J. DONER en C. ORANJE.
VOOR ZEELAND.
No. 72. 1903.
Donderdag 19 Maart
17e Jaargang.
DONNER en ORANJE
HISTORISCH
PRIJS DER AÜVERTENTIËN
Uit de Tweede SCamer.
BEKENDMAKING.
V
De Antirevolutionaire Kiesvereeniging „VOOR NEDERLAND EN ORANJE", gesteund
door de Vrij-Antirevolutionaire Kiesvereeniging „GROEN VAN PRINSTERER", beveelt voor de
Gemeenteraadsverkiezing op morgen, Donderdag 19 Maart, ten dringendste aan hare candidaten
Ondergeteekenden als bestuur van eerstgenoemde Kiesvereeniging, wenschen u de
de redenen te ontvouwen, waarom wij krachtig op uw steun en stem komen aandringen, teneinde
deze candidaten in den Raad te brengen.
lo. Omdat zij zijn bekwame mannen; in de school van het practische leven gevormd
door den aard hunner betrekking, door hun deelnemen aan de publieke zaak, door hun optreden
in verscheidene nuttige vereenigingen, met verschillende belangen op de hoogte zijn, en daarbij
ingewerkt zijn in de eischen der beginselen.
"2o. Omdat zij als eerlijke strijders voor de rechten van een groot deel der burgerij,
als trouwe wachters voor de geestelijke en stoffelijke belangen der kinderen onzes volks bekend zijn.
3o. Dewijl zij zijn volksmannen in den goeden zin, hetzij in den Christelijken
Volksbond, hetzij in de Werkverschaffing, hetzij in 't bestuur1 der Christelijke School steeds
gebleken mannen op wie men rekenen kan, en aan wie men de belangen der gemeente met
gerustheid kan toevertrouwen.
4o. Omdat zij in den strijd voor de Christelijke School, en in zoo menige betrekking
van vertrouwen zuinige beheerders van esn anders goed gebleken zijn een deugd, die
vooral past in een lid van den gemeenteraad en tevens als werkgevers, waar het particuliere
belangen geldt, den stelregel huldigen, dat de arbeider zijn loon waard is.
KIEZERS
In deze ernstige tijden van algemeen verzet tegen het gezag der overheid, is het
van zoo groot gewicht dat wij mannen in den Raad krijgen die dat gezag wenschen te steunen,
zelve als overheid dat gezag krachtig willen handhaven, de christelijke grondslagen der maatschappij
willen bewaren, door een handel en wandel, ook op den Dag des Heeren, overeenkomstig Gods heilige wet.
Hebt gij bezwaar dat zij beiden van de Gereformeerde Kerk zijn, dan zij U bij deze
meegedeeld dat wij alle mogelijke leden der Hervormde Kerk hebben aangezocht voor deze
candidatuur, doch dat die allen, in weerwil van onzen ernstigen en aanhoudenden aandrang, voor
een candidatuur hebben bedankt.
Eerst toen hebben de heeren
zich laten vinden, om uit plichtbesef en ter wille van 't gemeentebelang een candidatuur te aanvaarden.
Doen wij nu ons best Kiezers, er hen in te brengen. Zij zijn twee bekwame, in de
publieke zaak doorknede, en in zake de beginselen hoogst ernstige mannen, die het waardig zijn
dat gij hen dit doet.
Komt getrouw op als één man, het kan en zal op één stem aankomen.
M. DE JONGE Jz., Voorz.
E. VAN DEN BOSCH.
Namens Voor Nederland en Oranje"
A. M. VERTREGT. A. QUAICKELAAR.
M. QUAICKELAAR. J. BUIJSE.
A. S. J. DEKKER,
Secr.
.Laat me in mijns levens lente sterven
Maar, Heer! geen wintersche ouderdom!
„Die den Heere verwachten, zullen de
kracht vernieuwenzij zullen opvaren met
vleugelen als der arenden; zij zullen loopen
en niet moede worden, zij zullen wandelen
en niet mat worden."
