ieters
N1EU WSBLAD
VOOR ZEELAND
er Zaak
No. 96.1902
Donderdag 20 Maart,
16e Jaargang,
GHRISTELIJK-
HISTORISCH
KOOS, Flasiartt,
PILLEN
Bjj iil «wet teint em Bijwepl.
lelburg.
>n groote partij
ilft, Horlogerie.
VERSCHIJNT
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
VACCÏNËDWANGT"
GROOTHEID M VAL.
1
0,
>GERUIMD.
le Blaudii),
(NTstuks, p. flacon f 1.
Middelburg f 1.15,
Middelburg.
TELEGRAAF.
taart.
bn van Antwerpen
laandag) s'morg.7,—u
)ORBOOTDIENST
Le, Hulst—Vlak e
)OTDIENST.
naar Vlake vm. 6,
loorden onmiddellijk na
lorrespondeerende trein
1, 5,20.
^DIENST.
Walsoorden vm. 7,30
jimiddellijk na aankomst
a. 9,en 11,30 n.m.
)OTDIENST
JDELB. ROTTERDAM
taart.
Vau
Van
Midd.
Rott.
8,45
9,-
8,45
9,-
8,45
9,—
8,45
9,~
8,45
9,-
8,45
9,-
8,45
9,-
nst „SCHELDE"
(aart.
Van Eotterdam.
's midd.
Dins. 18
Woen 19
Dond. 20
Vrijd. 21
Zater. 22
Zond. 23
Maan. 24
Dins. 25
Woen.26
Dond. 27
Vrijd. 28
Zater. 29
Zond. 30
Maan. 31
11,30
12,-
9,30
10,30
11-
11-
11,30
11-
11,-
11-
11-
11-
11-
11,30
OOTDIENST
PEG en ZIEEDCZEE.
imsche tijd.
aart.
Van Zierikzee.
-d. 'smorg. 'smidd
Dinsd. 18 7.5012,—
Woen. 19 7,50 2,—
Dond. 20 6,30 3,
Vrijd. 21 7,50 3,—
Zater. 22 7,50 3,—
Zond. 23 11.30
Maan. 24 6,30 3,
Dinsd. 25 7,3,'
Woen. 26 7,50 3,—
Dond. 27 6,30 3,—
Vrijd. 28 7,50 3,—
Zater. 29 7,50 3,—
Zond. 30 7,50 3,—
Maan. 31 7,50 3,—
ha) nm. 3,304)
Oaj nm. 3,55
nm. 1,55/7
2,15
3,304)
3,50
naar Breskens Bors-
van Vlissingen naar
aak L.
i. m. van Neuzen naar
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE DER FIRMA
EN VAN
van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Zij, die zich met 1 April
op ons blad a,bonneeren, ontvan
gen de tot dien datum verschij
nende nummers gratis.
V.
Wij achten den vaccinedwang ondoel
treffend, zoo niet waardeloos, de vaccine
zelf kan nuttig zijn doch het nut schijnt
ons twijfelachtig. Er zijn ook onwraak
bare getuigen en feiten dat de vaccine in
sommige gevallen zelfs nadeelig is.
Professor Koek van de Berlijnscke hooge-
school, de beroemde bacterioloog heeft
verklaard, „dat tengevolge van vaccinatie
bepaalde ziekten, o. a. syphilis en wind
loos kunnen ontstaan."
Prof. Max. Fürbringer, evenzeer te Ber
lijn, evenals Kocb overtuigd verdediger
van de inenting, beeft deze verklaring bo-
vestigd.
Dr. Hermann Klencke, kinderarts, wijst
in zijn boek „Het zieke kind", op „treu
rige ervaringen van ouders en volo ge-
neesheeren" bij de inenting als daar zijn
„etterachtige vergiftiging van bet bloed
en overbrenging van slechte bloedmenging
bij tot nog toe gezonde kinderen".
