No. 32. 1902
NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
Zaterdag 13 December.
17e Jaargang,
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
De Leidsetae Verkiezing.
VERSCHIJNT
Wed. S. J. DE JOMGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Uit Palestina,
Gemengde Berichten.
ei.ken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers. -0,025.
UITGAVE DER FIRMA
en van
van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent
Familieberichten van 15 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
die zich met 1 Januari
op dit lïlad abonneeren, ont
vangen het tot dien datum
gratis.
De verkiezing te Leiden is, zooals be
kend is, voor de bestaande meerderheid
niet ten gunste uitgevallen. Met 11 stem
men won de candidaat der vrijzinnigen,
Prof. Mr. van der Vlugt, het van den man
der onzen, den heer J. de Lange.
Wat geeft dit feit ons te zeggen; wat
heeft het te zeggen aan het Ministerie?
Van Kempen is heengegaan, en met
hem is der rechterzijde een zetel ontglipt.
Een ledige plaats is ontstaan, die niet
aangevuld is.
Na zijn overigden was de eerste vraag:
Wie zal zijn opvolger worden. Men wist
dat de afgestorvene een man was, die in
Leiden zeer werd gerespecteerd om zijn
beminnelijk karakter, zijn milddadigheid,
om zijn optreden als industrieel. Hij be
zat een groote populariteit, en men wist
dat juist deze meegeholpen had om hem
den Kamerzetel te verschaffen. Zou men
een man kunnen vinden even populair,
even groot van hart en van naam?
Aller oogen waren op den begaafden
Ds. Rudolph, reeds in het vorige jaar
candidaat onzer partij in het Noorden des
lands. Men gevoelde hem, den openhar-
tigen en eerlijken strijder voor de eer
onzer partij kwam een plaats in de Tweede
Kamer toe.
Toch werd hij het niet. Hij bedankte
voor de eer en de A. R. Kiesver. koos
het bekende raadslid J. de Lange. De
R. K. Kiesver. nam zijne candidatuur over.
Een open vraag bleef, wat de Christelijk-
Historischen zouden doen.
Deze, die zich meestal laten beheerschen
door kerkelijke sympathieën, zagen in dhr.
De Lange niet den man, die de partij des
geloofs zou helpen in den strijd tegen het
ongeloof, maar hoezeer zij ook op kerke
lijk gebied pal staan tegenover de vrij
zinnigen, zij zagen in den heer De Lange
den ouderling der Gereformeerde Kerk en
stelden een eigen candidaat. Dat was hun
recht. Zij stelden den heer Van den Berch
2)
F E U I L L E T O u.
De Apostelen moesten hun Zendings-
arbeid, die zich de prediking des Evangelies
aan alle volken ten doel stelde, beginnen
van Jerusalem en de grootsche aanvang
van hun werk op den Pinksterdag droeg
dan ook deze heerlijke vrucht, dat in de
Heilige stad een Gemeente ontstond, die
't schier volmaakte voorbeeld voor de Kerk
aller tijden stelde. Doch deze Gemeente
werd terwijl God ook hier uit 't kwade
't goede deed voorkomen door een wreede
vervolging her- en derwaarts verstrooid,
en 't uitgangspunt der Heidenzending naar
Anthiochië verplaatst. Later weken de ver
armde Christenen uit Judea bij 't uitbreken
van den opstand van 66 naar Pella. Straks
leden zij geweldig door den oorlog der
Joden onder Bar -Kochba. Toch hieven voort
durend Gemeenten in 't Heilige land be
staan en toen Rome's keizer 't Christendom
aangenomen had, werd Palestina meer dan
ooit 't aautrekkingspunt der bedevaart
gangers uit de gansche Christenheid en de
kweekplaats van allerlei telgen van 't
steeds meer verbasterend leven der Ge
meente.
Doch een storm ging over 't Oosten, vree-
selijk in zijn uitwerking. De man van
Mekka predikte zijn leer van «den Koran
en het zwaard" en ook de stad Davids
moest »bij al haar weeën' nog «den last
der Omarsehe moskeeën'' torsen Jerusalem
mocht klagen
van Heemstede en prezen hom aan, alsof
het een kerkelijke verkiezing gold, als
ouderling der Ned. Horv. Kerk. Ook dat
was hun recht.
