li Logout os KoilÉis LEESTAFEL. BURGERLIJKE STAND van 20—21. Jan. 1903. !VI arktberichten. Telegrammen. 2. Een HUIS eis ERF 3. Een HUIS esi ERF 4. Ken HUIS m ERF 5. Een HUIS en ERF 6. Ecu MUIS en ERF ch niet bloot te zekere meneer it, es-luitenant Verkenners, met waarschuwde toen hij geen zulk een oorveeg ucht vloog. De ije van den ma- daan verklaarde aren, maar door nscht gegroet te (L. en V.) oeming tot ont- leston, het sein elle anti-neger- Ie Staten, heeft or een reporter )it is merkwaar- 'ew-Yorh Herald dagbladen der g heeft genomen president Roo- nd blad had zijn over het analfa- rlingen. de gepublieeer- en verouderd ende statistieke in de zestien, emde provincies ston natuurlijk sen negers zijn, ven; daartegen in de provincie ssen mannelijke ren, tegen 6160 s de verhouding aurlingen tegen unnen lezen en 0 jaar het anal- voor meer dan 1 het ras dan in inen presteeren. 12 eeuwen den lfabetisme (niet erlost te raken, laagd. Ie blanken meer voor gehad, en zestien provin- ven de 10 jaar, hrijven, d. w. z. neger is meer ctor in de ont- eest. In tijden osneld en heeft even opgeofferd ng, gehoorzaam de hand opge- overheid, nooit ordeonder a loyaal burger. ;ers bezittingen waarde van wordt tijd dat edaan. ijk peil van den net dat van zijn 1 als de maat- ie der middel- r. (Jrum voort, dedigen en de en. esident Roose- uit ook moge en onkend, dat St. zit h steeds Er is dan ook van de World, >p gronden van sn het rassen- rt»Het voor dien uitslijten, esneden." N. Crt. mgeveer 2900 Voor de win- waar gewerkt loe p van den n. De mani- politie uiteen- t stakerscomité n overhalen m zijn gevangen worden wegens heeft iemand a Europeesche .mberlain vroeg repatriatie en :ij scheen ver at gedane werk 30veel te wen- em gezegd het volk ge- bully beef" en er inderdaad ets gedaan was ederopbouwing en veestapels, oest vergissen, ,000 gezinnen ersteld in hun- eide hij." ig- was voor den regen in Trans- log mede als belegering van g bij de afdam- bater werd bij en te vernielen, Den 20en April 1901 werd hij bij Pieters burg gevangen genomen. Daarop zond men hem als krijgsgevangene naar Trichinopoli in Britseh Indië. Daarvandaan is hij ontsnapt en over Nederland is hij onlangs te Kaapstad aangekomen. Zoodra hij een pas krijgt, gaat hij zich in Transvaal als ingenieur vestigen. Hij heeft aan Ons Land verteld hoe die ontvluchting in zijn werk is gegaan. Ik had mij over de behandeling door de Engelschen niet te beklagen. Men bracht mij naar het gevangenenkamp te Tritehi- nopoli in Britseh Indië. Het kamp was ongeveer 450 yards breed en met prikkel draad afgemaakt. In het kamp was één uitgang. In drie rijen van drie stonden er negen hutten voor de manschappen. Dan was er nog een grootere hut voor do offi cieren, waaronder ook it gerekend werd. Naast die hut was oen klein koelie-winkeltje waar een paar koelies pisangs, sigaren en allerlei snuisterijen verkochten. Deze koelies kwamen 's morgens in 't kamp en gingen er 's avonds weer uit. Hunne koopwaar werd ioderen morgon en avond gebracht en gehaald door een inlandsch karretje overdekt met een huif van gevlochten riet. Ik had *t al lang veel te warm en te vervelend gevonden in het kamp en peinsde op plannen om er uit te komen. Na mij overtuigd te hebben dat de koelies als zij 's avonds het kamp verlieten niet onderzocht werden, maakte ik hot plan om als koelie