Prof. v. Overbeek de Meyer, hoogleeraar
in de gezondheidsleer aan de hoogescbooi
te Utrecht zegt in zijn officiëel verslag in
de Nederl. Staatscourant over het te Turijn
gehouden Internationaal Congres voor
hygiëne onder meer dit
«Ik betoogde, dat geen enkele regeering
het recht heeft om de aanwending van een
voorbehoedmiddel, in casu de koepokinenting,
te gelasten aan alle ingezetenen en bijgevolg
aan de ingezetenen, die om welke reden dan
ook tegen zoodanige aanwending zijn. Ik heb
op den voorgrond gezet, dat ik een warm
voorstander ben van de koepinenting en van
hare bevordering door indirecte middelen.
Maar ik heb daarna gewezen op de gevallen
zoo in Nederland als elders waargenomen,
waarin de koepokinenting voor de ingeënten
de oorzaak werd van ziekte en zelfs van dood
en ik heb gevraagd of men de onwilligen
mocht dwingen, zich te onderwerpen, zoo lang
soortgelijke, wel zeldzaam aan het licht komen
de, maar vermoedelijk niet zoo bizonder
zeldzame gevolgen van de toepassing van het
voorbehoedmiddel waargenomen werden.
Nu de menigvuldigheid van soortgelijke
gevallen werd ontkend, wilde ik echter daarop
wijzen, dat de geneeskundigen, die in hunne
praktijk zulke treurige gevolgen van de inenting
waarnemen, deze ongelukken zoo veel mogelijk
trachten te verbloemen en dat de aangevoerde
64
FEUILLETON.
ISchetsen uit het leven van Napoleon Ij
Daar treedt Murat de stad binnen, terwijl
do laatst overgeblevenen der Russische ach
terhoede haar verlaten. Murat laat zich aan
den bevelhebber der achterhoede voorstellen.
Hel is een grijsaard, gehuld in een langhari-
gen bivak-mantel. Beleefd geven zij elkander
de hand. «Kent gij mij?" zegt de Fransch-
man. »Ja," antwoordt de ander, «wij hebben
u vaak genoeg in het vuur gezien." De Rus
bemerkt dat Murat het niet heel warm heeft
in zijn vesleten westersche kleederenen
met gretige blikken naar zijn mantel ziet.
Hij geeft hem dien, waarop Murat hem
zijn prachtig gouden horloge aanbiedt.
Zoo trokken zij af en de anderen namen
hunne plaats in.
Al spoedig kwamen de in Moscou wonende
Pransche kooplieden, die in de stad waren
achtergebleven, de bescherming van den ge
neraal inroepon, tegen de bandieten, die op
't oogenblik los liepen. Hun smeekingen
dienden slechts om de weinige overgebleven
geestdrift der troepen te doodenen de illusie
weg te nemen, dat Moscou voor Napoleon
bet land der belofte zou zijn.
De soldaten moesten dien nacht in het
bivak doorbrengen.
Het leger werd over de verschillende
wijken der stad verdeeld. De officieren na-
cijfers waaruit de overgroote zeldzaamheid van
slechte gevolgen zal moeten blijken, om die
reden niet betrouwbaar zijn, evenzeer als dit
bijvoorbeeld het geval is met de statistiek van
het getal kindermoorden. Ik had voorts eenige
sterk sprekende feiten willen aanhalen.
De vergadering waarschijnlijk bevreesd voor
de kracht van mijne cijfers, wilde echter niets
meer tegen de verplichte vaccinatie liooren
en besloot met overgroote meerderheid van
stemmen om de discussie over dit onderwerp
geëindigd te verklaren."
Nog meerdere buitenlanders hobbon zich
tegen den dwang verklaard; onder anderen
Pfeiffer, Baginsky, Henoch, Guttstadt, Fürst.
Vooral dr. Fürst, kinderarts, heeft in
1896 in zijn werk „Die Pathologie der
Schutz Pockenimpfung" op de gevaren der
inenting gewezen, ofschoon hij zeer voor
de koepokinenting ijvert.
