NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
No. 62.1902.
Zaterdag 18 Januari.
16e Jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Boogerd.
Remynse.
e r e 9
UI G L HI S.
teboonen,
KOOP.
25 grilden.
OOP
iOOP
te koop,
,ndknecht
VERSCHIJNT
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRUS DER ADVERTENTIËN
FEUILLETON.
MCOOTIIKIII IA VAJL
Vindt de oorzaak van
het kwaad.
MM
oneti.
per H.L.
„Wilhelmina".
lid weascht toe
aan met het oog
ammunitie VÓÓr
j den Secretaris
BAAS Gz.
lid, 15 Jan. 1902.
tijdschriften enz.
k e p r ij z e n ge
vrij
nghord".
W. D'HUIJ.
(meest
groote),
n uitgever dezes
VERWEST, Goes.
de eer het geachte
DORP en GOES
het
ersbeilrijf
W. BLANKEN-
o voor het genoten
mijn opvolger min-
1902.
aan bovenstaande,
ers gunst beleefde-
etzelfde vertrouwen
te zullen geniéten.
ankenhuryh.
1902.
"en FIETS"
D'HUIJ.
erstestroo,
RIJGER, Grijps-
'ingDeer
omen,
te Aagtekerke.
e Kalkoenen,
G r ij p s k e r lt e.
ening einde Januari,
ERS, R i 11 h e m.
ei gevraagd
aankomende
'sknecht,
oed zedelijk gedrag,
LER, Bruinisse.
Mei
SÜURMOND, adres
Buitenhaven, V 1 i s -
ELKEN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE DER FIRMA
em van
van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Bij ül mimt tolt een Bpepel.
De antirevolutionaire partij verlangt
bevestiging van den rechtmatigen
volksinvloed, die krachtens den zede
lijken band tusschen kiezers en
gekozenen, door de Staten Generaal
naar eisch van onze historie, op het
Staatsgezag wordt uitgeoefend.
Abt. VIII vi
Vaceiiiatieil \Viiii»,
IV.
De Goesche Crt. maakt in weiwillenden
toon eenige aan- en opmerkingen naar
aanleiding van het door ons uit de Stichtsche
Crt. overgenomen artikel van een Medicus
tegen Vaceinatiedwang.
Wij merken voorloopig op dat, waar zij
de „gedeeltelijke immuniteit (onvatbaar
heid) van iDgeënte personen een krachtig
argument voor den vaccinedwang acht",
wij het niet met haar eens zijn.
Al ware er slechts één geval bekend
dat de inenting den dood had tengevolge
gehad, dan zou dit voldoende zijn om zich
tegen dezen dwang te verzetten.
Het blijft zelfs de vraag of niet juist
de vaccine de pokken in stand heeft ge
houden met andere woorden dat als men
niet gevaccineerd had de epidemiën en de
pokken wellicht als de pest lang reeds
hior verdwenen waren. 1)
i) Zoo oordeelt o. a. ook ds. Pierson te
Ressen in De N e d e r 1. van heden. En hij
voegt er aan toe, wat wij ook de Goesehe
Crt. ter overweging aanbevelen:
De schuld van schadelijke gevolgen wordt
geworpen op den geneesheer, die geen zui
vere lymphe gebruikte. Maar ik vraag u, is
dat nu een antwoord. Zuivere lympheIs
lymphe niet etter, en is het niet te verwon
deren, dat als men dat in iemands bloed
brengt, men vooruit kan zeggen, er moeten
schadelijke gevolgen komen? Men tracht
tegenwoordig bij wondbehandeling ettering te
voorkomen. Eilieve, wat een dwaasheid om
bij de pokken of juister tegen de pokken
iemand etter in zijn lichaam te brengen. Bij
die vraag sta ik altijd voor een onopgelost
raadsel. Is dat wetenschap?
