'E
'mm
NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
DONNER ei ORANJE,
No. 71. 1903
Dinsdag 17 Maart
17e Jaargang.
lelijke School
andedes Lofs
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Abr.Abrahamse.
D. H. VERSCHOOR.
1903
Rij flit mm behoort een Bijvoegsel.
J. W. VERHÜLST zal op
&.G 27 MAART 1903,
nte Veere, publiek pre-
verkoopen
irmiddags ten elf uur, in
lent „Üe Kampveerschen
inkelhuis en Erf
leliestraat te Y e e r ege-
10;
liddags ten éen uur vóór
onroerend goed,
EENE PARTIJ
n, Borstelwerk, Dweilen,
lemen, Sponsen,
i Inboedel en meer.
en verkoopdag te zien.
ichtingen verkrijgbaar ten
genoemden Notaris.
LENTE KOMT.
AzZwijndreeht.
en Bloemenplanten.
LENTE KOMT.
GOES.
nheid tot inschrijving
we leerlingen tegen
a. s. Ook voor het
in de Fransclie
des namiddags van
uur gegeven wordt,
'te bij den hoofdon-
J. DE HOOGH.
bij het doen van
de Openbare Be
lijdenis is de
ienen derde druk van
Hl. BAVINCK,
vóór en na de toelating
Avondmaal.
lid f 0,50; gebonden f 0,80.
iden Boekhandelaar voor
den Uitgever
Maart 1903.
en Gemeenteraad te
ers op om op dezen
VERSCHIJNT
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Voor WISSENKERKE
De verkiezing te Goes.
leerlingen wenschen opge
ien aan bovengenoemde in-
en zich op te geven vóór
den Directeur,
kan geschieden voor de drie
en Timmeren (draaien)
ïandeling stoommachine) en
hout, marmer en beginselen
leren.
De Directeur,
|D. F. VAN DER WART.
{HANDEL IN
Per ioo. Per iooo.
ekoolpl. f 0,40. f 3,75.
Savoyekoolpl.- 0,45. - 4,
e pootuien - 0,06. - 0,40.
3,-; per 100000 f26,—.
2MPLANTEN.
Per io. Per ioo.
f 0,30. f2,—.
-0,60. -4,50.
I. D. FRANfEN
VAN DE PUTTE.
C. RISSEEDW.
W. F. A. DE RIJK.
J. F. ROllMEL.
JAC. Z. RISCH.
D. C. SELLER.
A. TUKKER.
Mr. J. DE WITT
HAMIR J.Gz.
J. L. DE WIJN.
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE DER FIRMA
en van
van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Zij, <lie skïcH met 1 A-pril op
ons tilacl abonueeren, ontvan-
gen liet tot <lion datum gratis,
berinneren wij dat de candidaat van alle
antirevolutionairen is en derhalve zonder
voorbehoud moet gesteund worden, opdat
het liberalisme in 't overwegend orthodoxe
en antirevolutionaire Wissenkerke niet
zogeviere,
Past op, kiezers van Wissenkerke, past
opHet gaat hier niet om personen, maar
om beginselenen het is een ernstige tijd.
Wij vestigen de aandacht der Goosche
kiezers op de belangrijke stemming waar
aan zij Donderdag a. s. geroepen worden
deel te nemen.
Het geldt de stemming voor twee leden
van don gemeenteraad, in plaats van de
heeren Buijse en De JoDge.
Eerstgenoemde behartigde ruim vijf jaren
en laatstgenoemde ruim achttien jaren de
belangen der gemeente.
Te hunner vervanging worden twee can-
didaten aanbevolen, voor wie zij de stem
vragen van alle vrienden der vrijheid.
In deze dagen van strijd tegen het ge
zag, tegen het geloof, tegen de vrijheid
van arbeid een strijd waarin wij, be-
houdensjeen enkele gunstige uitzondering
alle liberalen met vrijzinnig democraten
en sociaal democraten zien samenspannen,
is het noodig dat allen die nog prijs stel
len op den zegen der ware volksvrijheid,
zich vereenigen op de beide candidaten,
door de antirevol. kiesvereeniging „Voor
Nederland en Oranje" aanbevolen, en.door
de vrij-antirevolutionahe kiesvereeniging
„Groen van Prinsterer" gesteund.
DONNER en ORANJE!
De namen beteekenen een stuk geschie
denis.
Beide namen hebben al meer dan een
halve eeuw in den lande en in ons gewest
weerklonken.
