NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
No. 156.1902
Donderdag 10 Juli.
16e Jaargang
CHRISTELIJK-
HISTORISGH
VERSCHIJNT
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
feuilleto
VAL.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
EERSTE KAMER.
Rechtszaken.
Gemengde Berichten.
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE DER FIRMA
en van
9 Juli 1902.
Het zondenregister van het tegenwoor
dig Kabinet door de liberale pers trouw
bijgehouden is één nommer rijfcer geworden.
1. Zondagsdienst op de bureaux.
2. Interviews in het buitenland.
3. Gemis aan eenstemmigheid bij do
rechterzijde openbaar geworden bij de be
handeling der militaire wetten.
4. Het Waalwijksche kerksubsidie.
5. Verbljjf van de Evertsen tot na de
onafhankelijkheidsfeesten in België.
Tot zoover is de lijst compleet.
Een heel jaar leefde een kabinet der
rechterzijde, en met veel misbaar zijn vijf
zonden op zjjn debetzijde ingeschreven.
Fn welke zonden?
De Evertsen, door de Ned. Marine tot
opluistering van eene tentoonstelling te
Antwerpen verblijvende zou, tengevolge
van de komst van den Shah van Perzië,
één dag langer blijven.
Vermoedelijk had niemand 'aan de daar
mee samenvallende onaf han kelijkheidsfeesten
gedacht. De regeering heeft, waarschijn
lijk tengevolge van het lawaai door de
liberale pers gemaakt den terugkeer op
den eerstbepaalden dag gehandhaafd. Bel
gische bladen z. a. het Handelsblad van
Antwerpen doorzien dan ook volkomen de
tactiek. Het is, zeggen die bladen, de
zucht van sommige liberalen om spelde-
prikken toe te brengen aan het tegen
woordig kabinet, en vooral aan minister
Kuyper, welken men van liberale zijde,
om begrijpelijke reden, tot zondebok tracht
te maken, ook als er geen zonden zijn.
Niet onaardig is 't den ijver te zien die
ieder op te werpen balletje oppoetst en
opblaaBt, om na een paar dagen het uit
eenspatten te zien als een zeepbel.
De opponeerende journalisten zullen wat
anders moeten opsporen om succes te
kunnen verwachten.
Een staaltje van den ellendigen geest te
Enschedé in de fabriek van Van Heek
onder de werklieden was de mishandeling
die zij de „onderkruipers" deden onder
gaan en waarmede zij hen de fabriek uit
dreven.
Thans had men weer zoo iets.
Den wever G. was opgedregen zijne
touwen schoon te maken, omdat hij Zater
dagmiddag geweigerd had dit te doen.
Ook hedenmorgen wilde hij de bevelen
van den baas niet opvolgen deze schoon
te maken.
Hij werd overeenkomstig het fabrieks-
reglement beboet, vroeg zijn weekloon en
ontslagbriefje. Zijne medearbeiders in dit
fabrieksgedeelte waren daarover zoo kwaad
dat zij met den arbeid niet wilden door-
99
Schetsen uit het leven van Napoleon I.)
Zoo geschiedde het bijna dagelijks. De
eene koorts was niet af, of de andere volgde
haar open telkens verviel de lijder in steeds
langduriger bewusteloosheid.
Zijn einde naderde. Dewijl hij het lamp
licht niet meer kon verdragen, waren do
vrienden verplicht hem in den donker te
verplegen. Twee dagen vóór zijn dood werd
de hooge lijder «bediend", dat wil zeggen
hem werd het Heilige Oliesel door den abt
Vignali toegediend.
Ofschoon de koorts hevig was, verloor hij
daarna zijn bewustzijn niet. Hij verzocht
zijne vrienden om, in Europa teruggekeerd,
de beginselen waarvoor hij gestorven was,
krachtig te handhaven; zijn daden te ont
houden; en mede te werken om aan F rank-
rijk te geven, wat hij niet vermocht, namelijk
de vrijheid en den welvaart.
Dien nacht van den 3en op den 4den
woei er een hevige storm over het eiland,
die den geheelen daaropvolgenden dag voort
duurde en bijna alle boomen van Napoleons
verblijf ontwortelde. Ook de geliefkoosde
wilg, in welks schaduw hij zoo vaak ver
gaan, voordat G. zonder poetsen aan het
werk kon gaan. De genoemde overige
arbeiders verkozen den geheelen morgen
niet te werken, doch bleven in de fabriek,
's Middags werd hun, voor zij tot het
werk werden toegelaten, gevraagd of
zij den arbeid wilden hervatten, daar zij
anders niet weer werden toegelaten. Toen
begonnen zjj weer te werken.
