Kerknieuws. VAN DE SYNODE. School nieuws. I&eciitszaken. Gemengde Berichten. waarden noodig geacht, terwijl eene onder linge samon werking der vereenigingon, waarbij ieder toch hare zelfstandigheid bo- liield, door velen werd gewenselit. Oui hiertoe te geraken werden door ge noemden directeur den 22sten Juli 11. te Breda eene vergadering gehouden met af gevaardigden van de Noordbrabantsche, den 29sten daaraanvolgende te Goes met afge vaardigden van de Zeeuwsche verbruiks- vereenigingeu, ten einde daarin te geraken tot overeenstemming omtrent de hoofd punten en daarna eenige personen aan te wijzen, die te zamen eene vaste commissie zouden vormen met het mandaat a. om over te gaan tot eene definitieve vaststelling dier voorwaarden b. en daarna op te treden als commissie van arbitrage bij onverhoopte geschillen tusschen aannemers en aanbesteders. Aan beide vergaderingen is door een groot aantal afgevaardigden deelgenomen. Tot leden der bedoelde commissie zijn be noemd voor Noordbrabant: Ant. van Nosten te Ginneken. P. J. v. d. Meer Raamsdonk. C. F. Timmers Klundert. P. Dekkers Wouw. Jacs. Vos Rosendaal. G. J. van Poppel Gilze. C. Loos Kruisland. Zeeland: D. v. d. Dries te 's-Heerenkoek. N. Polderman St. Maartensdijk. D. Koopman Nieuwerkerk. P. Maas Koudekerke. P. Tazelaar Nz. Colijnsplaat. J. J. de Feijter Axel. G. A. Vorsterman van Oyen te Aar denburg. In de vergadering dezer commissie, welke onder presidium van den heer S waving den Cden Augustus te Goes gehouden werd en waar uit iedere provincie vijf leden tegen woordig waren is vastgesteld dat de aan bestedingsvoorwaarden zouden gesplitst worden in tweeën bijzondere, bevattende de bepalingen om trent a. hoeveelheid, garantie en garantie- vorm b. plaats, tijd en termijn, wijze, hoe veelheid en verpakking der levering c. inschrijving, borgstelling en af rekening, en d. inschrijvingsbiljetten algemeene, bevattende de voorschrifteu be treffende 1. monsterneming, verpakking der monsters, aanvrage om onderzoek 2. onderzoek en heronderzoek 3. speling, vergoeding en boete. De bijzondere Voorwaarden worden be hoorlek ingevuld, vastgehecht aan het ge zegelde inschrijvingsbiljet, waarin de aan nemer tevens verklaart zich to onderwerpen aan de algemeene, waarvan een geregistreerd exemplaar zal gedeponeerd worden aan het Rijkslandbouwproefstation te Goes, terwijl de noodige afdrukken daarvan zullon worden verkrijgbaar gesteld. Alvorens tot do vaststelling dezer voor waarden over te gaan, zijn door Dr. Swa ving verschillende fabrikanten van- en groothandelaren in kunstmeststoffen en krachtvoeder-artikelen geraadpleegd, van hunne billjjke opmerkingen is daarbij een ruim gebruik gemaakt, zoodat door de op volging van de thans gestelde voorwaarden vele moeilijkheden zullen kunnen worden voorkomen. Tot permanent voorzitter van de com missie is aangewezen de directeur van het Rijks-landbouwproefslation te Goes, tot secretaris de heer G. A. Vorsterman van Oyen, die aan belanghebbenden en belang stellenden gaarne de verlangde inlichtingen zullen verschaffen. Ned. Herv. Kerk. Zestal te Vlaardingen: H. Schokking te Wezep, J. C. Kromsigt te Gelselaar, J. Eringa te Workum, J. Hoekstra te IJsel- monde, P. M. Eijgoman te Willemstad en A. C. Briët te Steenwijkerwold. Beroepen (niet bedankt) te Solwerd, A. de Pecker te Spijkenisse te Geesteren, G. C. A. A. v. d. Wijngaard te Usseloo te Culemborg, G. Brinkerink te Boven- karspe). Aangenomen naar Edam door J. L. Klein te Callantsoognaar IJsselstein door