NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
No. 185.1901.
Vrijdag 13 September.
15e Jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
VERSCHIJNT
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
EN VAN
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
6
FEUILLETON.
atOOTIIKlD DN
Historische Herinneringen.
Prijs per drie maanden franco p. p0,96.
Enkele nummers0,02°.
UITGAVE DER FIRMA
van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Zij, die zich abonneeren op deze
courant met het nieuwe kwartaal,
dat den len October begint, ontvangen
de van af 1 September verschijnende
nummers gratis.
12 September 1901.
Op de hem eigen, welsprekende wijze
veroordeelt dr. Schaepman in no. 6 van
zijne Chronica de handelwijze van vele
katholieke kiezers, die bij eene der laatste
herstemmingen de voorkeur gegeven heb
ben aan den sociaal-democratischen candi-
daat boven zijnen liberalen tegenstander.
Men heeft zich verontschuldigd door te
zeggen, dat er tactiek tegenover de libe
ralen in deze handelwijze stak. Dezen toch
stemmen, waar keuze is tusschen een Ghris-
telijken candidaat en een sociaal-democraat,
gewoonlijk den laatsten. Welnu de Chris
telijke kiezers betalen hen nu eens met
gelijke munt.
Hij ziet niet veel heil in deze tactiek.
De liberalen toch weten steeds fraaie rede
nen te vinden om hunne handelwijze te
verdedigen. Maar dit ter zijde gelaten,
wordt dr. Schaepman's houding tegenover
de Socialisten beheerscht door iets anders,
door een beginsel, en dat verbiedt hem
alle toenadering tot die part ijHoor slechts,
hoe schoon hij het zegt:
„Het pauselijk woordnulla eonjunctio
„(geen samenwerking) is ook hier beslis
send. Waarom? Hier is openhartig
heid strenge plicht.
„Alle uiterste partijen hebben een
„bedwelmende en onverstaanbare aan
trekkelijkheid. Hoe verder zij gaan boe
„verder zij medesleepen en hoe grooter
„haar sleepkracht wordt. Het absolute,
„het onvoorwaardelijk stellige, het: Gij
„zult zijn als Goden is voor den mensch
„de verleiding, die de rede enhetgeweten,
„die de vrijheid doodt.
„Nu is de sociaal-democratie niets,
„wanneer zij niet is de partij van het
„absolute. Zegt men: de partij van de
„absolute belofte, ik neem de wijziging
„aan. Maar zij wijzigt niets aan de zaak.
„Geen enkele partij dnrft het absolute
„geluk beloven. Ook de liberale partij,
„al meent zij alles voor den mensch te
„vermogen door den mensch, belooft geen
„Paradijs. Alleen de sociaal-democratische.
„Vandaar haar Evangelie der ontevreden
heid, vandaar haar: alles of niets;
(Schetsen wit het leven van Napoleon IJ
DE EERSTE KENNISMAKING.
De veertienjarige Engeniusde Beauharnais
(spreek uit booarnè) kwam des Zaterdags
na den grooten slag bij zijn moeder Josephine
te Parijs, gelijk eiken Zaterdag logeeren.
Eensklaps viel zijn oog op de ledige plaats
waar altijd de degen zijn vader gest aan had.
Op zijne vraag waar die degen gebleven
was, gaf zijn moeder met bevende stem te
kennen, dat de soldaten der republiek in
alle woningen eene huiszoeking hadden ge
daan, of er ook wapenen gevonden werden,
dat zij ook hare woning waren binnenge
drongen en den degen hadden medegenomen.
Eugène's oog fonkelde van verontwaar
diging: en zonder iets te zeggen ging hij naar
het paleis van den opperbevelhebber. Daar
gekomen, vroeg hij den portier om den
generaal Bonaparte te spreken. De portier
weigerde echter hem aan te dienen; doch
de knaap liet zich niet zoo gemakkelijk af
schepen. De woordenwisseling duurde echter
zoo lang, dat de generaal er de lucht van
kreeg en omtrent de zaak ingelicht zijnde,
den knaap voor zich liet komen.
