No. 79.1902.
Dinsdag 18 Februari.
NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND
16e jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISGH
Builenlandseli Overzicht.
VERSCHIJNT
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS OER ADVERTENTIËN
Een bede om hulp.
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE DER JVRMA
en van
van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Reeds terstond na de bekende uitsluiting
te Enschede hebben wij aan onze lezers
om geldelijken steun gevraagd voor de
werkstakers en uitgeslotenen. Wij gaven
de adressen op van ds. Schriecke, Her
vormd predikant, en Prinzen en Gideonse
gereformeerde predikanten aldaar, aan wie
men zijn (of haar) gave, klein of groot,
kon zenden.
Wij hopen dat velen hieraan gevolg ge
geven hebben. Want in dezen harren
winter 1900 menschen waaronder vele
hoofden van gezinnen naakt aan den dijk
te zien staan, is een te hartroerend ge
zicht om lang te verdragen.
En nu werpen wij geen steen en naai
de firma Van Heek die tot deze uitsluiting
overging; en vragen ook niet of de 160
die aan 't staken gingen, nog niet een
paar weken geduld hadden kunnen oefe
nen, om te zien of zij door vlijt en in
spanning niet op hun oude loon hadden
kunnen komen.
Wij staan voor 't feit dat 1900 men
schen zonder werk zijn, en dus zonder
verdienste, zonder brood, zonder licht en
vuur, zonder schoolgeld voor hunne kin
deren, en ook zonder ïecht op hooger be
roep bij menschen.
Immers wat is er gebeurd.
De firma Van Heek te Enschede had
een nieuwe machine aangeschaft, teneinde
met buitenlandsche firma's te kunnen blij
ven concurreeren.
Aan de werklieden in het dekenweven
werd nu eenigen tijd nog het gewone loon
uitgekeerddoch om dit te kunnen blij
ven verdienen, was tijd en routine noodig
om met de nieuwe machine om te gaan.
Dien tijd achtte de firma thans geko
men; de routine zou later komen. Het
stukwerk werd dus op een zekere som ge
zet doch waarvan het gevolg was dat de
160 dekenwevers ieder 50 cent 's weeks
minder verdienden. Voor een werkmaus-
gezin dat op het oude loon is ingericht
een onoverkomelijk bezwaar.
Natuurlijk kwam er verzet, doch de
firma meende niet anders te kunnen han
delen. De deken wevers, zoo zei ze, ver
dienden al sinds lang in vergelijking met
de drillwevers te veel, en dat terwijl deze
laatsten zwaarder werk hebben. Immers
die menschen hebben een fijneren draad
noodig die vaker afbreekt, zoodat zij dien
ook vaker moeten aanbinden en daardoor
meer gebogen staan over hun werk, en
meer en onverpoosd aandacht te schenken
hebben aan de machine.
Dit laatste ontkennen nu wel de ande
ren weer, doch wij weten het niethet
kan waar zijn.
Het is echter ook waar dat de firma
gezegd heeft dekenwevers altijd met de
vleet te kunnen krijgendoch geen drill-
werkers.
Slot der zaak is dat de dekenwevers
nog eens een samenspreking vroegen met
de patroons, welke toegestaan werd, op
voorwaarde dat niet over het loon zou
gesproken worden.
Dit stond derhalve gelijk met een wei
gering; zoodat ton laatste het booge woord
er uit moest; en de deken wevers, 160 in
getal, het bijltje er bij neer legden.
De firma heeft hierop, nadat op haar
dreigement geen acht was gegeven, name
lijk dat zij bij volhouden der „strike" de
fabriek stop zou zetten, dezer dagen ook
de overige werklieden ontslagen.
En nu is dit geschied, niettegenstaande
de minister van binnenlandsche zaken zijn
bemiddeling had aangeboden. Aan deze
bemiddeling zou hebben moeten vooraf
gaan dat de stakers terstond het werk
zouden hervatten op de nieuwe regeling,
en ten slotte beide partpen zich aan zijn
uitspraak zouden onderwerpen.
