NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
No. 96. 1901.
Vrijdag 5 April.
15e jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
VERSCHIJNT
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRUS DER ADVERTENTIËN
Bekendmaking.
Kerknieuws.
Gemengde Berichten.
FEUILLETON.
Sip Alfred Milner.
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE DER FIRMA
en van
van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 ce*t
Familieberichten van 15 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Goes. Burgemeester en Wethouders
zullen op Zaterdag 6 April 1901, des voormid
dags te 10 uren in het openbaar bij opbod
nogmaals trachten te verhuren het woonhuis
wijk A no 64a bewoond geweest door wed.
SwartFouw en wel voor een jaar ingaande
1 April 1901. De voorwaarden liggen ter
lezing op de secretarie van 's morgens 9 tot des
namiddags 2 uren.
De Secretarie der gemeente zal a. s.
Maandag den 8 April, uithoofde van den 2en
Paaschdag, geslotén zijn.
Tot het doen van aangifte voor den Bur
gelijken Stand zal alleen des voormiddags
van 9 9'ls uren gelegenheid gegeven worden.
Ned. Herv. Kerk.
Zestal te Meppel: L. W. Bakhuizen van
den Brink, te Vlissingen; D. A. Boss van
Charante, te Zevenhuizen; F. C. Geerling,
te Joure; J. Groenetveg, te Steggerda; dr.
A. J. van 't Hooft, te Borne en R. Toren
beek, te Vollenhove.
Beroepen te Zaamslag, Ds. J. J. Hom
burg te Biervliet.
Bedankt voor Hoogeloon door J. Anker
man, cand. te Utrecht.
Geref. Kerken.
Bedankt voor Kollum door J. J. Berends
te Maasland.
Gisteren heeft te Kampen de eerste
saamspreking plaats gehad van curatoren
en hoogleeraren der Vrije Universiteit en
der Theologische School. Het agendum
voor de tweede samenkomst zal dooreene
commissie worden voorbereid. (Std.)
Goes. Aan de beurt van aftreding zijn
dezen zomer voor den gemeenteraad de
heeren Mulock Houwer, v. d. Peijl, Tem
perman, Janssen en v. d. Leeuw.
Vlissingen. Aftredende leden van den
gemeenteraad zijn dit jaar de heeren Alter
en v. Uije Pieterse, die zich niet herkies
baar stellen, en voorts de heeren Loois,
v. Raalte en Gewin, terwijl 2 nieuwe le
den moeten gekozen worden, gevolg van
uitbreiding der gemeente. Vlissingens
raad bestaat uit 12 liberalen 3 antirevo
lutionairen en Chr. bistorischen.
Goes. Dinsdag vergaderde hier de af-
deeling Heinkenszand v. d. M. t. b. v.
Landbouw en Veeteelt, onder voorzitter
schap van den heer I. G. J. Kakebeeke.
Het laatste der Zuidafrikaansche por
tretten van Rompels handelt over
,;De eenige inlichting die wij heb
ben, behalve hetgeen reeds is ge
publiceerd, js vervat in een particu
lier telégram van Lord Kitchener,
waarin deze verklaard dat generaal
Botha ernstig bezwaar maakte tegen
Sir Alfred Milner".
Chamberlain in het Britsche La
gerhuis op Zaterdag 23 Maart 11.
Een slanke, groote figuur is sir Alfred
Milnermaar niet robust, niet die breede
fotschheid van zijn tegenstander Kruger,
forschheid die deze naar voren dringt en
hem aanwijst te midden van bonderden.
Onberispelijk is de Hooge Commissaris in
zijn verschijning met het matte, het gemaak
te, het trage van de Britsche aristocratie.
De volbloed Engelsohman is hij echter niet
in zijn wezen. Zijn Duitsch bloed verraad
zich niet geheel. Men wil dat hij ongaarne
van die Duitsche afstamming hoorthoewel
ij zich verheft op de kennis van 't Duitsch.
oorhoofd an oogen teekenen hem als een
r i61 geheele gelaat, strak; elke plooi
don on^erworpen aan den sterken wil van
Tn ,l Tkt hem als een diplomaat,
vatton sPreken, voorzichtigin het op-
hoorhiar^a r? h vf""?611' waarxlit duidelijk
hoorbaar is de behoedzaamheid waarmee hii
min Toef11 kit6St'iS hij ?V6neens de staats-
manaoch met zoo sterk als in zijn gelaat
Gedurende de Bloemfonteinsche Conferen-
Tegenwoordig 34 leden. De heer Zuitlweg
bracht verslag uit van de Hoofdbestuurs
vergadering. De rekening sluitende met
f 566 goed slot werd goedgekeurd. Tot
afgevaardigden ter hoofdbestuursvergadering
werden herbenoemd de heeren Zuidweg
en Boogerd, plaatsvervangers jhr.de Jonge
en De Bokx.
