NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND
No. 94.1902,
Zaterdag 15 Maart.
16e Jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Inboedel en
reedsehappen,
elpt ons
ïtige Zeug
Bjj ill immer Maart eau Bijwpel.
9 Maart 1902,
)kken met Touw-
ïachels, Loopvar-
ippen en Hokken,
it. enz.
•wtenrijsstaken
KOOP
en een partij
ren wagen
aard te koop
KOOP
KOOP
snstmeid
kersknecht,
VERSCHIJNT
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
VACCINEDWANG.
v.
PRIJS DER AÜVERTENT1ËN
R I L A\ H 1 S,
Engeland en Transvaal.
ar, zonder kinderen,
leeftijd, van beroep
mufacturier, zag zich
elijk geplaatst.
1., firma DE JONGE-
idertjes uit Engelands
verlossen De vader
ing, wiens naam we om
een aard, hier niet noe-
land, zag zijn gezin,
oor 't laatst 1 Juni 1900.
iek reeds 20 Juni d.a.v.
was reeds 5 dagen te
meer dan anderhalf
ader taal noch teeken
vam het bericht, dat de
n jongetje van 10 en
6 jaar nog in leven
vertrouwde dame naar
rstaat van de smart van
o gewonde vaderhart,
teunen door een grooter
bijdrage, ten einde de
te doen overkomen,
geteekeiiden is bereid,
te nemen, welke in dit
ïllen worden.
ijles- Veearts te Naardien.
N. H. Bred., idem.
Ie Luit. der Inf., idem.
Hoofd der Chr. School
Naarden.
Ger. Pred. te Baren-
drecht.
'RINS te Kruiningen,
lf 12 uren, ten huize
teweij te Kruiningen,
?efe op Landerijen.
dhr. F. P. D'HUIJ,
billijken prijsbij
R, Koudekerke. (Zl.)
1STB.OO, bij
LINDE, R i 11 h e m.
Hofstede „Veldzicht",
uit, ook in ruil, bij
Koudekerke.
et Mei
Andknecht gevraagd,
IS, Vrouwepolder.
cent vau 160 voor
pek 22 tot 23 duim,
out en 2000 Musterd.
BROERSE, Middel-
Ruinpaard,
iw en mak voor spoor
voor twee diensten,
letter Z, boekhandel
delburg.
Bt Mei
benoodigd.
7"AN SPARRENTAK,
lekerke (Westhoek).
of met Mei
door B. DE JAGER,
er Arendskerke.
de gevraagd een
:AM, mr. Bakker, te
stond of tegen Mei
WIJKHUIJS Pz., te
ELKEN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,026.
UITGAVE DER FIRMA
EN VAN
"Van <len Souverein wil do
antïi-evolutïoiiaïi-e partij, (lat
dooreen onaihanlielijke reclxt-
spraak, die onder ieders be
reik: valle en in verband sta
met liet zedelijk rechtsbesef
der natie, volgens wetten, die
op de eeuwige rechtsbeginse
len rusten, lo. beslissing uitga
voor alle geseliïllen van par
tijen, zoowel van burgerrech-
telijken als van administi-atïe-
ven aard;ten So. vonnis kome
tegen een iegelijk, die zieli
ver<i'i-ïjpt aan de gemeene orde
der diugenen ten 3o. vol-
trekking van strat aan den
gevonnisde volg-e, niet sleelits
om de maatschappij te t>e-
selierinen of den overtreder
tevei'beteren, maar allereerst
tot herstel van de geschonden
gerechtigheid. Desnoods dooi
de doodstraf waartoe het
recht in beginsel aan de over
heid toekomt.
Art. 13 van ons Antirevolutionair Program.
Wij zagen dat de koepokinenting
toegegeven dat zij onvatbaar maakt voor
pokkengif, hetgeen nog lang niet vaststaat
daarom nog geen middel is ter voor
koming van pokkenepidemiën.
Wij zagen dat 't getal jaren door de
dokters vastgesteld als gevaarvrij na in
enting, door hen steeds kleiner is gemaakt
en men nu al aanbeveelt ieder jaar op
nieuw inenten.
De voorbeelden zijn er dat gevaccineer-
den reeds binnen het jaar de gevreesde
ziekte kregen.
Wij houden dan ook vol dat een vacci
natie, geljjk do wet die thans voorschrijft,
weinig of geen nut doet. De wet vrij
waart (gesproken op 't standpunt der in-
enters) voor pokken alleen de kinderen
van 4 tot 9 jaar.
