NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. No. 132.1903. Dinsdag 11 Augustus 17e Jaargang CHRISTELIJK- HISTORISCH HUISMANS-KIESRECHT. Buifenlandsch Overzicht. VERSCHIJNT Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN b unpm v. elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p0,95. Enkele nummers0,026. UITGAVE DER FIRMA bn van van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 15 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. De partyen die het meest aan de linksche zjjde staan, de vrijzinnig-democratische en socialistische roepen om algemeen stemrecht. Mannen en vrouwen gelijkelijk tot de stembus toegelaten. Herinnert u maar het de vorige week ingediende sociaal-democratisch ontwerp tot Grondwetsherziening. Voorts het voorstel door do heeren Drucker c. s. in de stakingsdagen in de Tweede Kamer ingebracht. De liberale Unie, die allerwegen den indruk maakt geen grooten ernst te maken met kiesrechthervorming, pleit voor even redig stemrecht. Zie het pas verschenen rapport. En de antirevolutionaire party die, om dat deze wijzigingen met Grondwetsher ziening in verband staan, deze vraag, die eerst in een ver verwijderd verschiet aan de orde komt, nog niet bespreekt, hoeft reeds voor ]aar en dag het kiesrecht voor do hoofden van gezinnen aangowezen als waartoe het komen moet. Waarom Wel, om de eenvoudige reden dat het huisgezin, en niet de enkele persoon, fon dament geoft voor het gemeenschappelijk leven. Niet een hoop zielen op één stuk grond vormt het organisch geheel dat wij Staat noemen, maar in het huisgezin wordt hot aanknoopingspunt gevonden dat de natuur lijke band legt tusschen overheid en volk. Het huisgezin is het oerste en beste materieel voor organisch leven. Trekt dit door en uwe gemeenschap vormt zich op natuurlijke wijze, als van zelf, en kan uitdijen tot den grootst mo gelijken omvang. Aan een individu, een persoon, die daar als een nomade zwerft door het heelal hebt ge voor uw gemeenschapsleven niets, maar hoeveel niet aan den gezeten man die met zijn huisgezin leeft in uw midden? Als ge dit begrip deelt, en het is o. i. moeilijk voor tegenspraak vatbaar, dan is al dadelijk het algemeen stemrecht gelijk dit door de uiterste linkerzijde voorgestaan wordt, veroordeeld. Immers dan is het volkomen natuurlijk dat ge den man stemmen laat, en niet de vrouw, om de afdoende reden dat beiden tot een huigezin behooren, en de man het hoofd van het gezin is. En evenmin de kinderen, en ook niet de eenloopende per soon tenzij hy een huisgezin opzet. Ontvalt het hoofd van het gezin aan de zijnen dan treedt zij die hem als zoodanig opvolgt in zijn plaats. Dat is sinds jaar en dag de leer der antirevolutionaire party omtrent het kies recht, en indien iets haar kracht en sterkte leent, dan is het wel dit, dat zij, zich verre houdend van gestichts- en pension-leven, kindervoeding en coöperatie opzij schui vend, met alle kracht die in haar is zich richt op het familieleven in het huisgezin ge boren en ontwikkeld. Och, als ge spreekt van de groote wijs- geeren der revolutie-eeuw, van een Vol taire of Jean Jacques Rousseau, men zal u gelooven en laten praten. En evenzoo als men spreekt over de wijsgeeren die het Evangelie tegen de Re volutie bepleitten, een Stahl of Groen van Prinsterer b. v. men zal gelooven dat, het goed is en mooi zelfs, maar zijns weegs gaan. Maar komt aan het huisgezin 1 Dan is men op welbekend terrein, het terrein waar belangen tast- en voelbaar zijn. Wilt ge bewijs? In de eerste helft der negentiende eeuw bonden hoog begaafde mannen in Europa den strijd tegen de Revolutie aan. Stahl en Guizot, Haller en Leo, Stein en Groen van Prinsterer. Kent gij ze? Kent de geloovige wereld ze Kent de geleerde wereld ze Immers slechts voor een deel dat ge nooit te klein schatten kunt. u do tweede helft dor negentiende esuw werd de strijd overgebracht op een terrein met het huisgezin het meest annex, de school. Het vraagstuk der opvoeding van de jeugd met of zonder den Bijbel, de eisch van den Doop en de roeping der School kwam aan de orde, en toen het laatste avondrood de ondergaande negentiende eeuw kleurde, waren er in plaats van een half dozijn weinig gelezen antirevolutionaire Wijsgeeren, op onzen bodem meer dan zes honderd scholen met den Bijbel. Wilt ge uw politiek leven verhoogen, verbroeden of verdiepen, knoopt het vast aan den stam door Gods ontferming en door Gods wijsheid in ons midden geplant, en die stam is het huisgezin. Men zegt dat de visschersring van wij len Leo XIII, een der vele symbolen van het Pausschap, zoek is, de visschersring van de antirevolutionairen, instrument tot het vangen van geest en ziel is niot ver loren maar bekend. Zij schuilt, niet in afgetrokken rodoneo- ringen of in wijsgeerigo theorieën, maar in een der rijkste en eenvoudigste plantingen Gods op aardein het huisgezin. Iedere huisman zij koning over het zijne en kiezer in den Staat! 