Bijvoegsel van „DE ZEEUW" van Zaterdag 11 October 1902. No. 5.
Kerknieuws.
Schoolnieuws.
itecSitszaken.
Gemengde Berichten.
Zie Ommezijde.
10 October 1902.
Aan President Kruger.
Op zijn 77sten verjaardag.
77 jaar
1825. 1902.
10 October
Kruisdrager, held, niet vervaard door
[bezwaren,
Rustig te midden der bruisende baren,
Uitziend naar 't kustlicht bij 't klimmen
[der jaren.
God zal uw volk als zijn oogappel sparen,
Eens bij Zijn licht alle raadslen verklaren,
Ruimschoots Zgn gunst en Zijn heil
[openbaren.
(N. 21. C.) A. Pijnacker Hordijk.
Taaimishandeling.
Wat De Nederlander hieromtrent schrijft,
nemen wij met volle instemming over.
Onlangs schreef Bet Volk, dat, wanneer
de sociaal-democraten door de kiezers buiten
de Kamer werden gesloten, zij den strijd
zouden overbrengen op „de straat".
Van verschillende zijden is op dit drei
gement, als teekenend onze „parlementaire"
socialisten, gewezen.
Mr. Troelstra heeft nu Maandagavond
in Bellevue te Amsterdam gezegd, dat het
artikel „slechts het oog had gehad op open
luchtmeetings".
Dit is zeker kras, want in het stukje
in Bet Volk weid gewezen op België in
1893, toen men óók op straat het algemeen
kiesrecht, „zij het ook verknoeid," had
veroverd.
Een nieuw staaltje, .hoe de soc.-dem.
onze taal mishandelen.
Men kan „zijn beginselen, zijn politieke
overtuiging en het landsbelang veil hebben",
en toch te goeder trouw zijn
Een „landelijkcomité vindt zijn zetel
te Amsterdam.1)
Een door straatkabaai uitgelokte botsing
met politie en militairen is een „open
luchtmeeting"
Deze verknoeiing wordt nu ook al door
de bondgenooten, met name door het Vader
land, overgenomen. Dit blad schrijft, dat de
oud-liberalen een „landelijke organisatie" mis
sen, hiermee bedoelende een organisatie voor
het geheele land.
Professor dr. H. Bavinck geeft „nader
bericht" in De Bazuin dat de Curatoren
vergadering deze week te Kampen gehouden,
in den stand van zaken geen verandering
bracht, „noch wat in het algemeen betreft
het vraagstuk der opleiding, het besluit
der Synode, den toestand der School; noch
ook wat in het bijzonder aangaat de ver
houding, waarin de beide Hoogleeraren,
die aan het te Arnhem aangenomen voor
stel hunne medewerking hebben verleend,
door dit besluit en door de volgende be
slissingen der Synode tot de Theologische
School zijn komen te staan."
Schier elk der broederen had op den loop
der zaken een eigen blik, de kansen voor
een vergelijk stonden niet gunstig.
Zelfs het door den Kerkeraad te Rotter
dam A t waaronder alle vier de predikanten,
ook ds. Visser) geopperde denkbeeld, om
eene vervroegde Synode te laten samen
komen, die het aangenomen voorstel-Ba-
vinck-Rutgers ten uitvoer legt, vond sym-
jiathie bij den een, maar ook bestrijding
bij den ander zoodat zegt dr. B. de
twee professoren na afloop der vergadering
zeer spoedig een beslissing konden nemen
in zake de onderhandelingen over een be
noeming aan de Vrije Universiteit, welke
beslissing de volgende week zal worden
ter algemeene kennis gebracht.
Er is een brochure ter perseBlijven
of Heengaan. Een vraag en een antwoord
door dr. B. Bavinck. Daarin zal over de
beslissing en de overwegingen die daartoe
hebben geleid, het noodige licht verspreid
worden.