Dit werd door de stakers aangenomen,
doch door de fabrikanten hooghartig af-
Wij zeggen hooghartig, want een hun
ner schreef publiek in de krant, dat zij
een gewezen dominé en zij bedoelden
hier den minister van binnenlandsche za
ken meegeen recht van beoordeeling
hunner zaken toekenden.
Ook beweerden zij dat de minister on
tijdig en zonder kennis van zaken wenschte
tusscken te treden, hetgeen zeer onjuist
beweerd was. Immers reeds drie dagen
na de aangeboden bemiddeling had de
uitsluiting der ruim 1600 andere textiel-
werkers plaats; en do minister had zich
doen voorlichten onder anderen door den
burgemeester, den inspecteur van den ar
beid, den voorzitter van Patrimonium
het Kamerlid Van Vliet, door eenige dor
stakende arbeiders, en door de firmanten.
Hij was derhalve wel op de hoogte, al
was hij maar „gewezen dominé".
In ieder geval de fabrikanten oordeelden
dat geen «derden over de koorden hunner
portefeuille zouden regeeren" en wezen de
bemiddeling af.
Nu is 't een feit dat de textielarbeid
in Twenthe bloeit ten gevolge der diffi-
rent.ieele rechtendus indirect door in
menging van derden, namelijk van de re
geering, die sinds lange deze rechten heft
tot bescherming der industrie.
Het lag derhalve niet zoo geheel buiten
's ministers bevoegdheid om zich met deze
quaeslie te bemoeien. Bovendien had men,
door naar hem te hooren, deze ontzettende
ramp der werkstaking en uitsluiting kunnen
voorkomen. En ook hier geldtvoorkomen
is beter dan genezen.
En dit is te meer te bejammeren wijl
nu ieder op zijn recht blijft staan en de
firma Van Heek tot overmaat van smart
besloot met 1 Maart a. s. ook nog een
andere harer fabrieken te zullen sluiten.
Het komt ons voor dat hier een belangen
strijd gestreden wordt, waarbij wij verplicht
zijn ons aan de zijde der zwakkeren te
scharen.
Wij zeggen met opzetbelangenstrijd
dewijl het niet is een klassenstrijd, gelijk
de socialisten beweren. Er zijn geen
klassen dus is er ook geen klassenstrijd.
Wij herinneren ons nog levendig hoe
ook in onze omgeving nu veertig jaar
geleden aller harten met deernis ver
vuld waren toen in 1862 de fabriekstad
Enschedé door een brand in de asch ge
legd werd.
Nog jaren daarna sprak men van «de
ramp te Enschede".
Thaus veertig jaar later weer een
»ramp te Enschedé". Doch deze is grooter
en erger.
En, vloeiden toen de giften van heinde en
veer ook nu behoort dit te geschieden. Het
geldt hier niet alleen levensbehoud maar
ook recht, nu er zoovele honderden zijn, die
werken willen, maar niet kunnen, omdat zij
niet mogen. Omdat de firma, geprikkeld,
dat kan zijn, maar dan toch in koelen
bloede hen uitsloot, ook hierom,'dat zij
aan hun stakende medearbeiders zedelijken
en geldelijken steun hadden toegezegd.
Laat nu alle man van Christelijke be
ginselen zich opmaken om hier hulp te
bieden.
Zegge nu niemand, er zal daar ook wel
een en ander niet in den haak zijnwant
onderwijl men hierover twist of delibereert,
verhongeren en verkleumen deze menschen.
Volgen wij 't voorbeeld van den R. K.
Volksbond, van Patrimonium, van den In
ternationalen Textielbond, welke de
quaestie ter plaatse onderzochten en terstond
de zijde der arbeiders kozen van den Chr.
Nat. Werkmansbond, en anderen.
Er is veel geld noodig voor zooveel
menschen. Maar liefde, eendracht en rechts
gevoel weten raad. Wie veel missen kan,
geve een flinke gift, en wie weinig heeft
geve een kleintje. Veel kleintjes maken
een groot
17 Februari 1902.
Daar een nieuwe consultatie van den
hoogleeraar in de geneeskunde, die den
Minister van Koloniën behandelt, tot de
slotsom heeft geleid, dat deze vermoedelijk
in de eerste drie maanden niet zal kunnen
herstellen, is het noodzakelijk geoordeeld
dat hij zich, hoewel steeds helder van
hoofd, van alle, ook lichte ambtsbezigheden
zal onthouden; dientengevolge heeft jhr.