10 Augustus 1903. In het Chronicum, door ons aan de Res. lode ontleend, verzuimden wij de L, van Ecclesia vet te drukken. Wij herstellen do fout, waardoor de som der Iiomeinsche cijfers 1903 wordt: DeCIMo plo regnante eCCLesIa fLoreat. Jeruelde bekende Stads-Evangelisa- tie te Rotterdam, zal met kracht tegen de Rotterdamsche kermis, de baldadigste en meest beruchte in ons land optreden. Op het Oostvestplein komt een tent te staan met 700 zitplaatsen tot bijeenkomsten en verkoop van bijbels, teksten, en tractaten. Van 10—19 Augustus zullen daar ten 5 en 3 ure bijeenkomsten gehouden worden. 50.000 tractaten zullen als dum-dum- kogels worden afgevuurd op de kermis bezoekers. Men pakt het ruwe en losbandige vermaak daar midden in 't hartje aan. Een nastukje der gemeenteraadsverkie zing speelde in Rotterdam, noordelijk district. Daar won de rechterzijde twee zetels met 1800 stemmen. Liberalen vielen met 1300 en de socialist kreeg 700. 't Was een herstemming waarbij ditmaal de socia list gesteund werd door zijne broertjes, de vrijzinnig-democraten. Die steun bracht hem zeven (7) stemmen op. Leerrijk Dezer dagen deed zich het treurig ver schijnsel voor, dat een jeugdige „inbreker" het ventje was nauw den kinderschoe nen ontwassen verklaarde, tot het uit oefenen van dit niet alledaagsch bedrijf te zijn geraakt door het lezen van de zooge naamde dedectieve-romans. Verwonderen doen we ons daarover al lerminst. Zoolang gauwdieven en inbrekers op hunne kronkelgangen worden nagegaan in de kolommen van onze groote en kleine pers, zoolang hunne slechte practijken tot in de fijnste bijzonderheden aldaar worden vermeld en uitgeplozen, moet het ons eerder verwonderen, dat niet meermalen derge lijke verklaringen worden afgelegd. Er is in allen gevalle aanleiding genoeg voor. En materiaal niet minder. Knip, zoo het u lust, telkenmale de be richten van diefstal en inbraak uit uwe courant, houd dit eenige maanden vol, en tien tegen een, of ge hebt eene collectie, waarover ge u zult verbazen. Telkens en telkens wêsr het oude tüema, met de noodige variaties, ontleend aan tijd, plaats en omstandigheden. Al te veel eer, zouden we zpo zeggen. Daarenboven, voor sommigen een aan schouwelijk onderwijs van het gevaarlijkste soort, waardoor zij het wel zonder dedec- tieve-romans kunnen stellen. In allen gevalle ziet men weer aan dit jeugdig slachtoffer, waartoe zulk een rea lisme kan leiden. Zulk een roman lectuur vooraljvergiftigt op den duur de fantasie, bederft het ka rakter en voert sornstijds tot misdrijven, waarvan men te voren gruwde. t U Do platen die Bet Volk zijn volkje 's Zondags te genieten geeft, zijn in den regel afgrijselijk. Zoowel uit het oogpunt van kunst als van smaak. Met de waarheid wordt het er heel zelden heel nauw in ge nomen de humor is in den regel zoek. Het is maar een enkele die een gullen glm- lach van den tegenstander waardig blijkt. Zooals indertijd >Op den stengel van 't ge loof". Daar gelaten of zij waar was, de vinding er van was aardig, en was de uit drukking van een in alle partijen hangend vermoeden. Doch over 't algemeen wenden wij ons van deze Volksearicaturen af. Zij zijn ons te onwaar en te zoutelooste diep grievend en beleedigend. "Wij denken aan de plaat dr. Kuyper een werkman worgend. Als pendant kregen wij nu de geestelijk heid te Sittard aan kiezers bitter schenkend. Zelfs Helsdingen vond deze laatste plaat te kras en protesteerde. Maar de redactie van Bet Volk voelt niets daarvoor. Mr. Troelstra weigert ook op dit punt schaamrood te worden. Haar protest tegen Helsdingens protest luidt aldus »Het wil ons voorkomen, dat Helsdingen onzen teekenaar, die als kunstenaar zinne beeldige voorstellingen toepast en daaren boven als caricaturist eenigszins mag over drijven, een te strengen maatstaf aanlegt. Het moge dan