Het oog van Bonaparte rustte met wel
gevallen op het schoone gelaat en de kloeke
gestalte van den jongen.
»Wie zijt gij, mijn jongen?"
»De zoon van generaal Alexander Bean-
Tegenover deze absolute belofte van
„volkomen aardsch geluk staat het Chris-
„tendom met zijne verheven leer van:
„zonde, ellende, dood. De Ckristenpre-
„diker kan op deze arme wereld voor
spellen een zegepraal der gerechtigheid,
„die zegepraal is nooit volkomen. Steeds
„moet hij de strenge herinnering her
balen „de armen hebt gij altijd bij u,'
„wegcijferen kan hij nooit deze drie:
„zonde, ellende, dood.
„Maar nu heeft in deze arme wereld
„het zinnelijk geluk een groote aantrek-
„kelijkheiij, vooral voor hen, bij wie de
„zinnelijke nood het grootste deel van
„het zinnelijk leven is. Het Christen-
bom heeft tegen de soeiaal-democratie
„een harden strijd te strijden, daar deze
„zijn volsto en volstrekte tegenstelling
„is. Het kan en mag op straffe van
„logen dat zinnelijk geluk niet beloven
„onvoorwaardelijk en onvermengd. Het
„moet met brekend hart zien, dat de
„scharen zich laten verleiden door dien
„geluksdroom, zoo verbijsterend en zoo
„ledig toch".
Dr. Schaepman acht het daarom gewaagd
spel, zoo de Christenen „om redenen van
tactiek met den sociaal-democraat het krijgs-
pad op gaan".
Hij wordt „allerminst bezield door socia
listen vrees, maar wil juist daarom open,
harden strijd".
„Iedere toenadering onzerzijds is een
naderen tot den afgrond".
Schoone en ware woorden. Wel waarlijk
is het Socialisme een „geluksdroom, zoo ver
bijsterend en zoo ledig toch." Met dat al
maakt zij zich van veler hart meester.
Eerst heeft de openbare school haar ver
woestend zaad gezaaidzoodoende werd de
schare los van het Christendom. Daar komen
nog bij de misstanden op sociaal gebied.
Deze twee factoren: het moderne heiden
dom en de verkeerde sociale toestanden
hebben een akker toebereid, waarop het
Socialisme welig tiert. Slechts bestrijding
van beide zaken kan het Socialisme keeren.
In de allereerste plaats de schare weer
brengen tot den Man van Smarten en haar
oog opnemen voor nog grootere nooden dan
stoffelijke. Want met eene volle maag en
een koud hart blijft de mensch toch onvol
daan en ongelukkig.
En de tweede plaats de sociale misstanden
zien te verbeteren en dat doen uit alle
harnais, burger generaal."
»En gij heet?"
»Eugène, burger generaal.
»Wat wilt gij, Eugène?"
»Den degen van mijn vader, die door de
republiek vermoord is.
Napoleon fronste de wenkbrauwen.
»Gij durft beweren, vermetele knaap,
dat de republiek uw vader vermoord heeft
beet hij hem op barschen toon toe.
»Ja, want dat is de waarheid. De repu
bliek heeft hem terechtgesteld als een mis
dadiger en hij was onschuldig. Hij was
altijd een trouw dienaar van de republiek
geweest".
»En wie zegt u dat?"
»Mijn hart;" (en de knaap legde daarbij
vol geestdrift de hand op zijn boezem);
voorts mijn moeder, die hem beweent, en
de republiek zelve. Ware hij een verrader
geweest, dan zou mijne moeder hem niet
beweenen, en de republiek zou zijne verbeurd
verklaarde goederen niet hebben terugge
geven."
Het stroeve gelaat van Napoleon had
inmiddels zijn oude vriendelijke plooi herno
men. Napoleon had dien jongen liefgekregen.
»Gij gelooft dus, dat de republiek gaarne
behoudt, wat zij heeft," vroeg hij.
