NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. No. 44. 1901. Donderdag 3 Januari. 15e CHRISTELIJK- HISTORISGH LaMtewliriGTe» over Beiestiiii- VERSCHIJNT Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes IU Leerplichtwet. Uit het dagboek van een Krijgsgevangene. F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p0,95. Enkele nummers0,025. UITGAVE DER FIRMA en van (Slot.) In art. 25 is 't toezicht op 't huisonder wijs geregeld, 't Luidt als volgt: »De arrondissements-schoolopziener is bevoegd aan ouders, voogden en andere in artikel 1 genoemde verzorgers, die aan hunne in artikel 1 bedoelde verplichting door het geven van huisonderwijs voldoen, schriftelijke inlichtingen te vragen omtrent den tijd gedurende welken de kindoren lager huisonderwijs ontvangen in de ver schillende vakken. De naar artikel 1 aan sprakelijke persoon is verplicht die inlich tingen te verschaffen. Do arrondissements- schoolopziener is bevoegd te verzoeken tot de lossen te worden toegelaten. Hij is bevoegd eenmaal in het jaar de in hot eerste lid bodoelde kinderen op te roe pen, ten einde te onderzoeken, of hun voldoend onderwijs wordt verstrekt in de vakken, welke dat onderwijs behoort te omvatten. De naar artikel 1 aansprake lijke persoon is verplicht te zorgen, dat aan de oproeping wordt gevolg gegeven. Tusschen de oproeping en den daarbij aaugezegden dag van verschijning moeten ten minste tien vrije dagen verloopen. Blijkt het genoten onderwijs onvoldoende, dan maant de arrondissements-schoolop ziener den naar artikol 1 aansprakelijken persoon aan, daarin binnen drie maanden genoegzame verbetering te brengen, en is deze verplicht aan die aanmaning te vol doen. De arrondissements-schoolopziener kan van de hem in dit artikel verleende be voegdheden alleen dan gebruik makon, als er gegronde reden is voor ernstigen twijfel, of de verplichting tot het geven van on derwijs wel nauwgezet wordt nagekomen. Wanneer ouders, voogden of verzorgers do gevraagde inlichtingen, bedoeld in het eerste lid van dit artikol, niet verstrekken, of wanneer kinderen door ouders, voogden of verzorgers niet aan het door den arron dissements-schoolopziener voorgeschreven onderzoek worden onderworpen, alsmede wanneer bij een, na het verstrijken van den in het derde lid bedoelden termijn, voort gezet onderzoek niet van genoegzame ver betering blijkt, zendt de arrondissements schoolopziener, tenzij de redenen, welke daartoe hebben geleid, door hem gewettigd of verschoonbaar worden geacht, proces verbaal van zijne bevinding aan don be voegden ambtenaar van het openbaar mi nisterie. FEUiLLETOES. Onder de Nederlandsche soldaten die met generaal Cbassé 1882, na de capitu latie der bezetting van de citadel van Ant werpen, naar Frankrijk gevoerd werden, was ook een Goesenaar Janis Kopmels. Deze oud-strijder ten vorigen jare over leden, heeft eenige geschreven aanteeke- ningen over zijn wedervaren in dien oor log nagelaten; eenige waarvan wij hier letterlijk wenschen over te nemen. Gelijk gezegd, behoorde ook hij tot de bezetting der citadel. Omtrent zijn leven in do citadel schrijft hij onder anderen: In 't begin dor maand November hoorde men dat een Fransch leger in aantocht was om ons aan te vallen. Hierdoor moesten wij den 17 November onze publieke gebouwen verlaten, en de kazematten be trokken met onze goederen. Tegelijkertijd werden de wachten ver sterkt, zoodat er weinig rust voor ons over bleef, doch wij verblijdden ons dat wij eindelijk uit onze gevangenis verlost zou den worden. Wel was 't uitzicht donker, waarnaar De schrijver bedoelt de citadel (het kasteel) van