Van Asch van Wijck zich genoopt gezien,
zijn ontslag aan te vragen, hetwelk echter
niet schijnt aangenomen te zijn. Tenminste
„bij Kon. besluit is de Minister van Oorlog,
generaal Bergansius, tijdelijk belast met de
waarneming van het beheer van het de
partement van Koloniën, ter vervanging
van den minister jhr. mr. T. A. J. van
Asch van Wijck, door ziekte in de waar
neming der betrekking verhinderd."
Dat lange maaglijden maakt ons maar
ongerust.
Wij hopen dat de minister herstellen mag.
Voor het ministerie en voor den minister
Kuyper persoonlijk zou zijn heengaanee n
zeer groot verlies zijn.
Bij den Heere zijn uitkomsten!
De nu afgetreden voorzitter van »Ne-
derland en Oranje" te Middelburg, leider
der politieke verkiezingen op Walcheren
mag op een wel besteed en rijk gezegend
leven als zoodanig terugzien.
Ds. Littooij was van' 1881 tot nu kort
geleden voorzitter doch ook als medebe
stuurder der antir. kiesvereeniging heeft
hij mede gestreden, teleurstellingen onder-
vondon, doch ook den staatkundigen val
van het liberalisme mogen voorbereiden.
Het was onder zijn leiding dat in 't
district Middelburg Tak en v. Eek door
De Jonge, straks door 't Hooft en Keuche-
nius werden vervangen Lucasse ter Kamer
toogen in de Staten verkozen werden
v. Voorst Vader, Siegers, Huvers, Kloppers,
Maas, Van der Meer D. J. Dronkers, De
Veer, Dieleman, Wisboom Verstegen, Loois,
Bos, Houtermanterwijl in den gemeente
raad zitting verkregen Koole en v. Voorst
Vader, Verhage, de Veer, Wisboom Ver
stegen en de Rijcke.
De zetel van mr. v. Voorst Vader werd
met een kleine meerderheid aan den libe
raal Van Teylingen verspeeld, aan wien
ook bij de jongste periodieke verkiezing,
dank zij onze verdeeldheid, met slechts
vijf stemmen meerderheid de zetel van den
heer Huvers overging.
Met onvermoeiden ijver en tact heeft de
heer ds. Littooij onder den zegen des
Heeren al deze overwinningen mogen be
vechten.
Nu hij zich wegens leeftijd en minder
gunstige gezondheid een weinig terugtrekt
heelemaal, dat ligt niet in zijn aard
zij aan zijn opvolger twee deelen van zijn
geest en aan de antirev. partij op Walcheren
ootmoed en waakzaamheid toegebeden, die
onmisbare voorwaarden voor krachtsoefe
ning in don strijd tegen ongeloof en re
volutie
De Middelburgsche Courant maakt er den
heer Blum een verwijt van dat hij in de
vergadering van «Chr. Volksonderwijs"
heeft herinnerd aan het «bankroet der
wetenschap".
Nu, wij willen ze niet allen optellen,
de eerlijke liberalen die dezen klaagzang
over het bankroet der wetenschap gezongen
hebben.
Dat van deze klacht de «aardigheid" af zou
gaan, gelijk de Middelburgsche Courant
beweert, moet dan ook ten stelligste worden
tegengesproken.
Wij moeten echter opkomen tegen de
volgende opmerking van het liberale blad
„Vooral nu wij meer en meer zien dat
zelfs de meest orthodox geloovige, de
grootste voorstander der Christelijke school
de vruchten der wetenschap niet versmaadt
en gaarna voordeel trekt van hare uit
vindingen en werken".
In verkiezingsdagen wordt ons van libe
rale zijde, ook te Middelburg, telkens
verweten dat wij geen mannen van kennis
en wetenschap hebben, om in hooge staats
ambten op te treden of lid van Kamer of
Staten te zijn.