Het wordt tijd dat de firma Van Heek
haar fabrieken" aan den een of anderen
nabob onder de socialisten verkoopt, die
ze dan op z'n socialistisch kan inrichten,
dat wil zeggen de knechts baas, en knecht
de bazen.
Dit schijnt ons het eenige middel om
den geest van verzet aldaar te bezweren
en de revolutie, die daar haar triomfen
viert, te ontmaskeren.
Te 's-Gravenhage overleed mr. P. F.
Hubrecht, lid van den raad van state,
vroeger secretaris generaal bij het ministe
rie van binnenlanduche zakenin welke
betrekking hij een groot aandeel had in
de samenstelling der beruchte schoolwet
van 1878. Het strekt dezen staatsman
echter tot eer, dat hjj nog op 't laatst
zijns levens openlijk getuigenis aflegde van
de dwaling zijns wegs terug te komen, en
te pleiten de vrije school voor heel de
natie.
Op 'tjoDgste geschrift van mr. Hubrecht
te dier zake zullen de voorstanders der
vrije school zich nog lang blijven beroepen.
Reudink, te Enschedé, de ontslagen leider
der weversstaking, die de staking als lid
van den „Christelijk-Historischon Werk
mansbond" inging, is lid geworden van de
Volkskiesvereeniging. Hij is aangesteld
als tweede agent van Het Volk.
Ook teekenend.
Nu koning Eduard herstellende is be
gint hij naar ontspanning te verlangen.
Arme man! Aan een aantal werktuig
kundigen is de opdracht gegeven een the-
atrophonische verbinding van de ziekenkamer
met de opera en eenige concertzalen tot
stand te brengen.
Veel schijnt de beproeving op 't gemoed
niet te hebben uitgewerkt.
Koning David sprak anders.
Be Evertsenvoor Antwerpen.
Be „Standaard" schrijft:
De voorstelling alsof een besluit, om de
„Evertsen" de dynastieke feesten in België
te laten medevieren, zou zijn ingetrokken,
berust op een misvei stand. Waar het zen-
troosting en afleiding had gezocht, moest
voor den wind zwichten. Maar de stervende
had er geen weet van. Hij streed den laat-
sten strijd, en het was een hevige doods
strijd. Reeds meende men dat de adem
het lichaam ontvloden was. toen hij nog
eenmaal het brekend oog opende, en duide
lijk hoorde men hem deze twee woorden
uiten »téte d' armée" (legerhoofd).
Dus ook toen nog zwierven zijne gedach
ten in de herinnering van zijn heldentijd,
toen hij Europa voor zich deed beven.
De vrienden met hunne vrouwen, de
beide dokters en enkele bedienden omring
den zijne sponde. Ook Hudson Lowe ver
scheen met een paar officieren. Aan het
voeteneind zat mevrouw Bertrand, die,
ofschoon zelf lijdende, zich beijverd had
Napoleon in zijn doodsstrijd te zien en te
steunen.
«Komt hier, mijne kinderen", zeide zij
tot haar kroost, «aanschouwt nog eenmaal
de trekken van dezen grooten man." Daarop
grepen dezen de reeds kille hand van den
stervende en kusten hem. De kleine Napo
leon Bertrand viel in zwijm, overstelpt als
hij was van droefheid. Dit voorval deed
allen in tranen uitbarsten. Men hoorde
niets dan snikken en zuchten.
Te 6 uur ongeveer blies de groote man
van 1—6 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
den van de „Evertsen" uiteraard niet dan
onder goedkeuring van Hare Majesteit de
Koningin plaats had, en de duur van het
verblijf te Autweijpen eveneens bij konink
lijke beschikking op uiterlijk ééne week
bepaald was, spréékt het van zelf, dat
alleen eene nieuwe koninklijke beschikking
hierin wijziging had kunnen brengen.
Zulk een tweede koninklijke beschikking
nu bestaat niet en heeft niet bestaan.