waaruit Cbassé de stad in be dwang hield. De bepalingen van dit artikel zijn ook van toepassing op leerlingen van bijzon dere scholen, waar minder dan zestien uren per week onderwijs wordt gegeven in de vakken vermeld onder ah in artikol 2 der wet tot regeling van het lager ondor- wijs. Omtrent de uitvoering van dit artikel worden voorschriften gegeven bij algemeenen maatregel van bestuur." De in 't laatste lid bodoelde voorscbrif- zijn bereids bij Koninklijk Besluit van 16 Nov. gegevon. Voor zoover die op 't voor laatste lid betrekking hebben, laten wij ze ruston, daar onze lezers daarmee waar schijnlijk niet te maken zullen hebben. We bespreken nu nader de overige deelen van 't artikel. GesteldGe laat Uw kind huisonderwijs geven, en hebt hiervan bekoorlijk doen blij ken aan den Burgemeester. Deze zorgt, dat ook de schoolopziener daarvan op de hoogte gesteld wordt. Nu kan :t zijn, dat deze heer twijfelt, of Ge Uw verplichting wel nakomt. In dat geval mag hij U schriftelijk vragen, hoe lang Uw kind in olk vak onderwijs ontvangt. Ge zijt verplicht hierop te antwoorden-, op-straffe van gerochtelijke vervolging. Verder mag dc schoolopziener verzoeken, bij de lessen te worden toegelaten. „Ben ik nu ver plicht dien heer in mijn knis te ontvan gen vraagt ge. Neen, mjjn waardedat zijt ge niet. Ge moogt weigeren, maar 't is natuurlijk niet beleefd, en kan ook wol eens in uw nadeel zijn. 'k zou u dus raden, den schoolopziener beleefd toe te laten, hij zal anders ongetwijfeld van zijn recht gebruik maken, uw kind een soort examentje af te nemen, en liep dit minder gunstig af, dan kwaamt ge weer in groo- ter moeite. Over dit examentje nog eon en ander. Stel weer, dat de schoolopzirner do zaak niet vertrouwt (als zulks wel 't geval is, moet hij u stil met uw kind laten begaanj, dan krijgt ge oen oproepingskaart. Ge moet die teekenen en aan den schoolop ziener terugzenden. Doet ge 't niet, dan krijgt ge nog eens een kaart, maar tevens krijgt de districtsschoolopziener kennis van een en ander. Op die kaart staat dan, dat uw kind op een bepaalden dag bij den schoolopziener komen moet in een lokaal, hoogstens 3 kwartier van uw woon plaats. Ook de onderwijzer van uw kind (dus als ge 't zelf onderwijst, ook gij zelf) men verlangde; doch men sprak: is 't dan voor mij niet, dan is 't voor mijn kame raden, welke dan nog overblijven. Zonder dat is er toch geen uitkomst. Toch bleef alles rustig en stil. Des nachts tusschen den 29 en 30 Nov. werden alle Belgische wachten door Fran- sche vervangen. Des morgens zag men de Franschen in do verte bezig de aarde om te spitten, waarop dadelijk een hoofdofficier, de majoor Voèt als parlementair er heen gezonden werd, met order dat, wanneer zij niet ophielden om 2 uur met werken, wij dan vijandelijkheden zouden gebruiken. Echter gaven zij hieraan geen gehoor. Ook had de klok nauwelijks 2 uur geslagen, of het kanon, geplaatst op Bastion no. 3 schoot er op los, welke ettelijke vijanden deed verpletteron. Verscheidene batterijen werden van ons gelost en deed verschei dene gebouwen die van ons konden in brand gestoken worden, nedervellen In dezen toon gaat de schrijver voort, onbeduidende krijgsbedrijven der Hollan ders tot heldendaden opblazende. Bijvoorbeeld dat den 1 Dec. genie wer kers een bosch omhakten dat den vijand tot dekking diende en huizen in brand staken. Dat den 2en Dec. een vergeefsche uitval gedaan werd waarbij een soldaat sneuvelde, een gevangen genomen werd en vier gewond werden: terwijl men dien zelfden morgen den dijk ter andere zijde van de Schelde tegenover de fortjes van het Vlaamsch