waar zijn, dat de geestelijk heid niet rechtstreeks de drankfleseh han teert bij verkiezingen, even waar is het, dat zij zich er nimmer krachtig tegen verzet heeft, en dat het mede aan haren verdorn- menden invloed te wijten is, wanneer zulke schandalen in het Katholieke Limburg als stelsel bloeien". Een aaneenrijging van grofheid en laster en van iets erger dan overdrijving, doch waarvoor wij geen Nederlandschen naam kunnen vinden, is dus het antwoord. De teekenaar mag overdrijven, dat wil zeggen, meer zeggen dan de redacteur, die 't proza schrijft, aan durft en mag. Maar Bet Volk zelf overdrijft altijd. Hoe zou dan de persoonsaanranding, de grove laster, waaraan zich deze spuwer schuldig maakt, in de taal van Bet Volk wel moeten heeten Men spreekt daar van klassenjustitie en onderkruiper en klassebewust en volksver- dommenmaar hoe heet dat dan In verband met onzen »eenstar" in ons vorig no. ontleenen wij het volgende aan een opstel van prof. Chantepie de la Saus- saye in Onze Eeuw. Boven allen twijfel staat bij de meeste Protestanten en beschaafden, dat Rome de gevaarlijkste vijand is. Spreekt men van het materialisme der massa, van dreigend anar chisme, veldwinnend socialisme, dan is het antwoord gereedRome is erger, of wel van dit alles draagt Rome de schuld. Ook over deze beweringen behoeft men niet veel woorden te verliezen. Wat erger* is wordt vooral bepaald door de mate waarin het gevaar dreigten het kan toch niemand, ook al wil men niet toegeven aan overma tige bekommernis, ontgaan, dat de vulkaan der revolutie veel meer spookt en rookt, dan dat de vlammen der roomsche brandstapels in 't gezicht zijn. De macht, die Rome hier en daar bezit men spreekt van den Duit8chen rijksdag en van ons ministerie is daarom niet onrustbarend, omdat zij een reguleerende, geen overheerschende is, en een toename waarbij het laatste zou te duchten zijn, vrijwel is buitengesloten. Hoe ver echter de democratische vloed Staat en Maatschappij zal ontredderen, weet niemand te zeggen. Voor hem die een schoofje samenbinden wil op den akker van ons geestelijk leven, "is van beteekenis eene brochure versche nen onder den titelBijzondere Universi teiten en Bijzondere Professoren en geschreven door Professor Holwerda, Hoogleeraar te Leiden. Deze professor hoewel liberaal is ruim genoeg van blik om te begrijpen dat anti- revoluiionairen en katholieken met den geest van het onderwijs aan onze lands- universiteiten niet kunnen ingenomen zijn. Er is een katholieke en een antirevolutio naire wetenschap die evengoed haar recht van bestaan heeft als de ongeloovige. Onze universiteiten, zoo klinkt de toon voor weinige jaren niet te vermoeden, onze Universiteiten beantwoorden slechts voor een gedeelte aan de denkwijze van het Nederlandsche volk. En toch zijn het staats instellingen op kosten der heele natie onderhouden. Bewijs. Onze regeering is het onder den invloed van het liberalisme nooit gelukt een anti revolutionair of katholiek te ontdekken, die knap genoeg was om professor in het Staatsrecht te worden. En toch is er een antirevolutionair en een katholiek Staatsrecht. Een liberaal zegtwij weten niet waarom wij straffen en kennen geen ander recht dan wat in de wet beschreven is. Maar kerkelijke mannen hemen een geheel ander standpunt in. Straf, vergelding van misdrijf heeft ten doel handhaving der rechtsorde in de maatschappij. De overheid ontleent haar recht en den plicht om te straffen aan den wil Gods, volgens welken de maatschappij bes'aat. Straf is dus middel en »van Boven" is de taak tot straffen opgelegd. Prof. Holwerda pleit voor het benoemen van mannen van waarachtig geloof aan onze lands-academiën maar keurt de stich ting van bijzondere Universiteiten noodig. Hij wil niet dat versch bloed ontga aan de Universiteiten en dat zij die niet van de liberale dogmatiek gediend zijn, zich terug trekken en apart gaan wonen. Een merkwaardig woord als dit, door een der corypheeën van de Leidsche Hooge- school verdient in 't bijzonder onze attentie als we het dieplood eens uitwerpen om te peilen hoever we reeds van de harde zand bank die ons voortgaan belette verwijderd zijn. Gelukkig al een heel eind. De peilschaal teekent toenemende diepte. De jongste Fransche fantasie-koning of keizer heet Labaudy. De man heeft met behulp van een tiental Fransche matrozen, die hij stikum na goede betaling had