganda, betere politieorganisatie ten pialtenlande en herstel der dool straf. Dit laatste vroeg o»k dhr. L crae. Men kent de opinie van Mr. Loeff in dezen. ZExc. ontkent de noolzakelijkheid zoowel als de opportuniteit der doodstraf. Daarbij wordt naar het oordeel van den Minister de zwaarste straf toch al zoo zelden op misdadigers toegepast. De doodstraf zou toch nimmer in toepassing komen. Aangaande de quaistie van het onder zoek naar het vaderschap in verband met de wijziging van art. 342 van het Burger lijk Wetboek, door oen Middelburgschen afgevaardigde ter sprake gebracht, gaf do Minister dan raad, om in dezen niet te dikwijls achter de schutting te kijken, welk beeld de Kamer zich nog wel her innerde uit de rede van den Premier de vorige week. Dhr. Hugenho'.tz kwam in bezadigden toon op voor afschaffing der celstraf, die allerlei ziekten in de hand werkb Daarvoor bleek Minister Loeff niet te vinden. ZExc. achtte celstraf bepaal 1 de doelmatigste straf. Toch was hij bereil de gegeven wenken in dit opzicht ter harte te nemen. Het was zooals de lezer bemerkt over en wèor een bescheiden, belangstellend vragen, en een even hoffelijk en minzaam antwoorden, zoodat het aanroeren en be spreken der quaestie3 in zekeren zin iets rustigs had. Met dat kalme, rustige be spreken was het spoedig geiaao, toen dhr. Troelstra, na enkele andere sprekers, de drin gende noodzakelijkheid ging betoogen van de herziening van onsnaamlooz9 venno jtschaps- recht. No, daar kon wel een woordje over gewisseld worden. Het is toch een bekend feit, dat naar aanleiding van het springen van banken, van zulke vennootschappen uit gaande, het vertrouwen is geschokt. Eail li8sementen blijven niet uit. En de dupe van een en ander is voorzeker in de eerste plaats ïde kleine man" die aangelokt door prachtige prospectussen", zulke instellingen ze zijn immers koninklijk goedgekeurd voor vol aanziet en hare directie do over- gegaarde penningen toebetrouwt. De klacht is echter niet nieuiv. Een dertigtal jaren reeds heeft men in dien toonaard gezongen. De beste middelen om dit euvel, gelijk allen zwondel tegen te gaan is voorzeker, beter en verscherpt toezicht, openbaarmaking en strafrechterljjke ver antwoordelijkheid van directeuren en com missarissen. fn sommige landen is men ons in wettelijke regeling van deze zaak voor. Ja, zegt dhr. Troelstra, die zwendel- operaties van sommige naamlooze vennoot schappen loopt de spuigaten uit. Daar zijn interessante staaltjes van te vertellen. En de afgevaardigde van Amsterdam III be gint alvast uit te pakken en er een boekje van open te doen. Hij neemt er drie bij den kop, nl. de Noord-Brabantsche bank, de algemeene Trust-maatschappij Wilhelmina en de Mindrinetti maatschappij. Er is hoegenaamd geen controlehet toezicht is denkbeeldig, balansm worden vervalscht, directeuren gebruiken de gelden voor andore zaken, commissarissen hebben soms geen greintje plichtsgevoel enz. enz. En zoo weidt dhr. Troelstra uit over schandalen, die bij genoemde instellingen moeten zijn voorgekomen, bijzonderheden allo geput uit officioele verslagen en ook uit rechterlijke dossiers. Er was immers geen geheim houding opgelegd. Maar toch wel verwacht, merkte de minister later op, en daarom zou Z.Exc. in het vervolg wat voorzichtiger zijn. Dat alles en nog meer te veel om in een klein bestek te noemen meende dhr. Troelstra te moeten aanvoeren tegen de naamlooze