NIEUWSBLAD
ZEELAND.
No. 43. 1903
Zaterdag 10 Januari.
17e Jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Bij dit mier Hoort een Bijmpel.
VERSCHIJNT
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
De toekomstige Staatsregeling
van het Hooger Onderwijs.
FEUILLETON.
De Bekeering van Markus Lev.
LANDBOUW.
De Aardappels-
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummersn 0,02r'.
UITGAVE DER FIRMA
ek vak
van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent
Familieberichten van 15 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Toen Prins Willem I, de Vader des Va
derlands, Leiden voor haar kloekmoedig
doorgestaan beleg begiftigde met eene Aca
demie, die bijdragen zou tot den roem en
de welvaart van een tusschen zeewier en
Spaansche soldaten ontwikkelend volk, was
daarover geen partijstrijd of geschil, maar
algemeene tevredenheid.
De opkomende Republiek der Vereenigde
Nederland was in wetenschappelijken zin
eens geestes, en had het oog te zeer naar
buiten open te houden, om zich innerlijk
te verdoelen.
Maar der tijden loop bracht andere eischen.
Die eenheid is weggevallen we zullen
nu maar niet onderzoeken door welke oor
zaken het doet er ook minder toe, maar
alleen het feit constateeren, dat de eenheid
in geestesrichting niet meer bestaat, en dat
dus iedere groep die prijs stelt op ont
wikkeling of zelfstandigheid ook prijs stelt
op onderwijs gegeven in haren geest.
Andere tijden, andere zeden.
Het meer ontwikkelde leven van onzen
tijd, verdraagt zich niet meer met het prij
zen van wat de heeren wijzen.
Overtuiging, uit sluimer ontwaakt, zoekt
overwinning.
Een hooger onderwijs is in den strijd
der geesten een machtig wapen.
Iedere bul in de school der wetenschappen
uitgereikt kan een Mauser zijn, iedere hooge-
school een artillerie-perk. Het is voor een
go9d deel de vraag in welke handen die
machtige middelen tot verdediging of aan
val zijn.
Over die vraag zal vermoedelijk het eerst
worden beslist, bij de ontwikkeling van het
program dat dit ministerie zich stelde.
Vrijmaking of voortgaande vrijmaking van
het onderwijs, niet alleen eerst genoemd,
maar ook meest voor behandeling rijp kan
geacht worden de voorrang te zullen heb
ben, en het is daarom dat we voor een enkel
oogenblik de belangstelling onzer lezers
inroepen voor dit onderdeel onzer Staats
huishouding.
Vooreerst ga voor onze lezers de vast
staande meening vooraf dat een beschaafd
land zonder hooger onderwijs niet leven
kan. Zonder hooger onderwijs zouden we
zeer spoedig tot den rang der uitgedoofde
natiën behooren. En vast staat nog iets
anders. Dit, dat er slechts weinigen zijn
die den volledigen prijs voer deugdelijk
onderwijs vereischt zouden kunnen betaleD.
Zonder hulpmiddelen zou dus het hooger
En hij leidde hem tot Jezus.
joh. i 43.
Slol.
Voortgaande en ieder vers als verslin
dende kwam ik tot de laatste drie verzen
van het 23e hoofdstuk. Hier vond ik wat
ik lang gezocht had. Het geheim van
Iraëls lijden werd opeens duidelijk, toen
ik las van de bedroefde woorden van den
verworpen Messias aan Zijn volk»Jeru-
zalem, Jeruzalem, gij die de Profeten doodt
en steenigt die tot u gezonden zijn, hoe
menigmaal heb Ik uwe kinderen willen
bijeen vergaderen, gelijkerwijs een hen hare
kiekens bijeenvergadert onder de vleugelen,
en gijlieden hebt niet gewild. Zie, uw
huis wordt u woest gelaten Want Ik zeg
u, gij zult Mij van nu aan niet zien, totdat
gij zeggen zultGezegend is Hij, die komt
in den naam des Heeren 1" Ik vroeg mij
zei venKon eene profetie meer letterlijk
vervuld zijn dan deze profetie van Jezus
van Nazareth? Was ons huis niet woest
gelaten zoowat 30 jaar nadat Jezus zoo
gesproken had? En is ons huis nog niet
woest, omdat wij weigeren te zeggen
onderwijs slechts voor een klein getal zeer
gegoeden toegankelijk zijn.