»Ja, en dat zij ook gaarne neemt, wat
zij niet heeft. Zie het aan den degen van
mijn vader. Die degen behoort aan mij,
niet aan de republiek. Mijn moeder heeft
mij op dien degen laten zweren, dat ik
het aandenken van mijn vader heilig bewa
ren zal, en er naar streven zijn voorbeeld
te volgen," was het antwoord.
macht. Want een Christendom, dat steeds
spreekt van zonde en genade, maar tege
lijkertijd allerlei ongerechtigheid in gedrag
en wandel bedrijft, stuit af.
Dan zal blijken, dat, hoe krachtig en
moedig het Socialisme ook zijn moge, het
Christendom nog sterker is. Eenmaal, toen
de heidensche maatschappij op was, heeft
het 't aanzien des aardrijks vernieuwd. Ook
nu bezit het nog zijn kracht.
„Indien de vijanden rijk zijn, hebben
„zij nooit genoeg; zijn zij arm, dan
„trachten zij rijk te worden; Oost noch
„West heeft hunnen dorst naar schatten
„kunnen lesschen.
„Zij begeeren alles voor zich alleen,
„even hard het rijkste goed als het
„armste zaadje.
„Stelen, moorden, onder valsche voor
wendsels zich van 't bestuur meester
„maken, ziedaar hun dagelijksch werk.
„En wanneer zij een land tot eene
„woestenij gemaakt hebben, dan bezweren
„zij, dat zij de pacificatie daarom tot stand
„gebracht hebben".
„Zeker het oordeel van een Boer over
de Engelsehen" zult gij bij het lezen van
bovenstaande régels zeggen.
En zonder twijfel passen deze woorden
volkomen in den mond van één dezer
strijders.
Toch is dit noch door Boerenmond ge
sproken, noch een vonnis over de Britten
en allerminst van dezen tijd.
Integendeel, o bittere ironie! het boven
staande werd uitgesproken door een der
voorvaderen van het tegenwoordige Engel-
sche volk, nu ruim 18 eeuwen geleden,
toen zij zuchtten onder de wreede dwinge
landij der Romeinen. De Romeinsche ge
schiedschrijver Tacitus heeft het aan de
vergetelheid ontrukt.
Het volk der Romeinen, anders zoo fijn
voelend, wat het recht betrof, was aange
grepen door den landhonger en ge hebt
gelezen, tot welke uitspattingen zij kwamen.
Doch de Romeinen waren heidenen en
de Engelschen noemen zich Christenen.
Navolgers van Hem, Die gezegd heeft:
„Hebt uwe vijanden lief als uzelven" en
„doet wel dengenen, die u geweld aandoen".
Dat is juist het gruwelijke in dezen oorlog.
Echter in deze zaak den moed niet ver
loren want: „indien gij de onderdrukking
Uw moeder is zeker een deugdzame, be
jaarde dame", zeide Napoleon vriendelijk.
»Mijn moeder is wel deugdzaam, maar
oud is zij niet. Zjj is een schoone jonge
vrouw, die niet verdient dat gij haar zoo
veel verdriet aandoet. Als gij haar kendet
zoudt gij er ook zoo over denken."
Nog over andere zaken onderhield hij zich
met den knaap, en gaf daarop last den
degen van wijlen Alexander de Beauharnais
aan zijnen wettigen eigenaar terug te geven.
Hij zelf overhandigde hem aan den knaap
en gaf hem de waarschuwing mede
»Weet wel, Eugène, dat gij mij beloofd
hebt hem slechts ter eere en tot verdedi
ging van het vaderland te zullen gebruiken.
Zeg uwe moeder dat ik baar met zulk een
braven zoon gelukwensch."
Wie schetst de blijdschap der weduwe,
toen zij den jongen met den »gewijden"
degen zag terugkeeren, Zij was dan ook
zoo onuitsprekelijk dankbaar over deze wel
willendheid van den generaal, dat zij des
anderen daags besloot hem te bezoeken,
om hem hare dankbaarheid te betuigen.
Zij werd in zijne spreekkamer toegelaten.
Zij, Josephine, bij hèm, Bonaparte.
Voor de eerste maal te zamen, deze twee.
O, zoo zij had kunnen weten, welk een
zee van geluk, maar ook hoeveel rampen
op deze ontmoeting zouden volgen Of zij
haar gevoel van erkentelijkheid niet voor
zich alleen zou behouden hebben?