Alleen is bij vergissing, tijdens de afwe
zigheid van den minister van Marine, een
verkeerde order naar Den Helder gegaan,
die door den minister terstond nadat hij
er kennis van nam, is te niet gedaan. Hoe
welk orgaan der pers ook, zich kan voor
stellen, dat een beslissing tot bijwoning
nogal van een dynastiek feest in een vreemd
land ook buiten H. M. de Koningin zou
hebben kunnen omgaan, is niet wel ver
klaarbaar.
Wat alleen uit kieschlieid jegens de
Belgische Regeering veranderd is, bestaat
hierin, dat de „Evertsen", die anders juist
op 21 Juli, den dynastieken feestdag, zou
vertrokken zijn, thans dit mijdt en vroe
ger vertrekt. Ook de abusieve order be
doelde niets anders dan deze min courtoise
coineidentie te mijden, maar zocht dit te
bereiken door het vertrek uit te stellen.
Doch natuurlijk, dit kon niet, en daarom
komt er niet een dag bij, maar gaat er
een dag af.
Herkozen of gekozen
Noord Brabant Sassen (1892) en v. d.
Biesen (1896).
Gelderland mr. W. Cremers (1893) en
't Hooft (1899).
Zuid Rolland Havelaar (1902), Bevers
(1902) en dr. J. Woltjer.
Noord Rolland Breebaart (1898), de Jong
(1893) en mr. W. F. v. Leeuwen (in pl.
van Rutgers v. Rozenburg, die bedankt had).
Zeeland Godin de Beaufort (1893).
Utrecht Bosch v. Drakestein (1902).
Friesland Sickenga (1902).
Overijsel Dijckmeester (1900).
Groningen J. E. Scholten (in pl. van mr.
Geertsema die bedankt had).
Brente Van Lier (1888).
Limburg Regout (1881). (De jaarcijfers
achter de namen duiden aan het jaar waarop
zij lid werden.
De Kamer telt thans27 Liberalen, 6
Anti-Revolutionairen ('t Hooft, Hovy, Godin
de Beaufort, v. Asch v. Wijck, Woltjer Sn
v. Velzen), 3 vrij-Antirevolutionairen (Sehim-
melpenninck v. d. Oye, v. Pallandt en
Havelaar), en 14 Katholieken.
den adem uit.
Slechts 51 jaren was hij oud geworden.
In tegenwoordigheid van enkele vrienden
werd het lijk geopend. Uit de lijkschouwing
bleek dat de maag bijna geheel weggezworen
was. Het hart van den doode werd op
wijngeest gezet, om met het gobalsemde
lijk begraven te worden. Het naar Parma
te zenden, was onmogelijk, wijl Hudson geen
verlof daartoe gaf.
Het lijk, omhangen mei de kleeding en eer-
teekenen die de overledene 21 jaren geleden in
den slag bij Marengo gedragen had, werd
twee dagen lang ter bezichtiging gesteld, lig
gende op een praalbed.
Zijn testament, waarin hij vele zijner
aanhangers of hunne nagelaten betrekkingen
mild bedacht had, bevatte den wensch, aan
de oevers der Seine te mogen rusten, te
midden van het volk dat hij zoo lief had
gehad.
Helaas, niet terstond, eerst in 1840, zou
deze uiterste wensch vervuld worden. Aan
de volvoering er van stonden de Bourbons
in den weg.
Een afgelegen vallei bergde voorloopig
Napoleons stoflelijk overschot. De kist, ge
dekt door den blauwen mantel van Marengo,
zonk in de groeve der vertering. Nagenoeg
al de bewoners van het eiland waren ge-
NA DEN VREDE.
Schiel en 7 andere krijgsgevangenen van
Sint Helena ziju naar Engeland gereisd;
twee zoons van De Wet en 5 anderen
gingen op reis naar Kaapstad. Allen op
eigen kosten.
Een Australisch syndicaat heeft aan
generaal De Wet 250 pond (t 3000) per
week aangeboden voor een reeks lezingen
in Australië.
Generaal Botha heeft tegengesproken het
verhaal dat generaal De Wet indertijd door
de blokhuislinie heen brak door vee tegen
het prikkeldraad op te drijven. Dit zou
volgens hem onmogelijk zijn geweest. Het
was overigens gemakkelijk genoeg geweest
om met een draadknipper 's nachts dooi
de linie heen te komen.
Generaal Ben Viljoen heeft volgens be
richt van Sint Helena, nu ook besloten den
eed van trouw te onderteek enen, evenals
generaal Piet Cronjé.