Dit gebrek erkennen wij en de oorzaak
kennen wij, en kent de Middelburgsche
Courant ook.
Wij zullen deze voor hare partij min
eervolle geschiedenis niet ophalen.
Maar nu zijn allengs ook Christenouders
tot dezelfde erkentenis van de juistheid
van 't door de liberalen ons telkens voor
de voeten geworpen feit overtuigd gewor
den, en er toe overgegaan, natuurlijk met
leedwezen in 't hart dat er geen Chr. mid
delbare of hoogescholen zijn waar zij te
recht konden, hunne zonen op Staatsin
richtingen te doen.
Tal van Christen-artsen, juristen, leeraren
bij 't middelbaar onderwijs zijn op die wijs
de maatschappjj ingegaan.
Ons dunkt, de Middelb. Crt. moest zich
hierin verheugen.
Nu toch krijgt hare partij bij verkiezin
gen steeds meerdere mannen tegenover zich
waarvan zij zeggen kan dat is nu mijn
portuur.
Het zou dan ook al te dom zijnOnze
zonen van het staats middelbaar en hooger
onderwijs af houden omdat wij tegen dat
onderwijs zijn en op deze wijs den libe
raal of den socialist en zijn wegbereiders
te Middelburg of elders het rijk alleen
laten, ongestoord hun vernielingswerk op
't gebied van godsdienst en zeden laten
voortzetten.
Neen, zoo onnoozel zijn wij niet. Tegen
de openbare lagere school waren wij van
ouds evenzeer gekantdoch wij gingen
voort onze kinderen naar die school te
zenden, totdat wij Chr. scholen hadden ge
sticht en derhalve de openbare school niet
meer noodig hadden.
En zoo zullen wij ook doen op 't gebied
van middelbaar en hooger onderwijs.
Wijl 'tniet anders kan, er onze zonen
heen zenden, en onderwijl naar middelen
uitzien om ook dat Staatsonderwijs over
bodig te maken.
Een vrije hoogeschool voor predikanten
en gedeeltelijk voor letterkundigen en ad
vocaten bezitten wij reedsbenevens vier
gymnasiumsite Zetten, Kampen, Amsterdam
en Utrecbt.
Maar Chr. hoogere burgerscholen zijn
er nog niet.
Maar ook dat zal wel beteren; wanneer
maar eens eerst de gelijkstelling, ook fi-
nanciëele gelijkstelling tusschen openbaar
en bijzonder onderwijs zal zijn verkregen.
Dan krijgen wij de ruimte, om ook wat
voor 't vrije middelbaar onderwijs te doen.
Geld en goed hebben wij er wel voor
over.
Dat hebben wij genoegzaam bewezen.
Als goede Christenen zijn wij, Antirevolu
tionairen of Calvinisten, sterk voor goed
onderwijs.
Onze strijd gaat dan ook niet tegen de
wetenschap, maar tegen de opdringing aan
de natie, door den Staat, mede met ons
geld, van neutraal onderwijs.
Lager-, middelbaar- en hooger onderwijs
zullen wij vrij zien te krijgen. Christelijke
scholen op alle drie de terreinen zullen
wij stichten.
Maar niet alles kan op eenmaal komen.
Onze krachten zijn beperkt Niet vele rijken
en edelen tellen wij, in tegenstelling met
de partij wier orgaan de Middelburgsche
Wij merken op dat wij niet zullen ge
neraliseeren, en alle staats middelbaar en
hooger onderwijs ongeloovig noemenwel con-
stateeren wij dat het neutraal isen dit is
feitelijk erger. Prof. v. d. Vlugt levert er 't
bewijs van. In een rede over «Huwelijk en
Christendom" heeft hij den invloed van Hei
dendom en Christendom op de rechtspositie
der vrouw in het licht gesteld en over het
Christendom zeer welwillende woorden gezegd,
zonder nochtans voor een van beide partij te
kiezen, omdat zegt hij 't nog de vraag
is of het Christendom de vrouw inderdaad
heeft opgeheven. Onderwijs in dezen geest
moge «neutraal" zijn, het komt ons vrij zwe
vend voor, noch geloovig, nóch ongeloovig,
en derhalve gevaarlijker dewijl het niet alleen
ongeloovigen kweekt, maar ook weinig in staat
is te voorzien in de heerschende karakter-
schaarschte.