Hij wijst er op dat de medicus, op het
oogenblik dat hij eene stark virulente Sto/f'
in de versche wond van het kinderarmpje
brengt en daardoor in een gezond, lichaam
eene stof met een „geprononceerd ziekte wek
kend karaktereene groote verantwoorde
lijkheid op zich laadt. Hij geeft toe dat
het aantal ziekte- en sterfgevallen tenge
volge van de inenting veel grooter is dan
men algemeen aanneemt en het verwondert
hem niet, al levért reine stof slechts een
voorbijgaand ziekteverschijnsel.
Uit de onderzoekingen der vaccine-
lymphe blijkt dat zij (zegt een geneesheer
in de Stichtsche Courant„krioelt van al
lerlei micro-organismen, en nu hangt het
maar van den aard van deze wezens at, of
de stof al of niet bruikbaar, al of niet ge
vaarlijk is, en om dit uit te maken is een
onderzoek noodig, dat niet door ieder me
dicus naar behooren kan worden verricht.
De medicus zal dus in den regel inenten
met eene stof, waarvan hij het beste hoopt,
maar van welks saamstelling hem niets
bekend is.
Tot hedeD heeft echter de overgroote
meerderheid der Nederlar.dsehe artsen zich
door deze uitspraken van huDne buiten-
landsche collega's niet laten overtuigen.
Onze lezers weten dit.
Wanneer zij eens een enkele maal met
hun huisdokter over 't nut der vaccine
spreken en op dergelijke uitspraken wijzen,
dan wordt de man boos, of hij lacht heel
goediglijk, een enkele maal zal hij een
tegenwerping maken, bijvoorbeeld was dat
kind wel gezond, was 't lancet wel zuiver,
was de lymphe niet bedorven of dergelijke.
Zoo heeft 't voor hen geenerlei waarde
dat eenige jaxen geleden een drietal van
de 8 ernstig ziek geworden miliciens na
men de paleizen in beslag. Hun oog was
niot te verzadigen van het zien naar die
tallooze schoonheden, die aan de wonderen
van «Duizend en oen nacht" herinnerden.
Zij vlijden zich neer in de gemakkelijke
sofa's en bereidden zich voor op een
langdurige vergoeding voor de ontberingen
van den tocht naar Rusland.
LI.
BRAND!
Dien dag was er niets bijzonders voor
gevallen binnen Moscou's muren. De over
weldigers hadden gebrast en getierd, bij den
zoo gemakkelijk behaalden kostelijken buit.
Het prachtigste zilverwerk had dienst gedaan
om den geringsten soldaatte doen eten en drin
ken. Velen dronken zich dronken aan den
eeuwenouden wijn, dien opvolgende adellijke
geslachten zoo zuinig hadden bewaard. Des
avonds laat sliep men onbezorgd in, dochom
spoedig uit den roes dezer bedwelming te
worden wakker geschrikt.
Te middernacht toch weergalmde de kreet
brand! brand! door Moscou's straten. Na
poleon zat nog op. Hjj was bezig een brief
te schrijven aan Keizer Alexander, met de
meest vredelievende betuigingen vervuld.
Hoe dorst hij, de indringer, zoo lief te schrij
ven aan een Vorst wiens rechten hij bezig
was te schenden, wiens paleis hij vermetel
had bezet!
Met de overbrenging van den brief belastte
hij een Russisch officier die door ongesteld-
revaccinatie te Dordrecht door dr. Rutgers
stierven dat een hoogleeraar te Amster
dam zijn kind, een bloeiende roos gelijk,
zag sterven nadat hij het zelf bad ingeënt
met stof daartoe van het pare vaccinogène
te Munchon opzettelijk doen overkomen.