gekleed achter het karretje te ontsnappen. Maar hoe moost ik aan een koelie-kos tuum komen De in het kamp aanwezige inlanders mochten natuurlijk niets van mijn plan weten, daar zij het anders waar schijnlijk zouden verraden hebben. Maar ik wist raad. Op een goeden dag riep ik onzen bediende, een inlandschen jongen bij me en zeidejongen jij ziet er te vies uit naar mijn zin, hier heb je geld, je haalt uit het dorp twee baatjes. Ook gaf ik hem geld om goed te koopen voor een „turban" en voor een lendendoek. Toen de jongen de twee kostuums gebracht had, zei ikZiezoo, nu moogt ge er één van aantrekken en het andere zal ik voor je bewaren. De jongen was natuurlijk „uit" in z'n nieuwe pakje en ik wa3 niet minder in m'n schik met het mijne. Nu moest ik nog een horloge zien te krijgen, want daar ik met den trein wilde vertrekken, was het voor mij van groot belang den juisten tijd te weten. Het gelukte mij er een te koopen van een Engelsch soldaat, ik heb het nog (De Villiers liet zijn vriend een koperen knol letje zien.) De groote moeilijkheid was nu nog dat ik vóór mijn vertrek de presentie lijst (roll-call) nog moest teekenen, dan was ik zeker dat men mij tot den volgenden morgen 7 uur, wanneer er weer een lijst moest geteekend worden, niet zou zoeken. Ik had een spoorboekje weten machtig te worden en daarin gezien dat ik met den trein kon gaan tot Villupuram, een plaatsje dat 17 Engelsche mijlen van de Fransche nederzetting Pondicherry verwijderd is. Als ik niet zorgde den volgenden morgen om 7-a 8 uur over de grens te zijo, zou ik weer door de EDgelsche politie gevat worden. De trein vertrekt om 9 minuten over acht en komt den volgenden morgen om 16 minuten over drie te Villupuram aan. Ik had berekend dat ik in 6 uur van Villupuram naar de grens van de Fransche nederzetting Pondicherry kon wandelen. Al deze gegevens had ik uit een oud reisboek, dat wij in het kamp hadden, dat zorgvuldig verborgen gehouden werd en dat in het geheim van hand tot hand ging. Het reisboek was ons met andere lectuur uit Holland toegezonden. De afstand van het kamp naar het station was een half uur loopen. Zoo kwam dan de avond van den lOden Maart. Twee maanden had ik hard gewerkt om alles voor mijn vlucht te be reiden. Aan twee mijner kameraden had ik mijn geheim verteld, zij zouden mij aankleeden en beschilderen. Nadat ik de „roll-call1' geteekend had, terwijl de overige mannen nog in rijen in het kamp stonden, begaf ik mij in de tent, waar ik in den kortst m'ogelijken tijd in een koeli her schapen werd. Ik kreeg een baafje aan, den turban op en den doek om de lenden. Ik werd zorg vuldig geschoren en mijn gezicht werd met gebrande kurk zwart gemaakt. Om half zeven was ik kant en k'a.ar. Ik kroop onder het tentdoek door en kwam achter de tent terecht. Intusschen kochten mijn kameraads onder druk loven en bieden bijna het heele winkeltje leeg met het doel den koelie aan den praat te houden. Men waarschuwde mij dat het karretje al voor de poort stond. Ik liep nu midden door het kamp tusschen mijn kameraads door, die in rijen stonden om de »roll-call" te teekenen. Terwijl ik tusschen hen door ging, zei er een»Maar hoor, da's 'n zwarte koelie, wat daar stapZe hadden nooit zoo'n zwarten koelie gezien, en ik had moeite om mij goed te houden. De schildwachten lieten mij ongehinderd door en ik liep achter het karretje