J. Haring te Bleskensgraafnaar Tiel door dr. G. Nij hof te Berkhoutnaar Lutjegast door J. G. Haselager, cand. Bedankt voor Eist door J. G. Haselager, cand. te Amsterdam. Geref. Kerken. Beroepen te Knijpe, te Wormerveer en te Hendrik Ido Ambacht, J. H. Jonker, cand. te Nieuwveen te Hoogeveen, T. Oegema te Wildervank. Aan ds. J. Holster, van 1801'62 pred. te Vlissingen, tot 1864 te Dinteloord, en daarna te Leiden, is tegen 1 Sept. a. s. eervol emeritaat verleend door de classis Leiden; terwijl de classis Axel dit emori- taat op zijn verzoek verleende aan ds. W. A. Vrolijk, sinds 1 December 1889 predi kant te Zaamslag B. Arnhem, 11 Aug. 1902. Het oog van het gehcele Nederlandsche volk, voorzoover het althans tot de Gere formeerde kerk behoort, richt zich deze #n de volgende week naar Arnhem. Daar zal morgen en volgende dagen de driejaarljjksche Generale Synode bijeen komen. Zullon vele zeker wel do moeste lezors van „De Zeeuwdaar niet kunnon heengaan, ongetwijfeld zal het velen belangstellenden in onze zuidelijke provincie aangonaam zijn, als hun orgaan dit gemis zooveel mogelijk tracht te ver goeden, door hun tot meeleven in staat te stellen. Een bezoek in een der schoonste zomer maanden aan Arnhem is reeds op zichzelf niet te versmaden. De Goldersche hoofd stad aan een onzer schoonste rivieren, den Rijn gelegen, omringd door een rij van heuvels, en op do sierlijkste wijze om kranst met groen en loover, is voor den Zeeuw aan de vlakte gewoon, en aan den broeden Scheldearm, of aan do eindelooze Noordzee, toch reeds iets ongewoons. In Gods rijke schepping en dat is haar rijkdom, heeft ieder landschap en iedere stad, geljjk ieder mensch, een eigen physionomie. Ook de schepping vertoont solidariteit en evenzeer individualiteit. Gelderland is geen Holland en geen Zee land. Arnhem is geen Haarlem en geen Middelburg. Als te midden van de moest bekoorlijke natuur die ons vaderland biedt het rijko menschenleven u tot peinzen en vergelijken noopt, dan vraagt ge of wol een bodem minder toebereid is voor den wassenden stroom der democratie dan de Geldersche. De papier-molen van weleer nu de papierfabriek en de steenbakkerij, do eerste aan de immer stroomende beek, de laatste aan den rivieroever zijn onge veer do eenige vertegenwoordigers der in dustrie. Als ge op een reis uit Zeeland naar don Rijn het nijvere Brabant door spoort dan rooken tientallen van fabrieks- schoorsteenen. Als go Gelderland doortrekt dan ziet go tientallen van buitenplaatsen en villa's en meer middeneeuwsche kastee- len dan ergens. Te midden van eerwaardige bosschen en glooiende heuvelen, doorsneden met rivier en meren heeft Gelderland een aristocra tisch voorkomen, en een aristocratische bevolking, al wordt ook daar het aantal adellijke bezitters minder. Is het omdat het aristocratische leven meer tot rusten en genieten dan tot zoe ken en werken neigt, dat Arnhem geen belangrijke plaats inneemt in de Vaderland- sche of Kerkgeschiedenis Immers een stad die Maarten van Ros- sutn als haar meest bekenden historischen burger noemt, heeft op intellectueel gebied geen zoon, wiens gedachtenis door het nageslacht met een standbeeld wordt geüerd. Geen staatsman of krijgsman die op de geschiedenis zijns lands invloed uitoefende werd binnen hare wallen geboren. Geen dichter tokkelde, aan de boorden van den aan sagen en legenden zoo vrucht baren Rijn, de barp, of vertolkte wat daar leefde in do ziel zijns volks. Geen priester sprak daar, voor wijderen kiing, naar het hart van