NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. No. 86. 1901 Dinsdag 19 Maart 15e Jaargang. HISTORISCH CHRISTELIJK- EEN ALPENBLOEME. Bulieolandseh Overzicht. VERSCHIJNT Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER AÜVERTENTIËN HERIJK. elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p. 0,95. Enkele nummers0,025. UITGAVE DER FIRMA EN VAN van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 15 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Zij, die zich met 1 April op dit blad abonneeren, ontvangen de nog voor dien datum verschijnende num» mers gratis. Goes, ook voor Kloetinge, Kattendijke, 's Heer Hendrikskinderen en Wissekerke 20, 21, 22 en 23 Maart. Wolphaartsdijk 15 April. Heinkenszand, ook voor 'sHeer Arends- kerke, 16 April en 17 April voormiddags. 's-Heerenhoek, ook voor Borssele en Nieuwdorp 17 April namiddags en 18 April. Ovezande, ook voor Nisse, 19 April. Eliewoutsdijk, ook voor Driewegen, 20 April. Baarland, ook voor Oudelande, 22 April. Hoedekenskerke, 23 April voormiddags 's^Gravenpolder, ook voor 's-Heer Abts- kerke 23 April namiddags. Kapelle, ook voor Schore, 24 en 25 April. Wemeldinge, 29 en 30 April 's voor middags. lerseke, 30 April 's namiddags, 1 en 2 Mei. Kruiningen, met uitzondering van Ilansweerd 3 Mei. Hansweerd, 4 Mei. Krabbendijke, ook voor Waarde 6 en 7 Mei 's voormiddags. Rilland-Bath, 7 Mei 's namiddags en 8 Mei. 18 Maart 1901. Sommige bladen weten te vertellen dat de Koningin den wensch bad te kennen gegeven dat de achtmaandsche oefening niet in de wet zou worden vastgelegd. Van daar 't verzet van den minister, en een krachteloos verzet. In Eet Vaderland wordt het ook ver teld. En Eet Volk roemt in de nederlaag «der regeering en van de Koningin." Als 't waar is, vorkiaart dit de stem der socialisten voor het amendement-v. Gilse, dat hun die heelemaal geen landsverdedi ging begeeren geen belang behoefde in te boezemen. Maar der Koningin moest een hak gezet worden! In liet hoofdblad der vrij-antirevolutio- nairen hebben een paar inzenders al een woordje gezegd over de samenweiking bij de aanstaande verkiezingen, en hoe die volgeDS hunne opvattingen zijn moet. Een dier inzenders was reeds zoo vrien delijk ons voor te schrijven hoe de vrij- antirevolutionairen in Zeeland dit verlangen. «Men zou bijvoorbeeld kunnen voor stellen de zittende leden in Goes en Mid delburg dadelijk gezamenlijk weder te can- dideeren, en de drie andere Zeeuwsche candidaten (Hontenisse, Oostburg, Zierikzee) eerlijk tusschen de drie samenwerkende 11 FEUILLETON. Een Episode uit der Waldenzen Historie. Hereend dus, na bange smart en groot langdurig lijden. Doch nog steeds hoewel samen, ballingen, verdrevenen uit hun vaderland. Zeker, heel, heel in de verte zagen zij wel gloren den gloed der be sneeuwde Alpentoppen en bij dat gezicht rees uit hun ziel menigmaal een stille bede op, vol weemoedige herinnering, vol angstig verlangen, niet te stillen dan alleen door bezit. In de verte zagen zij hun dalen, hun oude liefelijke woningen, hun bezittingen verwoest en in hun ziel leefde wat Milton zoo heerlijk schoon vertolkte in zijn beroemd sounet: Gedenk o Heer, Uw Heiligen, wier bloed Door 't zwaard geplengd, de sneeuw der [Alpen kleurde, Wier schouder reeds het Kruis van [Christus beurde, ioen ginds ons volk nog d' afgoón viel te [voet. partijen te verdeelen." En dan komt het advies aan alle a. r. in Nederland om dit «voorbeeld" te volgen. Nu is het volgen van zulk een «voorbeeld", gesteld er ware er een, niet zoo gemakke lijk als het aan de hand doen van 't «voor beeld". Het staat toch bij ons vast dat wij een af tredend lid, die niet tot onze maar tot een andere partij behoort niet mogen can- dideeren. Indien de statuten van eenige Kiesver- eeniging hiertoe verlof gaven, zouden wij dit een fout of een leemte iu die statuten vinden, waarin moet voorzien worden. Natuurlijk kan een kiesvereeniging wel er in komen dat door hare leden indivi dueel besloten wordt de candidatunr van een vrij-antirevolutionair, kraehtig zelfs, te bevordoren. Maar een candidaat officiéél te stellen, om ons nu slechts tot deze eene quaestie («stellen") te bepalen, dat vermag een antirevolutionaire kiesvereeniging niet; of