De voordracht voor een lid der commissie
van toezicht op de proefvelden, wegens
ontslag nemen door dhr. Padmos, bestaat
uit de bh. J. D. Elenbaas en J. Blok van
's-Heer Arendskerke en Jan Koert van
Wolfaartsdijk.
Bijaldien de zuivelcursus met Januari
door de vele werkzaamheden van den
zuivelconsulent niet konden aanvangen zal
op nader te bepalen tijd nog in April
daarmede begonnen worden. De voorz.
wacht spoedig vele opgaven tot deelneming.
Er zal oen cursus in de Paardenkennis
met het a. s. najaar op touw worden ge
zet. Het Hoofdbestuur dat daartoe een
rijkssubsidie van f 500 ontving, zal do plaats
waar de grootste deelneming is te ver
wachten daartoe aanwijzen. Veeartsen
zullen de cursussen leiden.
Voor de a. s. keurtentoonstelling werd
f50 beschikbaar gesteld; aan het Hoofd
bestuur zal worden in overweging gegeven
om de keuringscommissie niet meer door
de inzenders te doen benoemen, maar door
de afdeeling, waarin de tentoonstelling
wordt gehouden, of in ieder geval door
het Hoofdbestuur zelf.
Nog werd door den Voorzitter medege
deeld dat van Rijkswege weder eene
subsidie is beschikbaar gesteld tot den
aankoop van varkens.
Als bijzonderheid wordt gemeld dat
aan de hofstede Reijgersberg te N.= en
St. Joosland een paard van 8 jaar 7
veulens geworpen beeft.
Vlissingen. De adspirant-macbinisten
J. Schilt, J. C. Duijf, T. A. Bouman, H.
Borgsteijn, F. v. 't Hub en M. Bos alhier
gedetacheerd aan de fabriek „De Schelde"
zijn bevorderd tot machinist 2e klasse en
gedeeltelijk overgeplaatst naar Nieuwediep
en Hellevoetsluis.
Oud-generaal F's Jacob (18811884)
is gisteren overleden.
De Rijks-Waterstaat is voornemens
het vóór Vlissingen gezonken stoomschip
»Tay" op te ruimen door het te doen
springen.
tie heb ik sir Alfred Milner verscheidene
malen ontmoet, maar de indruk die ik van
hem kreeg, was niet sympathiek. Het moge
zijn dat ik bevooroordeeld was en dat mijn
antipathie steeds sterker werd, maar hoe
zeer ook zich voordoend als een volmaakt
edelman, altijd kwam het willen bloot om
vriendelijk goedgunstig te schijnen. Dat
willen werd den scherpen opmerker hatelijk
De koude oogen waarin de ziel zich niet
spiegelde gaven heel zijn wezen één terug-
stooting van een huichelachtige natuur.
Zoo staat de onvermurwbare, de ongevoe
lige beul van het Afrikanerdom voor me en
zoo zal bij in zijn herinneringen blijven
koud, zielloos, een man die het hoofd zou
st.reelen van zijn slachtoffer alvorens het
af te houwen.
's Morgens tegen twaalven waren presi
dent Kruger met zijn raadgevers te Bloem
fontein aangekomen voor de conferentie,
's Namiddags vijf uur van denzelfden dag
reed de extratrein het station binnen die
sir Alfred Milner en zijn gevolg in de
Vrijstaatsche hoofdstad bracht. Kort na
aankomst sprak ik een der Vrijstaatsche over
heidspersonen die den Hoogen Commissaris
te Norvalspont ontvangen hadden namens
de regeering te Bloemfontein. Hij vertelde
mij dat de heeren de geheele^ reis door het
Vrijstaatsche gebied stil en afgetrokken
waren geweest, blijkbaar opziende tegen de
ontmoeting met den ouden Kruger tot wiens
ondergang en die van zijn volk besloten
was. Die vrees uitte zich in hun vragen en
opmerkingen.