Jeruzalem. Slechts éen naam, van eenige algemeene bekend heid, noemt de Vaderlandsche Kerkge schiedenis. Het is die van den eersten Arnhemschen predikant na de Reformatie. Zijn kerkelijke of wetenschappelijke naam was Johannes Fontanus, zijn wereldlijke of burgerlijke naam was Puts. Acht-en-dertig jaren diende hij de zaak der Hervorming in Gereformeerden, Contra- Remonstrantschen geest. Hij, Fontanus, wist van Arnhem, het hedendaagsche mid delpunt van genot en vermaak, natuurlijk krachtig door de overheid gesteund, een klein Geneve, uit Calvijn's dagen te maken. Reformatie scheen toen al niet overbodig, wat de Geldersche Synode van 1582 resol veerde openlijke lastering van Gods Naam, echtbreuk, hoererij, bloedschande, vreten en suepen hebben zoozeer de overhand genomen, dat men schier geen zonde daer af nxaeckt, en de Synode, op echt menschelijke wijze, schuld en arbeid op anderer schouder leg gende, voegt aan deze klacht de volgende opmerkelijke woorden toe 't Is der overheid ambt beide tafelen Gods te handhaven. De overheid sloeg dan ook de handen aan 't werk. Magistraat en kerkeraad ar beiden in broederlijke eendracht. De tekst keuze werd met beider goedvinden be paald, de heidensche superstitiën werden afgeschaft, de goede zeden bevorderd, en de wereldsche ijdelheden tegengegaan. We zullen niet onderzoeken welken in vloed deze gemeenschappelijke arbeid op de moraal-statistiek heeft gehad, maar vergetende hetgeen achter is, ons liever uitstrekken naar hetgeen vóór ons is. Ons volgend nommer brengt u, naar we hopen een stukje hedendaagsche geschiedenis. De K. Geslaagd te 's-Gravenhage voor de acte Fransch L. O. de heeren P. F. Plasschaart te Hoofdplaat, L. P. A. Rolff te Axel en P. v. Dijk te Middelburg. Kantongerecht te Goes. In de strafzitting van 11 Augustus 1902 is procesverbaal opgemaakt tegen lo. J. P. arbeider te Cortgene, getuige in de zaak W. G. boklaagd van jachtdelict en 2o.. P. S. bierhuishouder te Kruiningen, getuige in de zaak van P. V. beklaagd van overtreding der drankwet, beide verdacht van meineed. De eerste verdachte J. P. is overgebracht naar het Huis van Bewaring te Middelburg. Vlissingen. Zaterdag zijn naar het huis van bewaring te Middelburg overgebracht twee jongens uit Middelburg, beschuldigd van diefstal op een der mailbooten. Bij de ouders te Vlissingen is be richt ontvangen, dat de 16-jarige T. D. Boonstra den 25 Juli, op do reis van Melbourne naar Falmouth, overboord is geslagen en verdronken. De zoozeer gevreesde aardappelziekte heeft ook zijn intrede in Zeeuwseh-Vlaan- deren gedaan, zoowel in de vroege als winteraardappelen. Van besproeiing zoo als eenige jaren geleden geschiedde hoort men thans niets. Ook de kwaliteit is in de laatste dagen veel verminderd, wat toegeschreven wordt aan de ziekte en het slechte weer. Men schrijft uit Tholen aan de N. 11. Crt. Het oude stadhuis in dit stadje is een smal en hoog gebouw van arduin, met een dubbelen arduinsteenen opgang en vier verdiepingen hoog de trans is met schiet gaten voorzien en het torentje met hooge spits draagt een speeluur werk. Dit klok kenspel is niet van recenten datumoor spronkelijk geplaatst in den kerktoren werd het in 1590 bij besluit van den magistraat vergoten en weder op zijn oude plaats ge bracht, tot het ruim een kwart eeuw later, in 1627, weder noodzakelijk werd de klok ken te vergieten, wat ook geschieddedit blijkt uit het opschriftSoli Deo Gloria. MicKiel Burgerhuis me fecit. Anno Domini 1621Domini mense ma jo consule mr. Marino