anders snappen wij niets van de partij organisatie. Dat dan ook te Steenwijk door de a. r. Kiesvereeniging de candidaat der vrij-anti revolutionairen is candidaat gesteld, gelijk de bladen melden (een samenwerking in «kleinen kring", in De Nederlander nog niet afgekeurd!) beschouwen wij als een vergis sing; die ons trouwens niet aangaat. Ons oog waakt slechts over onze provincie. Wij schrijven dit niet om een polemiek in ons blad met vrij-antirevol. uit te lokken. Trouwens dat zou niet kunnen; dewijl niet onze buurman, maar wij zeiven over de uitlegging onzer statuten enz. kunnen oor- deelen. Wij merken dit alleen op opdat men later niet klageZie, dat was nu zoo mooi aan de hand gedaan en zij gaan er niet op in. Een stukje geschiedenis. In 1897 waren de Unie-liberalen mr. Fokker aan het hoofd echt liberaal, ter stembus opgetrokken met een program van urgentie, zoo vooruitstrevend mogelijk. Maar deze eerlijke, zuiverende tactiek leed schipbreuk. Het liep spaak. Er werden bij eerste stemming zooveel antirevolutio nairen gekozen dat men bij de herstem ming bang werd, de democratische leus over boord wierp, en inruilde voor de be- ginsellooze leus van Anti-clericaal De bekende kachelpijp van den minister Van Houten, zoo smadelijk afgerukt en in 't slijk vertreden, werd weer opgeraapt, glad gestreken en hem op 't hoofd gezet. Dezer dagen lazen wij weer eens in zeker, overigens ons in menig opzicht sympathiek blad, dat wij napraters van De Standaard zijn. Zij daarom hier gemeld dat dit stukske de vorige week al tweemaal, wegens plaats gebrek, wachten moest. Schrijf in uw boek, hoe hier een wolven- [stoet, Uw schapen, en uw lammeren ver scheurde, De moeder met het kind ten afgrond [sleurde, Terwijl hun klacht 't gebergte weergalmen [doet. Hun leed wordf aan de heuvelen door de [dalen, Geklaagd, die 't weer den hemelen her [halen. Hun bloed bevrucht' Itaalje als levend [zaad, 't Land, dat steeds zucht in 't opperpries- [ter's boeien. En dan ruischte uit de diepte als een [zachte, roerende harptoon Moge uit dat zaad een talloos nakroost [groeien, Dat steeds de macht van Babyion weer- [staat. Zoude er nog eenmaal een dag komen, waarop zij wederom hun door martelaars- bloed gewijde, onuitsprekelijk geliefde dalen zouden terugzien En onder de leus «Tegen de eleriealen", kwam de «liberale" partij weer bij. Zij won den slag, door samenwerking over de gansche linie van Bastert tot Troelstra. Dat was beginselloos. Toch deed 't goed dat nog één liberaal blad den moed had tegen deze politiek van het allegaartje op to komen. Het was het Ütreehtsch Dagblad. Reeds vóór de eerste stemming had 't verklaard «eene hereeniging der verschil lende liberalen tot een regeeringspartij" «op zuiver practisch terrein al reeds niet waarschijnlijk" aehtende, «ook op princi pieel terrein waar het de quaestie der Staatsbemoeiing geldt geen duurzame saam werking tusschen beide groepen" te verwach ten, «al kon soms een schijnbare-eenheid zich tijdelijk voordoen". «Het zijn alzoo het genoemde liberale blad het zijn vijandelijke legers die elkander ontmoeten aan de grenzen". En vóór de herstemmingen schreef het »Men kruipt in vrees en beven op elkander. De stemmen van Kerdijk zullen op Karne- beek moeten overgaan en te Amsterdam zal men, om Gleichman en Pierson te behouden, evenveel ijver aan den dag moeten leggen tegen Van den Bergh, als in andere districten vóór Nolting, vóór Tak, die dan met Bastert zich onder éen vaan moeten scharen. Alsof er op zoo'n wijze iets van de liberale idealen terecht kwam Anti, anti, is dat de éénige leuze, waaron der de liberale partij in haar laatsten slag ten strijde moet gaan?" En nog sterker: De Liberale Unie met haar voorzitter mr. E. Fokker aan het hoofd smijt het ge- heele urgentie-program in het stof en holt als een oud, sufgeworden cavalerie-paard in den blinde achter Van Houten's verzamelings signaal aan Dat klinkt fier, niet waar Doch nu 1901 Weer heeft Van Houten verzamelen ge blazen. En weer spreekt het Utrechtsch Dagblad. Maar zij protesteert niet. Zij juicht toe. Zij noemt Van Houtens raad een goeden raad en kapittilt een ander blad dat op trekken onder eigen vlag verdedigt. En het komt er tegen op dat Van Houten