Wij ontvingen nog ter aankondiging:
lo. Onze krankheden en smarten door
Christus gedragen. Toespraak ter inlei
ding op het gebed voor de Jaarvergadering
tot bevordering van Gereformeerde zieken
verzorging in Nederland; door C. Linde
boom v. d. m. te Bolnes. Heusden,
A. Gezelle Meerburg.
2o. Correspondentie van de Geref. Ver-
eeniging voor Drankbestrijding, no. 3 en
4. Drank en Opium. Een woord aan de
geref. kerken te Arnhem in generale sy
node saamgekomen, ter overweging aan
geboden, door W, Gispen v. d. m. te Baarn.
Hoogeveen, R. Slingenberg.
Ds. Lindeboom breekt een lans voor de
chr. ziekenverpleging, vraagt steun voor
de Vereenigiug tot bevordering dier ver
pleging, opdat zij de opleiding van dege
lijke, Gereformeerde ziekenverzorgsters ter
hand kunne nemenen geraken tot de
stichting van een nationaal ziekenhuis,
naast Ludokia dat diaconaal en dat van
Amsterdam, hetwelk locaal is.
Ds. Gispen heeft de quaestie „Drank en
Opium" in de Heraut ter sprake gebracht,
doch heeft niet kunnen uitspreken; zijn
woorden zijn verkeerd uitgelegd gewor
den; en nu beklaagt hij zich hierover.
Dat is het minst belangrijke van zijn
overigens, o zoo lezenswaardig vertoog.
Maar hetgeen volgt is zeer interessant.
Wat hij over het opium, den gouverne-
ments-opiumhandel, de zonde van het
schuiven, en nu, in verband daarmede
over de drankgewoonten zegt, verdient in
ruimen kring gelezen te wordeD. Voor 8
cent zendt Slingenberg voornoemd u dit
boekske toe. Het beslaat 44 bladzijden
druks. Doch niet daarom bevelen wij het
boekje van ds. Gispen aan. Doch hier
voor, dewijl het zoo ernstig spreekt tot de
consciëntie der Christenheid in 't algemeen
en der gereformeerde kerken'in 't bijzon
der. Wat de schrijver op bladzij 38 tot
41 van drinkers en drankverkoopers, van
ambtsdragers, van rouwdragenden, enz. in
verband met flesch en glaasjes als feiten
meedeelt, is wel, om er zich diep over te
schamen. En om het kloeke besluit te
nemen, geen sterken drank meer in huis
te dulden, anders dan als medicijn, en,
voortaan te aller tijd „sehienken noch
drienken" als leus te nemen.
Binnen het Bay on".
De gemeenteraad van Schoterland, van
oordeel dat door het gebruik van de fiets
door het onderwijzend personeel, de be
langen van het onderwijs geschaad werden,
maakte in de verordening op het lager
onderwijs een nieuwe bepaling, waarin
aan dat personeel de verplichting wordt
opgelegd te wonen binnen een half uur
afstand van de school, waarin het werk
zaam is. Het rijwiel is nu oorzaak, dat
menig onderwijzer(es) verder van de school
woont en dien afstand vóór en na school
tijd aftrapt.
Deze verordening is van kracht geworden.
Men mag nu in meerdere gemeenten
dergelijke verordeningen verwachten.
Voor 't onderwijs is dat gefiets voor
schooltijd schadelijken niet alleen dat
gefiets maar ook al dat gehunker na school
tijd, vooral in den winter, om gauw thuis
te wezen.
Laten de hoofden der scholen, zonder
aanzien des persoons, hunne paedagogische
bezwaren maar eens kenbaar maken.
En dan een onderwijzer behoort zijn
salaris te verteren in de gemeente waar
hij het verdient.
Hoe de Afrikaander kindertjes
het ABC zingen.
A, is die ark waar ou Noach in was,
B, is een beer denk oom Piet hou hem vas,
C, is Christoffel, hij werk met die hark,
D, is neef Doris hij rij op een vark,
E, is een ezel, hij schop achterop,
F, is oom Frans met zij mus op die kop,
G, is een gek, zij verstand is hij kwijt,
H, is een hond hij kan blaf en ook bijt,
I, is die inktpot waar penne in doop,
J, is een Jood wat ou kleere verkoop,
K, is die katjie wat muize kan vang,
L, is die leeuw waar is ieder voor bang,
M, is die monnik wat heel dag moet bid,
IT, is die nest waar een vogel op zit,
O, is die olifant groot en ook sterk,
P, is die paard wat zoo zwaar soms moet
[werk,
Q,, is Quadrille een spel die hul spul,
R, is die roofer wat graag wil kom steel,
S, is die schip wat daar zeil in die ree,
T, is een tol daar speel kinders veel mee,
U, is die uil wat graag muize wil vang,
V, is die veldmuis waar die uil naar verlang,
W, is die weegschaal dit hoor in elk huis,
X, is die letter compleet zooals een kruis.