van Vrijberghe, syndico. M. Cornelis llugéns civitatis Tholenae. De nieuw gegoten klokken werden na een onderzoek geplaatst op de tegenwoordige plaats, en zoo hebben ze thans bijna drie eeuwen, zonder merk waardige veranderingen, dienst gedaan. Bij een ingesteld onderzoek door deskundigen is gebleken, dat de klokken, ondanks het voortdurend gebruik in zoo'n lang tijdperk, nog alle gaaf en ongeschonden zijn en dat alleen de toestand van het mechaniek eischt dat spoedig verbetering worde aangebracht, met het oog op de belangrijkheid van het klokkenspel, dat tot de alleroudste in ons land moet gerekend worden en dat om zijn schoonheid verdient in eere gehouden te worden. In een uitvoerig rapport hebben deskundigen een opgave van kosten gedaan en binnenkort zal de gemeenteraad een beslissing nemen omtrent de uitvoering der werken. Wissenkerke. In de raadsvergadering van jl. Vrijdag was afwezig het lid Jac. de Looff. Onder do ingekomen stukken waren o. m. een besluit van Ged. Staten waarbij voor de Rijks vergoeding voor het herhalingsonderwijs, het aantal uren per school en per jaar werd vastgesteld op 240 en eene kennisgeving van den heer J. Robijn, dat hij zijne benoeming tot lid der Commisse t. w. v. s. te Kamperland aanneemt. Daarna werd de rekening der gemeente over 1901 voorloopig vastgesteld in ontvang op f22838,53 in uitgaat op f 21531,18, goed slot alzoo f 1307,35. Van het Burgerlijk Armbestuur was ingekomen de rekening over 1901, die werd vastge steld in ontvang op f 1357,75 in uitgaaf op f 1139,29, goed slot alzoo f218,46 en de begrooting voor het jaar 1903 die werd goedgekeurd in ontvang en uitgaaf op f 1283,46 met eene subsidie uit de gemeente kas ten bedrage van f1030. Op de, ten gevolge van periodieke aftreding op te maken voordracht van zetters, werden weder no. 1 geplaatst de aftredende leden J. de Neve en C. van Hee. Daarop werd aangeboden de door B. en W. ontworpen gemeentebegrooting voor 1903. Die begrooting geeft als eindcijfers voor ontvang en uitgaaf f22663,845 met een post voor onvoorziene uitgaven van f264,625. Zij zal als gewoonlijk bij de raadsleden ter inzage worden rondgezonden. Volgens mededeeling van den Voorzitter hebben B. en W. besloten met de afdoe ning der reclames op den Hoofdei. Omslag te wachten tot na afloop van den geheelen termijn voor reclame zijnde 31 Aug. a. s. Door den Voorzitter wordt nog mede gedeeld dat door M. Goudswaard te Kam perland een verzoek is ingediend over eene zaak die bij het College van B. en W. thuis hoort. Desniettegenstaande doet de Voorzitter echter voorlezing van het inge diende verzoek, waaruit blijkt dat voor den adressant herstel eener beschoeiing langs zijn erf, van de gemeente wordt verlangd, op grond dat de gemeente die beschoeiing, langs het daar liggend voetpad, heeft ge plaatst. Tengevolge dezer voorlezing ont spint zich eene discussie tusschen den heer Van Nieuwenhuijzen en den Voorzitter waarin zich ook de heeren Schippers en Marcusse mengen en wel over de vraag of, al is naar het strikte recht de gemeente niet verplicht-, daarom toch de billijkheid niet meebracht het gevraagde herstel van gemeentewege te doen. Deze discussie eindigde met te kennen geving door den heer Van Nieuwenhuijzen, dat hij, naar aanleiding der door den Voorzitter gedane mededeelingen zich nader op de hoogte dezer zaak stellen zou. Waarna de ver gadering wordt gesloten. Schore. Zondagmorgen kwam alhier de heer Corn. Glerum tot de schadelijke ont dekking eerst dat een kalf dood