vennootschappen en ook tegen ons strafwezen dat de grooten ontziet en de kleinen met scherpe roeden geeselt. Do sociaal democratische afgevaardigde achtte zich ook nu geroepen op die wondeplekkon te wijzen. Twee blijven over. Is zulk een bespreking in de Kamer op zjjno plaats En de hoofdvraag -. Is al het aangevoerde de geheele beschuldiging waar? We bo- twijfelen zulks, vooral na de krachtige rede van den minister. Op de eerste vraag heeft dhr. Lohmau reeds een voldoend ant woord gegeven, door dhr. Troolstra toe te voegen: »Wat gaat ons (de Kamer nl.) dit gepraat aan"? Waarop de hatelijke uitval van Troelstra»Ga dan maar naar de koffiekamer", even misplaatst als het grootste deel der rede. We spraken d iar straks van het krachtig protest, dat de Minister liet hooren tegen over dhr. Troelstra's rede. Ook de M.nis ter wil de naamlooze vennootschappen regelen en gaat daarom in het algemeen met de sprekers mee. Het was daarom op zijn Fransch gezegd »anfoncer une porte ouverte", d. w. z. alle mogelijke moeite doen om eene opeoe deur open te bieken. Oik ZExc. vindt het jammer, dat hij de zaak niet zoo spoedig ter hand kan nemen, als hij zalf zo willen. Het gaat moeilijk een voirgenomon werkplan aftebreken voer andere gewich'ige zaken. Maar tegen dh1-. Troelstra's beschouwing moet zijn protest uitgaan. Vooral ook omdat Troelstra's rede voor een deel een schandelijke ver dachtmaking was van de rechterlijke macht. Met meer grond liet mr. Loeff dit protest uitgaan, nu de aangevallene de magistratuur van den Biscli was. li er één rechts college, waarvan de Munster op de hoogte is, dan voorzeker wel dit te 's Hertogen- bosch. De onkreukbaarheid van de rechterlijke macht aldaar is ZExc. door persoonlijke ervaring bekend. Wat hebt; gij toch, zoo vroeg de Minister aan dhr. Troelstra, wat hebt ge toch aan die voortdurende ver dachtmaking van de rechterlijke macht? Meent gij soms, dat er in den heilsstaat van bat socialisme goen vrijspraak en geen rechters meer zouden noodig wezen De heeren Socialisten waren niet bijster op hun gemak. Vooral niet dhr. V. Kol. Bi dhr. Troelstra zocht in zijn repliek zijn afkeer te luchten tegen de »ckristelijkheid" van het Ministerie, gebelgd over de bravo's, die hem nog in de ooren klonken van de rechterzijde na 's Ministers rede, waarop hij de bekende woorden uit den Hamlet toepaste. Vooral Shakespeare schijnt de letter kundige lievelingsschrijver van dhr. Troelstra te zijn. Nu er zijn er wel minder om karakters te leeren kennen. Vermelden we nog, dat binnenkort het arbei lscontract zal inkomen, met bepalingen tegen gedwongen winkelnering, dat de wijziging van het Strafwetboek spoedig aan de orde komt, alsmede het ontwerp betreffende de militaire rechtspleging. Bij de behandeling der afzonderlijke artikelen der begrooting zeide de Minister zoo mogelijk een spoedige regeling toe van de geldelijke positie der deurwaarders. Verder kwamen in bespreking do hou ling van Gedeputeerden v. N.