Y, is die ijsbeer, hij is spierwit van huid,
Z, is die zegel waar alles mee sluit.
(N.b.J
Ned. Herv. Kerk.
Beroepen te Wervershoof, J. A. v. Krie
ken, cand. te Leidente Vlachtwedde.
V. L. Visser, cand. te Deersum.
Aangenomen naar Assen door dr. G.
Visser te Tielnaar Linschoten door
J. Laurense, cand.naar Meerssen door
dr. H. J. Ofierhaus te Soerabaja.
Bedankt voor Hornhuizen en voor Nieuw-
vosmeer door A. v. Iterson, cand. te Leiden
voor Noorden, Westkapelle en Zoute-
lande door J. Laurense, cand. te Utrecht
voor Rottevalle door V. L. Visser, cand.
Wemeldinge. Bij de stemming voor
5 leden van het kiescollege waren opge
komen 93 kiezers. De heeren J. Dominicus,
M. van Oosten en F. Wabeke Az. werden
herkozen resp. met 67, 69 en 70 stemmen.
Herstemming moet plaats hebben tusschen
A. Dominicus aftr. lid met 34 stemmen
en A. van Klink met 24 stemmen. In de
vacature van J. Burger moet herstemd
worden tusschen W. Tilroe die 39 stem
men en D. J. van der Graaf die 23 stem
men bekwam.
Geref. Kerken.
Aangenomen naar Hendrik Ido Ambacht
door Chr. Bruins te Nederhorst den Berg.
Men schrijft aan de Bollandsche Ame
rikaan uit Muskegon
Ds. M. H. A. van der Valk, vroeger
predikant van de Emanuel Presbyteriaan-
sche kerk alhier, die verleden winter naar
Nederland is teruggekeerd omdat hij hier
was afgezet wegens onordelijk gedrag, was
de vorige week in de stad. Hij is naar
Amerika gekomen om een brief van zijn
ontslag van de kerk in Amerika naar de
Hervormde Kerk in Nederland, welke hem
door de Presbyterie is verleend, op be
lofte van voortaan een beter leven te leiden.
Hij werd beschuldigd van dronkenschap,
welke hem ten laste gelegde schuld hij
heeft beleden.
Chr. Ger. Kerk.
Beroepen te Rotterdam, P. J. M. de
Bruin te Apeldoorn.
Aangenomen naar Delft door L. H. Bee-
kaïnp, cand. te Apeldoorn.
Bedankt voor Urk door L. H. Beekamp,
cand.
T. S. en V. U.
Een aantel predikanten en ouderlingen,
alsmede de prof. Lindeboom en Noordtzij
hebben een woord betreffende de zaak der
Opleiding gericht aan de kerkeraden van
de Gereformeerde Kerken in Nederland.
Daarin wordt adhaesie betuigd aan de) be
kende «verklaring" van 15 leden en 2 adv.
leden der Gen. Synode van Arnhemge
protesteerd «tegen hot gewelddad:g ingrij
pen in de zaak der Opleiding door de in
gang zijnde benoeming van de hoogleeraren
der Theologische School Dr. H. Bavinck
en P. Biesterveld tot Hoogleeraren a./d.
Vrije Universiteit, welke bigkbaar ten doel
heeft de Theol. School af te breken, in
strijd met het besluit der Generale Synode
om de Theol. School te handhaven, en te
doen wat in de tegenwoordige omstandig
heden tot handhaving van deze School
vereischt wordtgezegd, «dat zij met be
vreemding en leedwezen hebben vernomen
de motie van den |Kerkeraad van Rotterdam
A, die eene vervroegde Synode wil for-
ceeren, ten einde te doen vernietigen het
beslnit, door de pas geëindigde Generale
Synode genomon, op voorstel van Ds. B.
van Schelven, gesteund door het advies
van al de Hoogleoraren van de Theol. School
te Kampen" en aangekondigd «dat zij alle
Kerkeraden eerlang in kennis zullen stellen
met de motieven van dit hun protest en
bezwaar, en al aanstonds de Kerkeraden
en Kerkeraadsleden opwekken, om spoedig
en met kracht tegen bovengonoomde han
delingen op ie treden in de Kerkelijke
Vergaderingen."