den boog veel te smal spant, Kerdijk en Troelstra wil uitsluiten alleen Borgesius, Pyttersen, Mees, Bastert in de anti-cleri- cale concentratie wenscbt op te nemen en dringt aan op meedoen voor allemaal. Dan zou de heer v. Houten dus alleen een compromis bepleiten tusschen van Houten c. s. en Borgesius c. s. Wij weten niet, of daar veel van te-recht zou komen. De overwinning bij de herstemming van 1897 is behaald, doordat de geheele linker zijde zich vereenigde, van Mees tot Troelstra. Onze meening is, dat, zal men thans in her stemming komen, het goed zou zijn zich reeds Zou er onder hen een Jozua opstaan, om ze terug te brengen naar het land, hun vroeger als woonstee door God beschikt? Op een avond schreed een man van iets meer dan middelbare lengte langzaam door Genéve. Een zwaard slingerde aan zijn zijde en de breede hand rustte sierlijk op den stalen knop. Zijn ernstig gelaat, met doordringende oogen boezemde ieder ach ting en eerbied in. Zijn fiere gestalte be woog zich zonder haast door de weinig bevolkte straten, 't Was in Augustus nog in 't begin. Allengskens versnelde hij zijn pas en begon haastiger te loopen. Eindelijk stond hij stil voor het huis, waarin George en Rosa hun intrek hadden genomen. Hij klopte aan. Weldra ging de deur open en de vreemdeling trad binnen; ging door de gang en hield stil voor de huiskamer, 't Scheen dat hij het huis wel kende. Hij opende zachtkens de deur en zeide met diepe basstem: „Vrede zij dezen huize!" George, die zich op dat oogenblik alleen in de Kamer bevond, keek op, en terwijl een blijde glimlach zijn gelaat verhelderde, bij eerste stemming zooveel mogelijk over een dergelijke taktiek te verstaan en zoo met de toen opgedane ervaring zijn voordeel te doen. Het blad doet dit met verwijzing naar «de algemeene beginselen die alle liberalen van verschillende pluimage verhinden", («van Mees tot Troelstra".) Wij krijgen dus hoogstwaarschijnlijk straks 't spelletje van 1897 weer. Alle anti-clericalenliberalen type Utrechtsch Dagblad en Middelburgsche Courant in het midden en daaromheen rechts Mees, c. s. en links Troelstra c. s. Laten wie van Chr. historische zijde de voorwaarden tot samenwerking hebben te preciseeren, daarop nu reeds bedacht zijn. 1871-1901. De Tweede Kamer grootendeels onder den invloed van militaire of anti-militaire liberalen heeft in de laatste dertig jaren al wat ministers van oorlog versleten, al wat defensie-regelingen afgemaakt. v. Muiken. Engelvaart. Van Limburg Stirum. Weitzel. Emderlein. Klerck. Beijen. Reuther. Bergansius. Seyffardt. Eland. Wij noemen slechts enkele namen. En inmiddels blijft het land onverdedigd, de toekomst donker. Reden te over tot aaneensluiting. Immers naarmate het aantal vrijzinnige democraten, en sociaal-democraten in de Kamer toeneemt, naar die mate vermeer dert de kans dat van reorganisatie onzer levende strijdkrachten niets terecht komt. Zoolang staat onze onafhankelijkheid op losse schroeven. Te Amsterdam Hl kampen drie can didaten van de verst vooruitstrevende re volutionairen om den Kamerzetel van wijlen mr. Hartog. De vlugsten stelden twee ge- loofsgenooten (IsraëlietenPolak en Zadok v. d. Bergh) de anderen een naamgenoot (Den Hertog). De twee geloofsgenooten bekampen elkan der fel. De naamgenoot daarentegen houdt zich kalmerhij heeft toch den steun der Room- schen, en zal er derhalve ook zoo wel komen. Maar het bleek ook nu weer: Hoe nader tot elkander, hoe heftiger de haat, en hoe feller de concurrentie. CHINA. De netelige quaestie is de wereld nog niet uit. Rusland is de spelbreker. Zij waren nu zoo goed op stap om China gezamen lijk klein te krijgen. Doch Rusland ver brak den keten, en trad uit 't gelid met zijn geheim contract omtrent Mantsjoerije. Reeds in November van het laatst vorige zeide hij: „Welkom, Arnaud, welkom!" En hij drukte hem lang en ernstig de hand. „Is alles gereed?" „Ja, ik heb de broederen ontboden tegen de helft van Augustus, om goed gewapend te verschijnen bij het woud van Prangius". „Zoo spoedig al? Is het niet te vlug?" „Neen; juist door de omstandigheden, waarin Bodewijk nu verkeert, kunnen wij geen beter tijdstip vinden, 't Groot ver bond van Weenen vergt al zijne krachten. Indien Victor