NIEUWSBLA VOOR ZEELAND No. 110.1902. Dinsdag 15 April 16e Jaargang. HISTORISGH CHRISTELIJK- VERSCHIJNT Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN Een brief van Lampen. De Herhalingsoefeningen. Engeland en Transvaal. ELKBN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p0,95. Enkele nummers0,026. UITGAVE DER FIRMA EN YAN van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent Familieberichten van 15 regels 50 cant, iedere regel meer 10 cent. Wij geven hem gaarne de plaats van het Hoofdartikel. Geachte Redacteur Indien ik niet overtuigd was, dat uw lezend publiek belang stelde in het lot der krijgsgevangenen, zou ik U geen plaatsruimte in uwe kolommen vragen. Vorgunt mij daarom u iots van de krijgs gevangenen van Umballa mee te deelen. In den nacht van 16 op 17 Juni werd ik met 4 anderen gevangen. Eerst werden wij te Rustenburg in degevangonis gezet, totdat er een konvooi uitging, om ons naar het kamp dor krijgsgevangenen te brengen. We werden daar nogal tamelijk goed behandeld. De Engelscben lieten alle bezoekers toe, die ons wilden spreken. Ons gevangenkok was niet te groot, om trent 2 M breed en 4 M lang. Er was niets in. Vier kale muren en eon aarden vloer. Na 45 dagen werden wij naar Krugers- dorp vervoerd. Een paar dagen latei- naar Johannesburg. Daar hadden wjj het maar slecht. Tot nog toe waren de Tom mies, die wij ontmoet haddon onwelwil lend. Als ik zeg Tommies, bedoel ik ge wone soldaten. Het is mijn vaste overtuiging dat het niet aan de Tommios te wijten is, dat deze oorlog zoo ontzettend vreeselijk is. De schuldigen moet ge te Londen zoeken. Te Ladysmith ging het weer boter. Toen wij daar kwamen, was juist een schip vol krijgsgevangenen ovor zeo gegaan. Nu moesten wij daar wachten tot er weer voldoende voorraad voov een schip vol was. Elke week kwamen een paar honderd nieuwe gevangenen van 11 70 jaar. Eindelijk was Tintown vol en moest er weer ruimte gemaakt worden. Toen wij te Durban kwamen, was het tamelijk onstuimig. We waron dan ook nog geen kwartier op zee, of er heersehte een epidemische zeeziekte. De angst om „schip te rijden", zooals de Afrikaan zegt, was hiervan éen der oorzaken. To Bombay werden we in getraliede derde klas-wagens geplaatst en naar Um balla gebracht. Ons kamp staat op een gelijke vlakte, zoo vlak, als ik het nooit eerder zag. Nergens eenige helling. Talrijke bosschen en struiken beletteD het verre uitzicht.- Aan den N. O. kant zien we een geborgte doch alleen in den morgen, want overdag is de lucht zoo dampig, dat we niets van de bergen zien. Het klimaat is standvastig. Slechts eens hoeft het een beetje geregend. Gedurende het winter seizoen wordt de tomporatuur steeds lager, zoodat het 's nachts vrij koud is. Ons kamp is vordeeld in 4 sectiën en elke sectie in 8 korporaalschappen. Over elke sectie is een kaptein en over elko 32 of 40 man een korporaal aangesteld, door de burgers gekozen. Van elke sectie gaat een korporaalschap eiken dag do rantsoe nen halen. We ontvangon dagelijks U/4 pond brood, een paar lepels suiker en rijst, koffie, of thee en een beetje hout om ons vleesch gaar te maken. Alleen Zon dags ontvangen elke 4 man een blikje jam. Ook geeft men ons geregeld aard appels en een beetje groente. 