NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
No. 9. 1902,
Dinsdag 21 October.
17e Jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISeH
Hoop Van Harn.
Gemeenteraadsverkiezing.
VERSCHIJNT
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRUS DER ADVERTENTIËN
Mr. P. DIELEflAN,
MAT II LIIDMl
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,026.
UITGAVE DER FIRMA
en van
van 1—5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Wij steunen de candidatuur:
In Middelburg II van
Lid der Staten.
Ontvangen van N. N. Krabbendijke f 5
van mejuffrouw Joh. Staal Pd. verzameld
te Kapelle f20,25. Totaal met 't vorige
f 268,26. Wie helpt nog een handje
Red.
Dat is een moeilijke les 1
Laat u leiden. Maar we leiden zoo
gaarne zelf.
Als in ons privaat leven nood of dood
dreigt, dan bidden we om uitkomst of af
wending, maar op een door ons zelf be
paalde wijze. Als in het leven der volkeren
de ongerechtigheid met macht en geweld
tegen het recht optreedt, dan bidden we
voor de broederen in de verdrukking, maar
dat ze de overwinning behalen mogen.
Een andere uitkomst is o. i. onmogelijk.
Als de botsing tusschen arbeid en kapi
taal met ieder jaar sterker en heftiger
wordt en de schok van die botsing zich
begint te doen gevoelen, dan hopen en
vragen we uitkomst, maar intusschen zetten
we onze politieke berekeningen op, als een
schaakspeler zijn pionnen.
Als het terrein van ons kerkelijk leven
bewogen wordt door onvoorziene gebeur
tenissen, dan werpen we de schuld op
dezen of dien, en zien maar al te dikwijls
voorbij, dat we de eerste oorzaak uit het
oog verloren hebben, om ons blind te turen
op de tweede oorzaak.
En tochwe dragen den eerenaam van
geloovigen. We wenschen christenen te
zijn en Gods Woord te achten als een lamp
voor onzen voet en een licht op ons pad.
En leert nu dat Woord Gods ons, dat
geloof en succes één zijn
Immers juist het omgekeerde
Een geloof dat heldendaden verricht,
vijanden verslaat, grooten naam en hooge
eere verwerft, dat bewondert de wereld.
Dan heet het moed, vertrouwen, idealisme.
Maar een geloof dat zwijgt en aanbidt,
bjj het ondergaan van zijn hoop, bij het
verliezen van eigen eere en voordeel,
een geloof dat zichzelf den dood wijdt,
en de wereld niet naloopt om succes,
dat maakt een droevig figuur.
En toch dit laatste is het geloof ons door
de Schrift geteekend.
Hooger onderwijs in de school des levens,
zekerMaar het is ook Gods bedoeling
niet, ons bij het lager onderwjjs te doen
bljjven.
»Want, zoo zegt de Heere der heirscharen,
Israels God, ik heb door mijn kracht en
mjjn U'tgestrekten arm de aarde met al
wat van mensch en vee op den aardbodem
is, gemaakt, en geef het aan wien het mij
goeddunkt.**
Dat is een woord ons door Jeremia op
Gods bevel gebracht.
Neemt dit woord eens tot uw kijkglas,
en ziet van die zijde eens aan wat u om
ringt. Hoe geheel anders wordt door dit
woord gezien de hedendaagsche geschiedenis.
Dit woord zegt u niet minder dan dat
%et geheele bestaan en leven der volkeren,
uw geheele maatschappelijk leven, uw
ikerkelijk leven eigendom zijn des Heeren,
die het geeft aan wien Hij wil.
Die het zelfs in Jeremia's dagen gaf aan
een Heidensch Yorst als Nebucadnezar.
Gods werklian ook een werk des geriehts,
der loutering en der heiliging zijn.
Gods oordeel gaat over elk terrein des
levens. Hij beslist in hoogste ressort.
"Voorzeker moeilijk te leeren is die les,
opvoeding op lateren leeftijd is dikwijls
nog moeiijker dan in de jeugd. En moei
lijk te leeren blijft die les ons loven lang.
Maar het is een Bijbelsche les, waarvoor
we hebben te buigen, en gaarne willen
beproeven to buigen, niet waar?