Maar dat onaangename gevoel spiegelde
Boterwet
De minister van binnenlandsche zaken
heeft bepaald, dat aan de overgangsbepa
ling, sub 5o, van zijn beschikking van 22
Februari 1901, luidende:
»Tot 1 October 1901 zullen vorm en af
meting van het woord ^margarine", zooals
die omschreven zijn in de beschikking van
den Minister van Waterstaat, van 23 Octo
ber 1889, geoorloofd wezen", wordt toe
gevoegd betgeen volgt:
»terwijl wat de overige in laatstbedoel
de beschikking genoemde voorschriften be
treft, deze voor zooveel de thans gelden
de wettelijke bepalingen zulks veroorloven
mogen worden gevolgd tot 16 Mei 1901
met dien verstande evenwel, dat hetgeen
aldaar voor de buitenste verpakking is be
paald, voor de verpakkingen in het alge
meen zal gelden.
Een dorp van drinkebroers!
Te Borculoo, dat ruim 4000 inwoners telt
met 29 drankwinkels, is in bet afgeloopen
jaar ruim 45.000 liter gedistileerd gebruikt,
dat is circa 11 liter per hoofd, vrouwen en
kinderen inbegrepen!
Men schrijft uit Friesland aan de
N. R. C. 1
Wat een gezicht v n morgen bij het op
staan De aarde bedekt met een sneeuw
kleed als waren we in December! Geen
sneeuwlaagje, dat de tint van den onder
gelegen grond nog deed door kleuren, maar
eën laag van 5 a 7 centimeter dik. Men
ging sneeuwvegen, net als des winters, met
dikke wanten aan; de melkboeren zetten
zich weer op 'tscherp, door scherpe ijzeren
proppen in hunne klompen te slaan. Gladde
straten en een melkboer zijn nu eenmaal
de grootste vijanden.
Vreemd keken de lammeren op, die
hun dartelheid getrouw een rondedans
in de sneeuw hielden om hun blatende
moeder, die tegen de dwarrelende sneeuw-
vlokken, nu en dan met groote hagelsteenen
vergezeld, haar kroost wilde beschermen
en aanriep.
Maart roerde zijn staart op geduchte wijze,
zooals hij nu reeds drie weken doet. De
weilanden, die door den hoogen waterstand
onderliepen en gedurende een paar dagen
zoowat droog waren van boven, hebben veel
geleden door de strenge nachtvorsten der
laatste dagen. Geen grooter kwaad voor
die nog vochtige landen dan vorst, die den
bodem rondom de grasworteltjes totijsmaakt
en bet kiemvermogen doodt. Die vroeger
zich niet af op bet effen gelaat van den
Britschen vertegenwoordiger. Op dat gezicht
waren alleen onverschilligheid en trots te
lezen, pijnlijke onverschilligheid voor het
geen er zou gebeuren in de komende histo
rische dagen. Kruger had bijna geweend op
die reis naar Canossa, alleen ondernomen ter
wille van zijn land, zijn volk. Kruger had
zich zijn droefheid zijn bekommernissen niet
geschaamd die hij voelde voor de dreigende
toekomst. En met die nobele tranen nog
in de oogen was bij te Bloemfontein aange
komen, waar bij zich onmiddelijk vermand
had om anderen wellicht onnoodigen angst
te besparen.
Sir Alfred Milner kwam er met een koel
hoofd én een ijskoud hait. De staatsman
doofde alle gevoel in hem omdat daardoor
alleen het doel kan worden bereikthet
groote duivelsche doel om de oppermacht
van Engeland voor altijd in Zuid-Afrika te
vestigen en de opbloeiende Afrikaner natie
te vermoorden.
Mij greep dien dag de scherpe tegenstel
ling tusschen de beide mannen. Zij liet
een onuitwischbaren indruk achter.
In den groet van president Kruger op
zijn tocht van het station naar huis, zag
ik telkens deD ernst, den weemoed, de druk
kende zorg schemeren.