En de twijfel aan het nut der vaccinatie
wordt versterkt door het feit van de vele
epidemiën in de inentingseeuw, die even
moorddadig waren als in de eeuwen toen
er niet gevaccineerd werd.
Beijeren genoot sedert 90 jaren ruim
schoots van een streng doorgevoerde in
enting. Ruim 96 procent van alle Beije
ren was ingeënt. En iofih kregen in de
20 jaren tusschen I860 en 1880 niet min
der dan 79534 mensehen de pokken en
stierven er 13000. Alleen in 1871 be
droeg het aantal lijders 30742 van welke
(let wel!) 95,7 gevaccineerd waren en
slechts 4,3 niet gevaccineerd.
Maar, zoo vraagt men ons, hoe is dan
toch te verklaren de zeldzaamheid waar
mee de pokken thans voorkomen? Sedert
men is gaan vaccineeren zijn de pokken
gaandeweg zeldzamer geworden.
Zij die zoo vragen, konden zich wel eens
op een schijugrond beroepen.
Niemand kan bewijzen dat er tusschen
deze feiten inenting en afneming der pok
kenepidemiën, oorzakelijk verband bestaat.
Epidemiün zijn nu eenmaal zeer grillig in
haar verschijnen en verdwijnen: optredende
in perioden die elkander nu eens snel dan
weer eerst na verloop van vele jaren op
volgen.
Een medicus schreef dezer dagen in de
Stichtsche CourantReeds Thucydides ver
haalt hoe de z.g. Attische pest ruim 400
jaren vóór het begin onzer jaartelling in
Griekenland woedde en spoorloos verdween
door ons onbekende oorzaken en sedert zijn,
alle eeuwen door, de volkeren geteisterd
door epidemiën die kwamen en gingen
zonder de tusschenkomst van menschelijke
hulp. Ook in onzen tijd komt en gaat de
cholera, komt en gaat de pest, komen en
gaan roodvonk, mazelen en diphterie, zon
der dat wij in het bezit zijn van een
specifiek voorbehoedmiddel en merkwaardig
is hierbij dat eene ziekte als bijv. cholera
herhaaldelijk in Europa sporadisch voor
komt de smetstof dus aanwezig is
en het toch slechts op gezette tijden komt
tot eene epidemie.
Wij zullen op de verklaring van deze
teiten niet ingaan slechts wenschen wij
aan te stippen, dat de scherpzinnigsten der
epidemiologen bij hunne pogingen tot ver
klaring van deze geheimzinnige verschijn
selen, geëindigd zijn met aan te nemen
een »onbekenden" factor die deze ver
schijnselen moet beheerschen. Voor ons
verblijdend: dat ook van die zijde, zij het
ook noode, ruimte gelaten moet worden
voor wat wij noemen en belijden als de
Voorzienigheid onzes Gods.
Wanneer dat periodieke optreden van
epidemiën ons wordt toegewezendan
zouden wij willen vragen of nu voor het
komen en verdwijnen van pokkenepidemiën
andere wetten gelden dan voor het komen
en gaan van alle andere epidemiën. Kent
men zulke andere wetten niet, gelijk wij
vermoeden, wat geeft dan recht, om datgene,
wat wij bij alle andere epidemiën van zelf
zien gebeuren, zonder bizondere maatregelen
onzerzijds, bij pokkenepidemiën toe te
schrijven aan onze scherpzinnigheid.
Doch er is meer. Men beroept zich,
om het groote nut der vaccinatie duidelijk
te maken, gaarne op de Zweedsche pokken-
statistiek. Deze statistiek loopt vanat het
laatste kwartaal der 18e eeuw, bevat dus
opgaven van de tijden vóór zoowel als na
de invoering der vaccinatie en biedt dus
gelegenheid tot het maken van vergelij
kingen. Wat ieeren ons nu deze opgaven?
Dit: dat de pokken in Zweden zoo vóór
als na Jenners ontdekking optraden in
perioden die ieder 5 ii 6 jaar duurden
en dat in 1802 eene epidemie eindigde,
die alle volgende in hevigheid overtrof.
Zonder meer heeft men dus niet het recht
voor het verdwijnen der epidemie in 1802
andere oorzaken aan te nemen dan voor
het verdwijnen van vroegere epidemiën.
Bovendien is het bekend hoe de eerste
vaccinatie in Zweden verricht werd op 23
October 1801, en dat het totaal der ver
richte kunstbewerkingen in het laatst van
het jaar 1804 bedroeg ongeveer 25000 m.a.w.
ongeveer 7000 vaccinatiën per jaar. Wanneer
men nu weet dat er in Zweden in dien
tijd jaarlijks geboren werden weinig minder
dan honderd duizend kinderen dan rekenen
wij op geen tegenspraak wanneer wij zeggen
dat de vaccinatie onmogelijk de oorzaak
kan geweest zijn nóch van het eindigen
eener epidemie in 1802 nóoh van het
lagere sterftecijfer aan pokken gedurende
de eerstvolgende jaren."