Napoleon was getroffen over de beminne
lijke hoedanigheden dezer vrouw. Reeds
den volgenden dag bracht hij haar een
tegenbezoek. Hjj vond in hare rijk versierde
des armen en de berooving des gerichts
en der gerechtigheid ziet in een landschap,
verwonder u niet over zulk een voornemen,
want die hooger is, dan de hooge neemt
er acht op, en daar zijn hoogen boven hen.
In het laatst verschenen nummer van
Boazlezen wij o. a. het volgende over
een besluit, dat op de Congresvergadering
v. d. „Algemeene Nederlandsche Bond" van
schoenfabrikanten te Dongen aangenomen
werd:
„Op deze vergadering werd echter ook
„het betreurenswaardig besluit genomen
„om de Congresvergaderingen altijd op
„Zondag te houden, en daarbij rekening
„te houden met het uur der godsdienst
oefeningen. Wij betreuren dit besluit.
„Noodzakelijk verzuim van arbeid kan
„voor Roomseh-Katholieken toch aller-
„minst een bezwaar zijn, daar zij naast
„den Zondag nog vele andere feestdagen
„vieren, en ook dan den arbeid staken.
„En de tijd op een vakcongres door
gebracht kan toch allerminst door een
„goed vakman als verloren tijd worden
„aangemerkt. Wij hopen dus, dat ge
doemde bond nog op zijn genomen
„besluit moge terug komen."
Van harte sluiten wij ons bij deze woor
den aan. Onze Roomsche landgenooten
nemen het over het geheel niet heel nauw
met de Sabbathsviering. Uit de kerk even
in de herberg aanwippen is veelal de ge
woonte.
Maar dit besluit kan veel grootere ge
volgen hebben. Niet alleen toch wordt de
Sabbathsrust van de Congresleden verbro
ken, maar bovendien dwingen zij personeel
aan tram of spoor tot meerder werken.
Ook worden andersdenkenden hierdoor
van aansluiting bij dien Bond teruggehouden.
Doch ook indirect heeft zoo iets slechte
gevolgen.
Komt men ertoe om 's Zondags te ver
gaderen, dan ziet men er ook volstrekt
geen been in om op Zondag te posten en
brieven en kaarten te ontvangen. Men
durft dan gerust uitgaan en reizen op
Zondag.
Altemaal handelingen, die onnoodig onzen
naasten de zoo noodige rust op den dag
des Heeren ontnemen en wat meer zegt,
volkomen in strijd met Gods gebod.
Stieng den rustdag te vieren is nog
salon verscheidene dames van hoogen rang
en geestesgaven vereenigd.
Het uiterlijk van Napoleon was in die
dagen verre van behaaglijk. De kleine man
met zijn mager, bleek, hoekig gelaat en
wanordelijk langs de slapen hangende sluike
haren, was met recht een leelijk man te
noemen. Er werden belangrijke gesprekken
gevoerd, waaraan ook Josephine deel nam.
Tot Bonaparte zeide zij
»Ik zie het u aan, generaal, dat gij slechts
met weerzin de rust in onze hoofdstad
verstoord en het bloedige bevel der Con
ventie ten uitvoer gebracht hebt."
Zeer bedaard antwoordde hij»Het is
wel mogelijk, doch wat zal ik zeggen, me
vrouw De militairen zijn slechts automaten,
die door fde regeering naar haar goedvinden
in beweging gebracht worden. Zij moeten
gehoorzamen. Toch moeten de Parijzenaars
van geluk spreken. Ik heb ze zeer gespaard.
De meeste mijner kanonnen waren met
kruit geladen. Maar zulke kleine scher
mutselingen zijn slechts de voorloopers
mijner glorie."
«Wanneer gij uwe glorie tot zulk een
prijs moet koopen", was het antwoord der
verontwaardigde gastvrouw, »dan had ik
u liever onder het getal slachtoffers gezien".
Napoleon ging wijselijk op deze aanmer
kingen niet in. Hij gaf het gesprek een
andere wending en het gesprek behield tot
het einde zjjn aangenamen toon.