Die les zegt onsstaakt uwe klaagliederen,
spaart uwe beschuldigingen, bijt niet,
als de hond op den steen, maar ziet wie
hem werpt, waakt dat het zwaartepunt
uws levens niet verlegd worde, van de
richting geloof, waar het behoort te liggen,
naar de richting politiële herelening, her
innert u de bede, van ons aller Heer in
Gethsemanéniet mijn wil, de uwe, o Vader
In één woordlaat u leiden
20 October 1902.
Schooltoedanden. De openbare school te
Kessel is 2'/s jaar geleden afgebrand sedert
dien tijd wordt schoolgehouden in de ge
lagkamer der dorpsherberg, waarvan het
onderhuis voor varkenshok wordt gebruikt.
Volgens het rapport in zake schoolruimte
door den Bond van N. O. gepubliceerd,
hebben in de openbare school te Nieuw-
Dordrecht twee onderwijzeressen 112 leer
lingen in een lokaal waarvan er maar 54 in
de bankjes zitten kunnende overigen
liggen op den grond. Te Erica zitten
enkele leerlingen in plaats van op bankjes,
op biervaatjes waar planken op zijn gelegd.
Als die plankenzitters schrijven moesten
gingen ze plat op de buik op den vloer
liggen. Het gehucht Kastelre, gemeente
Baarle Nassau, heeft geen eigen school
de kinderen gaan op school in België,
waarvoor de gemeente Baarle Nassau f 100
per jaar aan de betrokken Belgische ge
meente betaalt. (Bedoelde gemeente zal
wel Baarle Hertog zijn. Bij de staking
der vijandelijkheden in 1832 stonden de
Nederlandsche troepen in de eene helft
van het dorp Baarle, terwijl de Belgen
onder den hertog van Saksen Coburg (later
Leopold I) de andere helft bezetten. Toen
nu in 1839 aan elk der partijen werd
toegewezen, hetgeen zij bij het staken der
vijandelijkheden bezat, bleef het dorp Baarle
voor de helft Nederlandsch, en werd 't voor
de helft Belgisch. Van daar Baarle Nassau
eu Baarle Hertog. Er heeft zelfs langen
tijd daarna een huis op beide grondge
bieden gestaan, hetgeen den eigenaar de
vrijheid deed nemen belasting te weigeren
immers voor de Nederlandsche ambtenaren
was hij Belg, en voor de Belgische amb
tenaren was hij Nederlander. Later is dat
kleine stukske grond geheel aan België
afgestaan. Dat nu in dergelijke grensge
meenten toestanden zich voordoen als te
Kastelre, kan niemand voorkomen. Wij, in
Zeeland, kennen die ook. Ook al stond er
een openbare school te Kastelre, zou 't
best mogelijk zijn dat de kinderen nog in
België op school gingen. Bovendien welke
regeeriDg zal daar een school gaan bouwen
voor een paar kinderen, die voor f 100 'sjaars
elders terecht kunnen, zij het al in België,
waardoor stellig wel geen verschil in taal
zal ontstaan, bij het patois dat op de grenzen
gesproken wordt).
Het Volk heeft 't nog maar altijd over
het Unieblaadje, »het leugenblaadje", »het
bedelblaadje" waarin gezegd werd dat de
sociaal democraten geen hoogere subsidie
voor onze Chr. scholen willen toestaan.
Nu schijnt er bij Kemink ook weer zoo'n
soort blaadje verschenen te zijn met zoo
iets er in van wat Het Volk noemt een
Tongeïoofelijke brutaliteit^opzettelijk liegen
■"brutale liegerij zonder wederga
Wat het Unieblaadje betreft, het had
voor sociaal democraten moeten schrijven
sociaal democratische onderwijzers, en het
was juist geweest.
De Sociaaldemocratische partij heeft zich
op haar congres te Groningen verklaard
voor de gelijkstelling van bijzondere scholen
met de openbare.
Let echter wel op.
Niet voor de gelijkstelling van onze bij
zondere scholen, zooals wij die hebben en
liefhebben, doch van een soort van bijzon
dere scholen, die nog in de lucht hangt
waar het onderwijs voor ieder leerling kos
teloos moet zijndie geheel van den Staat
leven moetwelker onderwijzers van Staats
wege een onafhankelijke positio tegenover
do ouders verzekerd wordt.