-Holland in zake de samenstelling van Beroepsraden, eone houding door don Minister betreurd als strijdig met de bedoeling des wetgevers, de afschsffiig der jachtpremiën, in welke afschaffing de Minister geen heil ziet, hoewel hij de zaak onder de aandacht wil brengen van den Procureurs-generaal, en da mogelijkheid van vakopleiding in gevan genissen. Voorts werd den Minister door een drie tal afgavaardigden in overweging gegeven een post van twintig duizend gulden terug te nemen voor een bouwplan voor de rechtbank en het kantongerecht te Dor drecht, W9lke post de Kamer handhaafde. De begrooting van Justitie werd daarop aangenomen met allo stemmen, behalve die der socialisten. Nu ging do Kamer over tot de behan deling der begrooiing voor binnenlandsche zaken. Algemeene beraadslagingen werden niet gevoerd. Dhr. Schaper sprak bij de artikelen over partijbenoemingen van bur gemeesters, welke hij ten zeerste afkeurde ea eritiseerde ook de bekende verkiezings- quaestie te Harderwijk. Voorts wees dhr. Passtoors op da dringende noodzakelijkheid van de regelirg van den rechtstoestand van gemeenteambtenaren en -werklieden en zou gaarne ook de politieambtenaren op genomen zien in de ongevallenwet. Van daag is de bespreking natuurlijk voort gezet. Kerknieuws, Ned. Herv. Kerk. Beroepen to Njjverdal, J. H. Gunning te Rjjssen to Gieten, H. B. B. Cleveringa te Rolde te Doklrum, R G. C. Oldeman to Limmen to Schiermonnikoog, A. Engels te Morra te H jjlaard, W. Klaassen cand te 's Bosch. Bedankt voor Ejjerland op Texel door J. G. Knottnorus, cand. te 's Gravenhage voor Maassluis door dr. J. P. de Bie te Kothel. Biezelinge. In do jongst gehouden vergadering van notabelen ter verkiezing van een kerkvoogd tongevolge der periodieke aftreding van dhr. Jan Rottier, werd op den aftredende I stem uitgebracht, terwijl de notabele C. van do Linde Wzn. diie stemmen bekwam zoodat laatsgenoemdc gekozen is. Id dezelfde vergadering werd tevens met drie stemmen tegen 1 stem op dhr. v. d. Graaff als voorzit'er van notabelen gekozen dhr. J. Zuidweg die do benooming aannam. Goref. Kerken. Boroopon te G'ubaard, dr. W. J. Goed- bloed, cand. te Nieuwendjjk; te Alfen a. d. Rijn, J. H. Donner te Nieuwdorp. Chr. Geref. Kerk. Bedankt voor Alfen door P. J. M. de Bruin to Apeldoorn. Schoolnieuws. Ellewoutsdijk. Benoemd tot hoofd der I school te Sluiskil (Terneuzen) de heer J. j Risseeuw onderwijzer alhier. Ar rondmements-Rechtbank te Middelburg. Heden, Vrijdag, deed bovengenoemde Rechtbank uitspraak in zake het drama te Walsoorden en werdeD P. VV., 21 j P. S 41 j. en Th. S., 33 j. allen visschers te Bouchante, thans te Middelburg in hechte nis, ter zake van ivederspannigheid door meer dan twee personen in vereeniging ieder ver oordeeld de Ie en 3e tot eene gevangenis straf van 1 j. on do 2e tot eene van 3 m. allen met mindering der preventieve hech tenis. Voorts zijn veroordoeld wegens wederspannigheüJ. P. de R 25 j werk man, Vlissingen, tot 3 m. en 1'. j, 18 j. visscher, Vlissingen, tot ti w. gov. straf; mishandeling: P. K. v D 19 j klompen maker, Axel, tot 4 m. P. B„ 19 j metse laar, Hulst, tot 3 m. Ph. O v. S., 24 j. arbeider, Sas van Gent, tot 3 w. C. M. do C., 18 j. Westdarpo, en Th do 0., 20 j. Terneuzen, boerenknechts, ieder tot 14 d. en C. S., 30 j. workman, oa H. J., 32 j. sjouwerman, beiden Middelburg, de lot.ot 1 m. en de 2e tot 14 d. gev. straf, en M. v. C., 15 j. zonder beroep, en A. v. C., 18 j. jachtopziener, beiden Axel, en O. F. B., 19 j. laudbouwersknecht, IJzendjjke, en 0. F. A. S., 31 j. boekdrukker, Middelburg, allen tot 5 b. s. 5 d h. en J. N., 42 j. bvr. van Ph. B., zonder beroep, Ierseke, en J. P., 36 j. winkelier, Vlissingen, beiden tot f3 b. s. 3 d. h. mishandeling van een ambtenaarK. v. d. G., 18 j. visscher, Arnemuidon, tot 3 w. gov. straf die/stal: C. D., 31 j, veldarbeider, Bier