NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. No. 171.1901. Dinsdag 20 Augustus. 15e jaargang. CHRISTELIJK- HISTORISCH Buitenlandseb Overzicht. VERSCHIJNT Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN Engeland en Transvaal. elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p0,95. Enkele nummers0,025. UITGAVE DER FIRMA en van van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. 19 Augustus 1901. Zeeuwsche Kerkhistorie. Dr. Wagenaar schijnt nogal eens te ver- poozen in onze rijke provinciale bibliotheek. Of hij gelijk heeft. Gelukkig dat de ge legenheid zoo schoon is. Als vrucht van zijn onderzoek geeft hij af en toe schetjes in de Kerlcbode. Wij hebben hoop dat hij ze later ia één bundel zal samenvlechten. Aan een er van geven wij weer eens een plaatsje't is te mooi om 't onzen Noord- Bevelandschen lezers te onthouden. „Hendrik Loene. In 1769 werd in de heerlijkheid Noord monster onder Middelburg, geboren zekere Hendrik Loene. In 1799 woonde hij in Middelburg en hij was blind. Maar praten kon hij uit de Waarheid, van belang! Hij kwam te Oats, riep daar een verga dering samen en hierop werd ingeschreven voor een predikants-tractement. Voorts be riep hem de kerkeraad tot predikant en Loene deed intree op 11 Juni 1799. Alles buiten 't kerkverband om. Fin de Siècle? Cats vergaderde toen met de Classis Wal cheren. En deze eerwaarde vergadering besloot nog in 't zelfde jaar Loene's werk te stuiten, kerk en school voor hem te sluiten en stelde de zaak in handen eener commissie tot nader advies. Deze commissie pakte den Kerkeraad aan en nadat Loene nog een keer gepreekt had werd hem preeken en oefenen ontzegd en vertrok hij van Cats. Doch Loene verscheen op de Classis en diende een verzoekschrift in op gesteld door notaris Joh. de Vries en door Loene met twee kruisjes onderteekend. Maar hij had den zegen uitgesproken en bleef geschorst! Een groep leden uit Cats protesteert en blijft Loene beschouwen als de wettig be roepen leeraar en eenige diakenen en lid maten komen om antwoord op de classis, maar worden afgescheept. Op Zondag 23 Maart is Cats in spanning. Loene wou en zou preeken. Maar 't ge recht had de kerk verzegeld en ze werd eerst ontzegeld des nademiddags voor Ds. van der Zoo. Van der Zoo trad binnen, maar stuitte op twee dienaars der justitie, die zich geposteerd hadden op 't trapje van den preekstoel en hem 't opklimmen te beletten. Van der Zoo verliet de kerk, maar nu kwam Hendrik Loene en preekte onge hinderd! De Hoog-Baljuw van bewesten Schelde was dus op de hand der doleerenden. Den volgenden Zondag moest Ds. Hout appel van Wissenkerke den ringdienst waar nemen. Maar hoe de classis dreigde, de diakenen afzette, enz. het volkje van Cats handhaafde zijn dominee, die op 5 April 1800 „door den smid van het dorp werd bevestigd!" De ouderlingen waren onmachtig deze disorde te keeren. Loene was niet eens lidmaat der kerk! Toch kenterde straks de publieke opinie. Op 6 Nov. werd Loene „van zijn ambt als leeraar te Cats ontzet" en keerde de rust in 't anders zoo stille dorp terug. De vrienden van Loene moesten de kos ten van 't geding betalen, wilden ze van de censuur worden ontheven. Mr. J. G. de Witt Hamer trad als hun pleitbezorger op. Doch de censuur bleef gehandhaafd. In 1810 dook Hendrik Loene weer op in Vlissingen en hield er oefeningen. Doch de classis schoof er een schotje voor. Ook Jan Verstraate uit Arnemuiden was zoo'n vrijbuiter-oefenaar. In 1801 trad hij op in Veere. En in 1815 deed hij 't zelfs „met open deuren" in Arnemuiden. Ds. Hondius verbood 't hem en hij zei: „Ik zal het niet doen, dan als gij absent zijt." De classe daagde hem voor zich. Maar Ver straate bleef absent tot 7 Maart 1816. Toen verscheen hij en beloofde voortaan het oefenen te laten." De Nieuwe Courant schijnt vol moed dat Amersfoort weer conservatief liberaal wordt. Mr. W. H. de Beaufort te Leusden, de oud-minister van buitenlandsche zaken uit 't vorige kabinet, is in verschillende dorpen van 'tdistrict nog steeds als „jonker Willem" van „de Treek" bekend en zal derhalve met zijn populairen naam vele kiezers lokken. Kleurloozen, conservatieven, chr. histo- rischen, oud-liberalen, vrijzinnig- en soci aal-democraten zullen wel op hem stemmen, zoo wordt gehoopt. Eu dan valt de candidaat der antirevolu tionairen