„Die President het banja oud gewor",
zeiden de Vrijstaters die stil-eerbiedig den
hoed hadden gelicht toen het rijtuig voor
bijreed. Zij hadden den President niet op
de reis gezien zooals ik, toen hij zich kon,
zich mocht geven en wisten dus niet dat
het niet de ouderdom was die hem boog
ondergeloopen landen, anders al een groen
veld vertoonend, dat aan herleven doet
denken, zijn nu grauw-bruin van kleur,
doodsch en vaal. De tuiniers zitten met
de bakken vol plantjes; maar wie duiftze
een plaatsje geven in den moestuin? Eiken
dag ja na elke sneeuw- of hagelbui
denkt men dat dit dan wel de laatste zal
geweest zijn, de winter afscheid neemt en
telkens blijkt de afscheidsgroet nog te moeten
volgen.
De koude zal nog blijven zoo voor
spellen sommigen en zij baseeren hunne
profetie op de groote schare wilde zwanen
aan onze Zuiderzeekusten, het groot aantal
wilde ganzen, dat zich nog ophoudt inde
waterrijke streken onzer provincie. En te
midden van de sneeuwbuien hedenmorgen
zagen we een ooievaar op zijn nest, nu en
dan happende naar de sneeuwvlokjes, die
het waagde zich te nestelen in de echtelijke
woning van de lentebode!
Een vrouw te Lopik, van een be
zoek bij de buren, waarop de drankflesch
goed aangesproken was, huiswaarts koe
rende, is in het water geraakt en ver
dronken.
Het bestuur der Sociaal-democratische
Arbeiderspartij steit voor, op het aan
staande congres te Utrecht de vraag te
behandelen: „Zal de S. D. A. P. haar
naam in S. D. P. veranderen?"
In een der bladen is onlangs mede
gedeeld, dat de overgrootvader van me
vrouw Louis Botha (geboren Emmet)
indertijd te Dublin zou zijn onthoofd.
Dit kan niet waar zijn, want de jonge
Robert Emmet, betrokken bij den aanslag
op het kasteel te Dublin, en daarom eerst
gehangen en onthoofd, was niet gehuwd,
maar in het geheim verloofd met de be
roemde schoonheid Sarah Curran (bekend
0. a. door de Iersche gedichten van Tho
mas Moore). Maar Robert had een oude
ren broeder, Thomas Addys Emmet, in
vroegere opstanden tegen de Engelsche
dwingelandij betrokken en deswege ver
bannen. Hij week uit allereerst naar de
Vereenigde Staten.
Maar het is hoogst waarschijnlijk, dat
hij de bedoelde overgrootvader is geweest.
Eene afbeelding van de terechtstelling
van Robert was in het bezit van den vader
van mevrouw Botha, wetsagent te Har-
rismith en later eon tijd landdrost. De
gansche familie Emmet is in de republie-
onder verpletterden last.
In den groet van sir Alfred Milner def
tige onverschiligheid, koelheid, met duide-
lijken trots over „de zijns bedunken eerste
diplomatieke zegepraal" Kruger die wilde
onderbandelen over binnenlandsche aangele
genheden.
En luid jubelden de Engelschen en de
Kaffers toen hij voorbij reed. Bij zijn
ontvangst niet de plechtige ernst van dien
morgen toen de vredesapostel uit Transvaal
aankwam.
's Avonds was er »rout" in het Presi
dentshuis. President Kruger kwam er
slechts kort. Hem hinderden het rumoer,
het licht, de muziek. De feeststemming
deed hem pijn, omdat zijn hart bedrukt was.
Hij bleef slechts kort en wendde voor dat
hij vroeg naar bed wilde.
Toen president Steyn die zijn ambtgenoot
had uitgeleidde gedaan, een oogenblik later
weer met zijn hooggeplaatsten Engelschen
gast praatte, hoorde ik sir Alfred Milner
zeggen, terwijl een medelijdend lachje zijn
mond plooide „President Kruger is get
ting very old", en den nobelen Steyn, die
alles wist, tergden die woorden. Men zag
het hem aan, een kort oogenblik, en hij
antwoordde dat president Kruger gewoon
was vroeg te bed te gaan.
President Steyn met zijn open, eerlijk
gezicht was de volmaakte gastheer die in
al zijn wellevendheid, zijn trouwhartigheid,
zijn eenvoud wist te bewaren. Geen oogen
blik van neerbuigende vriendelijkheid.