vliet, thans te Middelburg in hechtenis, tot m. gev. straf, met minderinh der preven tieve hechtenis, en J. do M., 30 j. veld arbeider, Oroede, tot 1 m. gev. straf, en J. W. R, 53 j, bakker, Vlissingen, tot f 20 b. s. 10 d. h. en bedelarij: J. P., 61 j. zonder beroep, Middolburg, tot 12 d. h. Vrijgesproken: E V. C., 21 j. landbou wersknecht, IJzendijke, en A. B. de 0., 29 j. boorenkneeht, Axel, beiden beklaagd van mishandeling. Bij bevelschrift van bovengenoemde rechtbank, is naar de openbare terecht zitting verwezen J. d. B., oud 28 jaar, veldarbeider, geboren te Clinge in België, wonende te St. Jansteen, terzake dat hij den 6e November 1903 ter terechtzitting der arrondissements rechtbank te Middel burg in eene strafzaak tegen A. C. L., oud 20 jaar, grossier, geboren te Clinge, wonende te St. Jansteen, beklaagd van mishandeling, als getuige gehoord, inondo- ling, persoonlijk, opzettelijk, tengunste van bovengenoemden, destijds als beklaagde terechtstaandon L., eene valsche verklaring onder eede heeft afgelegd. Ellewoudsdijk. Gemeenten met een goede haven mogen zich in het najaar in een groote drukte verheugen ten gevolge der werkzaamheden, wat voordeel geeft voor de werklieden en de overige burgerij. Maar de gemeente zelf steekt daar ook een aardig duitje van in den zak. Wel zijn de uit gaven voor verharding der wegen daardoor ook zeer hoog toch is en blijft een haven zooals de onze een aardig douceurtje voor de gemeente. Iu dit jaar zijn plm. gewogen 4'L millioen K.G. suikerbieten, daarvoor wordi geheven 10 cent per 1000 K.G. haven geld, te betalen door de landbouwersen 8 cent liggeld of opslaggeld te betalen door de fabrikanten; waar nog bijkomt dat 1000 K.G. ongeveer een ton schippersmaat is, daarvoor wordt door de schippers eveneens 4 cent betaald, dus elke 1000 K.G. beet wortels is berekend voor de gemeente op 10 8 4 is 22 cent per 1000 K.G. zoodat, enkel van de suikerbieten, de ge meente dit jaar ongeveer f 1000 trekt. Hier komt nog bij dat er somwijlen schippers om een halve lading komen ea toch hun volle tongeld moeten betalen en weor andere die bij komen laden evenzeer dit zijn ver plicht, zoodat het genoemde som nog te boven gaat. En nu nog de enorme aanvoer van aardappels waarvan voor elke H.L. een cent geheven wordt en ook eveneens van het graan en kolen en anderzins alsmede ligplaatsen van boomen, grint en anderzins zoodat het gelukkig is dat onze gemeente zulk een haven bezit. Maar nu vragen velen zich af, of bij zoo schoone inkomst, het niet gewenscht was dat de gemeente ile Oostzijde liet bestraten, waar deze immers in het najaar nog grootendeels bijna on- rij baar is. 's Heer Hendrikskinderen. Woens dagavond hield de kolenvereeniging »Een- dracht maakt macht" alhier, onder voor zitterschap van den heer A. Zandee, hare algemeene jaarlijksche vergadering, waarin 59 van de 72 leden tegenwoordig waren. Uit de door den penningmeester gedane rekening en verantwoording bleek, dat werden aangekocht 1735 HL. steenkolen, waarvan ile leveling aan de leden plaats had voor f 0.72 per HL. vrij aan huis, terwijl die van de stukken geschiedde voor f 1.06 per 100 K.G. Verder werd medegedeeld dat de ontvangsten hadden bedragen f1454.021 en de uitgaven f 1297.68. Het goed slot vermeerderd met de waarde van de kolen die zich alsnog in de bergplaats bevinden bedraagt f183 751. Vervolgens werden met algemeene stemmen tot leden van het bestuur