in zyn weide lag en daarna dat op het gezicht daarvan een vierjarig paard woest werd en al springende een poot brak, zoodat het onmiddellijk moest worden afgemaakt. Wolfaartsdijk. Namens den Sergeant bij het Indische leger D. Valkier, oud- inwonor dezer gemeente, werd j.l. Zater dagmorgen bij zijne ouders alhier het volgende bericht ontvangen In Atjeh met zijne onderhoorige man schappen op patrouille zijnde, werd hij onverwacht door een Atjeher aangevallen, die hem met een indisch steekwapen in den buik wilde treffen. Gelukkig ontweek de aangevallene dit wapen in zooverre, dat slechts zijn linkerhand gewond werd, waarop een tweestrijd op leven en dood gedurende eenige oogenblikken volgde. Inmiddels waren de onderhoorige man schappen hun commandant toegesneld om hem uit zijn netelige positie te verlossen en den Atjeher met hunne klewangs on schadelijk te maken. Het ongeluk wilde echter, dat een dezer manschappen den sergeant een klewaughouw op de rech terhand toebracht in de hitte van het gevecht, zoodat de patrouille-commandant zich nu het gebruik van zijn beide handen zag ontnomen. Thans wordt de gewonde in het militair hospitaal te Kota-Radja verpleegd en bevindt hij zich redelijk wel. lerseke. Op vreeselijke wijze werden Zaterdag de inwoners dezer gemeente her innerd aan de spreuk »Memento Mori." Een werkman van 23 jaar was aan boord van de Korstoomboot YE no. 85 uitgevaren om te gaan korren, 's Middags omstreeks 2 uur in het zoogenaamde Wemeldingsche Schaar woei zijn hoed af, dien hij wilde grijpen, bij welke poping de jonge man in een der kortrossen stapte en tegelijk met deze tros overboord werd gesleept. Onmiddellijk zonk hjj in de diepte weg zoodat van redden geen sprake kon zijn, te meer waar hij een paar zeelaarzen aan had die het drijven of zwemmen beletten. Geheel de gemeente stond verslagen bij het ontvangen van het bericht van het ongelukkig einde van dezen oppasseuden jongen, die a. s. week ondertrouw zou hebben gedaan. Geheel de gemeente deelde in het droeve verlies der arme weduwe die reeds een harer zonen op het slagveld in Indië verloor en thans weder word geslagen mot dit zoo zware verlies. Te 's-Gravenhage vermaakten zich eenige jongens met een telephoonpaal te klimmen in de Anna Paulinastraat, toen een hunner, tot boven in den koepel ge klommen, plotseling het evenwicht verloor, zich niet meer houden kon, en op de straat een arm brak. Te Scheveningen had een familie een rijtoer gemaakt, het drie jarig zoontje speelde daar in een speeltuin, waar het in aanraking kwam met een schom mel en zoo deerlijk werd gekwetst dat het kort daarna in de armen zijner moeder bezweek. Een slager te Nijmegen keerde met zijn schoonvader stadwaarts, toen het paard schichtig werd van een in vliegende vaart passeerende automobiel en op hol sloeg. De slager verliet het voer tuig en trachtte tevergeefs het paard te houdenhij werd meegesleept, viel, ge raakte onder den wagen, en werd deerlijk gekwetst. Te Loenen is een 16-jarige knaap bij het visschen te water geraakt en verdronken. In de Ringvaart bij Sloten zijn twee Amsterdamsche jongens van 9 en 11 jaar bjj het zwemmen verdronken. Een letterzetter te Groningen waagde zich in de drukkerij te dicht bij de rotatie pers, waardoor zijn linkerarm tusschen de pers geraakte en geheel werd afgeknepen. In de Zandstraat te Rotterdam is Zaterdagnacht de kermis met een moord ingezet. In dfe zoogenaamde zevencenten- zaal van een danshuis bevond zich de 25-jarige werkman Ju met zijn vrouw