Kerknieuws,
Schoolnieuws.
LEESTAFEL.
Ingezonden Stukken.
ANTIREVOLUTIONAIR?
verzoekt het Armbestuur in overweging te
geven aan hem een perceel gronds, dat
door hem thans gepacht wordt, in koop
af te staan. De raad meende als zijn oordeel
te moeten uitspreken dat, wegens do ligging
van bedoeld perceel, het niet geraden is
dit te verkoopen, maar dit opnieuw aan
den heer Voerman te verpachten voor de
helft van den tegenwoordige pacht, daar
deze buitensporig hoog is. Deze opinie
zal requestant en het armbestuur medege
deeld worden. De pacht zou dan aange
gaan kupnen worden voor acht en een half
jaar, tot 1 Juli 1911. Voorts voldeed de
raad aan het voorstel van het armbestuur
om de belooning van den ontvanger van
dit middel van f70 op f100 te brengen.
(M. C.)
Borssele. Maandag besloten Ingelanden
van den polder Borssele de gevraagde mede
werking te verleenen tot de begrinding van
de wegen van af den Prov. steiger te Bors
sele tot het dorp 's Heerenhoek.
Vlissingen. Benoemd tot conducteur
der brievenmalen op de lijn Vlissingen
Breda dhr. Hoppenbrouwers, thans kantoor
knecht te Antwerpen, ingaande 1 Nov.
Zulks in de plaats van dhr. J. van 't Hof,
die met 1 Oct. jl. benoemd werd tot Assis
tent te Antwerpen.
Bij kon. besluit is de heer D. Mulder
met 19 Nov. a. s. herbenoemd tot burge
meester van Nisse, Ovezande en Driewegen.
Bij kon. besluit zijn benoemd bij het
derde reg. infanterie tot kapitein de eersie-
luitenant W. F. de Reede, van het vijfde;
en tot eerste-luitenant de tweede-luitenant
L. Timmer, van het korps is Kolonel C.
P. J. van Vlierden, commandant van het
3e regiment infanterie, met 1 November
gepensioneerd met f§975; en is eervol ont
slag verleend aan P. J. van Braband als
le-luit. bij het 5o bat. rustende schutterij
in Zeeland.
Het Staatsblad No. 181 bevat een
kon. besl. van den 9den October 1902, tot
vaststelling van een reglement van politie
voor de Rijkshavens te Numansdorp, aan
den Stoofpolder (gemeente Bruinisse), en
aan den Willempolder (gemeente St. Philips-
land), en de daartoe behoorende werken.
Aan den minister van binnenlandsche
zaken is door iemand, die voelt voor onze
nationale eer, het geheele bedrag ter hand
gesteld, dat alsnog noodig was voor de oude
Nederlandsche kerk Colombo op Ceylon.
Wij lezen in Eet Volk onder het
motto «Progaganda in de kerk"Uit
Leeuwarden schrijft men ons dat, op het
boricht dat onze partijgenoot ds. A. van
der Heide daar Zondag in de Hervormde
kerk zou spreken, een talrijke schare het
kerkgebouw vulde. Hij sprak over Korin-
then 3, vers 17»Waar de geest des
Heeren is, aldaar is vrijheid". De met
groote godsdienstige overtuiging uitgespro
ken rede, die den strijd om vrijheid in onze
dagen behandelde, zou zeker met daverende
toejuichingen ontvangen zijn, als het ge
bruik dit niet verbood."
Dezer dagen kwam ons een bankbiljet
van duizend gulden onder de oogen, waar
een vorige bezitter heel leuk achterop ge
plaatst had »Tot weerziens, lieveling
(N. Jl. C.J
De secretaris van Hen. De Wet,
Brebner, thesaurier van het Generale Boe-
renhulpfonds heeft uit Europa nog slechts
383 duizend gulden ontvangen, waarvan
ruim 3 ton uit Nederland.
Door het overlijden van den heer Van
Kempen komt weer een Kamerzetel open
en wel voor Leiden. Op 14 Juni werd hij
herkozen met 2164 stemmen tegen 1081
en 722 op de tegencandidaten Drucker
(v. d.j en v. d. Kaaij (1.). Er bleven echter
800 kiezers thuis.