De Motie van 2 Mei 1901.
Het volgende schrijven is door het hoofd
bestuur der Vereeniging van Christelijke
onderwijzers en onderwijzeressen (voorzitter
Scheffer, secretaris Wijnbeek) verzonden
aan de heeren dr. A. Kuyper, jhr. mr. A.
F. de Savornin Lohman, mr. Aï. baron
Mackay, dr. J. Th. de Visser en J. van
Alphen
«Het hoofdbestuur der Vereeniging van
Christelijke onderwijzers en onderwijzeres
sen in Nederland en de overzeescbe bezit
tingen, neemt beleefd de vrijheid u te
vragen, of het niet wenschelijk zou zijn
alsnog tot behandeling over te gaan van
de motie door U voorgesteld op 2 Mei
1901 in de zitting der Tweede Kamer van
onze Staten-Generaal. De door ons be
doelde motie luidde aldus
«De Kamer,
van oordeel, dat het gewenscht is de
door de wet vastgestelde minama van de
jaarwedden der onderwijzers aan de open
bare en bijzondere lagere scholen, alsmede
wettelijke verhoogingen dier jaarwedden
ten laste van het Rijk te brengen, gaat
over tot de orde van den dag."
Dat we juist nu moenen met deze vraag
tot u te moeten komen, vindt zijn grond
in de volgende overwegingen.
Vooreerst staat het niet slechts bij ons,
maar ook bij u vast, dat de aanneming
dor motie en de belichaming van haar in
houd in een wetsvoorstel niet zou geven
de finale oplossing der sehoolquaestie. Reeds
in 1877 toch dienden de heerenVan den
Borch van Heemstede, Schimmelpenninck
van der Oye, Kuyper, Van Wassenaer van
Catwijck, Teding van Berkhout, IE. Mac-
key, van Asch van Wijck en Van Heemstra
een amendement in op het toen aanhangige
wetsontwerp, waarin o.m. voorkwam:
«de uitbetaling van een vaste jaarwedde
van rijkswege aan alle onderwijzers, volgens
bij de wet vast te stellen regelen
doch uitdrukkelijk werd toen verklaard
dat dit amendement sleqjits bevatte »de
minimum eischen onzerzijds."
En bij het volkspetitionnement van 1878
werd in de «Memorie ter adstructie van
het Smeekschrift* als zesde wijze van op
lossing voorgesteld
«Bezoldiging uit 's Rijks schatkist van
alle onderwijzers in werkelijken dienst met
het door de wet te bepalen minimum*.
Doch ook toen werd er bijgevoegd, dat
dit stelsel slechts werd genoemd ter wille
der volledigheid, doch niet werd aanbevolen,
«daar dit voorstel hoogstens tegemoetkoming
aan de bestaande bezwaren, geen wegne
ming van grieven en allerminst een op
lossing van de hangende quaestie bedoelen
kan.«
In de tweede plaats achtten wij het
niet noodig vroeger met deze vraag tot u
te komen, omdat het program van actie der
anti-revolutionaire partij als punt één
noemde
«Voor zoover de Grondwet toelaat, finale
oplossing van het onderwijs-vraagstuk in
den geest van het gewijzigde Unie-rapport.*
Toen dan ook de Christelijke partijen
door Gods gunste de zege hadden behaald
en het Hare Majesteit onze geliefde Koningin
behaagde een der onderteekenaars van de
motie te roepen tot het formeeren van een
ministerie, meenden we te mogen ver
wachten, dat de finale oplossing van het
onderwijs-vraagstuk aanstaande was, te
meer, toen de troonrede van het vorige
jaar uitsprak, dat «voor de vrijmaking van
het onderwijs in zijn onderscheidene ver
takkingen zou worden voortgeschreden op
den ingeslagen weg.*
Ditmaal echter sprak de troonrede wel
van «meerdere vrijmaking van het hooger
en middelbaar onderwijs'', doch niet van
het lager. Wel trok het ook onze aan
dacht, dat H. M. «voor de betere ineen
schakeling van de verschillende deelen van
het onderwijs en de wijzigingen, die te
dien einde in de onderwijswetten zullen
zijn aan te brengen, een staatscommissie
wil benoemen."