Of het politiek-wijs was mot een eigen can
didaat op te treden, of het blijken gaf van
taktiek
Dr. De Visser kwam voor de Chr. Hi-
storischen pleiten, maar vrijpleiten kan hij
het niet, dat het gemis aan gezamenlijk
optreden de oorzaak is van het geleden
echec.
De Chr. Historischen eisebten den Leid-
schen zetel voor zich op; zij hadden een
gedachte, alsof hun deze toekwam. Toch
veroordeelt het aantal stemmen op de hee-
ren De Lange en Van den Berch uitge
bracht deze meening. Bij eerste'stemming
behaalde dhr. De Lange toch 1756 stem
men, dhr. Van den Berch 264. Hier was
dus een zeer kleine minderheid, die wel
op de wipplank zat en de wip naar de
eene of andere zijde kon doen overhellen,
maar te onbeduidend was om den zetel
voor zich te mogen opvorderen. Taktiseh
was het wijzer geweest, dat zij van het
begin aan gezamenlijk waren opgetreden,
samenwerking hadden 'gezocht met de
andere christelijke partijen en voor het
geloof schouder aan schouder hadden ge
streden. Dat dit niet geschied is, is te
betreuren. Vooral mot het oog op het
geen in de verkiezing van 1901 door de
partijen op cbristelijken grondslag staande,
is gepisesteerd.
Nog meer te betreuren is, indien het
waar is, wat het Handelsblad in zijn
Ochtenduitgave van 3 Dec. berekent, en
ook De Nederlander in haar no. van heden
constateert en betreurt, dat de Chr. Hist,
voor een deel bij de herstemming den
liberalen candidaat gestemd hebben.
Het is een teoken des tijds, waarop ge
let dient te worden. Aan de linkerzijde
had men ook de weelde van drie candi-
daten.
De liberalen hadden een zeer gelukkige
keuze gedaan in Prof. Van der Vlugt, die
in Leiden evenzoo gevierd is als wijlen
dhr. Van Kempen is geweest, een man,
die aantrekt door zijn figuur en zijn hart,
een mild gemoedelijk menseh.
Met bedoeling hadden de liberalen hem
gesteld. Zij achtten tegenover het Mini
sterie versterking der linkerzijde noodig
met een Universitaire kracht.
«Ach, noemt mij niet de schoone
Bezoedeld is mijn glans, gevallen is mijn
kroon e.
Der wedu w sluierdoek verberge 'tdor gelaat,
»En 't afgebeulde lijf bedekk' het treur
gewaad
»'k Was eenmaal heerlij K schoon in lang
[vervlogen dagen;
«De koningsmantel was mijn schoudren
[omgeslagen,
«Het vorstlijk diadeem omgaf mijn hoofd
[en ziet,
«Dat alles ging te loor en ik, ik weende niet
«Ik juichte, want een glans, meer heerlijk
[dan 't verleden,
«Golfde om mijn schedel heen. Hier had de
[Heer geleden,
«Hier had Zijn kruis gestaan, hier had Zijn
[macht gestraald.
«Hier had de Christus op de Hel gezege
praald
«Ja, ik heb Hem gezien, der menschen
[Boei verbreker,
«Den Koning des triomfs, den onbedwing-
[bren Wreker.
«Des hemels glorie straalde op mij terug
[door Hem
«■Eerbiedig groette de aardvolschoon
[Jeruzalem
«En nu, wat roemt ge mij der steden
[rijksvorstinne
«De maan van Mohamed bankt op de heilige
[tinne
«Van Sionlangs haar t>>p weerklinkt de
[zegezang,
«Die mij de boodschap brengt van slavernij
[en dwang,
«Van erger dan de dood De hiel der
[Saracenen
Het Hooger onderwijs achtten zij be
dreigd vooral schrikten ze bij het idee,
dat er van hunne belastingpenningen naar
de bestaande Vrije Universiteit zouden
gaan of voor nieuw op te richten. Vrije
Hoogescholen. Trekken uit andermans
beurzen voor eigen onderwijs gaat ook beter.