Tot dusvor hebben volgens de «Stan
daard" 20,782 Boeren de wapenen neerge
legd. Voor zoover bekend, zijn alleen Maritz
en een andere rebellen-aanvoerder met on
geveer dertig aanhangers op Duitsch gebied
gevlucht.
Kantongerecht te Goes.
In de zitting van 8 Juli- 1902 zijn ver
oordeeld wegens in gesloten jachttijd jagen
z. consent en verg.: J. G. te Veere 2xf5
b. s. 2 X d. h. verb, verkl. bevel uitl. geweer
en haas of te betalen f 3 en f 1 s. 2 en 1 d. h.;
's nachts jagen z. acte en verg.J. M. te Ril
land 2 X f 5 b. s. 2 X 4 d. h. verb, verkl. ge
weer, bevel tot teruggave klompengeen
zorg dragen om ze te beletten dat hond wild
opspoort en grijpt z. acteM. B. te Kwaden-
damme f2b. s.2d.h.straatschenderij: P.
M., F. W. K. te Ierseke ieder f 1 b. s. 1 d. h.;
nachtrumoer: Th. D., A. H„ P. v. S., M. M.,
A. V., K. S., J. de M., allen te Ierseke,
J. v. d. W. te Wemeldinge, M. G. te Mid
delburg en J. G. te Goes ieder 12 b. s. 2
d. b.overtred. arbeidswet: J. B. te Wolferts-
dijk f 1 b- s. 1 d. h.loopen langs spoorweg z.
verg.: J. V. te 's Heer-Arendskerke f 1 b. s.
1 d. h.zonder noodzaak in trein aan nood
rem trekken: J. R. te Goes f 1 b. s. 1 d. h.
in trein reizen zonder behoorlijk plaatsbewijs:
J. J. K. te Goes f 3 b. s. 2 d. h.; zonder verg.
sterken drank verkoopenI. V. v. R. te
Krabbendijke f 5 b. s. 3 d. h.z. verg. sterken
drank toedienen: L. Z. te Krabbendijke f 5
b. s. 3 d. h.vervoeren van voor iandbouw en
houtteelt nuttige vogelsJ. V., te Goes, f 3
b. s. 3 d. h.; afwezig blijven bij oefening brand
spuit C. R. v. L., L. C. B., J. de K.
K. P. B., M. P. v. H., te Goes, ieder fl,
tuige van de sombere plechtigheid. Daar
werden oprechte tranen gewijd aan zijne
nagedachtenis.
Een zware steen dekte het graf, dat
nog jaren daarna herhaaldelijk door tal van
vrienden en vereerders van den geweldigen
man werd bezocht.
In Frankrijk kon bijna niemand de tjjding
van Napoleons dood gelooven. Immers voor
de verbeelding van zoovelen was hij de held
geweest, wien de aureool der onsterfelijkheid
tooide. Vergood en toch gestorven! Het
was een ernstige prediking van de ijskoude
wet der vergankelijkheideen dringende
wenk te meer om te bedenken de dingen
die Boven zijn en niet die beneden zijn.
Negentien jaren later, den 7 Juli 1840,
word de asch van Napoleon in het fregat
«La belle poule" ingescheept en naar Frank
rijk overgebracht, waar het den 15den
December in het hotel der Invaliden werd
bijgezet. In een fraaie kapel rust thans
het overschot van Napoleon den Groote.
Een oordeel te vellen over hem behoort
niet tot onze bevoegdheid. Wij zeggen het
Lamartine nu
Son cercueil est fermé.
Dieu l'a jugé.
Silence
b. s. 1 d. h.; te Kapelle z. verg. een openb.
vermakelijkheid geven.: J. T. te Goes f2 b. s.
2 d. h.op openbaren weg met centen spelen
F. S., J. J. de P., P. v. d. W. te Hansweerd
ieder f 1 b. s. 1 d. b.; wateren buiten urinoir
K P. B., P. J. G- te Goes ieder f 2 b. s.
1 d. h.Schelde bevisschen s. consentJ. O.,
E. M. te Ierseke ieder f 1 b. s. 1 d h., Th.
E. to Philippine f 2 b. s. 2 d. h., J. v. d. B.
te Ierseke f 1 b. s- ld. h., T, M. v. d. V.,
M. T. v. d. V. beiden te Ierseke ieder
2 x f 1 b. s. 2 X 1 d. h.Schelde bevisschen z.
consent te kunnen vertionenE. B., C, de K.
te Philippine ieder f 1 b. s. 1 d. h.; visschen
op eens anders perceel z. aan ambtenaar verg.
te kunnen vertoonen Ch. L. V. en J. V te
Clinge ieder f 2 b. s. 2 d. h.
visschen op eens anders perceel z. verg.
