NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND No. 65. 1901. Zaterdag 9 Februari 15e Jaargang CHRISTELIJK- HISTORISCH Bjj Dit muuner Moort een tpoetsel. Hare M^jesteits Huwelijk. VERSCHIJNT Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER AÜVERTENTIËN Engeland en Transvaal. De Huwelijksdag. ki,ken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p0,95. Enkele nummers0,025. UITGAVE DER FIRMA en van van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. 8 Februari 1901. Zorgt toch dat gij op de Kiezerslijst komt. Vóór 15 Februari moet gij u aangegeven hebben. Er zijn gemeenten waar, gingen allen die 't behoorden te doen, zich aangeven, er wel minstens 20 procent meer op de Kiezerslijst zouden staan. Laat men 't nu eens niet verzuimen. Men kon er straks spijt van hebben. Dr. DyEerinck herinnert in het Nieuws aan een ontmoeting op 3 Juli des vorigen jaars tnsschen de beide koninginnen en Nieolaas Beets in Utrechts Gouvernements gebouw «Paushuizen". Bjj die gelegenheid heeft Hare Majesteit de Koningin gezegd Niemand kan Neder landseher ssi/n dan ik". En zij voegde er aan toe: »En wat zegt gij nu van mijne moeder die mjj dat heeft gemaakt?" Waarop de Koningin Moeder hernam: «En wat zegt gij dan wel van mijne dochter die zoo gemakkelijk zich leiden liet?" Bjj 't huwelijk onzer Koningin. Waar werd oprechter trouw Dan tusschen man en vrouw Ter wereld ooit gevonden? Twee zielen, gloénde aan één gesmeed. Of vastgeschakeld en verbonden. In lief en leed. (Vondel). Verdere ontwikkeling en invloed van het Calvinisme in de twinstigste eeuw. De Standaard, in een hoofdartikel stil staande bjj hei einde der 19de eeuw, schreef over den wederopbloei en ontwikkeling van de Christelijke actie o. a. deze schoone opmerkingen Bij rusteloos voortgezet onderzoek, staan ons in letterljjken zin elk jaar nieuwo ont dekkingen te wachten. Van het leven ge- ljjk het in onze twintigste eeuw staat te worden, kan geen onzer zich een klare voorstelling vormen. Maar onder die verrijking van het leven dreigt 's menschen zedelijke veerkracht te bezwijken. Stofaanbidding en zinlijkheid bedreigt eerlijkheid en goede zeden. Het hooge zinkt in het lage weg. En de rijk dom van inenschoijjke ontwikkeling zou onherroepeljjk tot verderving van onze menschelijke eore leiden, indien niet nog steeds het Evangelie het zout bleek, door God ons geschonken om het bederf, als het op 't hoogst komt, af te weren. Dat is dan ook de hooge roeping, die uit de negentiende in de twinstigste eeuw, met ons medegaat voor een ieder die nog aan den Christus Gods mag vasthouden. Al is het toch, dat we óók een roeping in engeren kring, in gezin en kerk en fa milie hebben, onzer blijft toch óók de roe ping om de Christelijke actie aan heel ons volk, ja aan do menschheid ten goede te doen komen; en door het verheffen van ons menscheljjk leven in wat haar hoogste eere is, de eore te verhoogen van den Naam onzes Gods. En ook in dit opzicht nu verwachten we vau do dagen die komen zullen, groote dingen, die al wat we tot dusver aan schouwden, zeer verre overtreffen zullen, De Christelijke school zal eerst in de twintigste eeuw haar volle vrucht gaan dragen. Onze Zondagsscholen, onze Jon- gelingsvereonigingen en onze wetenschap- peljjke^ stichtingen zullen eerst in het nu opgroeiend geslacht anderen toon brengen, en ons op allerlei terrein mannen doen opstaan, die zegenend op den volksgeest kunnen inwerken. Wat nu nog slechts een wolkje als eens mans hand is, zal