De Donners en de Oranje s waren van
ouds voorvechters der vrijheid, der natio
naliteit en van den godsdienst.
Kerk en school en maatschappij gedenken
met dankbaarheid den zegen door zoo me-
nigen vertegenwoordiger dezer beide ge
slachten, met Gods hulp haar gebracht.
DONNER en ORANJE
Nog klinkt u uit deze beide namen de
vrijheidsleuze tegennog geeft de bazuin
van de Donners en Oranjes op Zuid-Be
veland, in den strijd tusschen recht en
onrecht, tusschen vrijheid en dwingelandij,
in den strijd tusschen geloof en ongeloof,
geen onzeker geluid.
In onze stad is, nu reeds, een kwart
eeuw lang, aan deze beide namen de heu
genis verbonden van worsteling en (zij
het ook slechts aanvankelijke) overwinning,
in den strijd, voor het vrije onderwijs en
de Christelijke volksopvoeding.
DONNER en ORANJE.
De eerste uit den deftigen stand, als
zoon van een geliefd predikant en volks
vertegenwoordiger, door opvoeding en om
geving ietwat aristocratisch aangelegd, de
laatste meer de man uit het volk, zoon van
een dorpssmid, en democraat van het zui
verste water.
Doch beiden, door talent en werkkracht,
door ijver voor de volksbelangen naar voren
getreden, ontmoetten elkander in den
schoolstrijd.
Ln sedert vormen deze mannen, be-:
halve nog de koogere eenbeid welke al Gods
kinderen verbindt, een onafscheidbare een
heid, wat de Christelijke actie aanbelangt,
en wel zoo dat een deel onzers kiezers
die namen niet meer te scheiden weet.
DONNER en ORANJE.
De actieve mannen van hot Schoolbestuur,
de mannen die elkanders krachten leerden
meten in zoo menige vereemgwg en verga
dering, die bij de behartiging der volkszaak
op zoo menige plaats vooraan stonden, zij
dingen nu ook te zaam om de eere de
ledige plaatsen door twee antirevolutie-
onairen in den gemeenteraad opengelaten,
te mogen bezetten.
Daartoe helpe hen het vertrouwen van
ons Kiezersvolk en de zegen onzes Gods.
Wie ze kent als wij, in hunne bekwaam
heid en vaardigheid, ook als sprekers, in
de vrijmoedigheid, waarmee zij ook zelfs
tegenover de hoogsten des lands, durven
optreden en getuigen, wie ze kent ook
waar zij elkander aanvullen, de voortvarend
heid van den een door de bedaardheid van
den ander in evenwicht gehouden, die beide
Petrus- en Johaunes-naturen, ook in den
staatkundigen strijd, die zegt
DONNER en ORANJE,
zij mogen ook zelfs in den Raad niet
gescheiden zijn.
In deze dagen van spanning en gezags-
aanranding, nu zelfs de poging der regeering
om de vrijheid van den arbeid te verzekeren,
door het gros onzer liberalen wordt weer
staan, nu voor ongeloof en revolutie, door
oud- en jong-liberalen met te grootere be
slistheid wordt partij gekozen, behoorde
een aanbeveling van twee dege, vroede,
waardige Christenmannen als
DONNER en ORANJE
overbodig te zijn.
Maar er zijn altijd nog menschen die
zeggen den Christus te belijden en toch
hunne stem geven aan ongeloovige mannen.
Eu dat ook nu zouden kunnen dreigen
te doen, dewijl onze candidaten beiden
„afgescheiden" zijn.
Zij hun dan gezegd dat alle Hervormde
broeders, door ons aangezocht, om redenen
die wij respecteeren, schoon wij ze niet
alle kunnen goedkeuren, een candidatuur
hebben afgewezen.
En dan voorts herinnerd dat de tijden te
ernstig zijn om iemand uit een regeerings-
college te weren ter wille van de kerk
waartoe hij behoort, en dat juist waar het
geldt niet een kerkelijke, maar een stedelijke
keuze, de keuze niet van twee ouderlingen,
maar van twee gemeenteraadsleden, de
keuze niet van twee kooplieden maar van
twee burgers, van wie mag verwacht wor
den, dat zij ook in den gemeenteraad de
goede belijdenis, waar noodig, zich niet zul
len schamen.
Wij hopen dat menigoen hunner, dit wèl
bedenkende, het met ons eens zal worden
en zeggen, de Zeeuw heeft gelijk. Het
gaat niet om personen maar om beginselen.