ook een van Asch van Wijck. In 1874 hebben de conservatief liberalen op gelijke wijze dat district veroverd, ook met een populairen naam, ook met een jonker Willem, ook met een oud-minister, ook tegenover een van Asch van "Wijck. Toen stond W. baron van Goltstein tegen over den vader van den tegenwoordigen minister van koloniën. En van Goltstein won 't. Maar toen was er beperkter stemrecht en hielpen de Roomsehen mee. Zoodat wij nog niet gelooven kunnen dat de historie van '74 zich morgen her halen zal in dit, al zoovele jaren als anti revolutionair gedoodverfde district Amers foort. In Sliedrecht hebben de liberalen ook goede hope. Daar moeten echter weer niet de oud liberalen maar de vrijzinnig democraten den slag slaan; ook zijn er geen Roomschen, om den doorslag te geven. Heldt tegenover Seis, den inspecteur van den arbeid. Beiden op dat terrein in eere. Mogen al onze kiezers morgen op hun post zijn, opdat Amersfoort, het district van Keuchenius, en Sliedrecht, het district van Kuyper, voor de antirevolutionaire partij behouden blijve. Minister Harte werd in Grave door een locale specialiteit, door den burgemeester van Grave vervangen. Het Centrum spreekt naar aanleiding daarvan een voorzichtig woordje ter waar schuwing dat alle partijen zich wel mogen aantrekken. Het blad raadt aan om in 't vervolg meer den ouden regel te volgen: eerst letten op staatkundige geschiktheid en openbaren ijver, en pas dan op woonplaats. „Vooral nu wij eene der regeeringspar- tijen uitmaken, komt 't bijzonder aan op een meerderheid, sterk niet alleen door het aantal, maar tevens door intensieve werk kracht harer leden". Heldt is de held die het bekende Zon dagspraatje omtrent minister Kuyper in een kiezersvergadering te Sliedrecht heeft durven debiteeren. Onze vrienden hebben evenwel dien held op zijn voorman gezet met een telegram van den minister, hetwelk aldus luidde: „Geheel buiten mijn weten en stellig tegen mijn wil is op Zondag gearbeid Kuyper". Of hiermede de monden gestopt zijn? Van de Middelburgsche in- en uitpraatster stellig niet. Immers zij dorst Zaterdagavond nog schrijven „Nu durft „men" het voorstellen alsof dr. Kuyper van het gebeurde niet afwist. Het is buiten hem om, zonder zijn weten geschied! Wij kunnen dit beslist tegen spreken. Dr. Kuyper heeft het wel geweten." Ee dan spreekt 't blad den wensch uit dat bij de begrooting de minister eens zal geïnterpelleerd worden, waarom „om het christelijk volk de oogen te openen en te toonen dat niet de liberalen de vij anden zijn van zijne beginselen, maar de partijmannen zeiven"; terwijl met een „iet niet op onze daden maar alleen op onze woorden" wordt besloten. Een vhn tweeën de Middelburgsche Crt. praat in en uit, gelijk zij wel eens meer doet, of zij heeft de ooren laten hangen naar laster. In 't laatste geval mag wel de wenk herhaald aan den minister dat hij zijn staatkundige vijanden aan zijn departement moge in 't oog houden, en tot hun plicht brengen. AMERIKA. Wanneer de regeeringen van Oostenrijk en Amerika maar wilden beletten dat dui zenden paarden aan Engeland worden ge leverd en naar Zuid Afrika uitgevoerd, zou de oorlog, bij gebrek aan paarden, spoedig gedaan kunnen zijn. Maar hieraan is geen denkenen om de Geneefsche Conventie bekommert niemand zich. Generaal Pearson (spreekt uit Piersen) die thans in Amerika vertoeft om dezen lagen paardenhandel te voorkomen, in zijn qualiteit van agent der beide Zuid Afri- kaansche Republieken, heeft het onmoge lijke er van ingezienen thans, ten slotte, in een open brief aan het Amerikaansche volk zijne klacht over zoo trouweiooze schennis van 't volkenrecht doen hooren. Hij schrijft onder anderen; „Door de wetten uws lands, tot welks erkenning gij de Britsche regeering ge dwongen hebt, is verklaard dat de havens der Yereenigde Staten niet tot een basis van oorlogsoperatie gemaakt mogen worden tegen eenige natie waarmede Amerika op voet van vrede is. En nu koopen Engel- sche officieren paarden en muildieren bij u op en voeren ze naar hun leger in Zuid Afrika. Deze republieken wisten niet toen de oorlog tegen hunne verdrukkers uit brak, dat zij ook oorlog tegen u voerden. Zij kunnen hunne vrijheid behouden en hun land verdedigen indien gij onpartijdig zijt gelijk gij beloofd hebt. Maar de pre sident handhaaft de wetten