dan als een lichtende wolk keel ons land overglanzen. Waar nu vaak in tranen gezaaid is, zal dan met gejuich gemaaid worden. Broeders die nu nog gedeeld en gescheiden staan, zullen zich hereenigen. En hoemeer de geest ook van de twintigste eeuw zich ongoddelijk openbaren zal, zal te nauwer en te ern stiger al wie nog om God roept, in de jaren dier eeuw, zich aaneensluiton on de veerkracht versterken, om tegen het roepen ook van die eeuw over te stollen ons lief- ljjk roepen voor do eore onzos Gods. Het plan was zoo mooi uitgedacht, door Kitchener. Zeven colonnes, ieder onder bevel van een Engelschen generaal, en hij als de generalissimus aan 't hoofd der zeven zou den de Boeren verdrjjven uit het gebied tusschen den Delagoa-baaispoorweg en den spoorweg van Natal. Daartoe vertrok de Colonne Smith-Dorrien, uit Wonder fontein; de Colonne Campbell uit Middel burg; de Colonne Aberson uit Eerste Fa brieken; de Colonne Knox uit Kaalfontein; de Colonne Allanty uit Zuurfontoin; de Colonne Dartnell uit Springs en de Co lonne Colville uit Greylingstad. De colonnes waren verdeeld in twee groepen: de noordergroep onder bevel van generaal Lyttelton, de zuidergroep onder bevel van French. Maar dat groote plan is op niets uitge draaid. Campbell heeft niet ver van Middelburg, French bij Bethel klappen gehad. Smith Dorrien heeft wel Carolina bezet doch was er den vorigen dag reeds weer uit. De samentrekking van het mooie zevental zal derhalve nog wel een weinig tijds op zich laten wachten. Ook in het Noorden zijn de Boeren nog even onverschrokken. Dank zij het verraad van Portugal die het Delagoagebied voor Engeland open stelde en thans do vrijheid der uitgeweken Boeren bedreigt, zijn de Boeren de grens overgetrokken en braken beoosten Koma- tipoort de spoorljjn op. De rebellen ten westen van Vrijburg, spottende met de afstraffing hnn door Metbuen toegediend, bestookten de gelei ders van een konvooi dat van Koeroewan naar Vrijburg trok, en waren slechts door kanonnen te bedwingen. Het zal de vraag zijn of zij nog niet het een en ander heb ben uitgehaald. De Wet blijft steeds onvindbaar en zijn mannen hebben bij Pompeysiding weer eens een trein vernield. En in Kaapko lonie, waar de Engelschen eveneons op groote schaal voortrukken, blijven de Boe ren stand houden, en steun ontvangen en in aantal toenemen. De vredespolitiek van Bloemfontein uit is totaal mislukt. Do Wets broeder Piet de Wet heeft per brief na tuurlijk, want mondeling was wel wat ge vaarlijk zijn broeder bezworen zich toch over te geven. Gelijk men weet is oen andere De Wet een neef dezer twee, een uitgezette, te Frankfort en el ders bezig de Duitschers voor de zaak der Boeren te ontgloeien. Thans tracht Kitchener door de ontvol king van stelen zijn garnizoenen vrij te krijgen voor den velddienst. Daartoe wor den vrouwen en kinderen zoo Engelsche als Hollandsche, en natuurlijk ook de mannen, zoo deze er nog zijn de stad uit gezet. Doch 't tekort aan manschappen wordt hierdoor niet gedekt. En de ver- heslijst bljjft bedenkelijk. Do officieelo maandelijksche opgave van de Britsche verliezen geelt een totaal van 54,724 - 2353 officieren en 52,371 man. In het gevecht gesneuveld zijn 334 officie ren en 3346 man, aan hun wonden ge storven 103 officieren en 108 L man, aan ziekte gestorven 188 officieren en 7605 man. In het geheel heeft het leger in Zuid-Afnka door verschillende oorzaken 635 officieren en 12,354 man door den dood verloren. g (fej Nog steeds worden vermist 