Ook dat profeteert versterfvoor uw
land en uw volk.
Met, deze gegevens in de hand, de nood
zakelijkheid van hooger onderwijs en de
onbereikbaarheid voor de meesteD, hebt ge
te vragen hoe dan
En dan is het antwoordtwee wegen
staan u open.
Eerst, dat de Staat uwe hoogescholen
opene en betale, en verzorge, en toelaat
wie blijken geeft de studie te kunnen vol
gen en een matigen prijs betale.
Tweedensdat de regeering het hooger
onderwijs aan zijne burgers overlaat en
subsidie geeft.
In het eerste geval kunt ge natuurlijk
den eisch niet stellen dat mannen in uwen
geest tot professoren benoemd worden.
Indien dat gebeurt is het toevallig. Niet
altijd zijn er mannen van zoo singuliere
gaven dat een gansch volk dezulken als
voor den catheder geboren acht. En als
ze er wel zijn dan is dikwijls de partij
zucht die den invloed van deze algemeen
erkende bekwame mannen vreest, groot ge
noeg, om hen te weren van de plaats,
waarop meer dan op menige ander, in
vloed op een volgend geslacht te hopen of
te duchten is.
Herinner u slechts de geschiedenis der
jeugdige, antirevolutionaire partij. Ieder
weet dat er geen meêlevend tegenstander
onder ons te vinden' is, die niet gaarne
erkennen zal dat mannen als Groen van
Prinsterer, Da Costa, Lohman, Rutgers,
Bavinck, Kuyper een plaats aan een onzer
landsacademiën hebben verdiend, en met
eere zouden innemen. Toch is geen hun
ner ooit benoemd.
Natuurlijk niet. Laat ons billijk oor-
deelen. Misschien i3 de eisch te zwaar.
Dat mannen zonder buitengewone be
kwaamheden niet benoemd worden is te
begrijpen. Een partijgenoot, anderen ge
lijk, wordt geduld, maar een tegenstander
wordeD hooger eischen gesteld.
En hoe hooger staande, aan de over
zijde, hoe gevaarlijker voor eigen partij.
Laat ons geen eischen aan anderen stel
len, die we zeil niet zouden willen of
kunnen vervullen.
Maar op die wijze blijven alle invloed
rijke plaatsen aan uwe lands-academien
voor u en voor allen die met u tot eene
minderheid behooren, gesloten, en behoort
ge u tevreden te stellen met de taak die
de Giboonieten bij Jozua vervulden, dat is
die van te zijn: houthouwers en water-
putters. En God riep ons tot ontwikke
ling. Moeten we nu handelen naar 's
tegenstanders wensch, of naar Gods gebod?
Zegt den kinderen Israëls dat ze voort-
Gezegend is Hij die komt in den naam
des Heeren?"
Ik las aldoor, en toen ik het Evangelie
van Lucas geëindigd had geloofde ik dat
Jezus van Nazareth de Messias was. Maar
een stem van binnen zeide mij dat dit niet
genoeg is, en dat ik Hem aan moest nemen
als mijn persoonlijken Zaligmaker. Hst
besef mijner zondigheid werd nu zoo ver
zwaard, dat ik duidelijk de groote behoefte
aan vergeving en verzoening met mijn be-
leedigden God zag. Tevergeefs zag ik terug
naar mijn vorig leven om iets te vinden
waarop ik vergiffenis kon eischen. In al
het verleden vond ik niets dan zonde, zonde,
zonde, en zelfs geen schaduw van verzoe
ning. Toen bracht de Geest mij Hosea 3,
4 en 5 te binnen, aangaande de kinderen
Israëls, en ik paste dit op mijzelven toe.
Want voor vele dagen was ik blijven zitten
zonder koning, zonder vorst, en zonder offer,
en zonder iets dat mijne zonden verzoenen
kon. Ik moest mij dan bekeeren (vs 5)
en zoeken den Heere mijnen God, en
David mijnen Koning. Ik wist dat David
hier Messias beteekendeen daar ik reeds
geloofde dat Jezus de Messias was, besloot
ik hieruit dat ik Hem zoeken moest, en
alleen door Hem kon terugkeeren en met
Jehova mijn God kon verzoend worden. De
trekken, ook door de Roode zee, die op
geestelijk gebied, door allerlei beletselen
is omringd.