en tractaten niet, en zijn ondergeschikten spotten er mee." Op 't laatst krijgt de klacht 't karakter van een aanklacht. Maar 't moest alzoo. Het is schande dat 't overmachtige Enge land zoo tegen alle recht en wet in, wordt voortgeholpen en zedelijk gesteund door alwat groot is en gezag voert. Omtrent de verwikkelingen tusschen Columbia en Venezuelia, waar Amerika den neus in heeft, verneemt men geen nieuws. De Columbianen onder Garbiras deden een inval in Venezuela; dit is voorloopig het eenige. ITALIË. Met groote praal heeft te Palermo de bijzetting van het lijk van Crispi plaats gehad. Aan de straten waardoor de stoet zou trekken, waren alle winkels gesloten, uit alle huizen hingen rouwvlaggen, en kele gebouwen waren prachtig versierd. Uit de verste deelen van het eiland waren scharen nieuwsgierigen naar de hoofdstad gekomen. Nadat de officieele personen, de familie leden en vrienden van Crispi die uit Na pels waren gekomen aan land waren ge stapt stoomde de kruiser „Varese" met het lijk langzaam de haven binnen onder het lossen van saluutschoten die door de forten werden beantwoord. De kist werd met de gebruikelijke eerbewijzen van boord gelaten en naar het land geroeid, waar het lijk in ontvangst werd genomen door den burgemeester aan het hoofd van den gemeenteraad. Een korte wijle werd de kist geplaatst in de capitanerie van de haven, waar de stoet werd opgesteld. Deze was evenzoo samengesteld als die te Napels. Voor den lijkwagen werd de ba nier van de stad Palermo gedragen. Tijdens den tocht door de stad losten de kruiser en de forten aanhoudend eere- schoten. Uit de vensters der huizen werd de lijkkist met bloemen bestrooid. Yoor de kerk Albergodelle Povere stelden de militaire detachementen zich in carré op en terwijl de geweren werden gepresen teerd en de muziekkorpsen een treurmarsch speelden werd de kist naar binnen ge dragen. Dat naar binnen dragen is een daad ge heel strijdig met hetgeen de overledene al zijn leven had betoond. Hij was een vijand van de Kerk en van den Paus, van God en Godsdienst; en wijdde 't beste deel zijns levens aan 't ondermijnen van 't Goddelijk gezag van Koningen. Tot aan zijn dood volhardde hij in zijn onverschillige houding jegens de hoogere dingen. Hij zelf zou dit slot van zijn leven eer comisch dan tragisch hebben gevgnden, indien hij van zijn eigen uitvaart had kunnen getuige zijn. Wij zouden nog heel wat uit dit veel bewogen, veelgevlekte leven kunnen ver tellen. Maar wat heeft men er aan! Wij zeggen 't De Lamartine na: Son cercueil est fermé, Dieu l'a jugé! Silence T U R K IJ E. De Sultan heeft laatst bijna een conflict gehad met de Fransche regeering, die door zijn optreden in geldzaken de belangen van Fransche onderdanen geschaad achtte. Toen de Fransche gezant voldoening vroeg en de Sultan deze op de lange baan schoof, liet eerstgenoemde zich terugroepen, en toen heeft de Sultan de voldoening toegezegd. De zaak is te onbeduidend om er van te praten. Melden wij alleen dat de kaden te Constantinopel afgestaan waren aan een Fransche maatschappij welke daarvoor eenige rechten geniet, welke de Porte haar thans had ontnomen. Onder anderen de inkom sten van een stoompont tusschen Galatakade en Stamboulkade die echter de Staatskas met f 3000 daags benadeelde. Ook werd aan de genoemde maatschappij het recht om entrepots op te richten en de vrije beschikking over eenig grond door droogmaking verkregen, ontnomen. Dan, gelijk gezegd, de Fransche gezant heeft deze zaak weder in 't gelijk gebreid. Wanneer de Porte nu maar over de brug komt, schijnt alles weer in orde. Ook met Bulgarije heeft de Sulan quaes- tie gehad. Op de grenzen hadden in den laatsten tijd herhaaldelijk botsingen tusschen Bul garen en Turken plaats. Zaterdag hebben de Turken nog een Bulgaarsch grensdorp verwoest, terwijl in een gevecht vier Tur ken sneuvelden. CHINA. Wij besluiten dit Overzicht met over neming van onderstaand stuk uit De Neder lander. Het handelt over Chineesche Gods dienstvrijheid. Men herinnert zich, hoe niet lang geleden door den heer Henri Borel op zeer hoogen toon de missie in Ohina is aangevallen. Ook vele andere meenen, dat in China de meest mogelijke verdraagzaamheid op godsdienstig gebied bestaat, en dat het de Europeanen zijn, die door hun strijdlustig Christendom de gemoederen