's Morgens half acht blaast de trompet en daarop mooten allen vóór hun tent gaan staan om geteld te worden, 's Avonds half acht worden we nog eens in de tenten ge teld. '8 Morgens 10 uur worden onze ten ten geïnspecteerd. Dan moet onze tent uitgeveegd zijn, onze bedden opgomaakt en borden en bekers netjes op een rij op tafel staan. Om half tien moeten we gaan slapen. Zoo ziet ge, dat we geheel mili- tairement behandeld worden en voor gewone soldaten is de behandeling niet slecht. Alleen maar, het soldaat zijn zelf is lastig, 0mdat we geen soldaten zijn. Stel u voor, Oud-lotelingen, dat ge uw werkkring, uw gezellig thuis, uw familie, die duizende kleinigheden, die het thuis tot uw tehuis maken, moest vaarwel zeggen, en weer de luzerne ingaan, zegt, hoe zou u dat lijken? Het eentonige leven is niet opgewekt. We hebben niets te doen. Gelukkig hebben we in onzen Majoor een uitstekend man gevonden. Hij heeft gezorgd voor een bibliotheek. Het zijn wel meest Engelsche romannetjes, maar het is toch een middel om den tjjd dood te maken. Ik wenschte wel, dat go me eens een kist boeken woudt sturen, met wat degelijke lectuur. Dan heeft de Majoor ook voor «sport" gelegenheid gegeven. Eiken avond tegon zonsondergang als do warmto wat voor bij is, kunt go dan ook op verschillende plaat sen velen zich zien oefenen in voetbal, cricket en andere spellotjes. Al meer dan eens had er een »match" plaats tusschen Booren en plaatsolijke Engelsche clubs. Ook verschafte de Majoor eenig timmer gereedschap. Allorlei dingen worden ge maakt. Vooral wagons en pijpon. Een andero tak van industrie is het vervaardigon van doekspelden. Deze worden gemaakt van hout, leiklip of van een uitgekookt soep been. Anderen weer trachten een paar rupees te verdienen mot het schilderen van Nieuwjaarskaarten. Al zijn er verschillende naties in ons kamp, toch leven wo vreed zaam onder elkander. Nog maar eens was er oen standje tusschen oen paar Duit- schers en Afrikaners. Eon Boer hooft de gewoonte om vroog op te staan en dan met luider stem oen Psalm te zingen. De Duitschers, die zekeren avond laat te bed waren, wilden dien vol gendon morgen eens lang slapen en werden nu wakker gezongen. Dat was de oorzaak. Eon paar klappen, gegooi met heete koffie een snee met een tafelmes over de handdaar liep het mee af. Er zijn hier moest Vrij- staters en Transvalers. Bovondien 10 Hol landers, 13 Duitschers, 2 Zwitsers, 2 Oos tenrijkers, 2 Italianen, 2 Skandinaviërs eenige Ieren en zelfs Engelscben 0. a. oen gediplomeerde tandarts. Het zou ons aangenaam zijn, wanneer een uwer lezers zijn uitgelezen Zeeuwen wilde sturen. Voedsel en kleoren krijgen we genoeg om niet van honger te sterven of van kou te verkleumen. Daarover valt niet te klagen. Een enkelen keer een ver snapering zou ons niettemin welkom zijn. Met onze zieken gaat het goed. De mees ten herstellen spoedig. Alleen de ouden kunnen geen weerstand bieden. De meesten, die gestorven zijn, waren dan ook oudjes van boven de 60. Een is krankzinnig ge worden. Ik verneem, dat men bom terug zal sturen. En nu, hooggeachte Red. u het beste toewenschende, blijf ik Uw. dv. dn. H. LAMPEN. Wij verwachten dat ondor de miliciens van 1895, voorzoover zij van Christelijken huize zijn en eerbied hebben voor het van Godswege door de Koningin over ons uit geoefend gezag, niemand zal meedoen aan de revolutionaire protestmeetings tegen hunne oproeping onder de wapenen. Het is voor velen, voor verreweg de meesten een harde zaak, dit stemmen wij toe. Gehuwd en huisvader er zijn er die reeds vijf kinderen hebben moeten (f) Bij Kon. besluit is thans bepaald, dat in 1902 tegen den daartoe door den minister van oorlog te bepalen tijd, tot het houden van herhalingsoefeningen in werkelijken dienst zul len worden geroepen de verlofgangers, behoo- rende tot de nagenoemde lichtingen en korpsen: Lichting 1895 de reg. inf., de comp. hos pitaalsoldaten, het korps pontonniers, de reg. vesting-art., het korps pantserfort-art. en het korps genietroepen; lichting 1896: het korps torpedistenlichting 1897de comp. hospitaal soldaten, de reg. veld-art. ,het korps rijd. art., het korps