aan, natuurlijk oppassende, dat de koelie in 't karretje me niet te zien kreeg. Ik zette een blauwen bril op, zooals de koelies ook wel dragen om minder gevaar te loopen herkend te worden. Aan het station moest ik eerst een ticket nemen. Daar ik de koelie-taal niet kende, wierp ik het geld maar neer en noemde het plaatsje Villupuram. De reis derde klasse kostte 2 roepies (2 s. 8 d.) Ik kreeg een ticket, maar de koelie aan het perron poortje scheen wel te zien dat ik geen rasgenoot was, want hij vroeg mij heel beleefd»Sir, your ticket plaese Zoodra de trein binnen kwam ging ik in een hutje vooraan zitten, maar daar moest ik weer uit, omdat de wagen afgehaakt werd. Ik ging dus in een anderen wagen, maar waar ik heerlijk in een klein hoekje weg dook. Daar ik versmachtte van dorst, wierp ik een inlander, die met citroenen langs den trein kwam, wat geld toe en nam een paar citroenen, die mij wat verkwikten. Er zaten nog eenige koelies in mijn hutje. Fen van hen zag waarschijnlijk wel dat ik een imitatie-koelie was; hij stiet mij tegen de knie en sprak mij aan met „sir". Ik begreep dat hij een praatje wilde maken en ik bromde wat met het hoofd schuddend en naar mond en ooren wijzend, waaruit hij moest begrijpen dat ik doof stom was. Gedurende de geheele reis keek ik op mijn horloge om te zian of ik nog niet te Villupuram was. Eindelijk kwam ik daar aan en na eenig zoeken vond ik den weg naar het Fransche grondgebied. Ik had van te voren met behulp van mijn reisboek alles nauwkeurig amgeteekend. Het was een mooie breede kunstweg, aan weerszijden met boomen beplant. De lucht was nog bewolkt, maar toch ontdekte ik eindelijk den „Grooten Beer" en zoo kon ik uit den stand der sterren verder aflei den dat ik op den rechten weg was. Het was tamelijk donker. Ik was doodmoe en stierf bijna van dorst. Maar ik moest vooruit, want wanneer ik niet vóór negen uur de grens bereikt had zou al mijn moeite te vergeefsch geweest zijn. Het was intusschen dag geworden en ik kwam aan een waterput waar eenige koe lievrouwen bezig waren water te putten. Ik liep naar haar toe en beduidde haar dat ik dorst had, maar ik had als koelie weinig succes bij mijn rasgenooten. De vrouwen gingen voor mij op de vlucht. Een harer bleef echter staan en gaf mij uit hare wa- torkruik te drinken, zij had blijkbaar me delijden met mij. Verkwikt liep ik door, al maar door, en om veertig minuten voor 8 kwam ik aan de Gingeerivier aan. Uit mijn reisboek wist ik dat dit de grens is tusschen Fransch en Engelsch grondgebied. Ik waadde de rivier door en ik was vrijUit blijdschap zong ik luidkeels over den weg de Trans- vaalsche en Vrijstaatsche volksliederen. Ik zocht nu het inlandsche dorpje Vilia- murhier kocht ik wat eten en na mij wat verkwikt te hebben, huurde ik voor 10 anna's e9n inlandsch karretje, waarmee ik mij naar Pondicherry (drie mijlen van daar) liet brengen. In mijn reisboek had ik gezien dat er te Pondicherry een reizigers-bungolo was. Ik naar de bungolo, waar ik een bad nam, en mij door een inlander van top tot teen liet afschrobben. Daarna beduidde ik den inlander dat hij mij naar een winkel moest brengen waar ik Europeesche kleeren kon koopen. De jongen bracht mij echter naar een inlandschen winkel om de eenvoudige reden dat er in het plaatsje geen Euro peesche winkels waren. Daar ik zeer moe was en naar rust