Tegenover de voorstellen van het huidige
Kabinet kon dan de waarschuwende stem
van een man van gezag klinken. Tegen
over den eenen Hercules kon dan een
andere plaats nemen.
Zij wisten, dat de kans voor hen was
De populariteit van Prof. van der Vlugt
zou meehelpen als in vorige jaren de be
kendheid de candidatuur-Van Kempen een
voorsprong gaf.
De eerste stemming leerde al, dat zij
goed hadden gezien.
De vrijzinnig-democraten, die op 2 Dec.
in Amsterdam voor een zeer groot deel
met de socialisten samensmolten, vielen in
Leiden dadelijk op den oud-liberaal. Van
1000 stemmen in 1901 zonken zij in tot
nog geen 200.
De herstemming zag al wat vrijzinnig
was samenwerken om den geloofsman uit
de Kamer te houden. Wel hadden de so
cialisten, die dezon iricr eon 150 stemmen
uitbrachten, besloten geen der candidaten
officieel aan te bevelen, maar we weten
hoever dit gaat.
En toen men ter elfder ure begon te
dreigen met belasting op brood en met
den bloei der Vrije Universiteit, kon de
wankelmoedige zich niet meer weerhouden
op Mr. van der Vlugt te stemmen en viel
dhr. De Lange met elf stemmen beneden
zijn tegencandidaat. Hij viel, doch met eere.
Aan de Antirevolutionairen en Katho
lieken kan niet het verwijt treffen, dat ze
niet gewerkt hebbenalle zeilen zijn bij
gezet.
Welke beteekenis heeft deze verkiezing
voor het Ministerie
Kan ze gerekend worden een nederlaag
in te houden Was er een deel van de
partijen des geloofs, dat zich welbewust
losmaakte, omdat het Ministerie-Kuyper
ergernis had verwekt of de schoone ver
wachtingen teleurgesteld had
Van dat alles niets. Onpolitiekheid is
de oorzaak in de eerste plaats, onpolitiek
heid bij een deel der Chr. Historischen
een gedeelte ging bij herstemming op den
«Verdrukt de plekken, waar de Christus
[is verschenen,
«Vertrapt het heilig kruis en over
['s Heeren graf
«Zwaait nu de Moslemin den looden heer-
[schersstaf
«Ja, opCalvarie'skruin zocht de oorlogshengst
[zijn voeder
«Gij, Christ'nen, wreekt het kruis! gij, zoneD,
[wreekt uw moeder!"
En 't Westen ontwaakte ten strijdede
altoos merkwaardige kruistochten hadden
voor 't Oosten slechts voorbijgaande gevol
gen, maar waren voor de Christenheid van
des te vérreikender belang. Jerusalem zelf
bleef slechts 't doel der pelgrimstochten
van ieder deel der Gemeente. En Jood en
Islamiet wendden evenzeer bun schreden
derwaarts, de eeuwen door, maar zij hoor
den uit der Christenen mond de blijde
boodschap niet van 't heil in den Gekruiste.
Zij zagen hen wel strijden soms een
bloedigen strijd over beuzelingen, hen
verzinken in vormendienst en bijgeloof, en
't scheen bij wijlen, dat de halve maan
helderder scheen dan de Ster van Bethlehem.
Wel is thans de ergernis van een vech
tend, vormen dienend Christendom nog
allerminst uit 't Heilige Land weggenomen,
maar toch openbaart zich daarnaast de Ge
meente in haar ware gedaante, die van
troosteres in Christus' Naam, predikster
Zijner eere.
Wie omtrent de geschiedenis der Evan
gelische Zending in Jeruzalem en in de
andere deelen van Palestina inlichting be-
Schaepman. De Paus.
antirev. candidaat over. En voorts werkte
de persoon van Prof. van der Vlugt mede,
die voorgesteld werd als christelijk-histo-
risch, en niet christelijk-historisch, als con-
servatief-liberaal en niet eonservatief-libe-
raal, als democraat en niet-democraat, als
vooruitstrevend en niet-vooruitstrevend,enz.
Beginsel is niet tegenover beginsel ge
steld. Met vreesaanjaging is gewerkt.