115 officie ren en 922 man, terwjjl als invalieden naar Engeland zijn" teruggezonden 1703 officieren en 39,095 man. Hot absolute verlies voor bet Britsche leger bedraagt 654 officieren en 15,275 man, te zamen dus 15,929 togen 14,880 aan het eind van December, zoodat de maand Januari alleen het Britsche leger 1100 man hoeft gekost die voor altijd weg zijn. Onder deze 1100 zjjn niet begrepen de gewonden die niet geheel ongeschikt voor don dienst zijn, gevangenen die de Boeren misschien gehouden hebben en de talloozo zieken in de hospitalen in Zuid- Afrika. Op een andere zjjde van den toestand werpt een telegram van 17 Januari uit Kaapstad aan de „Maneh. Guardian" eonig licht. Daarin staat te lezen: „Uit de Kafforstatcn worden do treurig ste berichten ontvangen. De sprinkhanen zijn overal, don Kaffers wordt het geld onthouden dat zjj elk jaar aan den Rand verdienden een müiicca ongeveer in het geheel en de menschen komen van honger om. „Imvo", het kafferblad, meldt dat in de gevangenis te Ngeoba een vrouw op haar vonnis wacht, die haar eigen kind heeft gedood en gegoten en de „Port Elisabeth Telegraph" (een imperialistisch blad) zegt dat een man van zaken die juist uit Transkei is gekomen, vertelde dat de kaf fers leven van wortels. Een Britsch officier schreef den 8on Januari uii Heidelberg „Ik begin te gelooven dat de tegen woordige toestand eeuwig zal voortduren, want er "schijnt geen vooruitzicht te zijn dat de Boeren den strijd zullen opgeven. Integendeel zij worden eiken dng stout moediger en het is zelfs hier niet veilig een mijl buiten de voorposten. Wij wor den zoo goed als belegerd; de spoorweg is afgesneden en treinen worden regelmatig geplunderd." De familie hier te lande heeft bevesti ging ontvangen dat mevrouw Eloff, een aangetrouwde zuster van den heer Jan Eloff, onlangs voor haar hoeve door En gelsche soldaten is neergeschoten. Dit is bet geval, waarvan we herhaaldelijk heb ben melding gemaakt. Mevr. Eloff werd, zooals men weet, door de slapen geschoten terwijl haar man werd weggesleept van de stervende vrouw. Het Engelsche ministerie van oorlog maakt ean beschikking openbaar, die de lichting van vrijwilligers voor allo leger- korpson regelt. Artikel 17 van deze be schikking, die door Ilobeits is geteekend, zegt dat elke soldaat 50 patronen van het gewone model krijgt en 35 van model no. IV, dus de beruchte dumdumkogel. Do officieren krijgen zulke ammunitie voor hun revolvers. Gedurende den overtocht naar Kaapstad zullen daarmede proeven genomen worden. Waarom verschijnt dit artikel niet in de Engelsche bladen. Vreest men, dat zelfs daar de verachting voor zulke mid delen zich te luid zal uitspreken? Commandant Liebunberg is na versterkt te zijn door een aantal burgers die met verlof waren geweest, Donderdag uit de buurt van Klerksdorp in de richting van Ventersburg-weg gerukt, vermoedelijk om zich met de Wet te vereenigen. Central News seint uit Pretoria dat de Boeren weer een aanval hebben gedaan op de mijnen te Driefontein. Zij vernielden het pompstation en een paar loodsen, maar werden ten slotte verdreven door het corps spoorweg-pioniers. Te Greylingstad is groote schade toege bracht aan de Hcidelberg-Roodepont-mijn. Verder wordt gemeld dat een aantal Boeren onder Beijers tusschen de kolonnes van French zijn doorgegliptmaar een andere Engelsche kolonne drijft hen gaan deweg terug. Woensdags. Na het ontbijt kwamen een 50 tal werk lieden- en andere volksvereonigingen het Verloofde Paar en