verlangde, liet ik mij in een pous-pous (wagentje) naar het hotel brengen. De maitre d'hotel, een inlander, keek wel wat gek op toen hij mij zag aan komen, maar ik liep zonder veel compli menten het hotel binnen. Een van de bedienden verstond een beetje Engelsch en ik vertelde dat ik een ontvluchte Boer was. Daarna ging ik naar bed en sliep heerlijk uit tot 's avonds 7 uur. Intusschen had het gerucht, dat er een Boer in het plaatsje was aangekomen, zich al verspreid en er kwam een Franschman in het hotel om mij te spreken. Hij stelde voel belang in mij en den volgenden mor gen stuurde hij mij kleeren. ToeD ik in mijn nieuw pakje op straat kwam, stroomde het heele plaatsje leeg om mij te zien. Alle inlanders, die al zooveel van den oor log gehoord hadden, betuigden mij hunne sympathie. De gouverneur van Pondicherry zond zijn pion (bediende) naar mij toe om mij te vragen of ik hem een bezoek wilde brengen. Hij was zeer verheugd mij te zien en zei mij dat ik onder de Fransche vlag volkomen veilig was en dat ik niets te vreezen had. Hij kon mij echter niet veel hoop geven op een spoedig vertrek daar bijna al de stoombooten die Pondi cherry aandoen Engelsche booten waren. Maar zoi hij, er moet hier een Fransche stoomboot aankomen van de Messageries Maritimes, die de boot komende van China te Colombo ontmoet. Daarmee zoudt gij verder naar Marseille kunnen gaan. Voordat deze boot aankwam zou er nog een Noorsche boot Pondicherry aandoen. Maar juist een paar dagen voordat die boot zou aankomen kreeg ik koortsen en moest ik naar het hospitaal. Ik wanhoopte dus den kapitein van het Noorsche schip te kunnen overhalen mij mee te nemen. Maar wat gebeurde Het toeval wil, dat de kapitein van dat schip eene verzwering aan zjjn been had en dat hij ook in het hospitaal kwam en wel in dezelfde kamer wa3r ik lag. Wij waren al heel spoedig dikke vrienden en hij beloofde mij te zullen meenemen naar Marseille. Zoodra zijn been wat beter werd en ik mijn koorts kwijt was, vertrokken wij op den 30sten Mei, 's avonds 8 uur, na een hartelijk af scheid van den gouverneur, die mij zeer gastvrij gedurende mijn verblijf te Pondi cherry had behandeld. De reis was voorspoedig tot Aden. Daar hadden de Engelschen mij bijna weer te pakken. Wij moesten te Aden kolen in nemen. De Engelschen wisten zeer goed dat ik aan boord was. Pas waren wij den 9den Juli aangekomen (ik hoorde hier voor het eerst dat er vrede gesloten was) of er komt een Engelsche speurder aan boord, die don kapitein een brief van den Noorschen Consul laat zien, waarin deze last geeft om den Boerengevangeno de Villiers uit te leveren, aangezien hij een Kaapsch rebel is. Gelukkig was de kapitein niet voor een klein geruchtje vervaard en hij weigert. Hij antwoordde dat do Villiers behoordo tot de bemanning van zijn schip (ik was als zoodanig ingeschreven) en dat hij hom niet wilde afstaan. De detective bood nu aan om vier andere mannen in mijn plaats te leveren. De kapitein weigerde. »Gij weot zeor goed", zoi hij, »dat do Villiers hier op mijn schip, op Noorsch gebied is, dat hij hier niet door u kan gearresteerd worden." Daarna kwam de detectivo terug met een b9vel tot arrestatie, van den Noor schen Consul. (Men had den cunsul, die zelf Engelschman is, verteld dat de Villiers een gewoon gevangene en geen krijgsge vangene was; het schijnt dat de Engelschen