Of er dan andere factoren werkzaam zijn?
Laten wij do geschiedenis raadplegen!
In de 18e eeuw behandelde men de
poklijders zoo slordig mogelijk. Men
meende dat ieder mensch de pokziekte in
kiem mee ter wereld bracht, en derhalve
wie ze kreeg, maar eens flink moest uit
zieken. Ook trachtte men in onkundig
fatalisme de pokziekte bij kinderen op te
wekken door hen in 't bed van eem pok
lijder te leggen of ze pokstof onder den
neus te houden, of ze er mee te inoculee-
ren. Immers, zoo oordeelde men, krijgen
moet men ze toch, dan is 't ook maar
het best in de jeugd.
Zoo zijn de ziektekiemen van huis op
huis, van dorp op dorp, van streek op
streek, van volk op volk overgeplant ge
worden.
Doch toen heeft een Hollandsche dokter
De Haan zich tegen dat opwekken
van pokziekte door inoculeeren verzet.
En een Duitsch geneesheer, Jilncker te
Hallo, trad nog sterker op. Hij prees als
maatregelen tegen de pokken aan volks
voorlichting, strenge afzondering; inonting
met afzondering van de ingeënten.
Zijn leer had echter geen tijd ingang te
vinden; wijl onverwacht Jenners uitvin-
van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 15 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
ding de wereld kwam verbazen. Jenner
ontdekte dat inenting van koepokken den
mensch onvatbaar maakt voor menschen-
pokken, teiwijl dezo „vaccinatie" hot voor-
deol had geen bron van besmetting voor
anderen op te leveren.
Hue men ook over vaccinatie denkte,
dit is zeker dat ook zij er veel toe heeft
bijgedragen om het goloof aan de onver
mijdelijkheid der pokken aan het wankelen
te brengen.
Dit idee werkte door. Do bevrijding
van de pokkenplaag was voor den mensch
niet langer een onbereikbaar ideaal. Zou
zoo geweldig een ommekeer in de hou
ding van het publiek niet van onbereken
bare!) invloed zijn geweest?
Wij gelooven het wel.
De verminderde pokkensterfte mag vei
lig hieiaan worden toegeschreven: vermij
ding voortaan van opzettelijke besmetting;
verbod van inoculatieafzondering (iso-
leering); vernietiging of ontsmetting van
voorwerpen die met de lijders in aanra
king waren geweest; langzame verbetering
der hygiënische verhoudingen.
Moeder en Dochter.
(Nieuwstijding uit Eortgenc).
Het feit waarover wij spreken heeft zich
onlangs te Kortgene voorgedaan. Het is
steeds met het doel tot een algemeen nut,
dat wij er van houden dergelijke feiten te
verhalen en al diegenen die ons kunnen
helpen om ze algemeen bekend te maken,
hebben recht op de publieke erkentelijk
heid. Juffrouw van Damme te Kortgene,
geelt ons uit eigene boweging de volgende
verklaring. Ik was erg lijdende aan pijn
in de rug en in het bovenlijf, hetgeen mij
verhinderde zelfs te slapen, ik was ten
einde raad, want wat ik al niet aange
wend heb, is niet op te noemen. Op aan
raden begon ik de behandeling met de
Pinkpillen van Dr. Williams, en werkelijk
de uitwerking ging alle verwachting te
boven, de pijnon verdwenen als door be-
toovering en ik kan ze een ieder aanbe
velen.
Mijn dochtertje waarover ik U onlangs
schreef was uiterst bloedarmoodig en bleek
zuchtig, en ik weet bij eigene ondervin
ding dat bet jonge meisjo op zekere leef
tijd bijzondere zorgen noodig had. De
vorming van het jonge meisje is somtijds
lastig en veroorzaakt in haar teergevoelig
gestel storingen, waarvoor het goed is ze
in den beginne tegen te gaan. De zwa"kte
van het bloed veroorzaakt op dien leeftijd
dikwijls gevaarlijke ziekten, zelfs de tering.
Vele jonge meisjes tengevolge van deze
armte van het bloed, zijn door bloed
armoede en bleekzucht aangetast. De ge
laatskleur wordt bleek gelijk was, even
eens de lippen. Men heeft een tegenzin
in alle genoegens en alle spijzen; de slaap
is onrustig door allerlei akelige droomen,
en van lieverlede wordt de algemeene
zwakte zoo erg dat men niet moer kan
staan. Het leven onder die omstandighe
den wordt treurig en de toekomst laat
zich duister aanzien.