Te Gouda dronk een bakker, meenende
dat het bier was, loog uit een kruik. Hjj
ligt thans levensgevaarlijk. Te Amers
foort heeft een dronken soldaat, 's nachts
van de kermis thuis komende, den sergeant
commandant van de wacht die hem ver
maande stil te zijn, met een mes een levens
gevaarlijke wond toegebracht. Te Tiel
viel een meisje uit een luchtschommel en
stierf aan de gevolgen. Te Amster
dam gingen de kinderen van een tapper
Maandagavond naar boven slapen, het oudste
meisje liet de petroleumlanp vallen en liggen,
zij ijlde naar beneden om hare ouders te
roepen die de kinderen, schoon zwaar ver
wond, in veiligheid brachten op een na
een tweejarig knaapje dat vergeten werd
en reeds sliep in een zijkamer, en na het
blusschen van den brand door de brandweer
dood gevonden werd, het was in den rook
gestikt. Op Lootjesdag heeft te Hen
drik ldo Ambacht een dronken loteling
naar aanleiding eener zeer onbeteekenende
woordenwisseling, een jongmensch die de
twistenden wilde scheiden, met een mes
in do borst gestoken en op slag gedood.
Te Rotterdam is een 18-jarige tim
mermansknecht werkzaam bij den bouw
van een nieuw pakhuis, door een ijzeren
bint dat werd opgeheschen en ten gevolge
van het breken van een touw op hem viel
aan het hoofd getroffen en gedood. Te
Heerlen (Limb.) heeft zich het volgende
drama afgespeeld. De winkelier W. ver
loor verleden week zijn vrouw, moeder
van elf kinderen plotseling, en haar gemis
deed zich al zeer spoedig in 't gezin ge
voelen. Een 17-jarige zoon had verkeering
aangeknoopt, waartegen zijn 20-jarige broer
zich herhaaldelijk ernstig verzette. Toen
nu eerstgenoemde Zaterdagavond weer op
weg was naar zijn meisje werd hij door
zijn broer opgewacht, oen woordentwist
ontstond, tot ten laatste de oudste zijn
jongeren broer met een knuppel de her
sens insloeg en hem voor dood liet liggen.
De getroffene stierf Zondag reeds aan de
gevolgen van den slag, de dador vluchtte
over de grens. Een waschvrouw te
's Hertogenbosch die zich de hand be
zeerde aan een in het wascbgoed stekende
speld, is aan bloedvergiftiging overleden.
De Zuidafrilaansehe quaestie.
De Daily News ontvangt onrustbarende
tjj dingen uit Zuid-Afrika. De onthulling
der feiten, voorgevallen gedurende den
oorlog, verwekt groote opschudding onder
de terugkeerende vrijgelaten krijgsgevan
genen. Overal draagt men Transvaalsche
en Vrijstaatsche kleuren en men zingt het
Volkslied in de Hollandsche steden van de
Kaapkolonie, iets wat nooit werd gedaan.
Nog erger is de ontevredenheid der afge
dankte koloniale tioepen, zoo zijn de z.g.
loyalisten uiterst verbolgen over het bevel
der Kaapsche regeering, om de 2400 man
stadswachten in de kolonie af te danken.
De groote verontwaardiging der loyalisten
spruit voort uit de door hen gekoesterde
meening, dat de premier, Sprigg in dit
opzicht slechts gehoorzaamt aan het bevel
van den Afrikaanderbond. Te Johannesburg
zijn de groote financiers en mijnoudernemers
zeer ontevreden over het besluit der En-
gelsche regeering om voorloopig nog niets
te bepalen omtrent de oorlogsbelasting,
welke door Engeland ten laste van Trans
vaal zal worden gebracht, en de ten be
hoeve dier kolonie te sluiten leening. De
Johannesburgers vreezen, dat die onzeker
heid velen zal weerhouden hun geld in
Johannesburgsehe ondernemingen te steken,
en dat zeer veel van het op het oogenblik
voor de mijnindustrie beschikbare kapitaal
weer naar het buitenland zal terugvloeien.
Een nieuw staaltje van de vinding
rijkheid van diamantdieven veihaalt de
»Moniteur de la bijouterie".