Men moet, zegt de Tijd, de vaccine ge
bruiken als voorzorgsmaatregel en dit laten
doen door een geneesheer in wien men ver
trouwen stelt. Maar als er een geneesheer
mij zegt (zijn brief ligt voor mij): „ik en
alle deskundigen met mij achten
de vaccine een niet ongevaarlijke
kunstbewerking en zeer quaestieus" wat dan
En nu de dwang. Daartegen moet ieder
47
Schetsen uit het leven van Napoleon I.J
Thans was de beurt aan Josophine. Men
had eene verklaring voor haar opgesteld, die
zjj moest voorlezen; doch de lippen weiger
den haar dienst. Haar snikken belette haar
één woord uit te brengen. Een der aan
wezigen nam haar toen het papier uit de
hand, en las onder anderen het volgende
»Met goedkeuring van onzen verheven en
gotrouwen gemaal, moet ik verklaren dat
ik, daar ik de hoop niet meer durf koesteren
kinderen te krijgen, die aan de behoefte
zijner staatkunde en die van Frankrijk
zouden kunnen voldoen, bereid ben hem het
grootste blijk van aanhankelijkheid en on
derwerping te geven, dat ooit op aarde ge
bracht is. Aan zijne goedheid ontleen ik
alles; het is zijne hand die mij gekroond
heeft, en op dezen troon heb ik slechts
bewijzen van genegenheid en liefde van het
fransche volk ontvangen. Ik geloof voor
al deze gevoelens mij dankbaar te toonen,
wanneer ik mijne toestemming geef tot
de ontbintenis van een huwelijk, dat een
hinderpaal is voor Franknjks geluk. Doch
de ontbintenis van mijn huwelijk zal in de
gevoelens van mijn hart geenerlei verande
ring te weeg brengen. De keizer zal in
mij altijd zijn getrouwste vriendin vinden.''
Het spreekt van zelf dat wij dan ook
niet onderschrijven hare meening dat
„isoleering minder afdoend dan vaccinatie"
zou zijn.
Wij houden het vooralsnog met den heer
Lohman, en zulks op grond der feiten, dat
afzondering den besten waarborg, docb
inenting eene valsehe gerustheid geeft.
In ieder geval pleit 't door den heer
Lohman in de Kamer gereleveerde feit,
hem door den burgemeester van Amster
dam meegedeeid minstens evenveel voor
isoleering, afzondering, der poklijders.
„De aanwezigheid van niet-ingeënten'1
op eene school „vormt een voortdurend
gevaar ook voor de wel-gevaeeineerden"
zegt de Goesehe Crt. Hiermede klopt niet
wat een ander niet minder warm voor
stander der koepokinenting dezer dagen in
De Avondpost schreef. Deze toch zei„een
ingeënt kind is onbesmetbaar." Wij zou
den aan beiden, èn aan de Goesche Crt.
èn aan dien schrijver in De Avondpost
willen vragenhoe weet gij dat Eerst
genoemde zal zeggenwè!, omdat nog
zooveel oningeënte kinderen de pokkon
krijgen. Maar dan mogen wij antwoorden
Dat dit tengevolge van den omgang met
ongevaccineerde kinderen is, hunt gij nooit
bewijzen. Evengoed kunnen wij zeggen
dat 't tengevolge der vaccine is, of uit
zichzelf, en dan hielp de vaccine mot.
Nochtans gesteld het ware zoo, dan zal
rechtgevoelend persoon zijn. En dat dit
maar niet een fractie is, blijkt wel hieruit,
dat ik namen kan noemen als: Troelstra,
mr. S. van Houten, Dr. W. H. Nolens (R. C.).
D. de Ciercq, Paul Horrix en vele anderen,
Ten overvloede kan ik nog meedeelen, dat
de Ned. Vegetariërsbond (zeker
geen fractie) dezen zomer op de algemeene
vergadering besloot met algemeene stemmen
deel te nemen aan een petitionnement, even
tueel op touw te zetten door den bond tegen
den vaccinedwang. Ik wenschte toch, dat
die legende eens uit de wereld werd gehol
pen. Ook al een bewijs, dat men niet eens
de zaak behoorlijk onderzoekt. Natuurlijk
moeten de gemoedsbezwaren weer dienst
doen om den dwang te gaan rechtvaardigen.
Ze weet niet, hoe er zeer vele medische be
zwaren zijn.
De Redactie van „de Tijd'' heeft ook niet
gelezen wat de heer Lohman in de Kamer
heeft gezegd. Nog minder nam ze notitie
van hetgeen de bond tegen vaccinedwang
deed, evenmin kent ze het boek uitgegeven
door den Duitschen Bond: Pocken und
Schutz-impfung. Zoo redeneert men er op
los nadat men zijn blik door hooge muren
begrensd heeft. Wat daarbuiten geschiedt,
weet men niet. Maar is men dan bevoegd
een oordeel te vellen?