hoofd door eenige tonnen wordt bij dit onderzoek opgeroepen. Deze mag 't echter alleen als toehoorder bijwo nen. Mengt hij zich in 't onderzoek, dan mag de schoolopziener hom wegsturen, 't Onderzoek duurt niet langer dan 2 uur en de tijd er voor wordt bij voorkeur tus schen 10 en 3 uur bepaald; alleen als Gij 't wenscht komt 't op een auder uur. De ouderwijzer kan uitgenoodigd worden, schriftelijk werk van uw kind mee te brengen. Hij behoeft dat weer niet te doen, maar doet natuurlijk 't verstandigst, als hij aan do uitnoodiging gevolg geeft. We voegen hier alleen nog bij, dat uw kind niet opgeroepen wordt, zoolang het jonger is dan 8 jaar on wanneer 't jonger is dan 10 jaar, kijkt de schoolopziener alleen, of 't goed leest, netjes schrijft en behoorlijk rekent; de andere vakken komen pas later aan do beurt. Laat ge nu uw kind niet aan 't onder zoek deelnemen, dan zijt ge weer straf baar. Voldoet uw kind aan de gestelde eischen, dan is alles in orde. Voldoet 't daaraan niet, dan moet ge zorgen, dat 't binnen drie maandon beter onderwijs krijgt. Anders zijt ge weer strafbaar. De strafbepalingen, met betrokking tot het huisonderwijs zijn dezelfde als die met betrekking tot 't schoolonderwijs. volgens art. 26. Art. 27 bepaalt, dat do kennisneming van de overtredingen tegen de Leerplicht wet behoort tot de bovoegdheid van den kantonrechter, binnen wiens ambtsgebied de school ligt, waarop 't kind gaan moest enz. Art. 28 bepaalt, dat de verklaringen betreffende overtredingen dezer wet, dooi den schoolopziener op zijn ambtseed afge legd, als volledige bewijzen golden. Art. 29 luidt aldus: „De gemeenteraad is bevoogd bij veror dening te bepalen, dat, onder bij die ver ordening te stellen voorwaarden, ambte- naron der politie gemachtigd zijn, een kind, dat zij gedurende de schooltijden op den openbaren weg aantreffen, te brengen naar het hoofd der school, tot welker leerlingen het kind behoort. Dit art. is duidelijk genoeg; men lette er op, dat de gemeenteraad niet verplicht is, de bedoelde verordening te maken. Maakt hij van zijn bevoegdheid gebruik, dan bepale hij tevens, dat de hoofden der scholen allen kinderen, die verlof hebben, een verlofkaart moeten geven, en reike de Burgemeester een bewijs van vrijstelling uit aan allo wettig vrijgestelden en een ander kruit van elkander deed barsten hetwelk veroorzaakte dat het land, hetwelk alreeds onder water stond, nog meer bespoeld werd." Den 2 Dec. beproefde de vijand een ver- geefschen aanval op 't fort Burg. Des avonds deden 20 man en 1 officier van de bezetting weder een uitval „waarbij een der onzen sneuvelde". Den 3 Dec. bezocht de vijand de forten Lillo en Liefkenshoek, op 2 uren afstands der citadel. Hij werd echter van genoemde forten en door de oorlogskornet „De Komeet" en de stoomboot „De Curacao" die aldaar op de Schelde lagen, zoo vriendelijk ont vangen dat hij spoedig aftrok. Don 4 Dec. 's morgens viel een onzer granaten in een vijandelijke met buskruit geladen wagen, zoodat wagen met paarden en voerlui in de luchtsprong. Tegelijker tijd werd er van den Antwerpschen toren geseind en op eens brandde een vijandelijke batterij op ons los en bleef hevig voortvuren doch onze kannoniers iieten zich hierdoor niet afschrikken en beantwoordden hetzelve met leeuwenmoed. Den 5 Dec. was het vuur hevigde kanon nen en granaten van den vijand vielen juis ter dan den vorigen dag. Verscheidene schietgaten werden daardoor vernield. 