pontonniers, de reg. vesting-art. het korps pantserfort-art. en het korps genietroe pen; lichting 1898: het korps torpedisten; lichting 1899: de reg. inf., de comp. hospi taalsoldaten. de reg. huzaren, de reg. veld-art. en het korps rijd. art. lichting 1900: het korps torpedisten en van het korps genietroepen de vesting-telegrafisten. zij van deze oproeping niet anders hebben dan verdriet en ongerief en belangrijke schade in bedrijf of beroep. Onder hen toch zjjm geen rijken en aan zienlijken, dewijl dezo immers, toen nog, de gelegenheid hadden zich van den dienst vrij te koopen. Wij gevoelen al het ongemak en het wee van den maatregel. En toch mogen wij niet anders dan hun toeroepenBegeeft u niet op 't spoor der revolutie. Doet niet mee met hen die 't gezag on dermijnen. Protesteert tegen da ploertige manier waarop de Troelstra's on allen die maling hebben aan het gezag gelijk zij 't hebben aan door hen „juristerij'' gescholden recht en wet zich over de uitvoering eener door landsbelang gevorderde wettelijke be paling en over onze Landsregeering uit laten. Wat wij u dan wel aanraden kunnen? Zijn er onder u dié door de oproeping voor de herhalingsoefeningen zoodanig ont- riefd worden dat ellende en gebrek niet alleen tijdens uwe afwezigheid, doch ook daarna, voor de deur staan, laten die zich dan v enden tot den burgemeester, den pre dikant, den hoofdonderwijzer, den voor zitter der Kieavereeniging of der Schiet- vereeniging, of tot wien ook die eeuigen invloed heeft bij de rogeering of met raad en daad u zou kunnen dienen, en zogt hun dan uwe belangen. Zij zullen door request bij don minister of door samenspreking met het Tweede-Kamerlid van uw kiesdi strict meer voor u kunnen doen, dan de soci alisten, die in oproerige vergaderingen met hun soheeve voorstellingen de hartstochten prikk'. len en de menschen opzetten tegen het gozag. Het beste is dat allen die meenen on herstelbaar gedupeerd te zullen worden door den maatregel, zich tot den burge meester, of althans tot één persoon wenden die den minister door eigen waarneming of overtuiging kan inlichten. Het optreden van Troelstra, c. s. in Flanelus te Amsterdam was geheel van de pa l af. En evenzeer het prikkelend, logenachtig geschrijf van Het Folie. Dat blad scheldt de uitvoering der wet „avert chtsehe barmhartigheid", noemt leger- oefeningen „poppenkasterijvoedt 't denk beeld dat recht op vrijstelling heeft die zijn goed heelt weggegeven, verloren, ver kocht of niet meer er naar omgezien noemt daarom reeds den „maatregel bij zonder hatelijk" en reduceert alles tot een liefhebberij van opperoflicieren. Daarbij komt dan een historische toelich ting van de totstandkoming der militie wet van 1901, een toelichting op zijn Volks dat wil zeggen voor driekwart gelogen of scheef voorgesteld, met de wijsmaking achteraf er aan toegevoegd dat protestmeetings in die dagen de legerwetten hadden kunnen doen vallen, en dat men dus nu moet goed maken wat destijds werd verzuimd. En dan eindigt het schetterend IV/ü-artikel aldus Nu komt er verzet. Een jaar te laat. Zal het afdoende zijn, dan moethet in kracht inhalen, wat het in tijdigheid verzuimde. Zal men nu eindelijk wakker worden Nog weerzinwekkerder echter dan dit kunstmatig rumoer, is de wijze waarop het artikel wordt ingeleid. Er ging verleden jaar een gerucht, dat H. M. de Koningin zich persoonlijk voor de wijze, waarop de legerwetten tot stand kwamen, interesseerde en dat Harerzijds geïnspireerd was de onaannemelijkverkla- ring van het amendement, waarop de heer E and viel. Of hier iets van aan is, weten wij niet. En daarmee hebben wij ook, evenmin als destijds de Kamer, iets te maken. De grondwettelijke