Wij zijn overtuigd. Het mag ditmaal niet
anders zijn dan
no. een en no. lest van de stemkaart,
onverschillig of men baar recht voor zich
dan wel het onderste boven houdt.
16 Maart 1903.
Dr. Bronsveld levert in zijn jongste
Kroniek in de Stemmen het bewijs dat hij
in zijn vijandschap tegen de antirevoluti
onairen, heeletnaal zelfs van de christelijk
historische lijn is afgeweken.
Een zuurzoet artikel waarin hij den
persoon van den premier allerlei onder den
neus wrijft, begint hij met een saluut aan
de regeering dat met eene poging tot onder
mijning van het gezag gelijk staat.
Heel zalvend zegt hij»als goed Christen
al kost het (hem) eenige moeite in het
tegenwoordig, ministerie, de overheid (te
willen) zien door wie het God belieft ons
te regeeren".
Nu is het onjuist, ja zuiver de leer der
revolutie, door liberale wettenmakers hier
ingevoerd, dat het ministerie de overheid
zou zijn bij wie de regeering berust.
De regeering berust bij de Koningin, zij
regeert bjj de gratie Gods, en heeft bjj de
uitvoering] dier taak hare acht dienaren de
ministers. -
Niet deze ministers dus vormen de over
heid, de regeering.
Dat dr. Bronsveld 't zoo onbeholpen zegt,
toont opnieuw hoe hij reeds lange verleerd
moet hebben antirevolutionair of wil
men christelijk historisch te denken.
Doch ook zelfs op dit nieuwe, wij zouden
zeggen christelijk liberaal standpunt, is
zijn uitlating zeer bedenkelijk. Indien er
een wettige regeering of overheid is, mag
niemand zeggen dat het hem^ moeite kost
haar te oeren.
Wie daaraan tornt, loopt gevaar dat hem
straks de vrijmoedigheid ontbreekt om den
arbeider te leeren dat hg 't gezag ook
hierin te eeren hebbe dat bij zijn heer, zijn
baas dient met vreeze, om Gods wil, ook
den harden, ook den niet- sympathieken
en dat niet met inspanning, maar met
gemakkelijkheid, wat immers mogelijk is
voor een iegelijk die God vreest.
Daarmee hebbe voornamelijk de Evange
liedienaar rekening te houden.
De door H. M. de Koningin nieuwbe
noemde minister van Marine de heer Ellis,
heeft heden zijn fnnc'ie aaiiTaard.
Naar De Standaard verneemt is de be
noeming hierdoor vertraagd geworden, dat
eerst het denkbeeld is overwogen, in hoe
ver het mogelijk zou zijn, om de beide
departementen van Oorlog en Marine reeds
nu tot ééa departement van Landsverde-
dediging te vereenigen. Op deze vraag
was een practisch antwoord alleen daardoor
te vinden, dat den generaal Bergansius
een proef van een tweetal maanden moge
lij k werd gemaakt; en eerst toen na afloop
van die proef bleek, dat het onmogelijk was
beide departementen onder één hoofd te
brengen zoolang zij elk voor zich in een
afzonderlijk gebouw gevestigd waren, en
er geen mogelijkheid bestond om een lo-
caliteit te vinden waarin beide te vereeni
gen waren, is tot de voordracht van een
afzonderlijken minister- van Marine over
gegaan.
Derhalve goed voor later.
Voor vlugheid van beweging en hande
ling ware Oorlog en Marine in één hand
zeker niet ongewenseht.
Perfide.
De houding van den heer Troelstra is
kortweg perfide.
In de Kamer houdt hij Dinsdag een rede,
waarvan do korte inhoud is »Regeering,
uw ontwerp bedreigt, zooals ge ziet, den
vrede en de rust in ons land. De spanning
van het oogenblik is voor allen even be
denkelijk. Handel en verkeer lijden er
onder. Gevoel uwe verantwoordelijkheid
en geef de kalmte aan onze samenleving
terug, door het ontwerp in te trekken."
Maar wie is de man, die van die spanning
de oorzaak is?
Zie het ZondagSDummer van Ret Volle.
Daarin neemt de heer Troelstra een plaat
op, waarop dr. Kuyper een op den grond
liggenden arbeider worgt, met het onder
schrift »In den naam van Christus."
Deze gemeene plaat is slechts de con
centratie van al de lengen en laster, die
dagelijks over den inhoud van het ontwerp
worden verspreid. Door dergelijke platen,
door zulken lagen laster wordt een deel
der arbeiders tot een delirium van woede
gebracht.