Met de oenheid van beginsel en; be'ijde-
nis i is het stichten en exploiteeren van
Staats-Universitoiten oen ongerijmdheid ge
worden.
Toen in do jeugd van ons volksleven
het nationaal belang dat hooger onderwijs
genoemd wordt, niet behartigd werd,
niet behartigd kon worden, was het een
zegen dat er een regeering was, toegerust
met die ruime begrippen, die hooger on
derwijs deden verzorgen. Niet het minst
heeft door do vestiging der Loidsche aca
demie Prins Willem I zich den eerenaam
van Vader des Vaderlands waardig getoond.
Maar nu het Nederlandsche volk tot rijpere
ontwikkeling gekomen is, en zelfs ieder in
zijn kring voor hooger onderwijs zorgen
kan ie do Staats Universiteit veroordeeld
tot verdwijnen.
Misschien gaarne geven we het toe'
eerst na lange, lange jaren, en na bangen
strijd. Een strijd aangebonden of aange
vuurd door plaatselijke, persoonlijke of
partijbelangen. Maar een strijd die eindi
gen moet en eindigen zal met de vrijheid
ook voor hooger ouderwijs,
if- Nog een andere vraag zal bij de toe
komstige herziening van de wet op het
hooger onderwijs de laatsten dagteekent
van 1877 aan de orde behooren gosteld
te worden.
En wel deze.
Of regeering en volksvertegenwoordiging
bij voortduring bereid zullen zijn om vele
tonnen gouds beschikbaar te stellen voor
drie Rijks-Universiteiten, terwijl men het
best met eene in onze tegenwoordige toe
standen doen kan.
Leiden, Utrecht, Groningen kosten bijna
twee millioen gulden. En dat in een land
waar men, op 't uiterste wonende, slechts
enkele uren sporens van het middenpunt
verwijderd zijn kan. En dat in een land
waar nog geen anderhalf duizend studen
ten de Rijks-Universiteiten bezoeken!
Niet alleen geestelijk, ook geografisch
zijn de dagen der Staats-Universiteiten
geteld
Onder onze voedingsgewassen bekleedt
de Aardappel na de Tarwe de eerste plaats.
Indertijd uit Amerika ingevoerd is ze ook
in Europa en in ons land verbouwd ge
worden en langzamerhand een eerste voe
dingsproduct geworden, dat zoowel op de
tafel der armen als die der rijken voor
komt en zelfs bij sommigen niet alleen
des middags maar ook des avonds wordt
Geest zeide„Leest voort" en met Davids
gebed„Heere, open Gij Mijne oogen
begon ik het Evangelie volgens Johannes
te lezen. De verborgenheid van het vleesch
geworden Woord overweldigde mij. Het
ieit dat Hij tot de zijnen was gekomen en
dat de zijnen Hem niet aangenomen hadden,
bedroefde mij. Maar dat er velen waren
die Hem aangenomen hadden en macht
ontvangen hadden kinderen Gods te worden,
was mij genoegzaam bewijs, dat ook ik
Hem mocht aannemen, en een zoon Gods
worden. Maar hoe moest ik Hem aan
nemen „Ziet, het lam Gods Ja' ik moest
hem aannemen als het Lam voor mij bereid,
als mijn plaatsbekleeder, als mijn offer, als
de verzoening voor mijne zonden. Is Jezus
dat Lam Het antwoord kwam „Wij
hebben Dien gevonden, van Welken Mozes
in de Wet gesproken heeft, en de Profeten
namelijk Jezus, den zoon Jozefs, van Na
zareth." Toen hoorde ik Jezus Zelf zeggen
„En gelijk Mozes de slang in de woestijn
verhoogd heeft, alzoo moet de Zoon des
menschen verhoogd worden, opdat een iege
lijk die in Hem gelooft niet verderve, maar
het eeuwige leven hebbe. Want alzoo lief
heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn
eeniggejjporen Zoon gegeven heeft, opdat
een iegelijk die in Hem gelooft niet
genuttigd. Wel mag ze als een gave Gods
beschouwd worden, onder de vele andere
voorrechten ons geschonken. In 1845 brak
de zoo zeer gevreesde aardappelziekte in
ons land uit. Het scheen alsof onze aard
appelvelden totaal verwoest werden en de
aardappel geheel van onzen bodem ver
delgd zou worden. Maar gelukkig God
heeft het ons weder ten goede geleid of
schoon tot heden toe er geen jaar is voorbij
gegaan waarin toch deze ziekte niet voor
kwam. Zij openbaart zich op twee manieren,
het zoogenaamde droge kwaad, hetwelk
zeer moeilijk is te onderscheiden en zelfs
na het rooien nog insluipt, en het rotte
of natte kwaad, iets dat veel gemakkelijker
is waar te nemen, wijl de aardappels na
het uitbreken der ziekte onmiddellijk rot
ten. Gewoonlijk kan men ze veel gemak
kelijker verkoopen wanneer ze door laatst
genoemd kwaad aangetast zijn, dan door
eerstgenoemde. Wel is de eene variëteit
moer vatbaar voor de ziekte dan de andere.