onschendbaar heid van H. M. maakt het verhandelde tusschen Haar en Hare ministers tot iets volmaakt intiems, waarnaar wij zelfs niet raden mogen. Wel trachtte mr. Troelstra, inconstitutioneel als hij is, het gerucht in de Kamer te bespreken, doch, zooals vanzelf spreekt, werd hieraan onmiddellijk een eind gemaakt door den Voorzitter, mr. Gleichman, met een enkele verwijzing naar Art. 54 der grondwet. rjQjWat leest men nu in het Volk? Het artikel, waarvan wij boven het slot citeerden, vangt aldn' aan; Juist een ;nar geleden, toen de militiewet in behandeling was waaraan de minister van Oorlog thans uitvoering geeft, was er in het land geen zweem van beroering te ontdekken. Wanhopig en hopeloos streed een klein groepje van drie man Troelstra, Van Kol en Van der Zwaag tegen de verkrachting van de beslissingen der Tweede Kamer door de Tweede Kamer zelf; de volksvertegenwoording, met het „zoo wil ik, zoo beveel ik" van een jonge vrouw die toevallig koningin van Nederland is, in de ooren, en met een slaafschhcid in de ziel, pleegde verraad aan haar eigen overtui ging, machteloos trachtten de enkele voor vechters van het proletariaat haar tot het besef van eigenwaarde, tot haar plicht terug te roepen: de vluchtende massa liep hen onder den voet, en hoonde hen om hun beginseltrouw. Het bleef stil in het land. Het spreekt van zelf dat naar een blad dat mot zoo ruwe revolutionaire hand Let gezag onzer onschendbare Vorstin aan randt, en baar doorlachten persoon tracht neer te trekken tot de positie eener gril lige jonge vrouw, in wie niet de Koningin bij Gods gratie en door Gods bestel, maar het toeval dat haar Koningin doet zijn, geëerd wordt, door geen der onzen wordt geluisterd. Ook de oproeping uit Middelburg in sommige bladen geplaatst en ook aan ons blad toegezonden moet met groote voor zichtigheid behandeld worden. De schrijvers van dit manifest, de hoe ren Goedhart en Bliek, beginnen met te zeggen dat de minister van oorlog „bet in zjjn hoofd gekregen hooft" ons a. s. zomer 25 dagen onder de wapenen te roepen; en bestempelen die oefeningen als „nare liefhebberij." Neen, dit heeft de minister van oorlog „niet in zijn hoofd gekregen." Hij moet de wet uitvoeren, de militiewet van 1901. Door deze wet is de zaak der herhalings oefeningen geheel veranderd. Immers de milicien gaat over in de Landweer, waarin hij in zeven jaar slechts tweemaal telkens gedurende zes dageD, kan opgeroepen wor den. Daarom is het dienstig hem vóór dien overgang nog een deugdelijke oefenperiode te doen doorloopen. Volgens art. 111 der Militiewet komen de verlofgangers bij de onbereden korpsen onder de wapenen in 't geheel voor twaalf weken. Deze bepaling is in afwijking van den vroegeren toestand gebiedend voorgeschreven. De ministers is derhalve wettelijk verplicht de lichting 1895, die nog slechts acht weken opkwam, nog eens op te roepen. Wij herhalen het is een harde maat regel maar het landsbelang eischt om met het liberale Handelsblad te spreken een voldoende geoefendheid bij den overgang in de Landweer. Al die protest-bewegingen van de heeren sociaal democraten zijn derhalve nutteloos, ja zelfs schadelijk, want zij prikkelen tot weigering of verzet waaruit volgens artikel 133 strafschuldigheid volgt als deserteur. Door bescheiden optreden in de richting als hierboven door ons is aangegeven, kan men allicht iets meer verkrijgen te weten vrijstelling voor de ernstig bezwaarden en schadevergoeding op ruime schaal aan de meest getroffenen. Waar inderdaad feitelijke sociale en hui selijke bezwaren bestaan, door den geeste lijke of den burgemeester te Constateeren, daar worde de dienst kwijtgescholden, of, waar de verlofganger in een