Een keurig gekleed persoon zoekt dia
manten ringen uit, maar vindt niets van
zijn gading. Toen hij zou vertrekken be
merkte de juwelier dat bij een ring van
groote waarde miste. De klant weet van
niets, hij laat zich onderzoeken, doch men
vindt niets en laat den man gaan na ver
ontschuldigingen te hebben aangeboden.
Een half uur later treedt een goedgekleede
dame binnen die naar goedkoope sieraden
vraagt en er één koopt. Intussehen heeft
zij echter den tijd gehad den ring die haar
medeplichtige met was onder den toon-
bankrand had bevestigd weg te nemen en
het doel is bereikt.
Somaliland.
Een officier schrijft: „Niemand zal de
zaak naar waarde schatten, dan wanneer
het te laat is. Ik weet hoe wij er in
Z.-Afrika inliepen en verzeker u, dat deze
zaak geen stof tot lachen oplevert.
Wij bevinden ons hier eenvoudigweg in
een val. Hoe wij er uit zullen komen,
weet ik niet. Wij hebben verscheiden
scherpe gevechten geleverd en veel volk
verloren. Het ergste echter is, dat onze
inlanders hun hoofd kwijtraken.
Ik begrijp, dat wij er op de een of
andere wijze wel door heen zullen baggeren,
maar ik koester weinig hoop u nog terug
te zien. Bijna al onze kameelen zijn ge
dood of veroverd het is om woedend
te worden. Water hebben wij niet en wij
zijn op mijlen afstand van bronnen. Onze
voorraden zijn uitgeput en onze munitie
bijna ook.
De vijand heeft den 12en twee onzer
maxim-kanonnen veroverd ik geloof,
dat de 12e de datum was, hoewel men
hier wat in de war raakt met dergelijke
bijzonderheden.
In het moederland zal het wel niemand
kunnen schelen, wat ons hier gebeurt.
Het is meer dan schande ons zoo blinde
lings in een hinderlaag als deze te sturen.
Dat zaakje (van den 12en) was raak!
Wij blanken hielden goed stand, maar
och ja, wij hebben te veel zwarten."
Te Suderbrarup, in Holstein, kwam
een boer, bij ongelukkig toeval, ondereen
goederentrein. De locomotief wierp hem
omver en de heele trein ging over hem
heen. De verschrikte omstanders dachten
niets anders dan een vreeselijk verminkt
lijk te zullen zien. Maar hij was doodstil
blijven liggen en zoodoende ongedeerd
gebleven. Toen de trein voorbij was stond
de man op, keek eenigszins verwonderd
rond en sprak met klassieke kalmte „Dat
hett gaud gahn awer wo is nu min
Piep?" Ook de pijp kwam terecht, en
een oogenblikje later ging het vermeende
slachtoffer dampend en vergenoegd zijns
weegs.
Kritzinger, Joubert en Fouché hebben
eergisteren een voordracht gehouden in een
circus te Cambridge. De voordracht zelf
werd niet verstoord, maar schandelijke
ongeregeldheden gebeurden voor den aan
vang en na het uiteengaan der bijeenkomst.
Een groote politiemacht moest de Boeren,
toen zij zich naar den circus begaven,
beschermen, en een troep volks belegerde
het gebouw en bombardeerde het dak met
groote steenen. Langen tijd konden de
Boeren den circus niet verlaten en ten
slotte viel het gepeupel hun rijtuig aan,
zoodat de politie de straat schoon moest
vegen om hen te beschermen. Kritzinger
bereikte zijn logement langs een omweg,
na over een muur geklommen te zijn.
Nieuwe werkstaking in Spanje. In
Valencia legden eergisteren alle arbeidsters
aan eene zij-fabriek, toen de verlangde
loons-verhooging haar niet werd toegestaan
werd, het werk neer en dwongen de werk
sters aan de andere fabrieken hun voorbeeld
te volgen, zoodat op 't oogenblik alle
zijde-fabrieken aldaar stilstaan. Onder groot
rumoer en verstoring der orde trokken de
vrouwen, 2000 in getal, door de stad tot
zij met geweld uit elkander gejaagd werden.
Gisteren trachtten zij het spelletje te ver
halen doch werden daarin door een krachtig
optredende politie verhinderd.