's Morgens om acht uur werd het kruitma gazijn binnen Bastion no. 2 door een vijan delijke bom getroffen en dezelve dadelijk in de lucht sprong, deed een man sneuvelen en maakte vier geblesseerden. De vijand had twee goede kompassen, ten eerste-de van 1—5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. bewijs aan hen, die huisonderwijs genieten. Anders zou zulk een verordening tot allerlei dwaze en onaangename voorvallen aanlei ding kunnen geven. De artikelen 30 tot en met 33 zijn voor onze lezers van minder belang, of de inhoud daarvan is reeds in hoofdzaak medegedeeld. 't Herhalingsonderwijs is bij art. 34 ge regeld. De Gemeenteraden hebben voor taan te zorgen, dat er gelegenheid bestaat, in de Gemeente herhalingsonderwijs te genieten, maar de deelneming daaraan is niet verplichtend gesteld. Van belang zijn wellicht voor enkele lezers de volgende bepalingen: 't Herhalingsonderwijs kan zich ook uit strekken tot andere vakken dan die op de Lagere School gewoonlijk onderwezen wor den, bv. talen, landbouwkunde, wiskunde, enz. 't Herhalingsonderwijs moet ten minste gedurende 96 uren por jaar verstrekt worden. 't Moet minstens 4 vakken omvatten, waaronder minstens 2 vakken van 't ge wone schoolonderwijs. Voor dc meisjes moet gelegenheid zijn, 96 uren in 't jaar herhalingsonderwijs te genieten buiten de avonduren. II. M. de Koningin kan van deze verplichting tijde lijk vrijstelling verleoncn. Uit de overgangsbepalingen eindelijk teekenen we nog 't volgende aan: De Gemeenteraden zijn bevoegd, voedsel en kleeding te verstrekken aan kindereu der Openbare en der Bijzondere Scholen (die op gelijken voet moeten bedeeld wor den), welke anders ter wille hunner armoede de school verzuimen zouden of niet ge schikt zijn, 't onderwijs te genieten. Zij mogen ook vereenigingen steunen, die 't zelfde doel beoogen. Voedsel en kleeding moet rechtstreeks aan de kinderen verstrekt worden, en voor één kind mag aan kleeding hoogstens f 10 besteed worden, 't Voedsel worde liefst buiten de school lokalen uitgereikt. Vragen in de eerste zes maanden van 1901 ouders verlof voor hun kinderen we gens veldarbeid e. d., dan wordt niet ge vraagd, of zij de laatstverloopen zes maanden trouw school gegaan hebben, maar of zij sedert 't begin des jaai s geregeld de school bezocht hebben. En hiermee zijn we aan 't einde van onze taak gekomen. Mogen wij nogmaals belanghebbenden, wien onze toelichtingen niet helder of volledig genoeg zijn, uit- noodigen te vragen, wat zij wenschen te landverrader Bouvy 2e luitenant der artille rie welke de geheele citadel had uitgetee- kend en van hetzelve geen goed gebruik gemaakt heeft en er mee tot de Belgen overliep. Ten tweede was de toren van Antwerpen een goede seinpaal voor den vijand. Uit denzelve werd ieder oogenblik geseind om den vijand een betere richting aan te duiden. De bomvrije werken door den majoor der genie vervaardigd, voldeden geenszins aan de verwachting. Dagelijks stortten er bom vrije woningen in. Links en rechts moest dan het volk zoeken naar een betere schuil plaats en werden verscheidene hierdoor ge troffen en geblesseerd. Des avonds viel een vijandelijke bom in het magazijn van levensmiddelen, wat een hevigen brand veroorzaakte die niet te blus- sclien was. Door de verschrikkelijke vlam bespeurde de vijand dat er brand ontstond en bleef op hetzelfde aanhouden ja zelfs hoe langer hoe meer met bommen er op werpen, tot 't gebouw instortte en 't grootste gedeelte der levensmiddelen werd onder de puinhoopen begraven. Verscheidene paarden en koebeesten werden verbrijzeld. Den 8en Dec. zoo verhaalt Kopmels wierp de vijand vele bommen. Het was gepaard met een donder gelijk aan een aard beving eenige kruitmagazijnen vlogen in de lucht, en werd een pont dienende