zeis na don vrede het niet erg op de Villiers begrepen hadden en als men de Villiers gezien heeft zal men dat volkomen begrijpen. Maar do kapitein stond op zijn stuk. »Welnu", zei hij, „ga dan zeggen aan don consul dat hij mij een schriftelijke verkla ring geeft dat hij de Villiers laat arresteeren en dat hij alle verantwoording op zich neemt." De doteetieven vertrokken. Eenigen tijd later kwam er een stoombootje met Engel sche soldaten bemand op het schip af. Ik liep naar beneden. (De kapitein lag met zijn ziek been beneden in de kajuit). Kapi tein, zei ik, daar komen de Engelschen om mij te arrosteeren. Nu werd de oude zeebonk kwaad, hij liet zich op het dek brengen en gaf bevel om met fuilspeed weg te stoomen. Het stoombootje kwam langs-zij liggen en de bemanning schreeuwde ons toe dat we moesten stoppen, maar wij waren Oost- Indisch doof en met voorname staatsie stoomde het groote schip weg, het kleine bootje ver achter zich latend. Ja, die goeie kapitein P. Schlijder van het ss. Edsvold heeft veel voor me gedaan. Wij ontvingen ter aankondiging no. 1 en 2 van „De Veldbode", weekblad voor Land en Tuinbouw, pluimvee- en konijnenfokkerij, bijenteelt enz. Hoofdred. A. A. ter Haar te Goes, uitgever firma Leiter Nijpels, Maas tricht. Om deszolfs rijken inhoud, korte stukjes die zich prettig lezen laten, over velerlei wetenswaardigs in populairen vorm han delen, en door plaatjes in den tekst worden toegelicht, durven wij een kennismaking met dit flink geredigeerde blad wèl aan bevelen. Voorts vestigen wij de aandacht op „Naarstiglijk komen, een uitgaafje van „Fi- lippus" (154) 38 bladzijden, door ds. G. Wisse te Overtoom, ter boekdrukkerij De Vecht te Breukelen, prijs slechts 12'/a cent; een gulden boekske met vele behartigings- waardige wenken in betrekking tot kerkgaan. Velerlei vragen ook in verband met onze kinderen en hun leeftijd worden beantwoord, en het waarom iets dieper opgehaald dan men dit wal gewoon is te doen. Wij lazen het opstel met groote instemming aan taal en stijl is zeer goede zorg besteed, het laat zich dierhalve aangenaam lezen. Nog ontvingen wij de laatste aflevering met gratis band van «Galvijns jeugd, jon gelingsjaren, omzwervingen, bekeering, en eerste optreden als reformator, door prof. Doumerque Montanban, vertaald door ds. W. F. A- Winckel. Amsterdam W. Kirchner. Het is een heel werk geworden, van ruim 500 bladzijden met vele portretten en, vignetten. Wie wil voor f5.25 zulk een standaardwerk over Calvijn, uit de authentieke bronnen geput, niet in zijn bezit hebben, en wie wil zijn kennis om trent dezen heros op elk gebied niet ver meerderen In geen enkele Jongelingsver- eeniging of Propagandaclub mag dit boek ontbreken. Vertaler en uitgever dank voor hun mooi stuk werk. MIDDELBURG. Bevallen: G. Groe- nink geb. Martens z.; J. Scheepers geb. Geervliet d.N. Geelhoed geb. Gilde z.E. Tres gob. Hekkebus d.K. W. Step geb. Arnoldus z.F. den Boer geb. Giffard d. Overleden: J. J. Florusse 2 mnd., z. GOES, 20 Jan. 1903. De aanvoer van granen was meer dan voldoende voor de vraag. Langzaam waren vorige prijzen te maken. Nieuwe Tarwe f 5,20 a f 6,50. Rogge f 5, A f5,25. Wintergerst per 100 kilo f7,20 a f7,50. Zomergerst per 100 kilo f7,10 a f7,30. Haver per 100 kilo f6,25 A f7,—. Bruine Boonen f 6,00 f 9,75. Paardenboo- nen f Af Koolzaad f Af Groene erwten f8.A f8.50. Kroonerwten f8.25 A f9,25. Versche Boter f 1,10 A f 1,20 mid. 57 de 2 kilo. Eieren f3,80 A f4.20 mid. f 1,00. De aanvoer van boter en eieren was tameljjk. OOSTBURG, 21 Jan. 1903. Oude Tarwe f 8.40 A f 8,50 Nieuwe Tarwe f 6,00 A f 7,N. Rogge f 5,40 A f 5,60 N. Wintergerst f7,50 A f 7,80 per honderd kilo. Zomergerst f 7,25 a f 7,50 per honderd kilo Haver per 100 kilo f 6.