Door ons werd hieruit misschien
geheel ten onrechte afgeleid, dat er voor
dit oogenblik onoverkomelijke bezwaren
bestaan om tot de finale oplossing der
sehoolquaestie te komen.
't Is daarom, dat we beleefd de vrijheid
nemen U thans te vragen, of het niet
raadzaam zou wezen indien de finale
oplossing der sehoolquaestie nog moet
wachten ook dit station aan te doen op
den weg, die tot algeheele vrijmaking van
het lager onderwijs leiden zal."
De Standaard dit opnemende acht de
vrucht niet rijpdoch De Nederlander vindt
dat het nog wol mee zal vallen, dewijl
reeds in 1877 door de in 't adres genoemde
Kamerledon hetzelfde was voorgesteld als
in de motie van 1901 staat; van beide
formuleeringen was de heer Lohman de
vader; hij was echter in 1877 nog geen
lid der Kamer.
De minister van binnenlandsche zaken
brengt ter algemeene kennis, dat in de
maand December, en, zoo noodig, Januari
e. k. te Leiden, te Utrecht, te Groningen,
en te Amsterdam gelegenheid zal worden
gegeven tot het afleggen van de practische
examens van apotheker. De dag van aan
vang dier examens zal nader worden bekend
gemaakt. Zij die tot de examens wenschen
te worden toegelaten moeten daarvan vóór
15 November schriftelijk opgave doen aan
den voorzitter der examen-commissie, en
wel voor Leiden, bij den hoogleeraar dr.
H. P. Wijsman, aldaar; voor Utrecht, bij
den hoogleeraar dr. H. Wefers Bettink,
aldaarvoor Groningen, bij den hoogleeraar
J. F. Eykmarf^ aldaar, en voor Amsterdam,
bij den hoogleeraar dr. E. Verschaffeit,
aldaar. Men zie verder de Stct. (n». 237).
Goes. De heer J. Renes, onderwijzer
aan de Ned. Herv. school te 's Graveland,
is benoemd aan de chr. school alhier en
heeft die benoeming aangenomen.
Geslaagd aan de universiteit te Leiden
voor het doctoraalexamen rechten mej. M.
J. N. Japikse, uit Middelburg.
Voor de Scholen met den Bijbel is
gecollecteerd te Serooskerke (W.j (G. K-)
f48 en te Oost- en West-Souburg met
Groote Abeele f 94,64,/2.
Benoemd tot onderwijzer te Spankeren
C. L. .v d. Graaf to Zierikzeetot idem
plaatsvervangend hoofd te Zonnemaire A.
A. A. Mol te Sint-Annaland.
Goes. Benoemd tot onderwijzeres aan de
Chr. school te Wemeldinge Mej. Ja. Laban,
welke deze benoeming heeft aangenomen.
Arrondissements-Bechtbank te Middelburg.
Heden Vrijdag, zijn veroordeeld wegens:
diefstal: B. de B. 38 j., werkman Stekene
(Begiè) en C. S. 31 j., sjouwerman Mid
delburg, beiden te Middelburg in hechte
nis, eerstgenoemde tot 1 jaar en laatstge
noemde tot 3 m. gev. straf, met mindering
der doorgebrachte hechtenis, P. J. P. 26 j.
en F. W. de B. 18 j., sjouwerlieden Mid
delburg, de le tot 9 m. en de 2e tot 1 m.
gev. straf, de le met mindering der preven
tieve hechtenis
eenvoudige beleedigmgC. B. 34 j., hvr.
van A. M. P., zonder beroep IJzendijke,
tot f 5 b. s. 5 d. h.
mishandeling van een ambtenaar: J. de H.