Amadeüs ons wil bestrijden, staat hij alleen, en dus, ook met het oog op den winter, kunnen we geen beter tijdstip kiezen. Als er maar niets van uitgelekt was, zouden we ons plan in alle stilte kunnen volvoeren, doch de broederen zijn onvoorzichtig geweest, zoodat ik ver moed, dat de hertog iets vernomen heeft. Daarom moet het alles zoo snel gebeuren". „God gebiede zijn zegen over ons pogen", zei George, „en brenge ons terug in ons dierbaar Piemont! Hoe zullen we onze dalen hervinden? Zal niet alles verwoest zijn? Doch laat ons gaan, mijn broeder, als God voor ons is, wie zal tegen ons zijn? Laat ons goeden moed houden!" jaar had het aan China den eisch gestold dat het dit uitgestrekt gebied geheel on der zijn toezicht zou stellen. Russische troepen zouden de hoofdstad Moekden en andere sterke punten bezetten, naar het heette om de door Rusland aangelegde en nog aan te leggen spoorwegen te bescher men. De Chineesche troepen aldaar zou den ontwapend en ontbonden worden; de ammunitie zou aan de Russen worden ver maakt en de sterkten, voor Rusland van geen belang, zouden geslecht worden. De verdragshaven Nioetschwanng zou door Russen worden beheerd tot tijd en wijle het land tot rust zou gekomen zijn. Een Russisch agent zon te Moekden als gou verneur generaal trachten verschillende andere zaken te regelen. Door 't verzet der mogendheden geprik keld heeft de brutale Russische Beer zijn cynische eischen een weinig gewijzigd doch heelemaal naar zich toe. Het nieuwe tractaat, hetwelk thans het licht zag, opent de kans dat de Chineezen het burgerbestuur in Mandsjoerije terug krijgen maar 't Russische bezettingsleger wordt uitgebreid. Chineesche troepen mogen niet worden opgesteld op punten waar de spoorwegbouw nog niet voltooid, of, let wel, zelfs nog niet begonnen is. Dit wil dus eigenlijk zeggennergens. De invoer van wapenen voor de Chinee zen! en het gebruik van artillerie door de Chineezen! is verboden. Komt er op stand, dan zal Rusland het zaakje wel opknappen, edoch de Chineezen moeten dan helpen. Zoo zijn er nog meerdere bepalingen welke doen gevoelen dat de bedoeling eigenlijk is China aan handen en voeten te binden. Mantsjoerije blijft Chineesch maar hoe Geen wonder, dat de mogendheden, Frankrijk uitgezonderd, woedend zijn. Officiéél is nu door den Rijkskanselier Yon Bulow in den üuitschen Rijksdag kennis gegeven van de totstandkoming van een Duitsch-Engelsch verbond, tot verhindering van het Russische Chineesche contract. Toch zegt hij, dat de verhou ding tusschen Rusland en Duitschland goed bleef. Natuurlijk als tusschen twee buren die malkaar in de gaten honden. En dat is op 't oogenblik voldoende voor Engeland, die machteloos staat tegen de Russische operaties. De Russen gaan stil door ook met de lijn TientsinPeking te herstellen, en een wisselplaats, waarover het geschil met Engeland loopt, te be zetten. Niemand kan hen deren. Opmerkelijk is dat tegelijk met het be richt dat China in de overeenkomst met Rusland in betrekking tot Mandsjoerije bewilligt, ook de tijding komt dat Li Hung Tsjang beter is. Wel is dat een begin van verdeeling van China, doch Li „Amen", zeide Arnaud. „Amen", zeide Rosa, die ondertusschen het vertrek was binnen getreden en, haren gast hartelijk de hand drukkende, voegde zij erbij „Is uw komst vrede?" „Ja, voorloopig wel. Doch misschien zullen we dra weer moeten vechten. Alles is gereed, de broeders wachten slechts op mijn teeken. Ik ben in Nederland geweest en heb geldelijken steun verworven van den Stadhouder Willem III. Is niet Savoye ons land, en mogen wij niet met geweld van wapenen ons land hernemen? Is het niet noodzakelijk voor de Eere Gods, dat wij als volk blijven bestaan? Moet niet wederom het licht des Evangelie's schijnen in onze dalen? Moet onze lamp met de zeven armen niet wederom haar glansen spreiden in Piemont, het land onzer vade ren? Allen komen hier hij een bij het meer van Genéve, in het woud van Pran gius! Ik roep uw gastvrijheid in voor deze dagen en laat ons dan samen optrek ken om het land weer te zien, bespat met het bloed onzer martelaren. God zal ons helpen! Laat ons niet vertsagen!" (Slot volgt.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1901 | | pagina 1