Zijn oogen glansden als hij zijn vrienden
ken zeer gezien. Telegr
Yan St. Helena komt het droevig be
richt, dat Mevrouw Cronjé, die daar, gelijk
men weet, de gevangenschap van haar man
deelt, een tijdlang in hare geestvermogens
is gekrenkt geweest door den angst óver
hare dierbaren in het vaderland.
't Is wonder, dat al niet meer gevallen
voorkwamen
Gelukkig is sedert in haar toestand ver
betering gekomen.
De aardbeving in Konstantinopel
heeft een geduchte verwarring gebracht in
het paleis, waar een défilé van een 3000
personen den Sultan den handkus bracht.
Men dacht, op het oogenblik dat de schok
gevoeld werd, aan een dynamietaanslag.
De kroonluchters slingerden heen en weer,
zuilen wankelden en een stuk van het pla
fond kwam naar beneden. Verscheidene
officieren sloegen met hunne sabels de ven
sters in en sprongen in den tuin van het
paleis. Op de tribune voor het corps-diplo-
matique vielen de gezamelnijke dames flauw.
Aan de kalme houding van den Sultan
was het te danken dat geen algemeene
paniek, die velen het leven gekost zou heb
ben, ontstond. Hij was al van zijn troon
gestegen, maar keerde er weer terug, liet
de muziek opnieuw spelen en een van de
sjeiks een kort gebed uitspreken, waarna
de rust terugkeerde en de ceremonie werd
voortgezet.
B CUGBliL IJKE STAND
over de maand Maart.
GRIJPSKERKE. Getrouwd :L. Melse,
47 j., wedr. en M. Wattel, 37 j., wed.
Bevallen: C. Maljers, geb. Reijger, d.
OVEZAND. Overleden: 5, Cornelis
Adriaanse, 7 m.Cornelis van 't V/esteinde,
76 j., wedr. van Catharina Adriaansen15,
Geertruida Goense, 1 m.
DRIEWEGEN Geboren: 21, Pieter-
nella, d. v. Marinus de Dreu en Magdalena
Christina van de Velde; 21, Johanna, d. v.
Adriaan Ringelberg en Catharina van der
Male.
N1SSE. Geboren: 9, Jannis, z. v.
Pieter Luteijn en Jannetje Nieuwenhuijze;
29, Neeltje, d. v. Jan de Kok en Pieternella
Bakker.
Overleden: 22, Jacobus Adriaan de
Blaeij, 17 j.. ongeh.
COLIJNSPLAAT. G e h u w d 7, Johan-
nis Breedveld, 21 j., jm. en Pieternella
begroette, en zijn geheele optreden deed
zijn hooge Britsche gasten met bewonde
ring tot hem opzien over zooveel takt,
zooveel ongekunstelde vormen bij den Vrij-
staatschen Boerenzoon.
Sir Alfred boog en lachte en schertste
den geheelen avond, diplomaat in alle op
zichten. Bewonderenswaard zou hij zijn
geweest als zijn tegenstander de ellendeling
geweest was waarvoor de Jingo-bladen hem
scholden. Nu waren het lachje, het fijne
woord, de bestudeerde manieren te tragische
tegenstellingen met de eenvoudige smart
van den ouden Voortrekker, die wellicht
nooit zoo geweend had, met de edele maje
steit president Steyn.
Het was Maandagmorgen, de laatste dag
der conferentie. In een gesloten rijtuig, de
gordijntjes omlaag, keerde president Kruger
van de samenkomst terug. Hij kon het hel
dere, lachende zonnelicht niet verdragen.
Het paste weer niet bij zijn sombere stem
ming. Alles was verloren. Het was den Afri
kaners schrikwekkend duidelijk geworden
waarheen de man met het stalen gezicht de
onderhandelingen wilde voeren. Mislukken
moesten zij, dat was zijn onwrikbaar besluit.
En een oogenblik later verliet dé uitvoer
der van Chamberlain's vonnis het gebouw
waar de conferentie werd gehouden. Hij
zond zijn rijtuig en zijn eerewacht weg en
wandeldejin den beerlijken winterzonneschijn
naar huis. Hij lachte en schertste weer, nu
met zijn imperialen secretaris dat alle men-
schen het konden zien, ook de Afrikaners
die voelden hoe het onweer broeide dat over
hun land zou losbarsten.