de Vorstelijke gasten begroeten. To half twee ongeveer, na 't familie-de jeuner, (men zag de koffie ronddienen in de «witte zaal,") werd met donderend ge juich door de buiten staande dichte me nigte het Bruidspaar begroet dat voor 't venster verscheen, en meteen begon, met de kapel van de cavalerie voorop, 't défilé op de maat van het «Wilhelmus," Toen kwam de Koningin in een bonten pels, maar steeds blootshoofds, met den Hertog in admiraals uniform, op het balkon, en de stoet van 3800 mannen trok langs 't Pa- leisploin, wuivende met de hoeden, juichend, tegen de muziek der talrijke korpsen op. 't Was een prettig gezichtvoorop de muziek van do huzaren, dan een groep voreenigingendan het muziekkorps van den Volksbond, weör voreenigingen, het muziek van de jagers, nog eens vereeni- gingen, drie Scheveningsche pronkwagens, on verder, telkens door groepen vereeni- gingen afgewisseld, een wagen der Chris telijke Geheelonthouders, een| scheveningsche reddingsboot op een wagon, en ten slotte een muziekkorps van de veld-artillerie. Tusschen en boven dat alles de tallooze kleurige en wapperende banieren. Het meest typische in het eindelooze défilé vormden zeker wel de vier Scheve ningsche wagens. Voorop eon miniatuur van de haven: een sleepbootje brengt er een schuit weg, een bom op de helling, een zwerm van in- en uitgaande pinken. Dan de haringvisscherij, voorgesteld door een bom met de netten vol visscben. En de schrobnetvisscherij, de wagen krioelend van platvisch. Ten slotte de handel en de verzending: gerookte sprot, makreel en bokking, tonnetjes haring met witte band jes. En de haringrooker diuk in de woer, en de kuiper aan 't werk in 't traditio- neelo kortbuis met zijn lange kousen over de knieün. Doch de boot met oude bad knechts, die zooveel menschenlevens heb ben gered, zooveel vorsten en vorstinnen in zee gedragen, werden het meest toe gejuicht. En bij deze wagens stapten zes on veerstig visscherslui onder Zondagsche hooge hoedon, 't kortjak met de korte mou wen, waar de bruin saaïen mouwen uit steken, door zilveren knoopjes gesloten, en met de lange leeren broek. De toejuichingen van het publiek waren soms zoo overweldigend, dat de Koningin zich eons schreiend omwendde tot denka- morheer, die haar uitnoodigdo binnon te treden. H. M. weigerde echter, en dit deed een nieuw gejuich opgaan, de uiting eener allesovertreffende geestdrift. Daarna word door 't Bruidspaar uitge reden naar Scheveningen, dtt feestelijk versierd was. Des avonds had ten paleize een „Polter- abend" plaats, gearrangeerd door H. M. de Koningin-Moeder. Een „Polter-abend" is een huiseljjk feest, dat men in Duitseh- land geeft den avond voor het huwelijk, en waarop allerlei herinneringen uit het leven van het Bruidspaar worden opgehaald. Op den „Polter abend" ten Paleize werden tal van tableaux-vivants uit het leven der Koningin vertoond, door haar Moeder voor bereid. Voor deze gelegenheid werd in het Hotel de V Europe en Brack's Doelen Hotel een extra-menu aangeboden, keurig ver sierd met de portretten van het aanstaande Vorstelijk Echtpaar en de vlaggen der beide landen. Op verschillende plaatsen in do stad werdon volksvertooningen gegeven met de kinemathograaf, terwjjl een talrijke menigte zich door de/versierde en op sommige plaat sen geïllumïneeerde straten bewoog. Het sluiten van het Burgerlijk Huweljjk ten Paleize had plaats geheel volgens het programma. De Minister van Justitie, na de toestemming verkregen te hebben tot de