benoemd de aftredende heeren J. Rijkse en J. Rouw, welke beiden hunne benoemingen wederom aannamen, Na sluiting der vergadering bleef men nog I eenigen tijd gezellig bijeen. De Middelb. Ct. schrijftNaor wij vernemen, wordt door do justitie te Mid delburg een onderzoek ingesteld naar aanleiding van eeD ingediende klacht wegens laster in een naamloos of met vermoedelijk valsche initialen onderteekend geschrift. Op zichzelf zou dit feit niet de vermelding waard zijn, maar het eigenaardige in dezen is dat die brief ook, evonels indevtijd b-t schrijven aan den hoer S. Lindeman, des tijds te Wageningen, nu te Delft, ouder- teekond is met de letters G. L., tervryl, naar beweerd wordt, ook het handschrift met dit schrijven en met andere, in onze omgeving, door sommigen onlangs ontvangen brieven en briefkaarten zou overeenkomen. 's Heer Arendskerke. Benoemd roet ingang van 1 'anuari 1904 tot ambtenaar bij de Indische spoorwegmaatschappij op Java, de hoer G. J. H. Streef, alhier klerk bij de Maatschappij tot Exjlritatie van Staatsspoorwegen. Biezelinge. Als een zeldzame abnor maliteit uit de lagere dieronwereld kan het volgende zeer zeker dienen. Bij het eten van alikruiken (kreukels) trok iemand uit zulk een kroukelschelp een diertjo dat van voren kreeft en van achter alikruik was. Duidelijk waren kop, borststuk ou pooton van don kreeft te onderscheiden, terwijl bet achterdeel volkomen het worm vormig aanhangsel van de alikruik ver toonde. 't Is te hopon, dat het diertjo aan een deskundigo (b. v. Prof. Ritsema Bos) worde opgezonden. Onder den rook van een groote stad. Het volgendé verhaal wordt in een der groote dagbladen als historisch medegedeeld. Een onafzienbaro, zwart-brnine, kleverige grindwegrechts een stroomende sloot, tot afscheiding dienend van don wog en van gelijk afgedeelde zich ver uitstrekkende weilanden links een stilstaande sloot, waar over hier en daar een van hout getimmerd wit geverfd bruggetje, leidend naar daggel- ders-woningeD. Op dien grindweg tegen het vallen van den avond een eenzame wandelaar. Het is een lange, slungelachtige gestalte, tusscben twintig en dertig jaar oud. Ieder een zou in hem den daggelder, niemand den gehuwden man herkennen, noch den vader van drie elkaar met een jaar opvolgende kinderen. Hij loopt, of liever hij glijdt en schuift over den wog, de linkerhand in zijn broek zak, de voeten gestoken iü een paar groote klompen bij is gekleed in een wit-blauw boezeroen, daaronder komt een met twee groote lappen verstelde broek uitsteken, welke hem even over de knieën reikt. Zijn pet, achter op het hoofd hangend, wijst met de groote klep Daar den hemel onder den rechterarm draagt hij een lang werpig vierkant pakje, geknoopt in een grooten rooden zakdoek. Nog een paar stappen, en bij beeft het doel van zijn reis bereikt, de dorpsherberg, een uitspanning zooals alle van dien aard. Naast de herberg de stal; in de herberg links van de deur het buffet, glinsterend van karaffen met gouden opschriften, en verder een met zand bestrooide bouten vloer voorts een aantal stoelen en tafeltjes. De eigenaar van deze herberg beeft aan de aiidere zijde van zjjn huis, niet aan den stalkant, een winkelhuisje, zoodat bij be halve 't edele vak van herbergier ook dat van winkelier uitoefenttevens bekleedt bij sinds j iren debetrekking van doodgraver. De slungelende wandelaar schuift deze herberg binnen met een „Genavend!" tegen