J. T„ te Krabbendijke, f2 b. s. 2 d. h.;
rapen schelpvisch aan waterkeerende dijk: P.
V., en J. de R„ te Arnemuiden, ieder f 2
b. s. 2 d. h.Schelde bevisschen met vaartuig
z. letterteeken en no.: J. P., en Th. D„ te
Ierseke, ieder f2 b. s. 2 d. h.Schelde
bevisschen z. consent en verg.: M. G. v. B„
te Ierseke, en S. P., te Colijnsplaat, ieder
2 x f 1 b. s. 2 x f 1 d. h.oesters beneden
de maat aanwezig hebben: Ch. L. V., te Clinge,
f3 b. s. 2 d. h.niet in acht nemen voor
schriften ter voork. van aanv.A. P., te
Sas van Gent, f3 b. s. 3 d. h.; niet in acht
nemen voorschriften ter voork. van aanv. en
opgeven valschen naam: A. D., te Hansweert,
2 X f 3 b. s. 2 x 2 d. h.overtred. verord.
op het bouwen te Kapelle: L. J. S., te Goes,
f 5 b. s. 3 d. h.; dronkenschap: J. K. te Goes,
f 1 b- s- 1 d. h., G. v. D., C. v. d. V., W. W„
A. S„ allen te Goes, G. R,, te Heinkenszand,
P. S., te Wolfertsdijk, ieder f 2 b. s. 2 d. h.,
M. P., te Ierseke, G. M., te Hoedekenskerke,
J. v. d. W„ te Wemeldinge, L. v. H., te
Cortgene, ieder f 3 b. s. 3 d. h., C. v. F.,
te Goes, f 5 b. s. 3 d. h.
Het vonnis d.d. 10 Februari 1902 tegen
L. O., te Goes, en waarbij deze wegens jageu
z. acte en verg. bij verstek werd veroordeeld
tot 2 X f 3 b. s. 2 X 3 d. h. verb, verkl.
bevel uitl. geweer of te betalen f 1 b. s.
1 d. h. en waartegen verzet, werd be
krachtigd.
De Hooge Raad handhaafde de veroor
deeling der nachtkoetsiers te 's Gravenhage
tot vijf jaar wegens diefstal van het hor
loge van den Delftschen kellner Van der
Kamp.
Middelburg 8 Juli. Het Christelijk
onderwijs in onze provinciale hoofdstad,
kan vooruitgang boeken, door de herbou
wing van de school op het Molenwater.
Gisteren was de herbouwde school voor
ouders en belangstellenden te zien.
(Zijn kist is gesloten. God heeft hem
geoordeeld. Zwijg stil.)
Doch wijl ook deze zoon der Revolutie,
door tegenspoed geleerd, heeft beleden dat
alle macht is van God en dat Jezus Christus'
Koninkrijk een eeuwig koninkrijk is, zoo
blijft ons dan zijne getuigenis, dat niet de
Revolutie, maar het Evangelie de bron is
waaruit alle natie heil en zegen putten kan.
Ook dezen zoon der revolutie heeft God
willen gebruiken om de zonde der Revolutie
te wreken, en de volken terug te voeren
tot de oude paden.
Totdat ook dit werktuig had uitgediend,
en eene ontzaglijke lawine der verwoesting
in haar vaart gestuit werd. Ware er geene
genade geschied, de gruwel der Fransche
revolutie zou in nog veel verschrikkelijker
stroomen over Europa en Nederland zijn
uitgegoten en alle volksleven in eene nieuwe
«barbarei" zijn ondergegaan.
En terwijl schrijver dezes zijn verhaal
omtrent Napoleon den Groote sluit, herinnert
hij den lezer aan het heerlijke Schriftwoord:
«Daarom alzoo wij een onbeweeglijk Konink-
rjjk ontvangen, laat ons de genade vast
houden door dewelke wij welbehagelijk Gode
mogen dienen, met eerbied en Godvruchtig
heid. Want onze God is een verterend vuur."'
(Hebr. 12 28, 29.) Wordt vervolgd)