Langzamerhand vertrokken de gasten en
bleef Napoleon met de schoone weduwe
alleen. Zij vond dat zeer onbescheiden, en
vroeg hem door hare blikken en houding
immer de Maatschappij tot zegen geweest.
Het menschelijke lichaam kan niet zonder
eenen wekelijkschen rustdag. Let men
hier op, dan overtreedt men de scheppings-
ordinantie, wat niet anders kan uitloopen
dan op schade voor de gansche Maatschappij.
Toe te juichen zijn dan ook alle pogingen,
die gedaan worden om dezen kanker, die
aan onze Maatschappij knaagt, uit te roeien.
Met het oog hierop vestigen wij uwe
aandacht op het »Nationaal Congres voor
Zondagsrust", dat D. V. op 19 en 20 Sept.
in den Haag gehouden zal worden.
Op dit Congres zullen allerlei quaesties,
die met de Zondagrust in verband staan
door der zake kundige mannen behandeld
worden.
Wie hierover verdere inlichtingen
wenscht, verwijzen wij naar den voorzitter
der Regelingscommissie Dr. S. D. van Yeen
te Utrecht.
Vervolg.)
7. De ambagtsheeren of hunne geiiuctori-
seerden mitsgaders dijkgraaf en gezworens,
mogen doen kappen en uitroeien alle boomen
en elzen en willigen aan kanten staande
of op de heerenwegen, welke zij oordeelen
aan de wegen hinderlijk te zijn. (Placaat
21 Novb. 1608.)
8. De ambagtsheeren of dijkgraaf en ge
zworens mogen tot verbreedinge van de
wegen zooveel van 't naastgelegen land
afneemen, als zij noodig zullen oordeelen,
tegen behoorlijke vergoedingen, en mogen
ook ieder in zijn district het zand tot op-
hooginge en bezandinge van de wegen doen
haaien uit zoodanig ver of nabijgelegen
land daar het best te vinden zal zijn tegen
vergoedinge aan den eigenaar van zoo veel
het afgenomen of uitgezand land waardig
zal zijn volgens taxatie van schout en
schepenen. (Placaat 21 Novb. 1608.)
9. Niemand mag beesten laten weiden
langs heerenwegen of dijken zonder con
sent van den ambagtsheer, waarop de schut
ters gelast worden te passen, en met zulke
beesten te handelen volgens de keure van
Zeeland. (Placaat 23 Juli 1671.)
10. Geen geregt nog dijkgraaf of ge
zworens mogen permissie geven om beesten
te weiden langs heeren wegen, bijwegen,
ambagtsheerendijken of wegen, een ander
waarom ook hij niet heenging.
't Was toen, dat Napoleon haar ten huwe
lijk vroeg. Zij wees echter het aanzoek van de
hand en deelde hem mede, dat een waarzeg
ster haar de koninginnekroon had toegezegd.
»In spijt van uwe profetische negerin,"
hernam de generaal »laat ik niet
af, de toekomstige koningin van Frankrijk
te verzoeken mijn vrouw te worden."; en
hij deed haar sidderen door de strenge uit
drukking van zijn wezen.
Nog streeft zij tegen.
»Dus gij wijst alzoo mijn hand af," vroeg
hij koel.
Zij gaf hem uitzicht op een kalme over
weging van wat haar te doen stoad.
Zeer lang aarzelde zij.
Een brief door haar in dien tijd van
slingeringen geschreven, getuigt van nuch
terheid van opvatting en van de worsteling
haars gemoeds tegen het wantrouwen. Zij
noemde de liefde van Napoleon een »mogè-
lijken aanval van delirium."
Ten slotte stemde zij toe en maakte den
generaal overgelukkig, toen hij de weduwe
De Beauharnais, thans zijne Josephine naar
het altaar mocht geleidenHare liefde deed
hem de smart der herinnering aan Desirée
Clay vergeten, aan de ontrouwe, het voor
werp zijner eerste liefde, die later haar
hart gaf aan den generaal Bernadotte.
Ook deze werd dus een vorstin. Haar
echtvriend werd later koning van Zweden.
(Wordt vervolgd.)
-(0-