In een straat te Parijs kwam Zondag
middag een schunnig gekleede, armelijk
uitziende man met dwalende blikken, die
aan een touw een klein meisje voorttrok,
dat jammerlijk huilde en een muilkorf
droeg. Een politieagent, die don man
vroeg, wat dit te beteekenen had, riep hij
toe: »Raak mijn dochtertje niet aan, zij
is dolHet bleek, dat het meisje door een
dollen hond gebeten en het Instituut Pasteur
genezen was, en dat de vader van angst
krankzinnig was geworden. Hjj werd in
verzekerde bewaring genomen, terwjjl het
kind naar de moeder gebracht werd.
Een voordeelige pereboom is het eigen
dom van een landbouwer te Saint-Folquin
(Frankrijk). Dit jaar heeft hij 4.800 peren
opgeleverd. Toch is deze boom aan den
voet slechts 20 centimeter in middellijn
en men heeft de takken moeten stutten,
om te voorkomen, dat zij braken onder den
vruchtenlast. Er waren peren bij van 5
ons zwaarte.
Ned. Herv. Kerk.
Beroepen te Markeloo, E. v. Klelfens te
Huizumte Zwolle, dr. W. J. M. En-
gelberts te Den Ham.
Aangenomen naar Culemburg door R.
d. Boer te Barchem; naar Gorredijk
door A. v. Iterson, cand. te Leiden.
Bedankt voor Zegveld door A. J. W. v.
Ingen te Bergschenhoek voor Winters
wijk door J. E. Homan te 't Zandt
voor Wedde door P. J. Francke te Peize
voor Ouwerkerk door A. v. Iterson, cand.
voor Vlachtwedde door V. L. Visser,
cand. te Deersum.
Geref. 'Kerken.
Beroepen te Hardinxveld, E. Schouten,
cand. te Dordt.
Aangenomen naar Neuzen door J. v. d.
Berg te Sliedrecht.
Bedankt voor Bedum B door N. Diemer
te Munnekezijl.
Chr. Ger. Kerk.
Bedankt voor Rotterdam door P. J. M.
de Bruin te Apeldoorn.
Aan een openbare school te Rotterdam
is tot onderwijzeres benoemd mej. A. W.
Hemmekam, onderwijzeres aan een Chr.
school te Middelburg.
Te Venlo slaagde voor de acte vrjje-
en ordeoefeningen de heeren J. Kodde te
Groede, G. Houtekamer te Wemeldinge en
J. P. Leenhouts te Cadzand.
Op de navolgende uitgaven van de Naaml.
Venn. „Egelings Boekhandel Amsterdam,
vestigen wij gaarne de aandacht.
lo. Joodsch leven in het heden-
daagsch Jeruzalem, naar het Duitsch
van J. Siegfried, door A. van Os.
De titel geeft den inhoud aan. In een
aangrijpend verhaal laat de schrijver de
Joden te Jeruzalem zien in hun lief en leed,
in hun lijden en strijden, in hun sociale
en geestelijke ellende, in hun arbeid en
moeite ter wille van eigen bestaan of ter
bewaring van de wetin hun naijver en
stil geloofin hun deugden en dwaasheden
in hun smaad van de zijde der vijanden
zoowel Turk als Griek, in hun trots en
vernedering. Bijna iedere bladzijde breDgt
nieuwe tooneelen, meest van ellende. Doch
te midden dier verachte wereld, grooten-
deels in nauwe stegen wegkwijnend, licht
de fakkel van het Evangelie, waarvan de
bekeeringsgeschiedenis van Mazilika, doch
ter van een liefhebbenden, doch fanatieken
vader, en van haren bruidegom Ben Zion
getuigenis geeft. Meesterlijk, aangrijpend
schetst de schrijver Israel in zijne hope-
looze Messias-verwachting, waarvan rabbi
Jozua type, en in zijn doodelijken scha-
duwendienst waarvan de teringlijderes
Mirjam, moeder van Mazilika slachtoffer is.
Ook het brood-proselitisme, de gedwongen
klaagliederen aan den tempelmuur, het
materialisme, het heimwee, het harde juk
van den Turk, de Jood veracht en vertreden
in zijn eigen land, het wordt u alles zoo
aandoenlijk voorgeteekend, in den vorm van
een verhaal dat de deugd heen van te
beginnen zonder inleiding en te eindigen
zonder de traditioneele slotsom van „ze
kregen malkaar".