Een schoone trek in ons volksleven,
een erfdeel van 't oud-Germaansche volk,
dat Tacitus reeds ten spiegel voorhield aan
zijn eigen verbasterd geslacht, is de voor
liefde voor stil, rein huiselijk geluk. Ook
te dezen opzichte is Beets Nederlander in
hart en nieren, en aan dezen trek danken
wij dien schat van familieliedereD, dien
we niet gaarne uit zijn bundels zouden
missen, al doen zij een half minachtenden
glimlach rijzen op 't gelaat van sommige
nieuweren, die verheven zijn boven dat
gelijkvloersche. Wat is dan ook reine
liefde voor gade en kroost, die niets harts-
tocMelp8, niets buitensporigs heeft? Is
t toch eigenlijk niet bespottelijk, dat een
vader, telkens als hij weer op nieuw dien
eernaam mag dragen, zijn blijdschap en
dankbaarheid uit in een lied Ja, is 't niet
Jaash0I(* ten top gevoerd, onzin te
schrijven als deze:
K°m aan mijn hartj mij.n vij-ftiend kind,
ik heb u net zoo lief als 't eerste.
Was daar geen lampje voor haar voet,
Geen lichtje op haar wegen,
Geen vlammetje in haar oud gemoed,
Van Goddelijken zegen
Geen straaltjen in haar zwart verschiet,
Om troost en kracht te leenen
Blinde EIze ziet het kerkhof niet,
Maar wel er over henen.
Zij draagt haar Bijbel in haar hart,
Die doet haar alles hopen
En tuurt ze ook hier in nacht en zwart,
Zij ziet den hemel open.
Beets is niet alleen een uitnemend ken
ner en teekenaar van ons Volksleven ge
weest, maar waarljjk niet minder kenner
onzer taal. In keurigheid van stijl en
zuiverheid van vorm zoekt hij zijn weder
gade. Zijn proza en zijn poëzie zijn glas
helder, en dat niet wijl zij niet diep van
gedachto zijn.
Oppervlakkigheid hult zich trouwens
eerder in 't kleed der onverstaanbaarheid
dan diepte. Wat Beets zegt, zegt hij zóó,
dat ieder, ook de eenvoudigste, hem be
grijpen kan, als 't onderwerp, dat hij be
handelt, niet boven zijn bevatting gaat.
Zóó te kunpen schrijven bewijst een hel
derheid van hoofd, die waarlijk niet ieders
deel zijn. Dat Beets trouwens een man
was van groote levenswijsheid, geput uit
Wij zijn nu bezig aan de uitlegging van
het tweede geloofsartikel der revolutieik
geloof de gelpheid.
De vrijheid hebben we al, gelijk uit tal
van verschijnselen, niet het minst uit dat
van 31 Januari blijkt.
Maar de gelijkheid die is er nog niet.
Die is er pas dan als de man van de loco
motief de staatsmachine in zijne hand heeft.
Dat zal de overwinning zijn van den
vierden stand op den derden. En dan volgt
de vijfde stand, die de broederschap op
aarde zal brengen, als laatste gevolgtrek
king van het revolutionaire credo.
Wij gewaagden de vorige week van een
stationschef in onze buurt die manifesten
zou hebben verspreid of doen verspreiden.
De ons gedane medodeelingen blijken
onjuist te zijn geweest. Onze zegsman
bedoelde den heer BruiDshoofd te Vlake,
en noemde dezen stationschef, ons is ech
ter gebleken dat genoemde heer geen
stationschef is.
Dit doet ons leed, wijl men daardoor
onschuldigen er op aangezien heeft.
Wij wekkeD alle lezers op Walcheren
van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
ap om te Middelburg bij dhr. D'huij het
adres to teekenen, door ons in 't vorig no.
van ons blad meegedeeld. *s<i*3SS
Er is nog eon adres blijkens adverten
tie in datzelfde no., waarop de teekening
is opengesteld tot heden Donderdagavond
1 uur.