42 j., werkman Vlissingen, tot 3 w. gev.
straf en
invoer van gedistilleerd te Vlissingen A. J. B.
35 j., conducteur der stoomtram, Vlissingen
en P. J. P. 26 j., werkman Middelburg,
beiden tot f 5 b. ten behoeve der gemeente
Vlissingen, s. 1 d. h.
Vrijgesproken P. de B. 37 j., werkman
Sehoondijke, beklaagd van diefstal.
Namens den te Biervliet wonenden
landbouwer H. A. B. is ter griffie van
bovengenoemde rechtbank door diens raads
man en verdediger de heer mr. J. J. Heijse,
advocaat te Middelburg, hooger beroep aan-
geteekend tegen het op 26 Sept. 11. ge
wezen vonnis, waarbij genoemde B. ter
zake van wederspannigheid en lasterlijke
aanklacht is veroordeeld tot 9 maanden
gevangenisstraf.
Ook door den heer officier van justitie
is in bovengenoemde zaak hooger beroep
aangeteekend.
Door N. G., wed. K. K., herbergierster
te Kattendijke, is hooger beroep aangetee
kend tegen het vonnis van het Kantongerecht
te Goes, dd 30 Sept. 1902 en waarbij zij
wegens overtred. der drankwet veroordeeld
werd tot f 0.50 b. s. 1 d. h.
Hst gerechtshof te 's-Gravenhage
verhoogde de straf van f 25 boete, aan de
5 Delftsche studenten, opgelegd wegens het
onder de waterkraan houden van een oud
student, tot f 100, met instaddhouding
overigens van het vonnis a quo.
Vrijgesproken werden: de bakkersknecht
uit Zierikzee, door de rechtbank aldaar
veroordeeld tot 4 maanden gevangenisstraf,
wegens bedriegelijke bankbreuk; zoomede
de 5 bootwerkers, door de Middelburgsche
rechtbank veroordeeld tot 3 dagen gevan
genisstraf, wegens diefstal van ijzer uit
het kanaal te Ter-Neuzen.
Terecht stond een boerenarbeider uit
Zierikzee, wegens diefstal met braak en
inklimming, veroordeeld tot twee jaren ge
vangenisstraf.
Adv.-gen. mr. Reitsma vorderde beves
tiging van dit vonnis, terwijl mr. J. C. Witto-
veen, vrijspraak vroeg of een lichter straf.
Middelburg. Men bericht ons dat de
meeting tegen de prostitutie gisterenavond
in het Schutterhof alhier gehouden, bezocht
werd door 530 betalende personen. Ook
vele gemeenteraadsleden woonden de ver
gadering bij.
Terneuzen. In de Donderdag gehouden
gemeenteraadsvergadering werd o. m. de
instructie voor den gemeentebouwmeester
en van den gemeentebode vastgesteld en
uit de 26 sollicitanten tot bouwmeester
benoemd de heer H. Brand, bouwk.-opz.
teekenaar te Giesendam en uit de 10 sol
licitanten tot gemeentebode de heer H.
Sonnevijlle, chef-veldwachter te De Steeg.
De eerste benoeming in te gaan 15 Nov.,
de tweede 1 Nov.
Schore. Vrijdagmorgen gingen een span
paaiden van den heer Jan Koole gespannen
voor een rolsleper op hol. Al voorthollende
kwam een paard terecht in een tuintje van
het huis van dhr. J. M. Hage dat geheel
geruineerd werd. Behalve tuig waarvan
veel stuk was liep het boven wonder goed
af, waar juist eenige kinderen spelende
waren die door vluchten in een nabij zijnde
schuur zicb konden redden.
Onlangs kwam eene dienstbode, dio
moeder was geworden, met haar kindje
een winkel in de Vriesestraat te Dordrecht
binnenstappen, waar zij vroeger godiend
had, legde haar kleintje op de toonbank,
riep volk! en verdween. Na het achterge
laten kind verzorgd te hebben, waarschuwde
de vrouw des huizes de politie, die de dionst-
bode het kind liet terughalen. Sedert een
paar dagen brengen nu eenige schooljongens
serenades aan den winkelier wiens I7jarige
zoon beschuldigd wordt de vader van het
kind te zijn. Gisterenavond namen de on-
geroldheden een ernstiger karakter aan.