de herbergbezoekers, die met uitgestrekte, over elkaar geslagen boenen een klein beetje onder den invloed van Koning Alcohol aan een tafeltje gezeten zijn. Hij zet het pakje in den rooden zakdoek tusschen de leege glaasjes op de toonbank en comman deert den herbergior „Genavend Manus, geef me een bittertje Onder een levendig gespiek over haver, tarwe en koeken stapt het duiveltje van „Het Kruisverbond" met kleine stapjes naar do maag van den slungel, die na deze antiblauweknoopscbe verkwikking zich ge reed maakt om te vertrekken. Vóór zijn vertrek echter richt hij zich tot den herbergier wijzend op den roeden zakdoek „Manus, wil je dat eens begraven." „Begraven," zei Manus, „wat is dat dan? „Me jongste kindje 't is gestorven, en ik heb geen centen om anders te doen." De zakdoek wordt losgeknoopt en daar komtte voorschijn een dichtgespijkerd kistje, door den vader voor zijn dochtertje uit oudo plankjes getimmerd. „Maar moet je nou dat lijkje tusschen de ledige glazon op de toonbank zetten zegt Manus. „En dat begraven gaat zoo maar nietik moet eerst een begrafenis briefje hebben van de gomeen'e, dat je op het Raadhuis moet halen." „Zoo," zei de slungel, „maar ik neem het niet meer mee. Dat briefje zal ik wel gaan vragen." „Dan zal ik hot kistjo maar zoolang in het lijkenhuisje zetten, hernam Manus." „Da's goed," zei de slungel. „Genavend, samen en hij ging weg. De twee andore bezoekers gingen ook weg met de woorden „Hei je nou ooit zoo iets gezien, 't is oen merakel." Den volgendon middag kwam een jongen met een hondenkar het begrafenisbriefje brengen. Het kindje werd begraven door den doodgraver. Niemand was er bjj. Naar men verneemt, werd Maandag een man uit Oosterwijk die te Breda in de strafgevangenis vertoefde, door de marechaussee, met toestemming van den minister van Justitie, naar zijn woonplaats getransporteerd, teneinde aldaar zijn zoon, die, in stervensgevaar, door het ontstaan van bloedvergiftiging verkeerde, te bezoe ken, na welk bezoek de gevangene, die nog l'L dag moest zitten, werd terugge bracht. Viviseutie. Bij ministerieelo beschikking van 3 Sep tember 1903, afdeeling Onderwijl, zijn met betrekking tot het nemen van proeven op levende dieren do volgoude voorschriften omtront het gebruik van do verzamelingen, inrichtingen en hulpmiddelen voor het onderwijs in de laculteiten der geneeskunde en der wis- en natuurkunde vastgesteld: >Art. 1. Proeven op levende dieren mogen uitsluitend plaats hebbon, waar zjj voor weton<ehappi'lijk onderzoek of voor het onderwijs bepaald onmisbaar te achten. Indien zij voor het onderwijs dienst doen, moet in den regel de operatie van het levende dier buiten de gehoorzaal en voor het be gin van hot college plaats Li"bbeu. Art. 2. Zij mogen uitsluitend worden genomen door hoogleeraren, lectoren en andere docenten of onder verantwoordelijk heid en leiding van den hoogloeraar of lector door doctorandi, artsen cd assistenten. Art. 3. Voor proeven, die zonder schade voor do uitkomst, am lagere diersoorten kunnen worden verricht, mogen slechts deze en geon hoogere diersoorten worden gebezigd. Art. 4. Bij elko proef, als in art. 1 bedoeld, moet het proefdier vooraf door bedwelmendo middelen van voldoende kracht voor pijn ongevoelig zijn g> maakt. Curare, ook wel genoomd urari, wordt niet als bedwelmend middol beschouwd. Van dezo bepaling mag alleen worden afgeweken, indien de operatie door een