Wij hopen dat op beide adressen vele
handteekeningen zullen worden ingezameld.
Doch wij vragen in de eerste plaats steun
voor het onze.
De vrijlieidswet der Begeerinq.
De heer Korthals Altes, de liberale eerste
anderteekenaar van bovengenoemd adres
'en gunste der strafwetnovelle, deelt in het
Handelsblad mee, dat bij een betuigiog van
nstemming ontving van oen werkman, die
aem o. a. schreef
Velen schijnen een weg van halve goed
heid op te willen, en vergeten de onbarm
hartige gemeen- en laagheid, die in
practijk gebracht is en nog veel meer
geuit tegen arbeiders die nog werken wil
den en geen lid waren van »Recht en
Plicht". g$j v -.^..5,,:^:"
»Mag ik een waar voorbeeld noemen
Bij de Stoomvaart-Mij. Nederland waren
de meeste arbeiders tevreden, doch vele
moedige, flinke mannen zijn geëindigd
mot lid te worden van »Recht en Plicht"
uü vrees voor gevaar, door dreigen van
enkelen, zoowel voor hun persoon als
voor vrouw en kinderen. Mag dit nu
hip ven bestaan?" a
Een mooie bpdrage ""weer" van" [wat de
Socialisten onder »vrijheid" verstaan.
Als zij zeggen dat de Regeering hun
vrijheid aanrandt, dan bedoelen ze blijkbaar
hun vrijheid om anderen te dwingen.
Maar de Regeering zal zien te zorgen,
lat ook de niet-Socialisten nog een beetje
vrijheid overhouden.
de
Het kijken over den muur bij buren
kan blijk van onbescheidenheid zijn, maar
het kan ook ontstaan door leergrage be
langstelling.
Als zoodanig willen we dan ook beschouwd
zien de hier volgende mededeelingen be
treffende de Evangelische filantropie in
Rhijuland en Westtalen, dus bij onze naaste
buren oostelijk. Het Westduitsch Jonge
lingsverbond maakt ons door zijne opgaven
dezen leerrijken arbeid gemakkelijk.
Het wereldberoemde diakonessen-huis te
Kaiserswerth, moeder van alle, of althans
de meeste, dergelijke stichtingen in de
heele beschaafde wereld, slaat met haar
1100 zusters bovenaan de lijst.
De uitgave voor deze stichting bedraagt
schrik niet ieder jaar 4'/2 ton gouds
Eollandsch geld, en tal van inrichtingen*
daarom heen zijn reeds uit deze geboren.
Diakonen-inrichtingen en diaconessen-hui
zen, inrichtingen tot verzorging en onder
wijs van idioten en achterlijke kinderen.
In Rhijnland en Westfalen namen de
christelijke werklieden-bondeD, ondanks of
door het drijven der, ook daar vrij krach
tig ontwikkelende, sociaal-democratie met
5000 leden toe.
Het gemuthlieh» Duitsche christelijke leven,
vindt in ons Calvinistisch Holland mis
schien minder waardeering dan het ver
dient.
De plant van anderen bodem, in ander
klimaat geboren, wekt misschien meer onze
bewondering dan onze belangstelling.
En toch onze belangstelling verdient ze.
Die christelijke arbeid te midden van
een maatschappij van arbeid en industrie,
te midden van socialistische propaganda
wat heeft ze ons veel te zeggen veel
te leeren veel te danken.
Daar is zegt men in Duitschland
een nieuwe ziekte ontdekt, en die is een
nieuwen naam gegeven Unfallneurose, d. i.
ongeval-zenuwlijden.
Sints de ongevallen-wet, ginds gelijk
aan de onze, hier in werking is getreden,
Niet te verwarren met de anti-socialis
tische spoorwegvereeniging van dien naam.
is daar de dwaze neiging ontstaan om, na
geriDge verwonding, naar schadeloosstelling,
krachtens de ongevallenwet te trachten.