De politie trachtte bij het uitgaan der bur
geravondschool de jongens zoo veel moge
lijk te verspreiden, maar kon toch niet
beletten, dat zij zich later weer met andere
knapen, die hen opwachtten, vereenigden en
de Vriesestraat zingende doortrokken. Spoe
dig kwamen ook een aantal nieuwsgierigen
de drukte in die straat vergrooten, zoodat
ei weldra bijna geen doorkomen meer aan
was. Zoo goed en zoo kwaad als 't ging
trachtte de politie de menigte tot doorloopen
te bewegen, doch toen daaraan niet meer
werd voldaan, ging zij de straat afzetten.
Een paar keer moest van den gummistok
gebruik gemaakt worden. Eene enkele
arrestatie werd gedaan.
Bet sneuvelen van luitenant De Bruijn.
Ten bewijze dat de oorlog in Atjehnog
niet uit is, en er onder de Nederlandsche
officieren nog helden zijn, nemen wij over,
wat uit Kota Radja dd. 30 Augustus ge
schreven werd
De Bruijn zou met twee brigades een
tocht maken in het Boven Meulabohsche.
Hij commandeerde de voorhoede, terwijl
majoor Matthes, kapitein Nijpels, de aspi
rant-controleur Krull en luitenant Wolff
aan het hoofd der colonne marcheerden.
Nadat de voorhoede, over een smal von
dertje een loeëng overgetrokkun zijnde, in
een kampong was verdwenen, werd zij
onverhoeds aangevallen door een in hinder
laag liggende bende, wat gepaard ging met
een schijnaanval op de hoofdcolonne en de
achterhoede.
Kapitein Nijpels spoedde zich naar voren,
majoor Matthes naar de achterhoede terwijl
de controleur Krull door een lanssteek ge
troffen op den grond viel op het over
de loeëng liggende vondertje werd den
kapitein Nijpels de doorgang versperd door
een met klewang gewapenden Atjeher die
echter spoedig in het water tuimelde,
gevolgd door kapitein Nijpels zelf.
Gelukkig wist een toesnellend fuselier
door een geweerschot den Atjeher onscha
delijk te maken. Aan denjanderen kant had
eveneens een Atjeher met klewang post
gevat, die al tandakkend op kapitein Nijpels
afkwam en hem in korten tijd vijf kle-
wanghouwen toediende. Doch, hoewel het
kapitein Nijpels gelukte dezen vriend neder
te slaan, voor De Bruijn kwam hulp te laat.
Het drama was reeds afgespeeld. Men
vond hem met een lanssteek in den buik
en vijftien klewanghouwen. De dappere
marechaussée had zich echter flink gehou
den 24 gesneuvelde Atjehers getuigden
daarvan. De Bruijn leefde nog twee uren
en weerde den dokter af, zeggend„help
de anderen maar eerst, ik ben er toch al
bij". Hij die als een held geleefd had,
wist ook als een held te sterven. Hoewel
vreeselijk lijdende, gaf hij geen kik. Alleen
verzocht hij een zijner brigade-commandan
ten hem dood te schieten, wat natuurlijk
ni*t gebeurde.
Zoo was het einde van een onzer dap-
derste officieren.
De controleur Krull (sedert ook over
leden) beleefde eenige benauwde oogen-
blikken.
In de verwarring welke ontstond had
men niet opgemerkt dat hij op den grond
viel, waardoor hij eenigen tijd zonder eenige
bescherming achterbleef. Gelukkig had hij
nog de tegenwoordigheid van geest zich
naar een boschje te slepen, waar hij aan
het oog van voorbij rennende, vijandelijke
Atjehers onttrokken bleef en ten laatste
door de onzen opgemerkt werd.
Bij kon. besluit is pensioen verleend
o. a. aan A. Doeleman, geboren te Drei-
schor, hoofd der o. 1. s. te Hooge Zwaluwe
f693 en aan C. H. de Wagemaker adjunct
commies le klas ter prov. griffie te Mid
delburg f 630.