Als er zulle bijzondere scholen komen
(maar die komen er niet!) dan zal de So
ciaaldemocratische partij pleiten voor haar
gelijkstelling met de openbare scholen.
Maar eerst moeten zij zoo half en half
op de socialistische leest geschoeid zijn.
In afwachting, dat er zulke »vrije" scholen
komen, (en dit gebeurt nimmerzal de
Sociaaldemocratische partij ondertusschen
zich hardnekkig verzetten tegen elke vermeer
dering van subsidie aan de bestaande vrije
scholen.
Maar, vraagt gij, is dit wel zoo?
Ziehier hare motie, welke, niet uit be
ginsel, maar uit taktiek, met meerderheid
van stemmen door de S. D. A. P. op haar
partijdag te Groningen is aangenomen.
„Het congres der S. D. A. P.,
„stelt den Staat den eisch te zorgen, dat
overal algemeen verplicht kos
teloos voldoend lager onderwijs worde ge
geven,
„acht hiervoor noodig de verheffing van het
peil der lagere school met betaling aller
kosten door en onder deskundig toezicht
van den Staat, constateert, dat een groot
deel der arbeidende klasse in Nederland voor
zijn kinderen godsdienstig onderwijs eischt en
acht het ongewenscht het daarin tegen te
werken daar de sociaal democratie de eenheid
der arbeidende klasse tegen geloovige en on-
geloovige kapitalisten op maatschappelijk ge
bied niet ter wille van theologische geschil
punten heeft te verstoren.
„stelt aan de bijzondere school dezelfde ma-
terieele eischen als de openbare, ook wat
betreft de positie der onderwijzers, wier zelf
standigheid door den Staat moet
worden gewaarborgd, evenals de vrij
heid van keuze der ouders;
„en verklaart zich alleen onder geheele
voldoening aan deze voorwaar
den voor maatregelen, welke de gelijkstelling
van de bijzondere school met de openbare
beoogen."
Ieder kan nu zien hoe gul de socialisten
tegenover ons zijn.
Ten eerste moet het onderwijs op alle
lagere scholen geheel kosteloos zijn.
Ten tweede moet dat onderwijs algemeen
verplicht wezen.
Ten derde moeten alle kosten van het
onderwijs worden gedragen door den Staat.
Ten vierde moet de zelfstandigheid der
onderwijzers door den Staat worden gewaar
borgd.
En wanneer ook maar één dier voor
waarden ontbreekt, of niet geheel naar der
socialisten zin is vervuld is er van hen
voor onze scholen niets te wachten.
En let wel deze motie is aangenomen
niet omdat het socialistisch beginsel de aan
neming eischte, maar op tactische gronden.
De consequente socialisten adres de
heer Bijkerk willen verbod van christe-
telijk onderwijs.
Zooals dit in Frankrijk is geschied waar
dezer dagen 2500 scholen werden gesloten
zoodat in Parijs alleen 15000 kinderen de
straat zijn opgejaagd om straks gedwongen
te worden de staatsschool te gaan bezoeken.
Het Unieblaadje vergiste zichmaar
nooit mag hierom voorbijgezien dat de
sociaal-democraten, terwijl zij onze scholen
met den Bijbel moeten bestrijden, zich
verklaard hebben vóór de gelijkstelling van
een zeker onmogelijk soort van „vrije" scholen
ten gunste waarvan zij een platonische
liefdesverklaring hebben afgelegd, die echter
nimmer door de praktijk kan worden be
vestigd
Door dit listigheidje meende Mr. Troelstra
nota benede Christelijke arbeiders en
onderwijzers te vangen.
Maar zij hebben hem in de kaart gezien.
Van de soeiaal democratie heeft het Chris
telijk onderwijs nooit iets te wachten.
Mevrouw Roland Holst (soc. dem.) publi
ceert in de Nieuwe Tijd een rapport, naar
aanleiding van een door haar gehouden
onderzoek over ^arbeiders en alcohol".