— A f 6,50 Kook- erwten f8,75 A f9,Erwten f 0,00 A f 0,00 Paardenboonen f 6,75 a f7,Koolzaad f 0,00 a f0,00. Waar 't er niet bij staat, is de prijs per H.L. VLISSINGEN, 20 Jan. Boter fl.10Afl.00 per KG. Eieren f5.— per 104 stuks. ROTTERDAM, 19 Jan. De-graanmarkt van heden (Maandag) was, wat binnen- landsche granen betreft, de vorst der laatste dagen oorzaak dat de beurtschippers hunne gewone reis moesten staken. Der halve was het aanbod zeer onbeduidend en de omzet te beporkt om het wekelijkscho bericht op te makon. Aardappelen. Spuische jammen f 2.50 a f 3.Brielsche kralen f 3.20 a f 3.50, Zeeuwsche blauwe f 2.50 a f 2.60, dito bonte f3.60 a f3.80, Geldersche blauwe f2.50 a f2.80, dito Zeeuwon f2.60 a f2.80, Flakeesche jammen f 2.a f 2.50, eigen heimers f2.20 a f 2.40, poters f 1.50 a f 1.70 per hectol. Met geen aanvoer, weinig vraag. M a i s per 2000 kiloAmerik. Mixed f 134, do. do. uit zeeboot gestort f 128, do. do. naar aankomsttijd f 127, a f 124, do. do. Dec. afl. f 123.50, f 125, do. do. Jan. afl. van Atlant. havens f 121 contant, do. do. Juni, Juli, Aug. en Sept. f115, Odessa f 133, f 134, do. stoomend f 128, f127, La Plata afl. April/Mei f113, La Platta afl. Mei/Juni f 112. ROTTERDAM, 20 Jan. Ter veemarkt van heden (Dinsdag) waren aangevoerd1592 runderen, 380 vette, 145 nuchtere kalveren 378 schapen, 506 varkens, 66 biggen. Run deren le qual, 68, 2e qual. 54, 3e qual. kalveren le qual. 108, 2e qual. 86 3e qual, schapen le qual. 70, 2e qual. 46, 3e qual varkens le qual. 47, 2e qual. 42 3e, qual. cent; alles per kilogram. Openbare Vtrktopiniei. Donderdag 22 Jan. Middelburg, 8 uur, in de Vergenoeging door not. Verhulst, lo. een huis, Langen- delft H 7 en Segeerstraat, met tuin 497 cA. 2o. de ijsbaan van de vereeniging IJsclub Walcheren. Te zien 20 en 21 Jan. 12-4 uur. Vrijdag 23 Jan. Hoedekenskerke, door not. de Vos 10 uur kade nieuwe houtwaren en nieuwe meubelen. En om 1 uur te Baarland, bij Traas. Maandag 26 Jan. Goes, door deurw. Hollmann 2 uur en volgende dagen bij Boudeling manufacturen. Dinsdag 27 Jan. Vlissingen, 8 uur in de Oude Vriendschap door not. de Maret Tak 2 huizen Hobeiu- straat en Korte Noordstraat, resp. 89 en 123 cA. En 4015 cA. bouwl. Koudekerk- sche straatweg. Woensdag 28 Jan. Hoedekenskerke, bij P. Dieleman door not. Overman 10 uur inspan en huisraad. Oudelande, bij wed. Lous 10 uur door not. de Vos nieuwe houtwaren, meubelen, konijnenhokken, behangselpapier. En om 1 uur te Ovezande bij wed. van 't Westeinde, nieuwe houtwaren en nieuwe meubelen. Donderdag 29 Jan. Bergen op Zoom, 10 A 12 dekhengsten aan het rij kshenstenveulendepot. Te zien 15 en 28 Jan. 12 uur. Vrijdag 30 Jan. Oudelande, voor Bruinooge 7280 en 9070 cA. bouwl. 12 uur door not. v. d. Kloes. Donderdag 5 Febr. Middelburg, 8 uur in de Vergenoeging door not. Tak het logement Zaterdag 7 Feb. Borssele, door not. v. d. Kloes in de meestoof 1 uur den inventaris, fairbank. En voor een jaar verhuren de schuur. Inl. dhr. O. Mol Az. Woensdag 11 Fob. 