Vooral de Wadden, en do bonte of vesters,
in Zeeland veel verbouwd, Ijjden ovor het
algemeen spoediger dan de Zeeuwsehe
blauwe niettegenstaande beide soorten
met vele anderen wel kunnen wedijveien.
De mannon der wetenschap zijn deze ziekte
gaan bestudeeren, alle pogingen zjjn in
het werk gesteld haar te fnuiken. Een
bekend middel is de besproeiing met de
zoogenaamde Bordeausche pap, volgens
sommigen een afdoend middel; anderen
gelooven er nog niet aan, of willen betere
nitwerkels zien; men is op dit punt nog
al conservatief.
Is de wisselbouw in de laatste jaren
ontzettend toegenomen in plaats van graan
bouw voorzeker is de verbouwing der aar
dappels wel verviervoudigd of meer.
Wanneer men des zomers die velden met
aardappels ziet, dan komt men onwille
keurig tot de vraag waar blijven deze toch
alleOok zelfs wanneer men rekent dat
onze groote steden in de laatste jaren
dubbel en meer zijn toegenomen, en zoovele
aardappels uit het buitenland niet meer
worden aangevoerd als vroeger, in 't noor
des lands vele tot stijfsel worden verwerkt,
en er ook meer aardappelen onder ons ge
geten worden, terwijl het beschot over het
geheel veel beter is, bij sommigen ver
dubbeld bij vroeger vergeleken. Dit laatste
heeft men grootendeels te danken aan de
hulpmeststoffen vooral komen daarbij in
aanmerking Superphosphaat, Chili, Peru-
guano en Amoniak-superphosphaatlaatst
genoemde soort is de kunstmest der toe
komst voor de aardappels. Werden vroeger
gewoonlijk half April eerst de aardappels
gepoot, tegenwoordig als het weer het toe
laat begin Maart al, en is het geen wonder
dat door de kunstmest bevoordeeld en op-
verderve maar het eeuwige leven hebbe".
Hiermee was mijn overtuiging volkomen.
Ik zag in, dat ik Gods onuitsprekelijke
liefde mij moest toeeigenen, en de gave
Zijns Zoons aannemen, opdat ik mocht
leven. Geloofd zij God, Hij gaf mij genade
dit te doen, en hier vond mijn Heiland mij.
Waarlijk, Heere Jezus, Gij zijt de Christus,
de Zoon des Levenden Gods. Ik kom toi
U met al mijne zonden. Ontvang mij en
geef mij Uwe ruste! En geloofd zij Zijn
heilige naamHij nam mij aan, en sedert
dien tijd weet ik dat ik aangenomen ben
in den geliefde.
Den volgenden dag verheugde zich Rabi-
nowitz met mij. De Heere had een nieuw
lied in mijn mond gegeven, en na een
korten tijd had Rabinowitz mijne »Nieuwe
Zangen voor 't Joodsche Volk" gedrukt als
mijn eerste getuigenis voor mijn Heiland.
Gelijk alle Joodsche broederen die Chris
tus belijden moest ook ik vele beproevingen
en vervolgingen verduren. Maar ik achtte
alle dingen schade te zijn om de uitne
mendheid der kennis van Christus Jezus,
mijnen Heere, en achtte die drek te zijn,
opdat ik Christus mocht gewinnen. Mijn
eenige bede tot God was, mij van Rusland
te verlossen, waar ik mijn Heiland in de
Griekscho Kerk niet kon belijden. In 1890
gedrongen, sommige reeds aardappels ko
men opkoopen, terwijl bij anderen die lal er
gepoot hebben, zij nog niet uit den grond
zijn. Hier geldt gewoonlijk hoe vroeger
men plant, hoe vroeger ze ten einde groei
zijn, en hoe minder men van de ziekte
te vreezen heeft.