En dan roept de dader van dit alles met
fluweelen stem uit: »Zie de spanning; in
den naam van rust en orde en vrede onder
de natie, trek uw ontwerp in."
Dit gedoe is, zacht uitgedrukt, verfoeilijke
huichelarij. Nederl.)
De staaltjes van de wijze waarop de
soc. democratische pers, met name Eet
Volk, den volksgeest vergiftigt, zijn voor
't grijpen.
Nu weer dit.
De nieuwe directeur-generaal bij de pos
tergen en telegrafie spoorde het personeel
aan, om klachten in verband met arbeid
of rechtspositie schriftelijk ter kennis van
het hoofdbestuur te brengen. Hierop zoo
meldde de N. Crt. waren 1700 brieven
ingekomen. Bijgevoegd werd, als een be
wijs dat nog niet aanstonds alle wantrouwen
was geweken, dat ook na dien genoemden
maatregel nog enkele klachten, soms totaal
ongemotiveerd, haar weg vonden nnar het
vakblad van het personeel.
Dit doet Eet Volk opspringen en in sin u-
eeren dat dit stukje van bovenaf is inge
blazen. De N. Crt. is echter in staat het
te ontkennen en wijst op dit nieuwe staaltje
van volksgeestvergiftiging.
De spoorwegmaatschappijen niet waar?
zoo heet het sloegen de klachten
in den winden het was een schande. De
directeur-generaal van de post vraagt mede-
deeling van de klachten, maarom ze
uit de krant te houdenen het is een
schande-.
Zoo zagen wij dezer dagen ook dat Eet
Volk ons een Christelijken spion scheldt
dewijl wij een ongenoemden stationschef
signaleerden als hebbende, blijkens door
ons ontvangen inlichtingen, zeker manifest
verspreid.
Wij zonden den bedoelden chef een nom-
mer van ons biau, ofschoon wij hem niet
genoemd hadden. Het was ons toch om
den persoon niet te doen, maar om 't feit
te constateeren dat ook niet alle chefs be
trouwbaar zijn op dit punt.
Is hier de openlijke beschuldiging, en
wij voegen er thans bij dat wij goed
zullen blij ven opletten smnnnmdiensf.
Wij ontvingen de brochure „Maatschappij
tot exploitatie van bouwterreinen Crailoo,
Bussum, Blaricum met een twaalftal aller
fijnste photografieën van gezichten in Het
Gooi. Wiie genegen is bouwgrond te koopen
in het hooge, droge Gooi, of herstel van
gezondheid te zoeken, die leze die brochure
welke kosteloos op franco aanvraag aan
bovengenoemd adres te bekomen is. Na
tuurschoon en vruchtbaarheid, gepaard aau
ruime verkeerswegen, ziedaar het Gooi ge
lijk dat in en bij het welslagen der exploi
tatie worden zal. Men leze en overwege
een en ander.
Van leider tot lijder.
De bekende leider der jongste spoorweg
staking de machinist der Hollandsche
I Jzeren Spoor weg-Maatschappij F. H. Petter,
voorzitter der spoorwegvereeniging, en on
gesteld door overspanning, zal naar Laag-
Soeren worden overgebracht, teneinde daar
volgens de bestaande bepalingen voor re
kening van het Ondersteuningsfonds der
maatschappij, eenigen tijd te worden ver
pleegd.
Haast te begrijpen, na zooveel inspan-
nenden arbeid, niet als machinist, maar
als agitator
•it
Tegenover de vele adressen tot afbreking
van de gezags- en vrij heidsont werpen der
regeering, maakt het woord van mannen
als mr. Korthals Altes, prof. De Louter en
prof. Yan der Wijck (allen liberalen) een
verheffenden indruk.
Deze laatste schrijft in het Utr. Dagblad,
ook liberaal
„Het is nu overtuigend gebleken dat een
wetboek van den arbeid (door dr. Kuyper
in 1873 al aangeprezen, doch door de libe
ralen geweigerd Red.) dringende eisch
des tijds is. In belang van patroon en werk
man beiden dienen de oude gilden, gewijzigd
naar de behoeften van den nieuwen tijd,
te worden hersteld. Het is mij onbekend,
hoe de toekomst er zal uitzien, maar één
ding weet ik zekerdat zij, die den eerbied
voor het gesloten contract en voor de persoon-
lijke vrijheid ondermijnen, ons geslacht op den
weg der barbaarschheid lokken.