Zij zegt onder meer, en licht dit toe met
voorbeelden, dat de arbeiders die door hun
vak-organisatie een ideaal voor oogen heb
ben gekregen den trek naar jenever ver
liezen, ook al zijn hun bestaansvoorwaarden
nog in geen enkel opzicht verbeterd. Reeds
het feit dat hun leven geestelijken inhoud
verkreeg, doet den lust naar drank ver
minderen.
De redactie van Ret Volk beveelt dit
rapport zeer ter lezing aan.
Wij hopen dat haar geestverwanten nota
zullen nemen van de ontdekking en van
de aanbeveling.
Immers van die zijde heeft men steeds
beweerd dat armoede tot drankmisbruik
voert.
Een bewering overigens, door niets ge
staafd, en waarvan het omgekeerde: van
drank tot armoede minstens even waar is.
Het rapport van mevrouw Holst werpt
weer een materialistisch dogma van het
socialisme omver.
Roofden voor de Klasse of Ambulant.
Dit is de vraag die de schoolwereld in
Amsterdam beroert, en ook den onderwij
zers elders belang inboezemt.
De Amsterdamsche hoofden, ook sommige
elders, hebben geen vaste klas, maar con
troleeren, administreeren, geven wenken en
brengen verbeteringen aan in zake methode
en leerplan.
Op groote scholen noodzakelijk; mits
het lij en kan bij de gemeente; en de on
derwijzers minder ervaren of betrouwbaar
zijn.
De onderwijzers zijn over 't algemeen
tegen dat ambulantisme, en wenschen de
hoofden in taak en verplichting als hunner
een.
Maar de hoofden zijn er voor. Dit schijnt
zelfs zoo sterk dat zoodra de onderwijzer
verandert van positie, van onderwijzer
hoofd wordt, hij ook verandert van inzicht.
In 1898 heeft de onderwijzer Van Dijk
te Amsterdam kras en scherp dat stelsel
van ambulante hoofden bestreden.
Nu de quaestie weer ter sprake kwam,
dank zij het voorstel van een antirevolu
tionair en een Roomsch, verscherpt door
een voorstel van een christelijk-historisch
gemeenteraadslid de heer Van Dijk is
sinds hoofd geworden nu is het hoofd
der school Van Dijk er tegen.
De onderwijzer Van Det dient hem hier
over in de Amsterdamsche pers een af
straffing toe.
Het feit schijnt leerrijk en zij een les.
De ambulanten-quaestie is, te Amsterdam
althans, een partijquaestie gebleken.
Dat de tegenstand niet vrij van revolu
tionaire bedoelingen is, hebben wij wel
eens meer aangetoond.
Maar ook de verdediging schijnt niet
altijd even zuiver. Bedoeld hoofd der
school verdedigt zijn ambulantisme met
een beroep op het belang van den arme,
waar genoemde klasse-onderwijzer op zijn
beurt weer een loopje mee neemt.
Wij zien met belangstelling uit naar
den uitslag.
De Nederlander beschuldigde Ret Volk
dezer dagen van taalverknoeiingen terecht!
Zij had ook de aandacht kunnen vesti
gen op hare ongewone, door en door re
volutionaire, onware persoonsbeschrijvingen
en valsche voorstellingen.
Zoo spreekt het sociaal democratisch
orgaan altijd van volksverdommend onder
wijs, dat is dan het onderwijs dat wij,
voorstanders van vrij christelijk onderwijs
onzen kinderen doen geven, en waarmede
wij het volk willen dom houden.
Ret Volk van Zaterdag 8 Maart 1902,
over een rechtszitting (te Amsterdam) spre
kende, zegt er van: „Nu zitten daar in
de hooge, droge strafzittingenzaal vijf hooge
droge heeren die goed gegeten hebben en
over hun behoorlijke kleeren een zwarte
toga getrokken hebben die hun meer def
tigheid verleent. Men ziet alleen hun
eerbiedwaardige bovenhelften boven de
groene tafel uitkomen.
„En dan een verdediger die tracht warm
to maken wat de heeren daar achter hun
witte beffen nog aan hart hebben overge
houden".
De Kamerverslaggever van datzelfde blad,
anders een joviaal man, geeft van sommige
Kamerleden zeer ongewone, somwijlen vrij
beleedigende beschrijvingen. Duymaer v.