Waar de bedoeling was het Kabinet een
veer uit te plukken is toch deze bedoeling
verzwegen, vermoffeld kan men wel zeggen.
Het is niet ridderlijk gegaan Voor of
tegen het Kabinet, vóór of tegen den
nieuwen koers, al bracht Prof. Fockema
Andreae de Vrije Uiversiteit en het zoo
genaamde vrije onderzoek in het geding.
Schoon het Kabinet noode een lid uit
de working majority mist, en elke ontvallen
zetel verlies is, benoeft het dit echec niet
te beschouwen als een uiting van onte
vredenheid met zijn beleid. Leiden is niet
liberaal. Indien al wat geloovig is, zich
aaneensluit, gaan de liberalen er onder.
Men beschouwt Leiden ook slechts als
voorloopig verloren. De Februari-maand zal
onze mannen aldaar wel weer op hun post
vinden.
Want het is immers zoo. Wilt ge in
Juni slagen, bereid u dan in Februari voor.
Dat is een algemoene les.
Men deükt wel om de lijsten na te zien
als een algemeene verkiezing op handen
is, maar men rekent niet tenminste niet
altijd op een mogelijke tusschentijdsche
verkiezing. En toch wat kan die onver
wacht komen. Lely maakt Amsterdam IX
open. De dood van Minister Van Asek van
Wijck riep de Goudsche kiezers op. Am
sterdam III vraagt orn voorziening door
het overlijden van Den Hertog. Leiden
ontviel door den dood van den heer Van
Kempen. Dat is al vier plaatsen sinds de
algemeene verkiezingen opengekomen.
Zou de nederlaag in Leiden geleden zijn,
als in Februari deze verkiezing was voor
zien
Men kan wel zeggen, zouden de neder
lagen geleden zijn, waar de telegraaf ons
mededeelde, dat ook de zetel voor de Prov.
Staten door den heer Van Kempen voor
ons verloren is gegaan en twee liberale
oud-Statenleden zijn gekozen?
Leiden was ditmaal al heel ongelukkig.
De abattoirkwestio deed Mr. Aalberse
schade, die toch al tegen had, dat hij
geert, leze 't keurige boekje van Dr. L.
Heldring over de »lnwendige Zending in
Jeruzalem en Palestinabij Bredée te Rot
terdam uitgegeven (prijs voor 50 blz. met
4 fraaie plaatjes 30 ets.). We bepalen ons
nu tot den tegenwoordigen toestand en
ontleenen de gegevens hoofdzakelijk aan
een stuk van den Heer Bolthauser (in ons
vorig stukje genoemd) in de Solinger Zeitung,
en aan een paar nos. van der Bote aus Zion.
Jerusalem telt thans, naar schatting (op
de volkstellingen in 't Turksche Rijk kan
men weinig staat maken vooreerst worden
alleen de volwassen mannen geteld en dan
geven de beambten opzettelijk lager cijfers
om een deel der belasting te kunnen ach,
terhouden), 60000 inwoners, waarbij
40000 Joden, 13000 Christenenen (van
allerlei kerk) en 7000 Mohammedanen.
Men merke op, hoe talrijk de Joodsche
bevolking is zij bereikt bijna 't cijfer der
uit Babel teruggekeerde ballingen (42360,
zie Ezra II 64). De Christenen behooren
tot de Grieksche en tot de Roomsehe, tot
de Protestantsche en tot de Armenische,
tot de Egyptische en de Abessynische en
de Syrische kerk. 3)
De Protestantsche Zending wordt voor
een belangrijk deel door de Dnitsche Chris
tenen gedreven. De Duitsch-Evangelische
Gemeente te Jerusalem telt 200 zielen,
die van de Tempelvereeniging (we komen
daarop terug) 400.
Op Hervormingsdag 1898 ontving de
2) In een onzer volgende artikelen hopen
we een en ander over de verschillende ker
ken van 't Oosten te zeggen.
Roomsch was, terwijl de naar het chris-
telijk-historisehe zweemende heer Sasse
misschien nog wel stemraeo gemist heeft
van hen, die, zij het ten onrechte, de houding
van de christelijk-historischen niet ver
kroppen konden.