Courant is, en nochtans met Staatshulp zich
van goedkoop, mede uit onzen zak betaald
neutraal onderwijs heeft meester gemaakt.
Desniettemin hebben wij al heel wat ge
wonnen dit ziet de Middelburgsche Courant
ook wel.
Het is dan ook niet waar wat zij zegt
«de natie blijft in haar geheel nog te veel
aan de openbare school gehecht om haar
prijs te geven".
Engeland begint al meer zich te com-
promitteeren.
Men kent van ouds de smadelijke betee-
kenis van den scheldnaam Kafferen zie
Kaffers zijn de voornaamste bondgenooten
der Engelschen in Zuid-Afrika.
Men weet ook dat tot op kort geleden
de naam Japannees insgelijks met zekere
minachting werd uiigesproken, en zich al
evenmin als «Kaffer" met «beschaving"
rijmen liet. En zie, Engeland heeft, om
de wereldmacht en zijn invloed op de
staatkunde der volken te behouden zich
niet ontzien een of- en defensief verbond
te sluiten met Japan
Natuurlijk is 't hier te doen om Rusland
te dwarsboomen.
Dat deze dit alles zoo kalm aanziet doet
vermoeden dat hij er alles van geweten
heeft en door Japan op alle punten is
ingelicht geweest.
Alleen bij wijze van tegenweer heeft nu
Rusland een bondstractaat met China ge
sloten.
In ieder geval, waar of niet, de verwijde
ring tusschen Rusland en Engeland wordt
er grooter door. En Engeland heeft in
ieder geval den sleutel der Engelsche
staatkunde te Yokohama aan Japan in
handen gegeven.
Een contract van gelijk strekking tus
schen Engeland en Duitschland gesloten,
zal door deze daad nu wel te niet gedaan
zijn. Het gerucht dat Wei hal/Wei door
Engeland aan Duitschland zal worden af
gestaan, wordt dan ook nu reeds tegen
gesproken. Het is trouwens niet meer
noodig.
Heel wijd van strekking schijnt 't ver
bond met Japan overigens niet te zijn.
Immers Korea zal toch wel onafhankelijk
blijven, wijl Rusland daar zelf voor isen
Mantsjoerije zal wel niet bij Rusland in
gelijfd worden, dewijl Rusland zelf reeds
lang geleden verklaard had van daar zijn
troepen te zullen terugtrekken wanneer
de vrede daar zal zijn teruggekeerd en de
spoorweg geopend.
Ook tusschen Engeland en Amerika is
een verwijdering ontstaan.
De Engelsche gezant te Washington
lord Pauncefote r heeft zich voorbij
gepraat, of namens zijn regeering waarheid
gesproken. Hij heeft namelijk gezinspeeld
op een mogelijke tusschentreding in 't be
lang van Cuba, daarbij herinnerend aan een
afspraak, dat Engeland Amerika in de an
nexatie van dit eiland niet zou bemoei
lijken, waaruit dan zou moeten volgen dat
Amerika Engeland ook in Zuid Afrika be
hoort te laten begaan.
De Engelsche minister Cranborn heeft
dezer dagen in een rede in 't parlement
laten doorschemeren dat Duitschland ook
van die leer is, en dat heeft nu op zijn
beurt den Duitschen Keizer weer boos
gemaakt.
De Engelsche regeering heeft zich hierop
gehaast haar Amerikaanschen gezant af te
vallen, doch ook weer met de valsche bij
voeging er bij dat diens zeggen slechts
een vriendelijkheid tegenover den Oosten-
rijksehen gezant beoogde, wat natuurlijk
weer dienen moet om Duitschland van
Oostenrijk te vervreemden.
Dat is nu met recht vuile politiek doch
politiek waarbij Engeland zijn laatsten troef
wel eens kon uitspelen.
Het Amenkaansche volk tenminste ont
waakt steeds meer in 't belang der Boeren.