Jonge meisjes die aan deze kwaal lijt
dende zijt, neemt een voorbeeld aan ho-
dochtertje van Juffrouw van Damme en
luistert wat hare moeder zegt:
Jongejuffrouw VAN DAMME, volgens portret.
Ik ben U ten hoogste dankbaar omtrent
het resultaat ook bij mijn dochtertje door
Uwe Pinkpillen van Dr. Williams ver
kregen. Sedert lang was zij lijdende, had
do eetlust verloren, zij was bleek en kwij
nende. De kleinste wandeling vermoeide
haar zeer. Ik maakte mij om haar toekomst
ongerust. Thans heeft er zich na hun ge
bruik eene groote verbetering voorgedaan,
zij beeft thans eene frissche kleur en de
kloppingen in 't hoofd zijn verdwenen. Zij
is thans gezond en het doet mij genoegen
uwe Pinkpillen aan de moeders voor hunne
jeugdige dochters aan te raden en ik wensch
hun hetzelfde suecès dat ik met mijn doch
tertje gehad heb.
Het is aldus dat men door de hernieu
wing van het bloed door hun gebruik zal
kunnen genezen, bloedarmoede, neurasthe
nie, rheumatiek, algemeene zwakte bij man
en vrouw en bij de kinderen het rachitis-
mus en de St. Vitusdans.
Prijs f 1,75 de doos f 9.per 6 doozen.
Verkrijgbaar bij Snabilié, Steiger 2i, Rot
terdam, hoofddepothouder voor Nederland
en apotheken. Franco toezending tegen
postwissel.
Ook echt verkrijgbaar voor Middelburg
en omstreken bij Joh. de Roos, K 157
Vlasmarkt te Middelburg.
Ook echt verkrijgbaar voor Goes en
omstreken bij Gebr. Mulder, drogerijen
en Verfwaren.
Brodrick heeft giteter in het Lagerhuis
medegedeeld, dat Kritzinger's proces uit
gesteld was, omdat de instructie nog niet
afgeloopen was.
Verder zeide de minister »Ik verneem
dat generaal Methuen en kolonel Townsend
door De la Rey zijn losgelaten en te Klerks
dorp zijn aangekomenen dat beiden het
goed maken.
Healy vroeg, of de regeering even groot
moedig zou zijnen Kritzinger zou vrijlaten.
(Toejuichingen bij de nationalistische Ieren).
Geen antwoord.
Een officier, die onder lord Methuen
gediend heeft, is door de Daily Telegraph
geïnterviewd. Hij verklaarde o. a. dat De
la Rey's overwinning hem meester maakt
van het geheele westen van Transvaal,
vanaf den spoorweg van Kimberley en
Mafekingtot de blokhuizen-linie van Klerks
dorp naar Ventersdorp en ten noorden
daarvan, tot de Magaliesbergen en de
streek ten noorden van Rustenburg. Met
zijn tegenwoordige strijdmacht zou hij,
wanneer hij dat wenscht, de spoorlijn tus
schen Kimberley en Mafeking in bezit kun
nen nemen en zelfs Mafeking of Vrijburg
kunnen innemen.
Met de artillerie, die hij thans in zijn
bezit heeft, kan hij bovendien de blokhui
zen die niet tegen kanonvuur bestand
zijn onhoudbaar maken.
In een zijner redevoeringen te Glasgow
zeide lord Rosebery, dat men aan Methuen's
nederlaag te Tweeboscb niet al te veel ge
wicht moest hechten. Het was toch eigen
lijk »niet meer dan een incident".
De opmerking wordt echter gemaakt, dat
dergelijke «incidenten" zich in den laatsten
tijd zoo dikwerf herhalen, dat het er veel
van heeft, alsof zij instede van uitzonde
ringen te wezen, regel zijn geworden.
Binnen de laatste zes maanden, sedert
het oogenblik dus, dat Kitchener's beruchte
proclamatie in werking trad, heeft men de
volgende »incidenten" te betreuren gehad:
Bloedrivierspoort, Elandsrivierpoort, Vlak-
fontein II, de vernietiging van Lovat's
Scouts aan de Oranjerivier, Itala, Moedwil,
Bakenlaagte, Tafelkop, Tweefontein, Klip-
rivier, Klerksdorp, Tweeboseh (om niet van
andere, minder geruchtmakende, zooals bij
Onverwacht, te spreken). In al deze ge
vechten zijn Engelscho colonnes óf geheel
overweldigd óf hebben zij zulke zware ver
liezen geleden, dat zij schier geheel ver
nietigd werden.