Twist noemde hij bij de eerste waarneming
een drank vrije Spaansche Brabanter; Con
rad een venijnig oud heertje; Travaglino
werd gesignaleerd „met zijn muizen hoofd".
Hesselink (zie 21 Nov. '01) „met zijn
nietig achterhoofd"De RamHop hop
hoera die altijd even netjes en fijn blijft;
Sluis, het oude heertje uit Enkhuizen;
Pijnacker Hordijk, een edel mensch maar
een vervelend spreker.
Krap, een allerburgerlijkst antirevoluti
onair heertje met een cherubijnenhoofd.
Lohman werd meermalen genoemd oen
harteloozen aarts-conservatief.
Teekenend zijn ook somwijlen de op
schriften die Het Volk boven haar be
richtjes plaatst. Boven het bericht dat
Prins Hendrik laatst de gast der Rolducscho
school en haar leeraren was, schreef zij
„Een geuzenprins en paapsch gebroed".
Hier maakt natuurlijk een ieder die
lezen kan uit op, dat de Prins een geus is en
de Roomschen paapsch gebroed zijn.
Zoo vatte het ook een inzender op in
Ret Volk van 14 Oct. die de redactie van_
de kwetsende toevoeging een verwijt maakte.
Maar de redactie vond dat het opschrift
volstrekt niet kwetsend was. Het herin
nerde alleen maar aan den tijd toen de
protestanten Rome paapsch gebroed schol
den en nu let welzijn Rome en
Oranje saam druk bezig om het volk de
oogen te verblinden 1
Wie van de antirevolutionaire bladon
het niet met haar eens is, kan er op re
kenen door Ret Volk als farizeër te wor
den uitgelucht.
Zoo is de Standaard op 't voetspoor van
Groen, herhaaldelijk verweten dat zij „voert
een huichelachtige politiek"dat zij „heeft
een vroomgetrokken gelaat", en dergelijke.
Den andersdenkende waardeeren kunnen
de sociaal democraten ook zoo moeilijk.
Zoo schreef Het Volk eens, niet in ver
kiezingstijd, maar in heel nuchtere stem
ming: „Het wierookvat van den priester,
noch de gewetensdwang van den brood
heer, noch de steenen der domheid kun
nen het socialisme keeren".
Van een rede vaD mr. Heemskerk ver
slag doende schrijft Ret Vc Ik van 7 Dec. a. p.
„Wij kregen van hem een betoog over
de verhouding van geloof en rede dat ik
niet gaarne thans uit het hoofd zou terug
geven. Rationalist als ik ben moet ik toch
vreezen dat mijn rede te veel schade heeft
geleden van de zonde dan dat zij mij een
nauwkeurig begrip zou kunnen geven van
des heeren Heemskerks geloof".
En zijn briefschrijver uit Venendaal,
over een ander chapiter schrijvende, liet
zich aldus uit:
„Waar vindt nu de mensch het verloren
paradijs, het beeld Gods weer terug? O,
het verloren paradijs is, zooals ds. Wisse
zegt, niet op aarde meer te vinden, maar
als wij het dan hiernamaals moeten vinden,
dan, dan, ja dan moeten wij betere beeld
dragers Gods zijn, dan hu
Als wij gaan slapen kunnen wij dan
beelddragers Gods zijn Neen want dan
zijn wij zoo afgemat dat wij aan niets
denken dan aan de rust die zoo hoog
noodig is.
Als wij in de fabriek zijn, kunnen wij
dan beelddragers Gods zijn? Neen,
want als wij dan het hart hebben om aan
iets anders te denken dan aan ons werk,
dan komt de baas en die geeft ons een
uitbrander en aan 't eind van de week
zouden wij het nog merken aan het loon
ook. Veensche arbeiders zijt gij in staat
beelddragers Gods te zijn?
Ja dat zijt ge.
Maar niet zoolang gij en uw gezin het
grootste deel van den dag noodig hebt om
te werken voor het broodje.
Maar niet, zoolang ge blijft onderworpen
aan het vreeselijke, neerdrukkende alle
kracht verlammende-loonsysteem.