echtverbintenis van de Moeders van Bruidegom en Bruid, dat niets meer do vervulling van don wensch van den Hoogen Bruidegom en Bruid in den weg stond. Hij vroeg nu van beiden het woord, dat niot alleen voor hen, maar voor ons geliefd Vaderland van zoo onschatbaar gewicht is. Toen stonden Bruidegom en Bruid van hunne zetels op en was het antwoord op do vraag »of gij elkander aanneemt tot echtgenooten en getrouweljjk al de plichten zult vervullen welke door de wet aan den huweljjkenstaat verbondon zijn" een plechtig »ja". Zoo verklaar ik, Minister van Justi tie, ambtenaar van den burgelijken stand in naam der wet U door het huwelijk verbonden. Hierop werd de huwolijksacto voorge lezen en onderteekend door de Koningin, den Hertog, do Koningin Moeder, de twee vorstelijke nloedverwanten, zes getuigen en den Minister van Justitie, waarop deze laatste nog oen toespraak tot de jongge huwden hield. De 6 bovengenoemde getuigen waren de heeren Van N'aamen, voorzitter der eerste-, Gleichman id. der Tweede Kamer, luitenant- generaal Verspyck, adjudant-generaal van de Koningin, Van Hardenbroek van 's-Heer- aartsberg en Bergambacht, opperkamerheer der Koningin, luit.-gen. graaf Du Monceau, adj.-gen. chef van het Militaire Huis der Koningin, en Schorer, vice-pres. van den Raad van State. Voorts was aanwezig de heer Dr. Langvold, Landes-Gerechtsprli- sident. Daarop ving de tocht aan naar de kerk, tusschen rjjen van duizenden blijde men schen En dan die overvolle tribunes en andere getimmerten en de ramen, waarin men niets dan menschenhool'den zag bewegen. Wolk een luisterrijke tocht tusschen do witgroene door festoen verbonden zuilen, langs den ganschen weg. 't Is alsof het Echtpaar onder door een huwelijkstempel naar het altaar opgaat. Een commando cavalerie, als eere-escorte gaat aan het hoofd. De hoffourier, in zijn roodscharlaken rok, gevolgd door twee rijknechts te paard, gaat het met twee paarden bespannen gala- rijtnig van don opper-ceremoniemeester, ba ron van Pallandt v. Neerijnen, vooraf. Daarna ziet men een reeks van galarjj- tuigen elk bespannen met zes paarden, in ieder van welke de hooge vorstelijke gasten gezeten zijn. Zij werden in onderstaande volgorde ter Kerke geleid: le koets Prinses Louise van Wied. Vor sten Hendrik van SchouburgWaldenburg; Vorst Ulrich van Schouburg- -Waldenburg; Vorst Herman van SchouburgWalden burg. 2e Koetsde Hertogin Sophie Char lotte van Oldenburg; de Grootvorstin He lena Vladimirovna van Rusland, Vorst Hen drik van SchouburgWaldenburg; de erf prins van Wied. 3e Koets: de vorstin Hendrik XVIII van Reuss; Erfgraaf van ErbachSönberg; do Prins van Wied. 4e Koets: de Vorstin Tekia van Sebwartz- burg—Rudolstadt; de Erfprinses Van Wied; Vorst Hendrik XVII van Reuss; de Vorst van Benthoim en Steinfurt; 5e koets de Vorstin van Bentheim en Steinfurt; de re- geerende Vorst van SchwarzburgRudol stadt; do Hertog Paul Frederik van Meck lenburg (zoon); de Hertog Adolf Frederik van Mecklenburg. 6o koets de regeerendo Vorstin von Schwarzburg Rudolstadtde Hertogin Paul Frederik van Mecklenburg de Hertog Paal Frederik van Mecklenburg de Regeerende Vorst van Waldeck en Pyr- mont. 7e Koets de Vorsten Adolf van Schwartzburg Rudolstadt; de Regeerende Vorstin Van Waldeck en Pyrmont; Prins Albert van Piuisen; Grootvorst Bons van Rusland. 8e Koets: De Groothertogin Maria van Mecklenburg—Schwerin de Grootvorst Wladimir Alexandrovitch van Rusland.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1901 | | pagina 1