Ook niet het feit dat deze hoogleoraar dan
toch niot van te voron hooft kunnen vast
stellen of de lymphe {de stof waarmoe lip
zijn kind inentte) wel zuiver was. Ook
niot dat oen vader te 's-Gravonbago (Dijks
hoorn) in do Boodschapper klaagde boe zijn
lieve zoontje gozond eerst als oon wolk
na do inenting van het kalf was gaan
lijden aan een verzwering, waaraan het
eindelijk stierfOok niot dat de workman
Poesiat te Amsterdam in 1880 zijn meisje
van vijf jaar liet inenten door professor
Wurfbain en hoe dit «sterke en levendige
kind, een zeer vroolijke dribbelkous, ter
stond na de inentiDg ziek werd, en niet
weer herstelde, en niettegenstaande du hor-
haalde verzekering van Dr. Wurfbain, dat
de vaccinatie uitnemend was geslaagd en
dat bet kind weer een ferme gezonde meid
zou worden, na een allorontzettendst lijden,
8 weken na de vaccinatie onder onophou
delijke kreten «pijn! pijn!" gedurende 6
uren achtereen, gestorven was, als een offer
van de onvastheid haars vaders, die, schoon
tegen de vaccine bezwaard, om zijn kin
deren op school te kunnen krijgen, tot de
vaccinatie was overgegaan".
Ook niet dat de oudste zoon van genoemden
Poesiat als milicien gerevaccinoerd, drie
dagen daarna in zware koortsen viel met
vreeselijk opgezwollen arm. Hoe hierop in
den onderarm aan don pols on een palm
hooger twee openingen werden gomaakt
en met een buis in communicatie gebracht.
Hoe hij 46 dagen in het hospitaal door
bracht, bevreesd dat de arm nooit weer
terecht zou komen, en zijn arm, nog jaren
daarna, niet normaal was.
'tls waar die gevallen zijn wat oud, en
de dokters zullen u zeggen dat de lymphe
nu beter is, en dergelijke ongelukken nu
niet meer mogelijk zijn.
Maar dan sta hier nog eon geval van
jongeren datum, in ons land bijgewoond.
Bovengenoemde dokter scbrijlt: „Voor
ons ligt de door den vader onderteekende
verklaring dat Geertruida Reyndjna Schou
ten, geboren 30 Juli 1899, op 12 April
1900 door Dr. H. met koepokstof is ge
vaccineerd, op den leeftijd van ruim 8
maanden, dat dit kind tot den dag van
inenting volmaakt gezond geweest isdat
het na de vaccinatie niet gezond meer is
geweest. Door het ineenloopen der koe
heid verhinderd was geweest het Russische
leger te volgen, en die nu onder Fransche
behandeling enonderNapoleons bescherming
zoo ver genezen was, dat hjj den Czaar kon
gaan opzoeken.
Weldra was de brand gebluscht en de
rust wedergekeerd. Maar lang duurde de
orde niet. Spoedig sloegen de vlammen uit
tal van voorname gebouwen. Geheele straten
bloken in brand gestoken te zijn. Die eerst
aan een ongeluk of aan onvoorzichtigheid
bad gedacht, die huiverde thans hij de
gedachte dat wraak en verraad hun wel
beraamde plannen uitvoerden en dat de
Keizer een domheid had begaan, alvorens de
stad in bezit te nemen, niet eerst hetgevange-
nisgespuis uit zijne schuilhoeken op te zoeken
en onschadelijk te maken.
Nu echter was het te laat.
Wel werden enkele brandstichters gevat
en op staanden voet opgehangen. Wel wer
den soldatencommissies benoemd om de
wacht te betrekken in alle wijkendoch
do brand was niet weder te stuiten, aan
gevuurd nog als hij werd door den zuid-
westenstorm, die den vlammen gelegenheid
schonk, zich door de gansche stad te ver
spreiden.
Wel moet de haat fel geweest zijn tegen
NapoleoD, dat de Rus er zijn schoone
Moscou voor over had
Welk een tooneel I Gillende vrouwen en
schreeuwende soldaten, wier gerucht door
dat van angstig hinnekende paarden werd
pokken op heide armpjes, ontstonden won
den die niet meer genezen zim en daarna
vertoonden zich roode vlokken op het buikje
en de beentjes. Het kind stierf enkele weken
later."