Nog werd op dat papier door haar (zoo
genaamd) erkend dat deze geheele zaak
den Keizer zoo smartte. Maar dit wist zij
beter. Trouwens niet zij, de keizer bad
deze verklaringen gesteld. Was het wonder
dat haar de kracht ontbrak, zooveel snijdends
en logenachtigs voor te lezen?
Toen 't geschied was, leidde Napoleon
haar naar hare vertrekken, waar hij haar
bewnstoloos in de armen barer kinderen
overgaf. De echtscheiding was voltrokken.
Maar Napoleon zou de waarheid ondervin
den van het ontzaglijke Schriftwoord: »Er
is een weg die iemand recht schijnt, doch
de uiteinden er van zijn wegen des doods."
Des anderen daags stonden de rijtuigen
gereed, om de gewezen echtelieden voor
altijd van elkander te scheidon. »Voor al
tijd." Er ligt iets sombers in deze woor
den. Welk een wereld van gedachten heeft
de ziel beziggehouden, die ze uitspreekt.
Ook Josephine wist dit. Had Napoleon dien
nacht, met het hoofd onder de dekens, als
vreesde hij de dreigende blikken der spookge
stalten, die daar voor zijn geest opkwamen,
nog heerlijk kunnen slapen, zij althans de
afgematte, de moe gefolterde weduwe, had
dit niet.
En nu, de scheidingsure was aangebroken.
Twee rijtuigen stonden gereed. Het eene
zou haar naar Malmaison brengenhet
andere was voor hareno neen,
voor den Keizer bestemd, die eenige dagen
toch het gevaar wèl wederkeerig zijn.
Tenminste geen enkele dokter durft be
weren als hij uw kind ingeënt heeft, dat
het nu onvatbaar is. Integendeel her
haalde herinentingen, liefst na een paar
jaar, worden aanbevolen. Proeven hebben
bewezen dat eene koepokinenting nog geen
anderhalf jaar werkt. Alleen bij een
jaarlijksehe gedwongen inenting van de
kinderen der voorstanders van den vac-
ciriedwang zouden deze kinderen onvat
baar zijn voor de besmetting door onge
vaccineerde kinderen van tegenstanders
van dien dwang.
Zoolang niet de Staat tot herhaald her
inenten dwingt, is de immuniteit voor
pokken niet zoo groot, om het besmet
tingsgevaar bij omgang met ongevacci
neerde kinderen te verhoogen.
De meening dat »de pokziekte niet zal
verdwijnen, zoolang nog steeds de vrijheid
bestaat ongevaccineerd te verkeeren te mid
den van de gevaccineerden", is dan ook
nog niet geheel juist, zoo niet geheel on
juist. Laat de geachte redactie hieromtrent
de jongste aflev. van het Romoeopatisch
Maandblad maar eens lezen.
Wil men op 't standpunt der voorstan
ders absoluut verdwijning der pokziekte,
dan strekke men den dwang uit tot alle
menschen, voor de school niet alleen, maar
ook voor kerk, vereeniging, schouwburg,
kroeg, werkplaats, gesticht en alle gelegen-
beden waar maar menschen samenkomen,
en dat in alle landen der wereld; met
jaarlijksehe verplichte herinenting voor
ieder mensch. En wil men dit niet aan,
of gaat 't niet, welnu dat men dan den
halven maatregel van den bedendaagschen
vaccinedwang ook maar afschafte.
En vreest men dat het eene ongeënte
kind het andere ongeënte kind zal besmet
ten, welnu, laten de ouders van deze mal
kaar besmettende leerlingen dit maar onder
elkaar uitmaken. Zien zij zeiven het er
niet in, dan mogen zij gerust den voor
standers van den dwang toeroepenwat
gaat het u aan? En zien zij 't wel in,
welnu, dan komen zij ook zonder dwang
in hun schuitje en dat maakt de zaak der
"Vaccine heel wat mooier.
Wat de Londensche statistiek aangaat
de Goesche Crt. zegt terecht, dat wij
aan statistieken niet veel hechten, wijl ze
ons te onbetrouwbaar zijn deze bewijst
niets voor den tegenstander alles voor den
voorstander. Laatstgenoemde zegt: de vac
cine is goed, en brengt dan terstond de
sterfte van ongevaccineerden gesteld dat
zij dit zijn, wat wig niet zoo voetstoots
aannemen met de afschaffing van den
to Trianon zou gaan doorbrengen.
Do heor Mernoval, die bij bet afscheid
tegenwoordig was, beschrijft bet ons met
do volgende woorden:
»Toen men don keizer berichtte dat de
rijtuigen gereed waren, stond hij op, nam
zijn hoed en zeide:
»Merneval, ga met mij mede."