Een in 't najaor diep opgeploegde grond
komt den aardappel zeer te stade benevens
in den zomer aanhakken, door welk middel
men weinig groene heeft en men ze in 't
najaar beter en gemakkelijk kan rooien.
De aardappel verlangt ook sterken grond,
die echter niet zwaar behoeft te zijn, wel
goed doorlatend. Met het tegenwoordige
beschot en goede marktprijzen houden velen
hun besten grond, in Zeeland althans, om
er aardappels op te verbouwen. Vroeger
plantte men ze meest in grond die het
volgende jaar braak moest liggen. Men
maakte toen daar toch zooveel niet van.
De vaste werklieden der hoeven huurden
toen wat land, voor eigen consumtie en
daarmee was het afgeloopen. Tegenwoordig
heeft op vele plaatsen iedere werkman
een stuk land of meer en in de eerste
plaats poot hij dan aardappels, er is niets
dat doorgaans zooveel opbrengt en het is
geen wonder dat de fabrikanten van beet
wortels wat hun prijzen aangaat daarmee
eenigszins hebben te rekenen.
De meerdere verbouwing heeft natuur
lijk een buitengewoon toegenomen najaars-
drukte ten gevolge gehader schieten in
het najaar handen te kort, zoodat velen
hun toevlucht hebben moeten nemen tot
de Machine hetzij om te sorteeren of om
te rooien zelfs, wat best kan, en zal moeten,
wanneer de wisselbouw zelfs nog daarop
blijft vooruitgaan. Op sommige plaatsen
heeft deze drukte onder meer veie over
tredingen der leerplichtwet ten gevolge.
Men meent beter een boete te kunnen
betalen, dan de gewassen in den grond
te laten. Zeeland verbouwt alleen voor de
consumptie. Zeeuwsch-Vlaanderen verbouwt
bij voorkeur witte waarnaar veel vraag is
in België. Wat de aardappel als vrucht
van het land is, dat is deze. Om graan
gewassen daarna in te zaaien geeft ze ge
woonlijk maar een middelmatigen oogst.
Haver en rogge gedijen nog al goed, maar
als opvolgende vrucht is zij zeer boven
suikerbieten aan te bevelen. Deze geven
gewoonlijk een groote opbrengst met niet
het hoogste suikergehalte. Ook kau men
er beste ajuin in hebben, maar als men
geen vriezende winter heeft heelt men veel
last van zuurlingen die telkens doorschieten,
en met het zuiveren der ajuin veel werk
mede brengt. Werd vroeger meest in den
handel per HL. verkocht, tegenwoordig
verkoopt men meest per 100 KG. of per
70 KG. ("HL.) Onze oude luitjes herinneren
bracht de Heere mjj in Engelanden toen
ik zag hoe vrij daar het Evangelie verkondigd
werd, schreel ik aan mijn vrouw om met
onze vijf kinderen naar Engeland te komen,
omdat ik hen daar wilde opvoeden. Zij
bracht de drie grootsten eerst over en ging
toen alleen terug om onze bezittingen te
verkoopen en al mijne zaken te vereffenen.
In Sept. 1891 werden ik en mijne kinderen
gedoopt door Rev. John Wilkinson. Van
dat oogenblik af gevoelde ik mij geroepen
een getuige voor den Heere aan Israël te
zijn, en heb sedert het Evangelie gepredikt
aan de Joden van Londen en Parijs en van
Oct. 1893 aan de Joden van Philadelphia,
New-York, Pittsburg, Cleveland, en ver-
scheideno andere steden waar de Heere
mij verwaardigd heeft de stichter te zijn
van zendiugsposten onder Israël.
Al den tijd dat ik mijns Heilands ben
schoot Hjj nimmer te kort aan wat Zijne
dierbare namen »Jeshua" en »Immanuël"
inhouden»Jehovah Zaligmaker, Hij
maakt mij steeds zalig, en«God met
ons", Hij is immer met mij. Hjj is
mjjn leven; en ik weet dat wanneer Chris
tus zal geopenbaard zijn, dan zal ook ik
met Hem geopenbaard worden in heerlijk
heid. Amen. Ja, kom, Heere Jezus, kom
haastelijk. Amen.