aan- worveD, een denkbeeldig rijkje gesticht ten Z.W. van Marokko met Troja tot hoofdstad. In twee troepjes waren de matrozen op getrokken. Het eene vijftal kreeg er weldra genoeg van, het andere werd door een bende woestijnruiters gevangen genomen. Nu kan de zoogenaamde „Keizer van Sahara" zijn getrouwen terugkrijgen voor 9en vierduizend franken per man. Intus- schen zou Z.M. een nieuw leger willen vor men om zijne soldaatjes terug te krijgen. De nieuwe staat moet gelegen zijn tegen over de Kanarische eilanden. Zooals men ziet is de donquichotterie de wereld nog niet uit. Trouwens, er is niets nieuws onder de zon. Als het heele bericht maar geen canard is. De nieuwgekozen Paus is van nederige geboorte. Zijn familie behoort tot de zoo genaamde kleine luiden. Men weet zelfs te vertellen, dat een zijner zusters gehuwd is met den koster der parochiekerk te Salrano, waar de Paus vroeger pastoor was, en een andere met een herbergier in een plaatsje ergens in het bisdom Treviso. Is dit zoo, dan is de man er waarlijk niet minder om. Iemand, die zich niet schamen moet voor zichzelven, behoeft zich evenmin te schamen voor zijne nederige afkomst. Slechts kleingeestige menschen, zegt zeker schrijver, maken of hooge afkomst tot een zaak van persoonlijke verdienste, öf nederige afkomst tot een zaak van per soonlijk verwijt. Naar alle getuigenissen te oordeelen is de pas gekozen Paus, een godsdienstig man, geen politiek man. Opmerkelijk is 't dat, hoezeer ook de be teekenis van deze keuze voor de heele wereld begrepen en gevoeld wordt, de po litiek zoo weinig uittebrengen heeft. Kan het ook zijn dat met zoovele andere veranderingen in de laatste helft der vorige eeuw, ook de geografische verandering van beteekenis is, waardoor Italiö door tunnels aan Europa is gestrengeld? Daar zijn geen Pyreneeën meer, zei Bode wijk XIV, sprekende over de grensscheiding tusschen Frankrijk en Spanje. Daar zijn geen Alpen meer, zei De Rémusat, Fransch Minister van binnenlandsche zaken in 1871 toen de Mont-Cénis doorboord en geopend was, die Frankrijk met Italiö verbindt. Over de bergen vond wantrouwen en kuiperij vruchtbaarder terrein, dan nu de spoorweg u in twintig minuten van het eene land in het andere overzet. De Mont-Cénis-tunnel is gevolgd door den St. Gothard-tunnel en zal weldra geflan keerd worden door den Simplon-tunnel. De bergen zagen eenmaal den stouten tocht van Napoleons legerscharen, de tunnels zijn de banen des vredes. Zij brengen de volkeren tot elkander, brengen vrijen toegang naast openbaar leven. Zouden deze dingen niet van invloed geweest zijn, ook bij deze Paus-keuze. Gaf ook deze geografische verandering niet eene verandering in de verhouding der regeeringen, der staten, der volkeren, der maatschappij tot Rome In de eerste plaats een enkel woord over den toestand in het Oosten. Wij verstaan hieronder nog op ouwer- wetsche manier Oost Europa, al moet wor den toegegeven dat wegens verkleining van afstanden en den Trans-Siberischen spoor weg men onder het Oosten met veel recht voortaan Oost Azië kan verstaan. Wij bedoelen dan Oost Europa. Gelijk men weet was in Noord Oost Tur kije de toestand zorgwekkend gebleken. Macedonië blijft roerig en ontevreden en Bulgarije stookt het vuurtje aan. In Augustus, zoo luidde de afspraak, zou het oproervuur algemeen in lichte laaie uitslaan. Thans is op meer dan eene plaats de opstand los gebarsten. Men leest van ver nieling van spoorwegen en telegrafen, van verwoesting van oogsten en boerderijen, van moorden en moordaanslagen. Tot dicht bij Monastir zijn de opstandige Macedoniërs werkzaam. Op slechts een kilometer afstand van het dorp Eksjisoe werd een ijzeren brug met vier meter spanning door dynamiet vernield. En noordelijker werd de telegraaflijn op vele plaatsen doorgesneden. Het gebeurde wekt in Macedonië en met name in de hoofdstad Saloniki, groote ont steltenis. Ook daar is men voor aanslagen beducht. En daar is reden voor. Immers alleen te Monastir staan 6000 goed gewa pende Macedoniërs tot den aanval gereed. Zij moeten zelfs ook een halve bergbatterij en eenige neutrailleuses bezitten. Een leger van 400 Turken is op weg om bleedige wraak te nemen. Men vreest dat 't dorp Eksjisoe een vreeselijk schouw spel tegemoet gaat. In Servië is alles rustig. Doch het is een

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1903 | | pagina 1