En zegt dan uw dokter, o, maar dat is
niet van do vaccine geweestja dan
houdt alle praten op. En dan kunnen wij
niets anders doen dan den wensch uitspre
ken dat de Regeering spoedig een middel
mogo vinden dat alle bezwaarden aan den
vaccinedwang ontkomen, en het opkomend
geslacht niet meer aan een kunstbewerking
wordo onderworpen, waarbij de ouders met
vrees en beven de uitkomst moeten tege
moet zien.
17 Maart 1902.
Twee eeuwdagen beleefden wij deze
week.
Den 20 Maart was het drie eeuwen van
de oprichting der Oost Indische Compagnie.
Den 19 Maart was het twee eeuwen van
den dood van Stadhouder-Koning Willem III.
De jaren 1602, 1702 en 1802 blijven in
de geschiedenis gedenkwaardige jaren.
1602. Deze gebeurtenis is waardig her
dacht te worden, als men let op al wat
Nederland aan den handel op Indië te dan
ken heeft gehad. In de eerste plaats de
middelen om Rome's staatkundige dwin
gelandij, gelijk die door Spanje's, Frankrijks
en Engelands vorsten en de Duitsche Kei
zers Habsburgers, Bourbons en Stuarts
beoogd werd, te fnuiken.
Ook voor de Zending en de komst van
't Godsrijk was zij van belangal is 't
helaas maar al te waar dat de belangen
der religie meestal voor dié der negotie
moesten achterstaan.
1702. Niet minder onvergetelijk is de
dood van den Prins-Koning, wiens afsterven
door Frieslands Staten genoemd werd „on-
A.agelijk niet alleen voor Nederland maar
voor de pericliteerende vrijheid van Europa,
welke hij gedurende den ganschen loop van
zijn leven met ongekrenkte standvastigheid
en wonderlijk beleid beschermd en gehand
haafd heeft". En waarover de Raad van State
zuchtte dat »tot het verdubbelen van den ar
beid aan de fortificatiën nog veel billijker re
den was door zijn overlijden dan door dat van
den Spaanschen Koning, wijl Willem Ill's
moed, beleid, zorg en naam meer gerust
heid gaven aan den Staat als de beste
frontieren". Van wie da Costa zong
«een Willem van Oranje, Voor wien
de Dwinglandij, gelijk het Oproer, beeft;
Die Frankrijk siddren doet, gelijk zijn
Vaadren Spanje,En 't waggelend Ëuroop zijn
overstemd daarbij het geknetter der vlam
men en het geraas van neerstortende balken,
telkens afgebroken door het geloei van
den storm
Reeds naderen de Vlammen het Kremlin,
waar Napoleon onrustig heen en weer loopt,
terwijl hij af en toe het hoofd tegen de
ruiten drukt om naar buiten te zien. Reeds
beginnen de ruiten heet te worden. In
het Kremlin liggen duizenden balen buskruit
opeengehoopt en hij weet het niet.
Niemand weet het dan de Russen die ver
langend uitzien dat de vlammen zich ook
aan het oude verblijf van den Czaar zullen
mededeelen.
Het kostte moeite den Keizer te bewegen
deze gevaarlijke plaats te verlaten. Hij kon
maar de gedachte niet van zich zetten dat
hij nu toch uit zijn verblijf verdreven werd,
zij 't dan ook niet door vijandelijk geweld.
Maar welken weg zal hij nemen? Al
de poorten der stad zijn door het verwoes
tend element aangetast. Hier schijnt ieder
reddeloos verloren. Reeds waant men zich
door de vlammen aangegrepen, toen eens
klaps de tijding een ieder verblijdtEr is
een geheime poort gevonden, die op de
Moskewa uitkomt. Edoch, deze weg is te
smal en het vuur nadert. Een aschregen
verblindt de vluchtenden. En toch voort
moet het, voortdoor de vuurzee heen
schoon struikelend oyer het gloeiend puin.