Aan hen, die verklaren, dat de ontworpen
strafrechtnovelle, indien ze werd aange
nomen „gerechtvaardigde verbittering zou
wekken bij een groot deel der arbeiders",
wenscht de schrijver met alle bescheidenheid
te vragenzijt ge bijgeval ietwat beneveld
leder ministerie, ook een van de
linkerzijde, zou een dergelijken maat
regel hebben voorgesteld. Mocht ik
mij daarin vergissen, dan hebben we
reden ons geluk te wenschen, dat in
deze dagen het roer van staat aan
mannen is toevertrouwd, die den moed
hebben tegen den woesten stroom van
anarchisme op te roeien.
Of is het niet anarchisme van een aller-
bedenkelijkste soort, dat er thans, zelfs door
bezonnen lieden, over dienstweigering van
spoorwegpersoneel als over een hoogst on
schuldige zaak gesproken wordt üe heet
hoofden gaan natuurlijk nog verder. Zij
trachten hun misleide volgelingen diets te
maken, dat onder bepaalde omstandigheden
dienstweigering plicht zou zijn. Een acade
misch docent heeft dezer dagen tot de
machinisten in de hoofdstad gezegd »neemt
u ernstig voor nooit troepen te vervoeren
naar een stad, waar werkstaking is uitge
broken." Bij opvolging van zulke lessen
zou een naburige mogendheid het voor eigen
veiligheid geraden kunnen achten de ver
broken orde te komen herstellen. Ieder
die zjjn vaderland liefheeft, moet de re
giering steunen, als zjj als misdrijf wil
gebrandmerkt zien wat inderdaad ernstig
misdrijf is.
Verder bestrijdt de schrijver de ïede-
neering, dat met indiening van een straf-
rechtnovelle althans gewacht moest worden,
totdat alle mogelijke billijke grieven bij
ieder bedrijf zjjn weggenomen.
Maar dan zou men wel tot in eeuwig
heid kunnen wachten, want het volmaakte
wordt hier op aarde nooit gevonden. Aan
rechtmatige grieven moet natuurlijk worden
tegemoet gekomen, maar vóór alles moet on
omwonden door de dragers van het staatsgezag
op de meest nadrukkelijke wijze aan ons
spoorwegpersoneel deze duidelijke waarheid
worden ingeprentzoolang ge in dienst zijt,
hebt ge aan uw wettige overheid en enkel aan
haar, te gehoorzamen.
Voorts zegt de schrijver, dat zonneklaar
en slag op slag gebleken is, dat de over
heid thans niet de middelen heeft om de
arbeidswilligen naar behooren tegen ter
rorisme te beveiligen.
De middelen dienen dus verschaft te
worden. Oordeelt men, dat wat de regee
ring te dien einde voorstelt, slecht ge
kozen of gebrekkig geformuleerd is, zoo
diene men amendementen in en steune
haar door opbouwende critiek maar het is
onedelmoedighet verraadt zelfs gebrek aan
vaderlandsliefde, in deze moeielijke dagen vijan
dig tegenover het kabinet te staan, bj voor
baat alle verantwoordelijkheid van zich af te
schuiven, enlcel te verwerpen, te vergeten dat
'eendracht macht is, en het daarheen te leiden
dat maatregelen, die in het belang van
allen noodig zijn als partij wetten, zonder
groote zedelijke kracht en met het geringst
mogelijke aantal stemmen, worden inge
voerd."
Men lette hier wèl op 't door ons ge
cursiveerde en vet gedrukte gedeelte.
Dat kloeke woord steekt krachtig en
prachtig af bij 't karakterloos geschrijf van
menig liberaal orgaan in onze provincie,
en niet minder bij het adres van de Li
berale Unie, geteekend door den oud-minister
Goeman Borgesius.
Men zie ook het kloeke woord van mr.
Fokker (het Statenlid) in de Zienkzeesche
Nieuwsbode.
Kopenhagen, de Deensche hoofdstad, is
een sociaal-democratisehen burgemeester
rijk geworden.
Zijn naam is J. Jensen, zijn beroep
verversgezel, zijn positie voorzitter van de
federatie der vakvereenigingen, en eertjjds
sociaal-democratisch gemeenteraadslid.
Zoo staat het in Denemarken.
Zou een zoodanig toekomstbeeld voor ons
Vaderland nog ver af zijn