verbitteren en de rust verstoren. Reeds spoedig na dien aanval heeft de Leidsche hoogleeraar J. J. M. de Groot in de Koninklijke Academie van Wetenschap pen met een doorwrocht betoog de.volkomen onhoudbaarheid van die stellingen en be weringen aangetoond. Maar hij heeft het daarbij niet gelaten. In twee afleveringen van het nieuwe tijd schrift Ome Keuw, dat reeds vele belang rijke opstellen bevat, heeft hij onweerleg baar bewezen, dat de heer Henri Borel en allen die van Chineesche verdraagzaamheid spreken, eenvoudig hoegenaamd niets van de zaak af weten. Integendeel bestaat er in China eene van regeeringswege in stand gehouden ortho doxe moraal, en een „levensbeschouwing", waaraan op geenerlei wijze getornd mag worden. De leer van Confucius bekleedt den rang van staatsgodsdienst. Tegen die leer is o. a. het Buddhisme in verzet gekomen, dat ongetwijfeld, uit zedekundig oogpunt, oneindig hooger staat dan de leer van Confucius. In velerlei opzicht herinnert het leven van menig Buddhist aan dat der uitnemendste Chris tenen zelf. Maar de Chineesche wetten bedreigden allen, die afwijkingen van de door de re geering geijkte leer van Confucius ver kondigen, met zware straffen, nl. wurging, stokslagen en verbanning. De ambtenaren zijn verplicht alle ver spreiders van ketterden te vervolgen en worden zelve met stokslagen gestraft, zoo zij dien plicht verwaarloozen. Groote be looningen wachten den verklikkers of aan brengers. Zoo wordt, als de aanhouding van een ketter een doodvonnis ten gevolge heeft, de bestuursambtenaar, die de arres tatie bewerkstelligde één graad hooger ingeschreven in de registers van verdiensten. In geen land ter wereld, Rusland mis schien uitgezonderd, zijn ooit van over heidswege zulke krasse maatregelen voor geschreven tegen ketterijen, d. w. z. tegen afwijkingen van de van overheidswege aan genomen en vastgestelde leer, als in China. Het Buddhisme leidt er dan ook een kwij nend leven, ofschoon het nog steeds niet gelukt is die leer en hare belijders uit te roeien. Ook het Christendom valt zonder eenigen twijfel onder de Chineesche ketterwetten, en van overheidswege zijn dan ook de Christenen, die niets anders gedaan had den dan hunne leer te verkondigen op de meest barbaarsche wijze omgebracht. En dat is ook zoo gebleven na den bekenden opiumoorlog, toen de Europeesche mogendheden der Chineesche Regeering bescherming van de Christenen wisten af te dwingen. Letterkundige gegradueerden en be ambten, die zich aansloten bij de Chris tenen of mot hen verkeerden, werden gestraft met verlies van rang en be trekking. Op allerlei schijngronden en op valsche aanklachten zijn Christenen vervolgd, mis handeld en gemarteld, en wanneer zende lingen voor hen in de bres sprongen werden deze voor opruiers uitgekreten. Inboorlingen, die hun eigendommen aan vreemdelingen verkoopen of verhuren voor kapellen en hospitalen, worden op stokslagen onthaald, terwijl de kooppenningen hun worden af geperst. De geleerde schrijver leidt uit dit alles dan ook af, dat de Chineesche Christelijke kerken de bescherming der vreemde mo gendheden niet kunnen ontberen, en dat, zoo deze haar ontviel, zij alle te gronde moeten gaan; dat derhalve de zendelingen zich vergissen als zij meenen in deze het zonder die bescherming te kunnen stellen. En inderdaad als men die wetten leest, dan moet men hem gelijk geven. In elk geval stemmen wij van harte in met de slotwoorden van den Leidschen hoogleeraar: „wèl mag het uit de pen dat zelfs al weigert men om, met het Chris tendom, de noodzakelijke consequentie daar van, de propaganda, te aanvaarden die mannen en vrouwen wat anders verdienen dan den hoon en den smaad, in den laat sten tijd door onwetende of lasterzieke schrijvers over hen uitgegoten. Er bestaat, voorwaar, een andere reden voor Chineesche Christenvervolging dan een saam gedicht zondenregister van zen delingen." Van 't lijstje der zwaar gewonde Boe rengeneraals die wij in een vorig over zicht noemden, moet Erasmus worden ge schrapt, hij is niet gewond doch gevangen genomen. Gesneuveld daarentegen schijnt, in een der voor de Boeren nadeelige gevechten in den Vrijstaat de veldkornet Oosthuizen, behoorende tot het Jacobsdaleommando. De Zuid-Australische Woudloopers zijn

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1901 | | pagina 1