hoogleeraar of lector plaats beeft en het wetenschappelijk doel, dat beoogd wordt, bjj narcose niet te bereiken is. Art. 5. De dieren moeton onmiddellijk Da de proefneming worden afgemaakt, tenzij hun geen ernstig letsel is aangodaan en zekerheid bestaat dat de pijn niet zal voortduren." Do krijgsraad to Karlsruhe heeft luitenant v. Arnim, dus den drager van een aristoeratischen naam met een roemrijk verleden, veroordeeld tot 14 dagen kamer arrest, omdat bij bjj een oefening een grenadier met de vuist in hot gezicht bad geslageD, zoodat dezen hot bloed uit den neus liep en do helm van bet hoofd viel, terwijl den officier hem bovendien nog een scheldwoord had toegeroepen. Het nieuwe station te Leipzig be looft een indrukwekkend gebouw te worden. Het zal een oppervlakte van 96,000 vier kante meters beslaan, d. i. eens zoo groot als die van het Augustus-plein te Leipzig, dat een van de grootste pleinen van Europa is. Het station krijgt 26 sporen met een 20 meters breed perron dwars op die sporen. De riehtiDg is dus die van een kopstation. Ten dienste van het postpakketverkeer zullen in de ladingloods niet minder dan 32 sporen uitmonden. Do kosten van den bouw van het station beloopen 130 mil lioen mk. Pruisen en Saksen betalen hier van elk 53 millioen, Leipzig 17'/a millioen. Men rekent in 12 jaar tijds met het werk klaar te zijn, dus in 1914, daar men ver leden jaar met het werk is begonnen. Met do Macedonische woelingen is het nog niet afgeloopon. Wel zijn 'de loiders van den opstand voor de winter maanden naar Bulgarije teruggekeerd, maar in allo silte worden allerlei maatregelen voorbereidgroote massa's ontploffings materiaal en wapenen worden in de dorpen opgestapeld, die 's nachts voorzichtig met booten daarheen worden vervoord. De socialisten te lyon hebben bij ge legenheid van een katholieken feestdag ton getale van 3000, geprotesteerd tegen de feestelijke verlichting in de stad. Zjj wierpen de ruiten in der kerk en van een klooster. Eindelijk werd men handgemeen waarbjj vele personen, onder wie één zwaar gewond werden. De Noorsche Storthing heeft met al gemeene stemmen verworpen liet wotsont- worp tot invoer van algemeen kiesrecht voor vrouwen. Vooraf had de voorzitter voorlezing gedaan van een adres van de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht", waar in do hoop werd uitgesproken, dat het ontwerp zou worden aangenomen. Dezer dagen heeft een rat een Fransche familie in rep en roer gebracht. Een heer, die tijdelijk zijn kantoor te Parijs ging ver laten, bergde een taschje met een vijftig goudstukken in een kast om ze zóó voor- loopig veilig te bewaren. Den volgenden morgen, toen hij het geld wilde krjjgen, teneinde het bij een bank te deponeeren, was de kast vreeselijk geschonden. De politie werd gewaarschuwd en ging er op uit om een paar verdachten in het oog te houden; maar intusschen ontdekte men in de kast een klein gat, waardoor men op het idee kwam of mogelijk een vierpootige dief de misdaad zou hebben kunnen bedrijven. Om zich hiervan te overtuigen werden twee nachten achtereen wat graankorrels in de kast gestrooid. Deze verdwenen ook, en nu werd een plank weggenomen waardoor vier voet verwijderd, het nest van een rat te voorschijn kwam, waarin niet alleen de overblijfselen van het taschje, maar ook alle goudstukken teruggevonden werden. I

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1903 | | pagina 5