Het telkens torugkeeren van dergelijke
incidenten boezemt daD ook verschillenden
Engelschen bladen ongerustheid in.
Men vraagt zich af wat er gebeurd is
met de colonne Grenfell, die in de buurt
van Tweebosch lag. Men vreest dat De
la Reij een grooten slag tegen de Rand-
mijnen zal wagen, aangezien hij nu eene
sterke artillerie beeft veroverd, om krachtig
offensief te kunnen optreden.
Onder Methuen hebben ook gevochten
de Dennison's Scouts. Bij dit en andere
ongeregelde corpsen moeten veel verra
ders geweest zijn. Zoo vinden we onder
de dooden en gewonden van die corpsen
namen genoemd alsPretorius (2 maal),
De Klerk, Gouws, Combrink, Van Eeden,
Van der Grijpt, Bredencamp, Van Wijk,
Steijn, Hofïberg, Hamman, Kriel, Coopraan,
enz. Zou bet mogelijk zijn dat de 200
nog steeds vermisten „bandsuppers" waren,
die zich bij de Engelschen hadden aange
sloten en die De la Reij voorhauds by zich
heeft gehouden, om te overwegen, met
welke straf hij ze voor hun verraad zal
laten boeten Dat De la Reij hen weer
in genade zou aannemen, gelooven wij nier,
omdat er geen Boeren-generaal zoo bang
is voor verraders onder zijn menschen als
juist De la Raij. Zelfs heeft ky Hollanders,
die indertijd uit Pretoria waren ontsnapt,
om zich hij hem aan te sluiten, terug
gezonden.
Tegenover deze in 't open veld door de
Boeren bevochten zege staat de door ver
raad verkregen voorraadschuur van De Wet,
waarbij de buit dien de Ganadeesche ver
kenners in het hol bij Tafelkop vonden
grooter was dan eerst gemeld is. Er was
een Krupp-kanon bij en stukken van andere
kanonnen, 400,000 patronen en een hal!
millioen garven koren met maal-gereed
schappen.
Deze vondst duidt aan dat generaal De
Wet een winterveldtocht voorbereidde. De
vermeestering van dezen voorraad met een
groot aantal stuks vee zal den tegenstand
van de Boeren gedurende den winter zeer
bemoeielijkenimmers, de blokhuis-linies
sluiten de districten af en de Boeren han
gen uitsluitend af van de plaatselijke hulp
bronnen.
In Duitschland is door de jongste Boe-
renoverwinning groote geestdrift gewekt,
welke zich zoo onbedwongen uitte, dat de
Staatssecretaris von Richthofen zich geroe
pen gevoelde aan zijne bekende vermanin
gen tot ontzien van Engeland's gevoeligheid
in den Rijksdag nog te voegen, dat het
naar zijne meening, aan de waardigheid der
natie niet zou schaden, als men eenige deel
neming betoonde voor het lot van Lord
Methuen, die indertijd als militair attaché
bij het Britsch Gezantschap te Berlijn de
algemeene hoogachting en de vriendschap
van het Keizerlijk Huis genoot. De Rijks
dag had het woord van dezen hoveling
met een Bah! moeten beantwoorden.
De Duitsche pers deed het.
Aan de »Times" wordt uit Bru -sel geseind,
dat generaal Botha Ermelo verlaten heeft
en Zuidwaarts trok, terwijl hij tijdelijk De
la Rey beval Kitchener's aandacht van De
Wet af te leiden, wiens toestand door Botha
kritiek werd geoordeeld. Het plan is ge
slaagd en De Wet kan zijn troepen reor-
ganiseeren, terwijl Botha een sterke positie
ten Zuiden van Ermelo bezet houdt.
Als hij aangevallen wordt door een over
macht van vijanden, is hij van plan terug
te trekken naar Swaziland, met welke
Koningin hij een verdrag heeft gesloten
in den loop van het vorige jaar, waarbij
de Boerentroepen vrij door Swaziland mo
gen trekken.
Nieuwe interessante bijzonderheden zijn
gekomen over het gevecht tusschen de
Boeren onder De Wet en de Nieuw Zee
landers, op 25 Febr., bij Holspruit.
De Boeren namen den linker-voorpost
op de rechterflank. Van de 6 mannen,
waaruit die post bestond, werden 5 gedood
en No. 6 gewond. De Boeren gingen
daarop de geheele flank der Nieuw-Zee-
landers langs, maakten zich successievelijk