2o. Terug naar het Vadeihuis.
Uit de papieren van een geneesheer.
Door den schijver van Schild en
Pijl", vertaald door J. Z.
Dit is een voortreffelijk boek.
Een theologisch student, Lobenthal, komt
in aanraking met eene philc sophisch stu
dent, een atheïst, die door zijn aangenaam
karakter grooten invloed op hem heeft, te
meer dewijl een rechtzinnig vriend zijns
vaders zekere heer Lange, hem door zijn
liefdeloosheid afstoot. In den omgang met
den vader van den philosool professor
Fallerstein, die weldra aan hun academie
professor wordt en met zijn zuster
Helena, verliest onze held zijn geloof, dat
hij naar zijn eigen latere bekentenis
eigenlijk nooit bezeten heeft, huwt Helena,
vervreemdt zich van zijn ouders; en raakt
geheel verward in de strikken van het
evolutionisme. Zijn vrouw sterft plotseling,
hij zelf komt in twijfel aangaande zijn
ongeloof, ontmoet Lange gelouterd op diens
sterfbedhoudt diepe indrukken van een
vrome christin Agatha Wiegand die haar
beminde, zijn vriend, vaarwel zegt uit
liefde tot den Heiland en na een rijk en
vruchtbaar leven sterft. Haar vader wordt
het middel om hem terecht te brengen na
velerlei schommelingen komt hij als de
verloren zoon tot zijn ouders en ook tot
het geloof terug.
Moge dit kostelijke verhaal vele lezers
vinden en menig jeugdig oog openen voor
de waardeloosheid van het klatergoud eener
valsche dusgenoemde wetenschap, tegen
over de waarheid die uit God is. Het
dwaze Gods is wijzer dan de menschen.
3o. Agnes, door Henriiftte Bredius.
Een boek gelijk er zoovele zijndat zich
aangenaam laat lezen, doch in geen enkel
opzicht bepaald uitmunt. Een hart dat door
den tegenspoed tot den vrede komthoe
twee menschen die eens hebben liefgehad,
toch nog kunnen beminnen hoe een tweede
vrouw ook in de opvoeding, zoo de vreeze
Gods en de wijsheid van Boven niet ont
breken, de eerste moeder vervangen kan.
Ziedaar de strekking van het verhaal, gelijk
er meerdere zijn.
4o. Voor slapelooze nachten; door
Prof. dr. H. Hilty, vertaald door mej.
Bremer.
Dit boek begint met een beschouwing
over slapelooze nachten; en geeft dan
korte, aphoristische opstellen voor iederen
nacht des jaars. Opstellen zoo geheel be
rekend voor de worstelingen die deze
nachten brengen; kostelijk zielevoedsel
gouden appelen in zilveren schalenmanna
in boeienden, puntigen, pittigen stijl; en
altijd wat nieuws en toch weer hetzelfde
oude Evangelie in proza en poëzie, in
Hinken grooten druk en artistieken omslag.
Het is een gulden boekske dat een zegen
brengen kan en zal voor menig hart en
huis dat de beproevingen van slapelooze
of half doorwaakte nachten kent, en ver
troosting behoeft in dien weg.
L. Penning, Verdedigers en Ver
drukkers der Afrikaansche Vrijheid.
Den Haag, J. N. Voorhoeve.
Is een uitgever te feliciteeren die wat
van Penning kan aanbieden, in dubbele
mate geldt dit hier, waar 't een uitgaaf
betreft zoo zeldzaam van uitvoering als
deze. In wegsleependen siijl verhaalt de
schrijver van Kruger en Steijn en Joubert,
van Bulier en Rhodes en French, van
Roberts en Kitchener en Methuen, van
Cronjé en Theron en Viljoen, van Botha
en De Wet en De la Rey; en dan geeft
hij de portretten er bij die waard zijn in
een lijstje achter glas bewaard te worden.