garnizoens plaats woont, worde slechts een gedeelte van den dag beslag op hem gelegd, door hem in die garnizoensplaats te doen dienen. In ieder geval dringen wij bjj de re geering er ernstig op aan, ook om het buitengewone van don toestand, dat de wet met de grootst mogelijke mildheid worde toegepast, en het juk op de schou ders der opgeroepenen te leggen, zooveel mogelijk worde verzacht. Burger, Botha, Meijer, De la Rey, Steijn en De Wet zijn Zaterdag uit Klerksdorp te Pretoria aangekomen om met Kitchener te onderhandelen. Men leide hieruit niet af dat er kans bestaat op onmiddellijken vrede. Het schijnt bijna onmogelijk dat hunne voorstellen zoo maar dadelijk aannemelijk zouden zijn voor den Engelschen opperbevelhebber en de Engelsche regeering. Een Edinburgsch blad meldt de voorwaar den die door de Boeren-gedelegeerden in Nederland werden opgesteld om als basis te dienen voor vredesonderhandelingen, en die eerst zullen moeten worden goedgekeurd door de Boerenleiders in Zuid-Afrika. Die voorwaarden, welke mogelijk zullen worden aangenomen als basis voor de onder handelingen te Klerksdorp zijn lo. de Boeren zullen de onbeperkte onafhankelijk heid niet tot hoofdvoorwaarde voor het tot stand komen van den vrede stellen, mits men tot een bevredigende overeenkomst zal kunnen geraken betreffende het toe komstig binnenlandsch bestuur der beide staten 2o. de proclomatie van Lord Kitchener, betrekking hebbende op het confisqueeren van eigendommen zal worden ingetrokken 3o. er zal schadevergoeding worden gege ven voor de vernielde particuliere eigen dommen en het door de Engelsche troepen weggenomen vee4o. volledige erkenning van alle staatsschulden, aangegaan voor en na het uitbreken der vijandelijkheden tot op den datum der annexatie door Lord Roberts5o. de taalquaestie zal in gemeen schappelijk overleg worden geregeld; 60. amnestie der „rebellen" in de Kaapkolonie, en het in vrijheid stellen van politieke gevangenen; 7o. het vaststellen vaneen datum, waarop alle krijgsgevangenen naar Zuid-Afrika zullen moeten worden terug gezonden; 80. het aanbod van een of twee bevriende mogendheden, om toezicht uit te oefenen op de uitvoering der vredes voorwaarden, moet worden aangenomen. De Nieuwe Courant daarentegen is ge machtigd te verklaren, dat de Boerengede- legeerden alhier de waarheid van dit bericht beslist ontkennen. In ieder geval bewijst het dat er wat op komen staatal schijnt men in Engeland er niet gerust op. Immers Roberts inspec teerde duizend man, troepen voor den winterveldtocht bestemd, terwijl nog onge veer twintigduizend soldaten op inscheping wachten. Zondag is er ministerraad geweest ten huize van Chamberlain; daarna was deze laats® op audiëntie bij den Koning. BELGIË. De socialisten in Belgie hebben, voor zoover zij Kamerleden zijn, in de Kamer en, buiten de Kamer, in volksvergaderingen 't volk tegen de overheid opgeruid, tot straatvertoogen aangezet, en nu 't «stemvee" is losgebarsten, trachten zij ze te stillen, niet uit respect voor 't gezag, doch dewijl bet nog eenige dagen te vroeg is om hun slag te slaan. Wij zouden een heele krant kunnen vullen over de schanddaden waarmee de socialistische vertoogers hun roep om grond wetsherziening en algemeen stemrecht doen vergezeld gaan. PiStraatsteenen, vitriool en karabijnen zijn de wapens waarmee zij strijden. Agenten en kanonniers, toch ook proletariërs, worden meedoogloos gekwetst of vermoord. En 't leger dat om de orde te herstel len hier en daar ook een onschuldige treft, wordt met smaad overladen. Brussel was drie dagen lang in een toestand van volslagen oproer. Vele per-

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1902 | | pagina 1