»Ik volgde hem langs de kleine wen
teltrap, welke van zijne vertrekken naar
die der keizerin leidde. De keizerin was
alleen en scheen in diep gepeins verzonken.
Bij het gedruisch dat wij maakten, terwijl
wij binnentraden, stond zij haastig op en
viel den keizer snikkend om den hals. De
keizer omhelsde haar herhaaldelijk. Door
hare aandoeningen overstelpt, viel Josephine
in onmacht. Hij legde haar in mijn armen,
beval mij haar niet te verlaten en verliet
haastig de kamer om zich naar zijn rijtuig
te begeven. Toen Josephine bemerkte,
dat de keizer vertrokken was, begon zij
nog heviger te snikkeD en te weenen.
Hare vrouwen die thans waren binnenge
treden, legden haar op een canapé en be
ijverden zich haar weder tot bedaren te
brengen. In hare verwarring had zij mijne
handen gegrepen, terwijl zij mij ernstig
op het hart drukte, den keizer te zeggen,
dat hij haar niet moest vergeten, en hem
van hare aanhankelijkheid en trouw, die
elke proef zou doorstaan, te verzekeren.
Ik moest haar beloven haar terstond na
vaccinedwang in verband. Eerstgenoemde
zegt eenvoudigbewijs mij dat deze sta
tistieken juist zijn en dat zelfs niet alle
aangetasten ingeënt zijn geweest, bovendien
bewijzen de aangetaste ingeënten niets
voor de vaccine en nog minder voor den
vaccinedwang.
Wij hopen een en ander in 't vervolg
breeder uit te werken.
Weet gij, zeide een beroemd dokter, het
geheim van elke echte geneeskundige be
handeling? Dezelve bestaat met goed de
oorzaak eener ziekte te kennen ten einde
op zekere wijze er de uitwerkingen van
tegen te gaan.
Te dien einde zij het mij vergund het
advies van den dokter te herzeggen en de
resultaten zijner studies en zijner bemer
kingen. Men moet, zegt hij de oorsprong
van een groot aantal ziekten in aanmerking
nemen en de oorzaak er van met juistheid
aangeven. Bijna altijd zal men bemerken,
dat dezelve zich ophoudt in de verarming
van het bloed en in de zwakte der zenuwen.
Het bloed te hernieuwen, de zenuwen te
versterken, dusdanig moet het doel zijn.
Het is aan het opzoeken van een volmaakte
hernieuwer van het bloed, van eene uit
muntende versterker der zenuwen dat de
dokter al zijne zorgen besteed heeft, het
is door eene speciale combinatie dat hij de
Pink Pillen vervaardigd heeft.
Ju IT. Aaltje MAARTENS volgen portret.
En van toen af hebben zij wondervolle
resultaten gegeven in al de gevallen voort
mijn aankomst te Trianon bericht aangaande
den keizer te zullen zenden, en al mijn
invloed te zullen aanwenden dat hij haar
schreef. Het viel haar zwaar mij te laten
vertrekken, alsof mijn heengaan den laatsten
band verscheurde, die haar nog aan den
keizer verbond. Ik verliet haar, diep ge
troffen door zulk een innige smart en zulk
een oprechte liefde. Ik deelde te Trianon
den keizer alles mede, wat er na zijn ver
trek was voorgevallen en kweet mij va»
den last, welke de keizerin mij had opge
dragen. De keizer leed nog onder de in
drukken der tooneelen van dezen dag. Hij
sprak vol vuur over de deugden van Jose
phine, over de oprechtheid der gevoelens,
welke zij voor hem koesterde; hij beschouwde
haar als een geliefde vriendin. En inder
daad heeft hij haar steeds een hartelijke
toegenegenheid getoond. Reeds denzelfden
avond nog zond hij haar een brief, om haar
in haar eenzaamheid te troosten. Zoo deed
hij herhaaldelijk. Zelfs bracht hij haar den
volgenden dag reeds een bezoek."