Het boek is voorts geïllustreerd met 16
penteekeningen van Koppenol en Linse en
Hoynck van Papendrecht, die op geheel
eenige wijze het karakteristieke der be
schreven personen weergevenbijv. Kruger
en zjjn Bjjbel in de kajuit van de „Gel
derland"; Joubert op zijn sterfbed, uit
roepende: mijn arm volk! mijn arm land!
Cronjé op St. Helena aan 't strand der
Middellandsche zee „de groote jager ge
vangen"; en dergelijke. De omslag is in
fraaie kleuren gedrukt; de bandstempel
bevat een prachtige symboliek: de ge
scheurde Boerenvlaggen worden beschermd
door de opgaande zon; en de Engelsche
oorlogsvlag is met bloed bespat. Wie een
fraai en degelijk boekgeschenk voor vriend
of kleinkind verlangt, vrage Pennings
„Verdedigers en Verdrukkers" ter inzage.
[Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.)
Zelfstandigheid is een groote deugd en
wijl helaas niet velen haar bezitten is zij
des te meer te eeren.
Zooals ik voor mij zeiven de grootst
mogelijke vrijheid begeer, zoo gun ik die
ook aan ieder ander.
Ik waardeer het daarom zeer, als iemand,
ook al behoort hij tot zekere partij, ver-
eeniging of eenig ander lichaam, zelfstan
dig is en de vrijheid neemt, dat te toonon.
Daarin is echter geen reden gelegen om
mij te onthouden van kritiek-oefenen, wan
neer ik meen, dat zulks gemotiveerd is.
Dit prealudium dient om aan te geven,
dat de volgende regelen niet ontstonden,
doordat één niet unisons zong met zijne
partijgenooten, wijl ik zulks op zich zelf
eer toejuich dan misprijs, maar dat zij een
andere oorzaak hebben, zooals blijken zal.
Nu ter zake.
In de Woensdag 22 October gehouden
raadsvergadering te Middelburg hield de
heer De Veer een pleidooi voor subsidie
uit de gemeentekas aan de Ver. „Kinder
voeding".
Deze daad zegt, voor wie doordenkt,
meer dan menigeen toeschijnt. Wanneer
later voorgesteld mocht worden, om de
gemeente niet langer gedeeltelijk, maar
voortaan geheel voor de kindervoeding te
laten zorgen, dan kan dhr. De Veer wel
uit een finantiëel, maar niet uit een princi
pieel oogpunt daartegen stemmen. En als
men eenmaal zal inzien, dat voeding niet
voldoende is, maar dat ook woning, klee
ding, bewassching en baden verstrekt
moeten worden en men daarom zal voor
stellen, om de gemeente of den Staat ook
daarvoor te laten zorgen, dan kan dhr.
De Veer alweer zich niet principieel daar
tegenover stellen. Veronderstellende dat
dhr. De Veer consequent is, mag men dus
aannemen, dat hij er voor is, dat de kin
deren, die thuis aan het noodigo gebrek
hebben, geheel en al zullen verzorgd wor
den door de gemeenschap d. w. z. door de
gemeente of door den Staat. Dat heeft
genoemde daad in haar gevolg.
Gaan we nu na uit welk beginsel zij
voorkomt.
Er zijn twee beginselen, die aan de
meeningen op sociaal gebied een eigen
richting aanwijzen n. 1. het beginsel van
privaat bezit en het beginsel van de ge
meenschap. Wie uit het eerste beginsel
redeneert komt tot de uitspraak, dat de
kinderen behooren aan de ouders en dat
mitsdien deze hen geheel en al verzorgen
moeten. Het tweede beginsel (dat is dat
van de sociaal-democratie) leidt tot do
verzorging van de kinderen door den Staat.
Ik sta lijnrecht tegenover de sociaal
democratie, maar ik heb alle respect voor
haar uitstekend in elkaar gezet plande
sociaal-democraten hebben consequent en
diep doorgedacht en als gevolg daarvan
het beginsel van de gemeenschap openlijk
aanvaard; zij alleen hebben daarom recht
van den Staat te vergen, dat deze zal
voeden, kleeden, huisvesten enz. die kin
deren, welke daaraan meer of minder be
hoefte hebben. Die niet tot hunne partij
behooren en zulks toch voorstaan handelen
in strijd met eigen beginsel; zij moeten
daarvan afzien, of wel tot het inzicht ko
men, dat hun uitganspunt niet deugt en
een ander, dat der sociaal-democratie
kiezen. De heer De Veer heeft door zijn
daad gesproken uit het beginsel der ge
meenschap.