toen zijn zwager een bekend vechters baas binnenkwam, dreigde, een mes trok en hem drie diepe sneden onder het hart toebracht waaraan Ju overleed. Te Weurt (Geld.) wilde iemand op de in gang zijnde tram springen. Hij viel en kreeg een hersenschudding, waaraan hij overleed. Vrijdagavond werd een oude weduwe te Tilburg door eenige jongens geplaagd, terwijl zij achter haar woning bezig was aardappels te stelen. Zij gaf hierop een hunner een oorveeg, waarop deze zijn riem nam en haar derwijs op het hoofd sloeg dat zij bewusteloos ineenzakte en binnen enkele uren overleed. Een viertal knapen uit Amsterdam begaven zich naar Haar lemmermeer per roeibootje, onderwegkan- telde de boot, twee wisten zich al zwem mende te redden, de beide anderen ver dronken. Te 's-Gravenhage is in het hotel den Ouden Doelen afgestapt generaal De Villiers uit Zuid-Afrika, die de ziel van den opstand in Grikwaland West is geweest. Het is al lang geleden, dat generaal Sir Ch. Warren, nadat zijn krijgsroem op Spion kop zoo'n bedenkelijken knak had gekregen en naar Grikwaland West was gezondeö, naar Londen meldde, dat het verzet daar gebroken was. Commandant De Villiers had zich alleen met een paar volgelingen door de vlucht gered. Voordat het zoover kwam, hadden de Engelschen daar nog een geduchten klap gekregen. En commandant de Villiers kwam terug en het verzet was zoo weinig gebrokeD, dat, op een paar plaatsen na, de Engelschen welhaast het geheele land aan de Boeren moesten over laten. Doze waren er heer en meester. In het begin van dit jaar had de Villiers oen zes- of zevenhonderd man onder zich, een flink leger onder een Hinken bevelhebber. De brugwachter Pieper te Groningen haalde eergisteren zijn veertigsten dren keling uit het wator. Toen Zondagmorgen de moordenaar van Ju te Rotterdam zwaar geboeid per wagen door vier agenten word weggebracht, brak een der wielen, zoodat hij vorder te voet moest vervoerd worden. De getroffene heeft nog alles kunnen vertellen en ook hij zelf heeft een volledige bekentenis afgelegd, terwijl er vele getuigen zijn. Hij had nu nog eenige maanden te goed wegens uiis- haudeling van een politieagent. Een brief uit Zuid-Amerika. Door den heer Timmer te Amsterdam werd van een Hollandsch Afrikaner, die thans in Valparaiso vertoeft, het volgende schrijven ontvangen: Van Buenos Aires vertrok ik 30 April 1901 met het doel om land in oogenschouw te nemen voor een Zwitser. Ik vertrok in een slecht jaargetijde, aanvang winter, van P. Arenas (Sandy Point) langs de Cordilleras tot aan Rio Verde, waar mijn reismakker, een Franschman, mij verliet, daar het pad hem te slecht, de hindernissen te groot voorkwamen. Het was dan ook geen aanlokkelijk reisje, verschrikkelijk koud, terwijl de pampas reeds met sneeuw gedekt waren. Teruggaan, zonder iets ge zien te hebben, dat was te gek. Ik ging dus kalmpjes verder, die woeste wildernis in, alleen met mijn pakpaarden en mijn windhond. Mijn weg was vrij makkelijk te vinden, ik had slechts de Cordilleras to volgen, doch ontzettend veel bezwaren te overwinnen. Het was zwaarder dan ik mij gedacht had. U kunt u zoowat voorstellen in dit woeste Patagon'ë, honderden mijlen van de kust, alleen, door sneeuw en woeste pampawinden. Eten vond ik genoeg. Voorbij Rio Callegos wemelt het veld van struis vogels en het kostte mij slechts geringe moeite met behulp van mijn windhond, dit zoo heerlijk vleesch machtig te worden. Het zijn jammer genoeg, geen Afrikaansche struisvogels, hun veeren hebben slechts ge