Eindelijk bereikten zij Petrowski, een
kasteel op een uur afstand buiten de stad.
evenwicht hergeeft". En dien Fruin prijst
van te hebben «belet dat Nederland niet
reeds in de zeventiende eeuw een vasalstaat
van Frankrijk is geworden, zooals het
dat, voor korten tijd gelukkig, in het einde
der achttiende eeuw heeft moeten wezen.
Hij heeft den koopmansstaat gedwongen
voor andere dan zijn eigen materiëele be
langen te strijden. Hij heeft op die wijze
het kleine Nederland voor oen tijd groot,
gemaakt, door het te stellen op een plaats,
welke den eerbied en de, zij het ook on
willige, bewondering van het overige
Europa afdwong".
Op de scholen is dit onzen kinderen
verteld geworden.
Laten ook de ouderen het niet vergeten
en voor wat de Heere door Oranje en de
vaderen ons bereidde, metterdaad dankbaar
zijn.
De lezer heeft in den laatsten tijd her
haaldelijk van Marx kunnen hooren, als
van een soort halfgod of heilige der soci
alisten.
Of Marx een betrouwbaar voorlichter is
wagen wij niet te beslissen.
In zijne waardeering van de Parjjscbe
Commune, den opstand van het schuim
dat zijne heldendaden mot den moord op
twee weerlooze generaals opende, is hij
anders verre van onpartijdig.
Het Volk publiceert een zijner brieveu
aan Kugelmann, waarin hjj den opstand
van '71 roemt in zjjn veerkracht en offer
vaardigheid. De geschiedenis kan zoo
zegt hij geen dergelijk voorbeeld van
zooveel grootheid aanwijzen! Als zjj 't
onderspit delven, zoo voorspelt hij, is dit
een gevolg van hunne goedmoedigheid!
Thiers noemt hij oen kwaadaardig misge
boorte. En hij eindigt met den opstand
van Parijs „al moet hij wijken voor de
wolven, zwijnen en gemeene honden der
oude maatschappij" te betitelen als „de
glorierijkste daad onzer partij sinds do
Juni-revolutie".
Wij zien 't al, wij zullen voor den hi
storicus Marx al evenzeer moeten oppas
sen als voor den philosoof van dien naam.
Hij is de pleitbezorger der revolutionaire
omkeering. Een wolf, doch niet in. een
schapenvacht.
Net als hij ons.
De Brusselscjje correspondent van de
Nederlander ds. Hoek meldt in dat blad
omtrent de christelijke school te Brussel:
Deze school is gereformeerd in haar be
lijdenis, en kerkelijk in haar organisatie
Dit kasteel betrekt hij. Hij is er voorloopig
veilig
Drie dagen had de brand geduurd. De vlam
men waren eindelijk gedoofd, bij gebrek aan
toevoer. Oorverdoovend was nu het geraas,
door nedorstorteDde gebouwen veroorzaakt.
Bijna de gansche stad was een puinhoop
geworden. Slechts hier en daar herinnerde
een oude eenzame muur aan de grootheid
van het oude Moscou. Doch het Kremlin
was gered. Napoleon nam er weder zijn
intrek en wachtte met spanning aldaar het
antwoord af van Keizer Alexander.
Zijn toestand toch werd hoe langer hoe
minder houdbaar. Zijne soldaten legden
heete bivakvuren aan van de mahoniehouten
meubelen en vergulde deuren en vensters.
Soldaten en officieren bemodderd en geha
vend, zwart van den rook, zaten in keurig
bewerkte leuningstoelen, of lagen op vochtig
stroo uitgestrekt, gedekt door hermelijnen
mantels te midden van cachemiren sjaals
of 't prachtigste pelswerk. Hier en daar
zag men groepjes van die ellendigen uit
zilveren schotels half geroosterd bloedend
paardenvleesoh eten. Anderen kwamen aan
na geroofd te hebben wat de brand hun
had overgelaten, terwijl zij de ongelukkige
achtergeblevenen dwongen, erger dan last
dieren beladen, het geroofde voor hen voort
te sleepen en klaar te maken.
(Wordt vervolgdJ
EC
X»
=5
D