De kindervoeding en al wat met haar
op dezelfde lijn staat, daargelaten nog,
dat ze een schrikkelijke ongelijkheid brengt
in de vervulling der levensbehoeften van
ouders, broertjes en zusjes rukt het
gezin uit elkaar en ondermijnt het gezag
der ouders. Of meent ge, dat de kinderen
evenveel eerbied, gehoorzaamheid, ontzag
en liefde voor hunne ouders zullen blijven
koesteren, als zij niet door hen, maar door
de gemeenschap in alle opzichten verzorgd
worden
„Kindervoeding" is het uitvloeisel van
diep voelen maar oppervlakkig denken.
Maar, zoo zult ge me vragen, moeten
die behoeftige kinderen dan maar gebrek
lijden Neen zeker niet. Er zjjn andere
wegen. In de allereerste plaats trachte
men door werkverschaffinguitgaande van
particulieren, van een vereeniging, of des
noods van de overheid, er voor te zorgen,
dat de ouders en hunne kinderen geen ge
kregen, maar verdiend brood kunnen eten,
in de tweede plaats stelle, in die gevallen,
waarin het bovenstaande onmogelijk is, de
particuliere liefdadigheid het noodige ter
hand aan het hoofd van het getin, opdat de
kinderen hunne behoeften ontvangen uit de
hand van vader of moeder, en in de
derde plaats, als de particuliere liefdadig
heid te kort schiet, dan pas steune de over
heid deze door b. v. subsidie te geven aan
„armenzorg", maar nimmer neme eene ver
eeniging of de overheid de verzorging der kin
deren zelf op zich (exceptioneels gevallen,
waarin de ouders booswichten zjjn, die alle
gevoel voor hun kinderen missen, daar
gelaten).
Niet het werk van de ouders uit de hand
nemen, maar hen in staat stellen dat te
kunnen verrichten.
Velen hebben geen flauw begrip ervan,
welk beginsel zij door woord of daad hul
digen en zien evenmin waartoe conse
quentie van hun zijde leiden moet. Maar
van een gestudeerd persooh, die beginselen
belijdt, mag men zulks niet aannemen.
Daarom is het mij een raadsel hoe dhr.
De Veer bovengenoemde daad heeft kunnen
doen. Misschien wil hij mij dat raadsel
oplossen en uiteen zetten, dat met de anti
revolutionaire beginselen niet in strijd is:
le. het beginsel der gemeenschap;
2e. de algeheele verzorging door den staat
van kinderen, die tehuis het noodige
niet voldoende ontvangenen
3e. het uit elkaar rukken van het gezin,
de ondermijning van het gezag van
de eerbied en de liefde voor de
ouders.
Ik ben wars van alle autoriteits-geloof,
spotlach of groote woorden versterken
mij in mijne meening, omdat zij slechts
de onmacht der tegenpartij teekenen,
maar ik ben zeer vatbaar voor een ernstig,
principieel betoog.
Voor 't geval ik eenig antwoord ontvangen
mag, hoop ik daarom, dat zulks in den
zin van het laatste wezen zal.
Middelburg. B. H. STOMPS.
Krommen sprong
Mijnheer de Redacteur!
Wat zijn die Middelburgsche anti-revo
lutionairen verbaasd hé 1 en uw correspon
dent incluis, wat wrijven ze zich de oogen
uit, wel, wel, en dat die meneer de Veer
dat nu gedaan heeft, en juist door zijn
stem 't voorstel van B. en W. heeft doen
verwerpen't is wat te zeggenmaar,
da's niet anti-re volutionair, da's socialistisch 11
want nou krijgen we schoolpantoffels, school-
baden, school -jassen en broeken en zoo meer;
natuurlijk, nou gaat het al verder naar
den socialistischen staat toe, want ja, as
je a zegt, moet j' ook b zeggen, en zoo
heel 't reitje af hè
Mag ik eens even vragen mijnheer de
Redacteur, is er voor die verbazing ook
grond? Ik meen van niet. Als uw Cor
respondent meeleeft, dan heeft hij ook dia