Minister Kuyper heeft bij' de algemeene
beraadslagingen Mr. Lohman geprezen,
omdat hij getoond had «het ware besef,
dat in kleine dissidentiën zoo licht het
verzwakken van de meerderheid kan ge
legen zijn".
Hoogstwaarschijnlijk sprak hij dit woord
met het oog op de houding der heeren
Staalman en De Vries, die blijkbaar een
partijtje naar hun hand willen formeeren,
en daarmede misschien tegen hun be
doeling in, zoo het hun gelukken mocht,
de meerderheid zullen verzwakken, maar
deze uitspraak is ook toepasselijk op de
verkiezingen in Leiden.
Amsterdam III bracht weder een anderen
partijganger in de Kamer, dan die er ge
zeten heeft. TroelstraVoor de Regeering
een lastige veelprater, een voortdurende
tegen werker. Deze u'tslagwas echterte voor
zien, waar dhr. IJzerman als een ridder
uit vroegeren tijd zich binnen zijn wallen
verborg. De tijden zijn er niet naar om
zich niet te laten zien. Wil men winnen,
dan moet men er geharnast op uit en het
steekspel met ernst uitgestreden.
Laat ons éen les uit dit alles niet ver
geten NogmaalsIn Februari van elk jaar
moet de slag of hij komt of niet
voorbereid.
Goes. De heer P. van Houwelingen,
assistent aan het Rijkslandbouw-proefstation
alhier, is benoemd tot scheikundig-, tevens
adjunct-directeur aan het proefstation „Pas-
saroean" Oost-Java, in plaats van Dr. Van
Bijlert, die benoemd is tot leeraar in de
Hoogland-cultures aan de Hoogere Rijks
landbouwschool te Wageningen.
Krabbendijke. De deelneming bij het
overlijden van Joh. van Harn is algemeen.
Toen Donderdag zijn lijk werd ter aarde
besteld, sprak ds. De Koning enkele woorden
bij de groeve. ZEW. wees op het bijzon
dere geval, dat iemand, die van hier ging
en in Zuid-Afiika arbeidde en daarna op
Ceylon gevangen zat, nu hier moest terug-
keeren om op zoo jeugdigen leeftijd op zijn
eerste in de Verlosserskerk haar middelpunt.
Men herinnert zich de reis des Duitsehen
Keizers. Tegenwoordig wordt ook een
schoolgebouw voor deze Gemeente gesticht.
Verder hebben Duitsehers te Jerusalem
gesticht't Johannieterhospitaal, 't Hospi
taal der Diakonessen van Kaiserswertb,
't Gesticht voor melaatschen, uitgaande van
de Broedergemeente, 't Meisjesweeshuis
Talitha-koemi, mede door genoemde Diako
nessen bestuurd, en 't Syrische weeshuis,
voor jongens bestemd, de bekende stichting
van „Vader Schneller", wiens weduwe 25
Mei dezes jaars „in haar 82ste levensjaar
naar 't Jeruzalem, dat Boven is, opgeroepen
werd", zooals haar doodsbericht in Der
Bote aus Zion 't zoo treffend mededeelde.
't Reizend gezelschap onderwijzers bracht
allereerst 't Syrische weeshuis, dat thans
onder leiding staat van Theodor Schneller3),
een zoon des stichters, een bezoek. Daartoe
reed men van 't station, dat ten Z.W. der
stad staat, door de Jaffa-voorstad, met talrijke
Joodsche koloniën in Noordwestelijke rich
ting. Daar verheft zich, een klein halfuur
buiten de stad, op een berg «rondom
Jeruzalem zijn bergen" 't statig gebouw
waarvan wellicht sommigen onzer lezers
zich de afbeelding wel herinneren, van de
fraaie bloemenkaarten, vóór enkele jaren
ten bate der stichting verkrijgbaar gesteld.
3) Diens broeder Ludwig, pred. te Keulen,
is de schrijver van de werkjes«Kent gij het
Land?" «Kent gij Hem?" enz., die zoo'nbe-
langwekkenden kijk verleenen in 't huidig en
voormalig Oostersch leven.