ringe waarde. Eindelijk vond ik de rivier Santa-Cruz en naar beneden gaande trof ik op circa 3 dagen van de kust een zwer vend schapenboer en gezellen, waar ik, daar de gastvrijheid zeer groot is, mij voor nam eenigen tijd te blijven. Toen het betere jaargetijde aanbrak, maakte ik uit stapjes terug naar Rio Coy, om het land te bekijken. Het viel niet mee. Patagonië vanaf Rio Callegos tot aan Rio Chubert is een woestijn geljjk de Karroo, alleen vindt men er wat meer water. Zoo bij mijn vriend Ivoritch zijnde, nam ik mijn aandeel in zijn jachtpartijen met hem en zijn woeste kameraden. Zoodoende trok ik door zoowat het gedeelte Patagonië tusschen P. Arenas en Chubert. Tegen Maart 11. vertrekkende naar P. Arenas kwam ik gelijk aan met een Hollander, bestemd voor Valparaiso. De kapitein gaf mij verlof mede te varen en na 14 dagen stapte ik hier in Chili aan land, direct eene betrek king vindende bij de Duitsche Overzeesche bank, Banco Alaman-Transatlantico. Zooals overal, als men pas aanvangt, is het salaris klein. Hier in Chili is het vet reeds lang van den ketel en maak ik reeds plannen om verder te gaan. ik weet nog niet waarheen. Zou uwe voorspelling, gedaan in uw schrijven, uitkomen dat ik Chili, Peru, Mexico, etc. zou bezoeken Is men eenmaal aan het drijven, dan is het moeilijk een vaste ankerplaats te vinden. Ik heb reeds heel veel gezien, prachtig natuur schoon, onbeschrijfelijk prachtig, b. v. Magal- lanstraat en Smiths kanaal. Wonderschoon. Aanbevelenswaardig. Teleurgesteld ben ik door den vrede in Zuid-Afrika. Ik beklaag die arme Boeren, die naar Chubert in Patogonië gelokt zijn. De toe standen hier, en het land nog minder, zijn niet geschikt voor Boeren, zelfs de Argen- tijner wil er niet heen. Ik zelf denk er hard over naar Transvaal terug te gaan. 't Zal hard zijn er iets onder de Engelschen te doen te krijgen. Mocht zich hier of daar eene gelegenheid voordoen mij goedkoop in te schepen, dan maar weder naar Transvaal. Al was het ook maar alleen om het anti-Engelsch element te versterken. Anti-Engelander ben ik en zal ik blijven. Ik haat dit adder gebroed. Het Tijdschrift voor Geneeskunde meldt Wij zijn in de gelegenheid op gezag der geneesheeren, die den heer Steyn behan delen, mede te deelen, dat Z. H. E. lijdt aan pseudobulbaire paralyse (type Erb- Goldflam). Er bestaat een complete externe ophthalmoplegicde kauwmusculatuur is uiterst spoedig vermoeidevenzoo de nek spieren. Eenige beweging is in de extre miteiten mogelijk. De myasthenische re actie is sterk uitgedrukt. In drie of vier aanvallen is dit stadium bereikt geworden. Neuritis optica is er nietde gezichts velden zjjn niet beperkt; gevoelsstoornissen ontbraken steeds en ontbreken nog. De rust, gedurende de zeereis genoten, heeft veel goed gedaan, en ook nu blijft abso lute rust der spieren door streng verbod van bewegingen, spreken, enz. gehand haafd. De toestand van don zieke, ofschoon ernstig, mag voorloopig bevredigend ge noemd worden. President Kruger woonde gistoren de godsdienstoefening te Scheveningen bij in de kerk A waar ds. Van der Valk voorging. De heer Kruger ontving gisteren o. m. mevrouw Steyn en de schilders H. W. Mes dag en Jezef Israëls. Te 's Gravenhage is Zaterdagavond de Transvaalsche Staatssecretaris Reitz, ko mende van Luzern, waarheen hij na zijn aankomst te Napels reisde, aangekomen met zijn twee zoons, die aan de gevechten deelnamen, en werd, behalve door zjjn fa-

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1902 | | pagina 2