tot ver voer der ammunitie vernield; „dien dag kwa men er vele doodon en geblesseerden". Zoo kropen de dagen voort en onze vrien- weten Gaarne zullen we naar onze beste weten van antwoord dienen. Zijn er lezers, die eenig artikel anders opvatten dan wij, dan zullen zij ons verplichten, door daar van te doen blijken in dit blad. De praktijk zal ons waarschijnlijk voor- tal van vragen stellen, waaraan ook zelfs de Wetgever niet gedacht heeft, doch dat zal wel geredderd worden. Zeker spreek 'k namens de meeste col lega's, als ik sluit met 't ernstig verzoek aan alle Ouders: och, helpt ons in'trichtig uitvoeren der Wet door eerlijke opgaven bij tijds te verstrekken. Wij zijn evenzeer tot gehoorzamen verplicht als Gij, en als U door deze Wet onaangenaamheden over komen, wijt 't dan niet aan ons maar met die onaangenaamheden zal 't zoo'n vaart niet loopen. B. K. W. XVIII. Er is geen gowas, dat in de laatste jaren moer do aandacht trekt dan do Suikerbiet, geen gewas, dat meer verbouwd wordt, dat don verbouw van andore gewassen meer verdrongen heeft. In sommige stroken van ons vaderland is do suikerbiet hot voor naamste landbouwgewas. Om haar draait do ganscho landbouw. Mislukt do biet, dau is het jaar slecht. Geen wonder, dat de verbouw van de suikerbiot in die streken tot in de kleinste bijzonderheden bestudeerd wordt en men daar de kunst om bieten te verbouwen bijna tot een volmaakte hoogte opgevoerd heeft. Vroeger stond do suiker biet bekend als een zeer uitputtend gewas en zou men het niet gewaagd hebben twee maal achter elkander bieten te zaaien op denzelfdon grond; tegenwoordig kijkt men zoo nauw niet en »biot op biet" komt niet* zelden voor. Zeker is het, dat men op een zelfde perceel tegenwoordig veel vaker met de biet durft terugkomen den vroeger. En daarvoor zijn ook goede redenen. Vooreerst laat een verstandige biotenverbouwer een gedeelte van wat hij als suikerbieten aan de fabriek verkoopt en dus van zijn boer derij wordt weggevoerd, weor terugkomon in den vorm van pulp. Die pulp, aan de beesten gevoerd, brengt in den stalmest weer een gedeelte van de stoffen weerom, die door de biet aan het land zijn onttrok ken. Verder is het gebruik van kunstmest stoffen belangrijke toegenomen. Hot zijn vooral de bietenverbouwers, die niet bang den hielden getrouw aanteekening, eiken dag. „Den 12 Dec. zoo gaat het voort word er des avonds weer een uitval gewaagd door 60 man en 3 officieren. Met leeuwen moed vielen de onzen den vijand aan en maakten zich meester van eenig klein ge sehut en ammunitie2 officieren werden hierbij geblesseerd; de luitenant Nansing stierf na een kort oogenblik iu de handen onzer dapperen welke hem wegdroegen. De kapitein Morre, na eenige dagen do smartelijke pijn door zijn blessuur uitgestaan te hebben, stierf den heldendood." Wij slaan weer eenige dagen over en lezen danDen 18 Dec. 's morgens sprong er een bom, welke veroorzaakte dat de vlaggestok waar de Hollandsche vlag aan wapperde, door midden was gebroken. Met leeuwenmoed vlogen er twee matrozen naar toe, die juist op het fort waren en klommen op dezen gebroken stok, en ver vaardigden tegelijkertijd de vlag aan den- zelve. Een hevig kanonvuur viel op hen beiden; doch lieten zich niet afschrikken en begroetten den vijand met een hoera van »Leve de Koning van Holland!" De schrijver gewaagt voorts van menig- vuldiger en heviger beschietingen op vol gende dagen. Den 22 Dec. zoo verhaalt hij be gonnen zij met bommen te werpen welke begroot werden op 500 Nederl. ponden. Wordt vervolgd.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1901 | | pagina 1