's Heerenhoek, voor C. P. Serrarens door not. de Vos 10 uur bij Hazen 6,6080 H. bouwland. Donderdag 12 Feb. Middelburg, 2 uur in de Vergenoeging door not. Wisboom Verstegen lo. 121 A. weiland in Ritthem2o. 2 perc. weiland aldaar saam 10110 cA 3o. twee perc. id. in Arnemuiden saam 21950 cA.4o. 6820 cA. bouwland en sprink. - Donderdag 19 Febr. Middelburg, door not. de Vos in de Vergenoeging 2 uur 7,8620 H. bouw- en weiland in Souburg. Woensdag 25 Feb. Nieuw en St. Joosland, door not. Verhuist 10 uur bij inspan als Vrijdag 27 Febr. Kamperland, door not. Roelof den inspan van P. Leendertse Gz., 10 uur. Mons. Dr. Schaepman is heden te Rome overleden. Middelburg. De heer P. Keulemans, oud-officier en oud-strijder bij de Boeren, is benoemd tot agent der rijksverzekerings bank. BRIEFWISSELING. Berichten of verslagen omtrent lezingen van den heer Camman worden niet meer opgenomen. Wij hebben er nu enkele van geplaatst, en wie nu volgen, moeten wel op 't zelfde neerkomen. Red. Advertentieiii Zoo de Heere wil en zij leven 57 hopen onze geliefde ouders jg ADRIAAN KOETS en 2N MARIA WISSE, X vé 25 Januari a. s., hunne 25=jarige jüf Echtvereeniging te gedenken. Hunne danbbare hinderen, i) behuwd- en hleinhinderen. Heden overleed te Leerdam, tot odzo diepe droofheid, onze geliefde vader, behuwd- en grootvader Ds. P. KAPTEIJN, emeritus predikant, ji in den gezegendon ouderdom van 80 jaar. R Hij ging henen in het vaste vertrou wen op den Heiland. W. KAPTEIJN. W. G. KAPTEIJN—Boss en kinderen. Breda, 19 Januari 1903. Heden (L6 Jan.), overleed zacht en kalm, in den ouderdom van 71 jaar en 4 maanden, mijn geliefde Echtgenoot, Vader, Behuwd- en Grootvader CORNELIS LANSEN. Uit aller naam, Wed. C. LANSEN. Kapelle, 16 Jan. 1903. Algemeene leennisgeving. Tusschen 16 en 17 Januari is op noodlottige wijze oveileden onze ge liefde dochter, zuster en behuwdzuster LEINTJE SINKE, in den ouderdom van bijna 39 jaren. Zwaar valt ons deze slag. Namens de familie, P. SINKE. J. SINKEjongepier. Vlissingen, 21 Januari 1903. Dank aan allen die ons 15 dezer blijk van belangstelling schonken. ANTH. DE BROEKERT en Echtgenoote. Wemeldinge, 20 Januari 1903. V Bij deze betuig ik mijn hartelijken dank voor de vele belangstelling onder vonden, bij het overigden van mijn echt genoot. Wed. C. OVAA—Back en kinderen. Biggekerke, 22 Januari 1903. De Notaris A. M. TAK zal op DoMeriai den 5 FM 1903, des avonds te acht uren, op de boven zaal der Sociëteit *De Vergenoeging", aan de Groote Markt te Middel burg, in liet openbaar bij opbod en afslag werkoopen 1 genaamd „Spoorzicht" staande te Middelburg, aan het kanaal, wijk P no. 42, met daar achter liggenden Tuin, groot 4 Aren 7 Centiaren zijnde erfpacht tot 31 December 1929. te Middelburg, aan den Singel, bij de Koepoort, wijk S. no. 46, groot 87 Centiaren. aldaar, aan den Singel bij de Koe poort, wijk S no. 45, groot 69 Centiaren. aldaar, aan het Smidsbolwerk, wijk O no. 92, groot 50 Centiaren. aldaar, aan het Smidsbolwerk, wijk 0 no. 93, groot 51 Centiaren. te Middelburg, aan de Zuidzijde van den Dam, wijk G no. 98, groot 1 Are 5 Centiaren. Bezichtiging daags vóór en op den dag van verkoop van 10 tot 12 en van 2 tot 4 uren op vertoon eener toegangkaart, verkrijgbaar ten kantore van voornoemden Notaris.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1903 | | pagina 3