En Josephine? Een harer kamerdames
meldt van haar:
»Ik bleef het grootste gedeelte van den
nacht bij de keizerin. Het was haar on
mogelijk te slapen en wij brachten den
nacht al pratende door. Wel was de kei
zerin diep geroerd, wel beklaagde zij zich
over haar lot, doch in zulke zachte bewoor
dingen dat mij de tranen onwillekeurig in
komen de tengevolge van" een slecht bloed,
zooals bloedarmoede, bleekzucht, neurasthé-
nie, rheumatiek, algemeene zwakte, maag-en
ingewandziekten. Zij hebben de jeugdige
personen versterkt, de door ziekte uitgeputte
mannen en vrouwen opgebeurd, degrijsaards
zelf jeugdiger gemaakt. Een jong meisje
Juffrouw Aaltje Maartens, Wierdijk te
Enkhuizen verklaarde aan onzen verslag
gever, dat hoewel slechts 17 jaren oud
zijnde zij veel geleden had, en wel gedu
rende de 2 laatste jaren. Het was begon
nen met zwakte door 't geheele lichaam,
gebrek aan eetlust, ongeregelde spijsverte
ring en had veel last van klieren in de hals,
dat alles is verdwenen, doch zijde zij om
»het bewijs te geven hoe erg ik door klieren
geplaagd werd, kijkt mijn hals maar aan,
die is altijd nog scheef, maar voor't overige
ben ik geheel genezen'' door die wonder
volle Pink Pillen van Dr. Williams. Ik
eet met smaak en verteer alles goed.
Prijs f 1,75 de doos f 9 per 6 doozen.
Verkrijgbaar bij Snabtlié, Steiger 27, Rot
terdam, hoofddepothouder voor Nederland
en apotheken. Franco toezending tegen
postwissel.
Ook echt verkrijgbaar voor Middelburg
en omstreken bij Joh. de Roos, K 157
Vlasmarkt te Middelburg.
Ook echt verkrijgbaar voor Goes en
omstreken bij Gebr. Mulder, drogerijen
en Verfwaren.
17 Januari 1902.
Met innig leedwezen vernemen wij heden
het overlijden van den heer B. Quist, oudste
lid van den gemeenteraad te Goes.
Bastiaan Quist werd den 9 November
1842 te Nieuw Vosmeer geboren. In zijn
jeugd verhuisden zijn ouders met hem
naar Stavenisse, waar hij den Heiland
leerde kennen, zich aansloot bij de christelijk
afgescheidenen en zich liet inschrijven als
student aan de Theologische school te
Kampen. Na een paar jaren reeds was
hij genoodzaakt zijne studiën te staken
wegens een ernstige bloedspuwing.
Hij vestigde zich toen als winkelier te
Oud-Beijerland waar hij huwde met mejuf
frouw Jasperina Pieternella Meijler uit
Goes. Van eene pokziekte hersteld vertrok
hij in 1867 naar Goes waar hij den beken
den winkel in de Lange Kerkstraat opende,
dien hij nu rijk beklant en van God gezegend
zynen kinderen nalaat.
De laatste jaren zijns levens waren voor
hem niet ongezegende jaren van groote
beproeving. Na een laugdurig ziekbed
ontviel hem zijne vrouw den 16 April des
vorigen jaars, nadat hunne 18 jarige dochter
de oogen kwamen. Zij sprak over den
keizer met dezelfde achting, met denzelfden
eerbied als vroeger. Zij bleef onveranderlijk
dezelfde in zachtmoedigheid, liefde en goed
heid." En zoo bleef zij tot aan haar dood
de getrouwe vriendin, de teeder minnende
gade des keizers. Zij trad niet weder in
het huwelijk; een aanzoek om hare hand
van den prins van MecklenburgSchwerin
sloeg zij af. Zij beweende liever, als ware
zij een weduwe, het gemis van haren
echtvriend, dien zij overleefde.
Haar volgde de liefde van het Fransche
volk naar Malmaison. Velen bezochten haar,
of zochten de lanen aldaar op, uit behoefte
om haar te zien. Tusschen Trianon en
Malmaison was een aanhoudende gemeen
schap van equipages. Zoo wilde het zelf de
keizer, die vóór zijn tweede huwelijk vaak
openbaar met haar in de parken van Mal
maison wandelde, en ook nog na zijn huwelijk
haar vaak in alle stilte bezocht. Doch na
zijn huwelijk waren de bezoekenschaarscher.
In ieder geval week sinds den 15en
December het geluk uit Napoleons woning.
Nog jaren daarna betreurde hij dikwijls de
misdaad zijner echtscheiding; en toen Napo
leon in 1821 in de kracht zijns levens stierf
was het niet de naam van Maria Louise,
maar de naam zijner eenige Josephine, die
hem zweefde over de lippen.
(Wordt vervolgd