Door zich voortdurend te verbeelden dat
zijn ongeval of ongevalletje verontrustend
worden kan is menig werkman in 't
midden zijner jaren ongeschikt voor den
arbeid geworden, en ziet reikhalzend uit
naar een pensioen, dat redding brengen zal.
Redding alsof pensioen voldoende
redding brengen zou voor hem wiens werk-
ader gebroken is
Zoo bracht ons dan de vorige week
het eerste bedrijf van het treurspel om
recht of revolutie, om gezag of volks
macht in ons land ingezet. Het preludium
op het lied der revolutie.
Met de handigheid van eon advocaat en
met de tactiek aan mr. Troelstra eigen
klonk het lied dat buiten de Kamer forto
gezongen wordt in de Kamer pianissimo.
Zendt uwe troepen naar huis en trekt do
ingediende wetsontwerpen in, en er zal
geen wolkje meer aan de lucht zijn. Ach,
niemand denkt aan kwaaddoeD. Er was
overspanning aan beide zijden, maar meest
aan de zijde der pers, der regeering en der
conservatieven. Wij mishandelen niet maar
wij worden mishandeld. Wij schreeuwen,
maar alleen omdat wij onderdrukt worden.
Wij slaan er op maar uit baloorigheid.
Wij dreigen omdat redeneeren niet helpt
en overtuigen niet gelukt.
Ziedaar het lied, het Sirenen lied van
mr. Troelstra. Een lied dat de regeering
slechts had te beantwoorden met de ver
zekering dat haar het gezag is toebetrouwd,
en dat zij dat zal handhaven, desnoods
met den sterken arm, tegen allen die het
om welke oorzaak dan ook, aanvallen.
Dat was de korte inhoud der beraad
slaging over de interpellatie van mr.
Troelstra die informeeron wilde naar de
toekomstige plannen der regeering en toen
dit niet gelukte nog een uiterste poging
waagde om de rechterzijde in de Kamer,
en ook om de andere partgen, liberale
zoowel als democratische, tot spreken
zoo mogelijk tot afkeuren van de regee-
ringsmaatregelen te brengen.
Maar ook deze poging mislukte.
Niemand, zelfs niet de heer Staalman
deed den mond open. En zoo werd deze
interpellatie eene volslagen mislukking.
Die van den heer Mees mislukte evenzeer.
Voor de toekomst scheen geen vuurkolom
en bet verleden bleef verborgen achter
een wolkkolom.
De regeering had reeds gezegd dat de
spoorwegstaking haar onverhoeds, onvoor
bereid overvallen was. De heer Mees
meende dat achter deze waarheid nog een
waarheid lag, maar de regeeiing verklaarde
de volle waarheid gezegd te hebben en
geen sluier te kunnen oplichten waai: er
geen opgehangen was.
Alzoo de Tweede Kamer bracht deze
week niet wat door eenigen of velen was
gewacht.
Met het behandelen van een formeelo
kwestie betreffende de financieële verhou
ding van Indië tot het moederland eindig
den de werkzaamheden der Kamer voor
deze week.
De volgende week brengt ons het afdee-
lingsverslag betreffende de spoorwegwetten.
Goes. De schoonmaakwetken van de
openbare gebouwen (met uitzondering van het
Raadhuis) en scholen zullen worden aanbesteed
op Vrijdag 27 Maart 1903 des voormiddags
ten 10 uren, ten raadhuize. Bestek en voor
waarden liggen van heden af ter secretarie
ter inzage voor belanghebbenden, op eiken
werkdag, van 's morgens 9 tot 's namiddags
2 uren. De inschrijvingsbiljetten moeten
Donderdag 26 Maart 1903 vóór des namiddags
3 uren in een gesloten bus, staande op de
secretarie, worden geworpen. De aandacht
wordt er nogmaals op gevestigd dat de werk
lieden moeten worden verzekerd door de aan-